29 538 Zorg en maatschappelijke ondersteuning

Nr. 323 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 december 2020

In maart 2018 lanceerde ik het Actieprogramma Eén tegen eenzaamheid1: één van de drie programma’s binnen het Pact voor de ouderenzorg. Het doel van Eén tegen eenzaamheid is de trend van eenzaamheid onder ouderen te doorbreken. Dit kunnen we alleen gezamenlijk. Met de lancering van dit programma heb ik opgeroepen om in actie te komen. Die oproep is, mede vanwege de gevolgen van de coronacrisis, meer dan ooit omarmd.

Het programma heeft de afgelopen drie jaar een krachtige landelijke beweging tegen eenzaamheid in gang gezet. Twee derde van alle gemeenten en 140 landelijke organisaties en bedrijven werken samen met het programma. De bedoeling van de landelijke beweging was om concrete acties in gang te zetten. Dit is ook gebeurd. In gemeenten zijn coalities gevormd, worden ouderen opgezocht en wordt gewerkt aan signalering. Nationale Coalitiepartners hebben acties uitgevoerd. Mede door de publiekscampagne is eenzaamheid bespreekbaar geworden.

Echter, het aanpakken van eenzaamheid was toen, en is nu nog steeds, hard nodig. In Nederland voelt meer dan vijftig procent van de 75-plussers zich eenzaam. Het aantal eenzame ouderen is de afgelopen jaren toegenomen. Uit recente cijfers blijkt dat de coronacrisis grote gevolgen heeft voor de eenzaamheidsgevoelens in Nederland.

Het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP)2 rapporteerde een significante toename van emotionele eenzaamheid in juli, met name onder 75-plussers. Het aandeel emotioneel eenzame ouderen werd in een jaar tijd verdubbeld. Een extra meting van LASA3 in juni 2020 constateerde dat de prevalentie van eenzaamheid significant is gestegen. Dit laat zien dat de aanpak van eenzaamheid juist nu van groot belang is.

Met deze derde voortgangsrapportage en bijgevoegde infographic informeer ik uw Kamer over de belangrijkste ontwikkelingen en resultaten van het programma4.

Ontwikkelingen en resultaten in 2020

  • De covid-19 pandemie heeft ervoor gezorgd dat eenzaamheid voor iedereen, van jong tot oud, zichtbaar en meer bespreekbaar is geworden. Door de covid-19 pandemie werd ook de eenzaamheid onder jongeren en studenten steeds meer zichtbaar.

  • Er is een grote actiebereidheid ontstaan tijdens deze periode. Mensen en (vrijwilligers)organisaties in heel Nederland zijn in actie gekomen om elkaar te helpen en aandacht te hebben voor elkaar. Ik heb daar zeer veel respect voor. Via het programma heb ik dit maatschappelijk initiatief verder ondersteund en gestimuleerd, via onder andere een publiekscampagne, het delen van kennis, en het ondersteunen van lokale coalities.

  • Het aantal gemeenten dat meedoet met Eén tegen eenzaamheid is sinds begin 2020 gegroeid van 126 naar 214 gemeenten.

  • De Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid is gegroeid van 100 naar 140 deelnemers.

  • Het programma zelf heeft zich verder ontwikkeld. De beleidsevaluatie concludeert dat het programma zich in een stabiele fase bevindt. De ondersteuning aan gemeenten en Nationale Coalitie is geprofessionaliseerd. De geboden ondersteuning vanuit het programma wordt goed gewaardeerd door gemeenten.

  • Lokale initiatieven en interventies worden financieel ondersteund via subsidieronde via ZonMw om effectiever te worden en hun impact en schaal te vergroten.

Opzet van deze voortgangsrapportage

In deze derde voortgangsrapportage ga ik eerst kort in op de opzet en inhoud van het programma. Ik beschrijf daarna de concrete opbrengsten, op het gebied van het bespreekbaar maken van eenzaamheid, de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid, samenwerking met gemeenten, de Wetenschappelijke Adviescommissie en de ZonMw subsidieregeling. Tot slot ga ik in op de toekomst van het programma.

1. Opzet en inhoud van het programma Een tegen eenzaamheid

Het doorbreken van iemands eenzaamheid is niet eenvoudig. Dat gebeurt dicht bij mensen zelf, vanuit nabijheid van mensen, met compassie en inleving. Er is geen eenduidig antwoord om eenzaamheid te doorbreken. Oplossingen zijn per definitie maatwerk. Het aanpakken van eenzaamheid behoeft een gezamenlijke aanpak. Daarom richt het actieprogramma zich op het oprichten van zowel een landelijke coalitie als lokale coalities. Deze landelijke coalitie en lokale coalities tegen eenzaamheid vormen de motor achter de beweging die ik heb ingezet om eenzaamheid aan te pakken. Dat gebeurt via twee actielijnen.

Actielijn 1 signaleren en bespreekbaar maken

Deze actielijn is gericht op het bespreekbaar maken en het beter signaleren van eenzaamheid. Van kapper tot bakker, van supermarkt tot museum, in de straat en in het dorpshuis. Daar waar mensen in het dagelijks leven komen. De campagne, het opzetten van lokale coalities, inrichten van signaalpunten, het doen van huisbezoeken en acties vanuit het bedrijfsleven hebben hier in 2020 aan bijgedragen.

Actielijn 2 doorbreken en duurzaam aanpakken

Er zijn heel veel interventies die zich richten op het verminderen en voorkomen van eenzaamheid. Eenzaamheid kent ook verschillende vormen; emotioneel, sociaal, existentieel. Iedereen kan eenzaamheid overkomen, door life-events en door veranderingen in de omgeving. Wat werkt bij wie en waarom, vraagt om kennis. Veel initiatieven hebben niet de capaciteit en kunde om dit te onderzoeken. Daarom heb ik dit middels een tweede subsidieregeling van ZonMw in 2020 mogelijk gemaakt.

1.2 Opbouw van het programma

Het programma bestaat uit een programmateam, een Nationale Coalitie, lokale coalities en een Wetenschappelijke Adviescommissie (WAC). Het actieprogramma heeft een looptijd van vier jaar, verdeeld in vier fasen. De eerste twee fases (0 = de Planvorming en 1 = Opbouw van het programma) werden in 2019 afgerond. Fase 2, de uitvoering van de plannen, is in volle gang. Volgens de beleidsevaluatie (zie paragraaf 5.3) gebeurt dit met een «logisch construct dat doelen, opgaven en uitdagingen lijkt te dienen met over het algemeen een positieve waardering». In 2021 kijk ik naar de verduurzaming van alles wat het programma in gang heeft gezet en de wijze waarop het programma in de toekomst zich inhoudelijk en organisatorisch gaat ontwikkelen.

2. Bespreekbaar maken

De covid-19 pandemie heeft het afgelopen jaar ervoor gezorgd dat eenzaamheid zichtbaar en voelbaar is geworden voor iedereen. Het taboe rondom eenzaamheid is afgenomen. Er wordt meer en vaker over eenzaamheid geschreven en gesproken. Via onderstaande acties heb ik het bespreekbaar maken van eenzaamheid en het overgaan tot concrete stappen om iemand uit een eenzame situatie gestimuleerd. Met als centrale boodschap: «een klein gebaar kan het verschil maken».

2.1 Publiekscampagne «Een klein gebaar kan het verschil maken»

Ik heb via een publiekscampagne aandacht gegeven aan het omzien naar elkaar. Dit jaar was de publiekscampagne Eén tegen eenzaamheid te zien en te horen op tv, radio, internet en op straat. De campagne is zichtbaar geweest van september tot en met december. De campagne vroeg aandacht voor de eenzaamheid van een ander, juist ten tijde van de covid-19-crisis. Het doel van de campagne was zowel bewustwording als activatie, met als hoofdboodschap «Een klein gebaar kan het verschil maken». Hieronder een voorbeeld van een tv-spot:

Met een split-screen brengt de tv-spot het verschil in beeld dat «een klein gebaar» voor iemand maakt. Links loopt de eenzame dag door nadat de buren elkaar gegroet hebben. Rechts draait de ene buurvrouw zich nog een keer om en vraagt of ze haar buurvrouw die sinds kort weduwe is, een keer zal meenemen naar de buurttuin. Een klein gebaar maakt het verschil.

De campagne zet ik met speciaal aangepaste spotjes voort in de maand december, tijdens de feestdagen. De campagnematerialen zijn in 2020 speciaal aangepast op de covid-19-maatregelen. Verdieping wordt geboden met branded content; ervaringsverhalen in samenwerking met verschillende media, zoals De Telegraaf, Margriet, Linda en Libelle. Naast dat er aandacht was voor ouderen, werd voor het eerst in de campagne ook aandacht gevraagd voor eenzaamheid onder jongeren. In het algemeen blijkt uit de resultaten van de vorige publiekscampagnes dat de ontvangers eenzaamheid minder als taboe ervaren en het makkelijker bespreken. De definitieve effectrapportage wordt verwacht in februari 2021.

2.2 Website en (corona)nieuwsflitsen

De website www.eentegeneenzaamheid.nl biedt een podium aan goede voorbeelden van initiatieven, en actuele informatie wat je zelf kan doen om eenzaamheid te verminderen. Tijdens de eerste weken na de uitbraak van covid-19 heeft het programma Een tegen eenzaamheid hier de vele maatschappelijke initiatieven verzameld en gepresenteerd. Deze worden actueel gehouden.

De voorbeelden zijn via vijf extra nieuwsbrief-coronaspecials gecommuniceerd met het veld. De «Houd afstand, maar houd contact»-pagina blijft gedurende de pandemie online en wordt actueel gehouden.

2.3 De Week tegen Eenzaamheid

Van 1 t/m 8 oktober vond de Week tegen Eenzaamheid plaats dat inmiddels een blijvend fenomeen lijkt te zijn geworden. Een actieweek waarin extra aandacht werd gevraagd voor het thema eenzaamheid. Door het hele land vonden lokaal activiteiten en bijeenkomsten plaats. Vanwege de corona-veiligheidsmaatregelen vonden de activiteiten dit jaar veelal kleinschaliger plaats dan voorgaande jaren. Ook organiseerden veel gemeenten digitale activiteiten. De activiteiten werden vanuit het actieprogramma met online en fysieke communicatiemiddelen en materialen ondersteund. Het pakket met communicatiemiddelen en materialen om een activiteit aan te kleden (zoals placemats en vloerstickers «Kom erbij.. op 1,5 meter) is 450 keer aangevraagd voor activiteiten met ruim 50.000 personen.

Landelijke bijeenkomsten

Zoals gebruikelijk werd ook deze 11e Week tegen Eenzaamheid geopend met een openingsevent met deelnemers uit de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid en wethouders. In een online programma werden goede voorbeelden getoond van samenwerking tussen partners uit de Nationale Coalitie en gemeenten, riepen aanjagers van de Nationale Coalitie bedrijven op zich zoveel mogelijk ook lokaal aan te sluiten. Ik mocht de gemeente Harderwijk verwelkomen als 200ste Eén tegen eenzaamheidsgemeente. De Week tegen Eenzaamheid werd afgesloten met een inhoudelijk slotevent voor iedereen uit het veld, met o.a. lezingen van leden van de Weterschappelijke Adviescommissie.

Voorbeelden van de Week tegen Eenzaamheid in het land

  • Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander heeft aandacht gevraagd voor het belang van de Week tegen eenzaamheid én het belang van ontmoeting, door een bezoek te brengen aan het sociale activeringsproject «Tijd voor Krijt» van de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond, in aanwezigheid van Incluzio en het Ouderfonds, in Leiderdorp.

  • In de gemeente Maassluis werd de Week van de Ontmoeting georganiseerd, bedoeld om inwoners van Maassluis op een laagdrempelige manier met elkaar in contact te brengen en zich deel te laten voelen van de gemeenschap. Door de hele stad vonden iedere dag activiteiten plaats waar ruimte was om elkaar te ontmoeten, met bijvoorbeeld een ontbijt, theaterontmoetingen, filmvertoning en een wandel- en fietstocht (rekening houdend met de RIVM-regels rondom Covid-19).

  • Via bijeenkomsten (digitaal of fysiek) bekrachtigden lokale organisaties en gemeenten hun samenwerking tegen eenzaamheid. Negentien gemeenten ondertekenden tijdens de Week tegen eenzaamheid de Vijf Pijlers waarmee deelname aan Eén tegen eenzaamheid werd onderschreven.

  • Veel organisaties en bedrijven uit de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid organiseerden activiteiten tijdens de Week tegen eenzaamheid. Zo deelde de Luisterlijn i.s.m. de NS en ProRail «Hoi»-mondkapjes uit op Utrecht Centraal Station, organiseerden Resto VanHarte en Maggi kennismakingsdiners en hield NLvoorelkaar een «challenge» om je in te zetten tegen eenzaamheid.

  • Tijdens de week vonden er ook verschillende verdiepingsactiviteiten plaats. Het NJi gaf een webinar «jong en eenzaam». Studenten van Oud Geleerd Jong Gedaan gaven colleges aan ouderen over uiteenlopende onderwerpen.

  • Studenten brachten op 1 oktober samen met Bekende Nederlanders «Oma’s Soep» rond bij ouderen. Dit gebeurde bij 250 ouderen in Amsterdam, Utrecht, Groningen en Rotterdam. Naast de soep brengen zij een persoonlijke boodschap en hun telefoonnummer om contact te houden.

3. Nationale Coalitie

3.1 Samenstelling

De Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid is een publiek-privaat netwerk dat het voortouw neemt bij het doorbreken van de trend van eenzaamheid onder ouderen. Deelnemers leveren een bijdrage, ieder vanuit de eigen core business. De Nationale Coalitie staat open voor landelijke bedrijven, organisaties en overheidsinstellingen die kunnen bijdragen aan het verminderen van eenzaamheid onder ouderen. Op dit moment doen zorg- en welzijnsorganisaties, supermarktketens, banken, sportkoepels en verenigingen, ouderenbonden, zorgverzekeraars, musea, levensbeschouwelijke instellingen en vele anderen mee aan de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid.

De deelnemers zetten zich in om vanuit hun eigen mogelijkheden een bijdrage te leveren aan de doelen van het programma Eén tegen eenzaamheid. Iedere deelnemer aan de Nationale Coalitie heeft deze doelstellingen onderschreven in een intentieverklaring.

3.2 Opbrengst Nationale Coalitie 2020

Acties in verband met corona

De coronacrisis heeft ook effect gehad op de activiteiten van de Nationale Coalitie. Enerzijds ontstond een grote bereidheid om in actie te komen, anderzijds zorgden alle belemmerende maatregelen ervoor dat bijeenkomsten niet door konden gaan of op een andere wijze, kleiner of digitaal, moesten worden georganiseerd. Toch blijkt de bereidheid om iets tegen eenzaamheid te doen erg groot. Steeds meer organisaties en bedrijven willen zich inzetten tegen eenzaamheid en melden zich bij het programma om te zoeken naar mogelijkheden voor samenwerking met andere bedrijven en met lokale coalities. Er zijn ook juist in verband met de coronacrisis acties gestart door partners van de nationale coalitie. Twee voorbeelden hiervan zijn: Bellen met luchtvaartpersoneel en Omapost.

Bellen met luchtvaartpersoneel

Medewerkers van KLM, die door de pandemie gedwongen aan de grond bleven, sloegen de handen ineen met de Luisterlijn. Zij boden een luisterend oor aan ieder die daar behoefte aan had.

Een kaart zegt meer dan 1.000 woorden

De Groningse startup Omapost heeft meerdere bedrijven benaderd om kaartjes te sponsoren om een gratis ansichtkaart te sturen naar iemand die de aandacht kan gebruiken. Albert Heijn sprong bij door in 119 filialen een meubel te plaatsen waar mensen via een QR-code de kaart konden versturen.

Nieuwe deelnemers

De Nationale coalitie maakte een forse groei door. Sinds de start in 2018 is de Nationale Coalitie tegen eenzaamheid gegroeid van 65 partijen in 2018, 100 in 2019, naar 140 partijen in 2020, verdeeld over verschillende sectoren. Enkele voorbeelden van partijen die zich het afgelopen jaar hebben aangesloten: na twee jaar samenwerking met de VNG heeft de VNG zich tijdens een online wethoudersbijeenkomst op 8 juli nu ook officieel aangesloten. Directeur Leonard Geluk gaf daarbij aan samen te willen werken met VWS om alle gemeenten in Nederland te stimuleren de strijd tegen eenzaamheid aan te gaan. Het Ministerie van IenW is aangesloten bij de Nationale Coalitie en werkt samen met het programma Eén tegen eenzaamheid op gebied van mobiliteit en zorg&welzijn. Ook Saar aan huis en Home Instead Thuisservice zijn aangesloten bij de Nationale Coalitie, beide bedrijven komen achter de voordeur bij o.a. ouderen en hebben vaak te maken met het signaleren van eenzaamheid.

Meer verbinding tussen nationale coalitie en lokale coalities

Een advies uit de eerste rapportage van de ex-durante beleidevaluatie van het programma Eén tegen eenzaamheid was om de Nationale Coalitie meer te verbinden met lokale coalities, omdat de meerwaarde van de Nationale Coalitie daardoor wordt vergroot. Het programma heeft daarom in 2020 alle partijen van de Nationale Coalitie apart gesproken, bevraagd en waar nodig en mogelijk gesteund en gestimuleerd. Hiervoor is een aanjaagteam gevormd. De ondersteuning van de Nationale Coalitie is geïntensiveerd met een aantal vaste aanspreekpunten binnen het programma. De Eén tegen eenzaamheidsadviseurs worden voortdurend gevoed met de mogelijkheden en het actieaanbod vanuit de Nationale Coalitie.

Gemeenten zijn via de Nieuwsflitsen, via de adviseurs en via bijeenkomsten geïnformeerd over acties en mogelijkheden voor samenwerking vanuit de Nationale Coalitiepartijen. Op deze wijze worden mogelijkheden voor samenwerking op lokaal niveau gestimuleerd. Een mooi voorbeeld dat tot stand is gekomen is de samenwerking op lokaal niveau in Apeldoorn, waar de gemeente en Achmea Pensioen en Leven samenwerken aan een plan om lokale ondernemers bij de aanpak van eenzaamheid te betrekken.

Een aantal deelnemers van de Nationale Coalitie heeft eigen initiatieven gelanceerd en/of handreikingen gemaakt voor de eigen, lokale, filialen. Enkele voorbeelden daarvan zijn de handreikingen die Jumbo en Partou hebben ontwikkeld voor hun filialen en het opzetten van een signaleringspunt in Rotterdam met PostNL.

Handboek onder personeel supermarkt

Supermarktketen Jumbo heeft dit jaar een handboek gemaakt om vanuit het hoofdkantoor de meer dan 670 winkels te informeren en inspireren over eenzaamheid en wat je kunt doen als winkel tegen eenzaamheid. Naast de kletskassa’s hebben Jumbo filialen zich op verschillende manieren ingezet voor de bestrijding van eenzaamheid, bijvoorbeeld door appeltaartjes uit te delen in de Week tegen Eenzaamheid, de verkoop van zogeheten kletspakketten, organiseren van buurtlunches én samenwerkingen met bijvoorbeeld Oma’s Soep.

Vriendschap tussen jong en oud

Een groep enthousiaste Partou bso-kinderen heeft samen met kinderboekenschrijver Mark Haayema en illustrator Loes Riphagen een Gouden Boekje gemaakt: «Operatie Vrotte»! Het verhaal gaat over een bijzondere vriendschap tussen jong en oud. Als partner van de Nationale Coalitie vroeg Partou met het boekje aandacht voor het thema eenzaamheid onder ouderen en bevorderde het (voor)lezen.

3.3 Thema’s kunst&cultuur en mobiliteit

In de vorige voortgangsrapportage zei ik toe om aan de slag te gaan met de dwarsverbanden tussen de thema’s «eenzaamheid en mobiliteit», en «eenzaamheid en kunst en cultuur». Vanwege de coronacrisis is helaas een aantal themabijeenkomsten dit jaar uit- of afgesteld. Desondanks zijn er mooie resultaten bereikt. In januari 2021 organiseert het programma een masterclass voor de Eén tegen eenzaamheidsadviseurs over hoe kunst en cultuur kan bijdragen aan de lokale aanpak tegen eenzaamheid. Op basis hiervan kunnen weer gemeenten worden geadviseerd.

Eenzaamheid en kunst en cultuur

Een groot congres over kunstparticipatie door ouderen, waaraan het actieprogramma een bijdrage aan zou leveren is uitgesteld vanwege Covid-19. Wel heeft het programma meegewerkt aan het bookazine «Lang Leve Kunst – ouderen in de hoofdrol». Het bookazine laat – via de verhalen van deelnemende ouderen – zien dat ouderen door bezig te zijn met kunst en cultuur, zingeving ervaren en zich minder eenzaam voelen. Begin 2021 wordt het bookazine verspreid in het kader van de lancering van het Lang Leve Kunst Fonds, een initiatief van Stichting RCOAK, Fonds Sluyterman van Loo en het Prins Bernhard Cultuurfonds. Via dit fonds wordt ook de komende jaren actieve kunstparticipatie door (kwetsbare) ouderen gestimuleerd, ondersteund en onderzocht.

Eenzaamheid en mobiliteit

Het Ministerie van IenW is dit jaar lid geworden van de Nationale Coalitie. Er wordt op verschillende vlakken samenwerking gezocht in het kader van mobiliteit en zorg en welzijn. Zo heeft het Ministerie van IenW een deelsessie «Veilig onderweg, langer meedoen» georganiseerd op de conferentie Een nieuwe generatie ouderen langer thuis en hebben de ministeries samen met Beter Oud, Society Impact en FNO o.a. het belang van (veilige) mobiliteit op het thema eenzaamheid onder de aandacht gebracht op het Nationaal Verkeersveiligheidscongres in november jl. Ook in 2021 gaan de ministeries verder met de samenwerking op thema’s als eenzaamheid, valpreventie en veilige mobiliteit onder ouderen.

4. Lokale coalities

4.1 Resultaten

Dit jaar heb ik net als vorig jaar een benchmarkonderzoek laten uitvoeren onder alle aangesloten gemeenten. Het rapport stuur ik mee in de bijlage5. De benchmark geeft inzicht in hoever gemeenten zijn in hun aanpak van eenzaamheid en waar knel- en pluspunten zitten. De gemeenten hebben zelf inzicht in hun resultaten via een online dashboard en kunnen dit gebruiken als monitoringsinstrument. Zij kunnen zich vergelijken met andere gemeenten. Ook het uitgevoerde ex-durante evaluatieonderzoek (zie paragraaf 5.2) biedt inzicht in de stand van zaken van de aanpak eenzaamheid bij gemeenten. Hieronder ga ik in op de belangrijkste resultaten die met gemeenten en lokale coalities zijn behaald.

  • 18 adviseurs ondersteunen 214 gemeenten, verspreid door heel Nederland, met praktische ondersteuning in hun aanpak van eenzaamheid. Zij helpen bijvoorbeeld bij het opzetten van een coalitie, implementeren van een signaalpunt tegen eenzaamheid en het opzetten en aanscherpen van jaarlijkse huisbezoeken aan 75-plussers;

  • De aangesloten gemeenten tellen samen ruim 1.000.000 75plussers. Dit is 71% van het totaalaantal 75-plussers in Nederland;

  • De uitbraak van Covid-19 heeft op lokaal niveau grote gevolgen gehad. Deze zijn tweeledig; enerzijds gaf een ruime meerderheid van de gemeenten aan dat veel activiteiten voor de doelgroep (tijdelijk) stil zijn komen te liggen. Anderzijds gaven bijna alle gemeenten aan dat er juist nieuwe initiatieven ontstonden. Een meerderheid rapporteerde dat eenzaamheid door de pandemie een grotere bestuurlijke commitment kreeg. Gemeenten zijn creatief te werk gaan met activiteiten die nog wél doorgang konden vinden. Het programma heeft voorbeelden van gemeenten verzameld, ter inspiratie gepresenteerd op de website, verspreid en gestimuleerd via de adviseurs.

  • In vergelijking met 2019 zijn er aanzienlijk meer gemeenten die een lokale coalitie hebben, of opstarten. In driekwart van de gemeenten is een coalitie tegen eenzaamheid gestart. Ongeveer de helft daarvan is zeer actief. Een deel daarvan is nog in de opstartfase (40%) Dit heeft wellicht ermee te maken dat in 2020 een groot aantal nieuwe gemeenten is aangesloten. Gemeenten geven aan dat het nu de uitdaging is om met deze coalities te gaan van «samenzitten naar samenwerken». Een aantal voorbeelden van gestarte coalities staat hieronder.

  • In driekwart van de gemeenten worden huisbezoeken uitgevoerd bij ouderen (75+). Dit is een stijging ten opzichte van 2019. Toen werden huisbezoeken in 67% van de gemeenten uitgevoerd. Tijdens deze huisbezoeken is eenzaamheid meestal één van de onderwerpen waarnaar wordt gevraagd.

  • 37% van de gemeenten heeft aangegeven dat zij een toegankelijk (digitaal) signaleringspunt hebben ingericht. Dit aandeel is licht gestegen ten opzichte van vorig jaar. Toen was dit 33%. Tweederde van de gemeenten geeft aan wel actief te signaleren, maar dan via een signaleringsnetwerk met bv welzijnsorganisaties en wijkteams.

  • 90% van de gemeenten deed mee met de Week tegen eenzaamheid. In deze gemeenten werden bijvoorbeeld activiteiten georganiseerd en werd gebruik gemaakt van de campagnematerialen van het actieprogramma.

Katwijkse acties ten tijde van Covid-19

In 2019 is de gemeente Katwijk begonnen met een wijkgerichte aanpak tegen eenzaamheid. Onder andere zorg- en welzijnsorganisaties, woningbouwcoöperaties, ondernemers, kerken en politie zoeken naar manieren om samen te werken. Er is een denktank Eenzaamheid gevormd en een werkgroep Signaleren. Het welzijnskwartier voert de regie, de gemeente faciliteert en ondersteunt. Toen het virus uitbrak hebben Katwijkers een boodschappenservice en een telefoondienst opgezet voor kwetsbare inwoners.

Digitale Coalitie tegen Eenzaamheid in Baarn

Om een coalitie tegen eenzaamheid te starten in coronatijd, heeft in de gemeente Baarn een brainstorm «Digitale Coalitie Eenzaamheid» plaatsgevonden. Dit werd een inspirerende en interactieve digitale avond waar ervaringen en ideeën werden gedeeld en gerichte acties werden opgesteld. Baarn heeft op deze avond op interactieve wijze een digitale coalitie gevormd. De livestream stond open voor geïnteresseerde ambtenaren, wethouders en organisaties uit heel Nederland.

Opening Signaalpunt in Hulst

In de gemeente Hulst is een Signaalpunt tegen eenzaamheid geopend. Het Signaalpunt biedt partijen, bijvoorbeeld de huisarts, maar ook minder voor de hand liggende partijen zoals een dierenwinkel, apotheek of woningbouwvereniging die in contact staan met ouderen, de mogelijkheid signalen van eenzaamheid ergens neer te leggen. De signalen worden opgepakt door een sociaal werker.

4.2 Ondersteuning vanuit het actieprogramma

Het programma organiseerde vijf online leerbijeenkomsten voor gemeenteambtenaren en trekkers van lokale coalities. Er zijn onder andere bijeenkomsten georganiseerd op het gebied van coalitievorming en het betrekken van ondernemers, en over doelgroepcommunicatie. Tijdens de bijeenkomsten werd geleerd van een expert én van elkaar. Ambtenaren uit heel Nederland wisselden ervaringen en tips uit. In samenwerking met Movisie werden ook nog drie leerbijeenkomsten georganiseerd over: De aanpak van eenzaamheid in coronatijd, De aanpak van eenzaamheid in de 1,5meter samenleving, De aanpak van eenzaamheid in tijden van financiële krapte.

Mede op basis van de aanbevelingen uit de eerste evaluatie van het actieprogramma is de toolkit met instrumenten voor gemeenten en de adviseurs, afgelopen periode volledig vernieuwd. De instrumenten zijn meer praktisch toepasbaar gemaakt voor gemeenten. Er zijn concrete handreikingen opgenomen op het gebied van: coalitievorming en het betrekken van ondernemers bij de aanpak eenzaamheid, signalering, huisbezoeken, monitoring, handreiking Sociaal-Vitaal (van NOOM) en van LSA-betrokken buurten. Daarnaast is er veel communicatiemateriaal beschikbaar.

Om het kennisniveau te blijven vernieuwen heeft het programma voor deze adviseurs vijf masterclasses georganiseerd op verschillende thema’s zodat op alle hulpvragen van gemeenten kan worden voorzien. Zo is er een masterclass geweest ism Join-us en de Kindertelefoon, om de kennis rond jongeren en eenzaamheid te vergroten en is er een masterclass geweest over het betrekken van ondernemers bij de aanpak van eenzaamheid op lokaal niveau.

Het programma organiseerde in november twee «Hoe dan?»-bijeenkomsten. Hier kwamen allerlei partijen samen die betrokken zijn bij de aanpak van eenzaamheid, zoals maatschappelijke organisaties, gemeenteambtenaren en welzijnsstichtingen om geleerde lessen en oplossingen uit te wisselen. Dit jaar vonden deze digitaal plaats.

In de juli organiseerde het programma een speciaal webinar voor ongeveer 85 wethouders en bestuurders van de nationale coalitiepartijen. Hierin werd aandacht besteedt aan hoe een duurzame aanpak tegen eenzaamheid kan worden opgezet en hoe het maatschappelijk initiatief geborgd kan worden.

4.3 Uitdagingen

Er zijn ook uitdagingen voor gemeenten. Alle gemeenten gaven aan knelpunten te ervaren in het uitrollen van een duurzame aanpak. Hier ligt ook een grote ondersteuningsbehoefte. Bij eenderde van de gemeenten is de aanpak eenzaamheid bijvoorbeeld afhankelijk van tijdelijke financiering. Ook is het bedrijfsleven nog beperkt aangesloten bij lokale coalities. Gemeenten geven ook aan het onderwerp eenzaamheid breed te willen aanpakken, voor ouderen én jongeren. Zij ervaren ook de eenzaamheid onder jongeren als groot probleem. Om gemeenten goed kunnen blijven ondersteunen, ook met specifieke vragen rond verduurzaming, versterken van de coalitie, en eenzaamheid onder jongeren wil ik in 2021 extra maatwerkafspraken mogelijk maken met gemeenten om hierop ondersteuning te kunnen blijven bieden.

5. Kennis

Eenzaamheid is een complex fenomeen, dat zich lastig laat meten of vastleggen in cijfers. Er is behoefte aan kennis over eenzaamheid, zodat we meer vat kunnen krijgen op de oplossingen. Het actieprogramma draagt daar actief aan bij. Hieronder ga ik in op de Wetenschappelijke Advies Commissie van het programma en van de verschillende relevante rapporten en opdrachten die zijn verstrekt.

5.1 Wetenschappelijke Adviescommissie

De Wetenschappelijke Adviescommissie (WAC) geeft gevraagd en ongevraagd advies over de richting van het programma. Dit jaar heeft de WAC twee nieuwe adviezen geschreven en heeft de WAC meegewerkt aan de totstandkoming van de tweede subsidieoproep met ZonMw (zie paragraaf 6).

In april stuurde ik u het derde WAC advies «Eenzaamheid: onderzoek- en ontwikkeling op lange termijn» (Bijlage bij Kamerstuk 31 765, nr. 494). Daarbij suggereert ze een onderzoeksveld met mogelijke prioriteiten, bestaande uit acht hoofdvragen. Conform mijn toezegging destijds doe ik bij deze verslag over in hoeverre de acht thema’s van het onderzoeksveld al zijn opgepakt en waar nog witte vlekken zijn om komende jaren mee aan de slag te gaan.

  • 1. Wat is eenzaamheid? Vooralsnog wordt gewerkt met de huidige definitie van eenzaamheid als uitgangspunt. Eenzaamheid is een «veelkoppig monster», en maatwerk is dus het device in het aanpakken. Voor ondersteuning van het veld zie ik vooralsnog geen vraag tot verder onderzoek hiernaar.

  • 2. Hoe ontstaat eenzaamheid? Gelet op preventie en versterken van de weerbaarheid bij het ouder worden, is het zeker relevant om meer kennis te ontwikkelen waar de mogelijkheden van meer (sociale) veerkracht liggen. De WAC kan verder kijken hoe deze vraag beantwoord zou kunnen worden.

  • 3. Wat weten, willen en kunnen eenzame mensen zelf? Het betrekken van eenzame mensen zelf is één van de lokale pijlers van de lokale aanpak. Gemeenten worden via de adviseurs hier bij ondersteund. Maar dit kan zeker nog steviger. Meer kennis hierover zou kunnen landen in de toolkit ter ondersteuning van lokale coalities.

  • 4. Hoe is eenzaamheid te voorkómen? Middels longitudinaal onderzoek wordt meer inzicht verkregen in wie wel en wie niet vereenzaamd en wat mogelijke beschermende factoren zijn. Ik nodig de WAC uit om hier meer kennis over te verzamelen en te verspreiden naar het veld.

  • 5. Hoe is eenzaamheid te verminderen of te verlichten? wordt in de initiatieven die in subsidieregeling van ZONMW zitten uitgeprobeerd en onderzocht

  • 6. Hoe is eenzaamheid te herkennen en bespreekbaar te maken? Een signaleringskaart en gespreksstarters zijn opgesteld en wordt middels de adviseurs en website en «KomErbij-pakketten» verspreid. De publiekscampagne, die mede als doel heeft eenzaamheid bespreekbaar te maken, is onderbouwd door gedragswetenschap.

  • 7. Hoe is eenzaamheid te meten? De WAC heeft in haar vijfde advies inzicht geboden in de vergelijkbaarheid van eenzaamheidsmetingen. Met het RIVM en LASA bespreek ik momenteel hoe we de verschillende metingen vergelijkbaarder kunnen maken. Voor gemeenten werk ik aan een handreiking hoe op lokaal niveau men de eenzaamheidsaanpak kan monitoren en evalueren.

  • 8. Hoe is de nodige deskundigheid te bevorderen? De Christelijke Hogeschool Ede is dit jaar begonnen met een module over «aanpak eenzaamheid» voor professionals. Ik schaar me achter het advies van de WAC om het scholingsaanbod verder in te bedden in het bestaande opleidingsaanbod.

De WAC stelt een proces voor om met het veld tot een prioritering te komen van de onderzoeksvragen. Ik nodig de WAC uit om met een voorstel te komen om dit vorm te geven op een wijze die praktisch is en dicht bij de uitvoeringspraktijk ligt.

In het vijfde advies6 heeft de WAC duidelijkheid gegeven over de vergelijkbaarheid tussen verschillende prevalentiestudies, met name de vierjaarlijkse Gezondheidsmonitor7 en de Longitudinal Aging Study Amsterdam (LASA). Het advies gaat in op de knelpunten bij het vaststellen van één prevalentiecijfer van eenzaamheid. Geen enkele studie meet dé eenzaamheid en bovendien zijn er bij elk prevalentiecijfer kanttekeningen te plaatsen. Zeker nu Covid-19 invloed heeft gehad op de prevalentiecijfers, is het aanduiden van een eenduidige cijfermatige trendbreuk volgens de WAC niet mogelijk. De beoogde duidelijkheid over welke studie, welk aspect van prevalentie meet, kan dit advies helaas niet geven.

Daarom ben ik naar aanleiding van deze uitkomsten gesprekken gestart met de Gezondheidsmonitor en LASA over hoe de vergelijkbaarheid binnen de studies vergroot kan worden. Ik geef het RIVM de opdracht om de data uit de Gezondheidsmonitor beter vergelijkbaar te maken met het LASA onderzoek, zodat er volgend jaar op basis van beide onderzoeken een onderbouwde overkoepelende uitspraak over de prevalentie van eenzaamheid kan worden gedaan.

5.2 Uitgevoerd onderzoek

Om inzicht te verkrijgen in het effect van het coronavirus en de beperkende maatregelen op eenzaamheid onder ouderen, heb ik een aantal opdrachten voor onderzoek verstrekt. Ik heb LASA gevraagd een extra meting uit te voeren (bijlage 2)8. Hieruit blijkt een significante toename van emotionele eenzaamheid sinds het uitbreken van de pandemie, met name onder 75-plussers. Emotionele eenzaamheid is een gevolg van het ontbreken van een hechte, intieme sociale band. Ook de Participatiemonitor van het Nivel9, opgenomen in de bijlagen, onderschrijft dit.

Een onderzoeksteam van de Tilburg University10 heeft een studie verricht met de hoofdvraag: «Hoe gaan mensen om met social distancing-maatregelen van de overheid en wat zijn de gevolgen voor eenzaamheid?». Het rapport toont aan dat de kwaliteit van onze sociale contacten met het uitbreken van het virus is afgenomen. De eenzaamheid is significant toegenomen, hoewel dit per doelgroep verschilt. Er zijn verschillende manieren hoe mensen om kunnen gaan met eenzaamheid in deze periode (coping strategieën). Met name videobellen, tuinieren en mensen buitenshuis ontmoeten resulteerde mogelijk in een vermindering van eenzaamheidsgevoelens. Hoe vaak een coping strategie wordt ingezet hangt vaak af van iemands leeftijd; hoe ouder iemand is, hoe minder coping strategieën worden ingezet. De rapporten van de onderzoeken worden meegestuurd in de bijlagen11.

Deze uitkomsten zijn in overeenstemming met het meest recente advies van de Raad van Ouderen (opgenomen als bijlage)12. Ik heb een uitvraag gedaan aan de Raad welke initiatieven gerelateerd aan Covid-19 behouden moeten blijven. Daarover gaf de Raad van Ouderen een duidelijk advies; promoot en faciliteer een breder gebruik van beeldbellen en belcirkels. In de uitvraag onder de achterban van de Raad kwam duidelijk naar voren dat het bestrijden van eenzaamheid onder ouderen een prioriteit zou moeten zijn gedurende de beperkende maatregelen in verband met de coronacrisis. Ik heb het advies ter harte genomen en ben met andere departementen in gesprek hoe hier het beste uiting aan kan worden gegeven. Daarbij kijk ik ook naar de resultaten van de initiatieven uit de ZonMw-oproep die zich richten op belcirkels of beeldbelinitiatieven.

5.3 Ex-durante Beleidsevaluatie

Het programma wordt sinds september 2019 ex-durante geëvalueerd met de onderzoeksvraag of de opzet van het programma met de landelijke en lokale coalities bijdraagt aan de impact die we willen bereiken. Daarin wordt gekeken naar de doeltreffendheid en doelmatigheid. Middels een inhoudsanalyse, interviews en ronde-tafel-gesprekken zijn lokale coalities en landelijke betrokkenen van binnen en buiten het programma bevraagd. Bijgevoegd treft u het tweede evaluatierapport aan.

In algemene zin laat de tweede evaluatie zien dat het programma van grote meerwaarde is en zich in een stabiele fase vind. De aanbevelingen uit de eerste evaluatie ter harte heeft genomen en heeft omgezet in concrete aanpassingen, zoals hierboven is beschreven bij de nationale en lokale coalities. Het programma is een actieprogramma. Verandering door te doen, niet door beleid te maken. Samen werken, samen leren en samen ontwikkelen staat hierbij centraal. Kennis en expertise van veel partners wordt op deze wijze benut. Dat blijkt goed te werken. Het programma heeft zich in de coronacrisis bewezen als een eigenstandige kracht. De onderzoekers adviseren nu voorlopig, op basis van deze tweede evaluatie, om te streven naar het realiseren van een nieuwe situatie per 2023. Ik zal in 2021 in ieder geval het programma doorzetten en het eindrapport van de beleidsevaluatie afwachten voor de conclusie over 2022 en verder.

De belangrijkste aanbevelingen in het rapport geven aan om door te gaan op de ingeslagen weg:

  • Als uitdaging voor het programma en alle betrokken partijen zien de onderzoekers het in 2021 uitwerken van de opzet voor toekomstige duurzame aanpak van het bestrijden van eenzaamheid in Nederland. Inclusief de positionering, bemensing e.d. en de inhoudelijke invulling van het programma Eén tegen eenzaamheid. Om deze opzet vervolgens in het jaar 2022 te realiseren, met als doel dit per 2023 te laten functioneren.

  • In 2021 volgt de uitdaging om in te spelen op de eenzaamheids-problematiek in de na-corona periode. Als eenzame mensen zien dat andere mensen het «gewone» leven weer oppakken, kan dat een extra confrontatie met de eigen situatie opleveren. Dat levert voor het programma dus een extra uitdaging op om juist dan de inspanningen nog verder te vergroten.

  • Een punt van aandacht is de focus van het programma op ouderen. De huidige praktijk bij veel gemeenten laat zien dat het verkenning behoeft de focus in het programma te verbreden tot een levensbrede aanpak.

  • Er wordt intensief gewerkt aan het nog verder effectief maken van het functioneren van de Nationale Coalitie en het verder tot stand laten komen -waar nuttig- van koppelingen naar de lokale situaties. Aanbeveling is om dit door te zetten.

  • Veel lokale coalities hebben behoefte volgende stappen te zetten in netwerkvorming. Van «bij elkaar zitten» naar «echt samen werken» doorgroeien. Hier wordt vanuit het programma op verschillende manieren al ondersteuning bij geboden. Aanbeveling is de ondersteuning van lokale coalities die deze behoefte hebben waar mogelijk nog verder te intensiveren.

  • Lokale coalities hebben behoefte zich nog verder te ontwikkelen ten aanzien van het monitoren en evalueren van hun aanpak van eenzaamheid. Hier is vanuit het programma een (goed) begin van ondersteuning op aanwezig. Aanbeveling is de lokale coalities verder te blijven ondersteunen bij het ontwikkelen en realiseren van monitoring en evaluatie.

  • De adviseurs zijn van grote waarde voor de effectiviteit van het programma voor de lokale deelnemers aan het programma. Aanbeveling is vooral te blijven investeren in de kwaliteit van de adviseurs en hen optimaal te blijven faciliteren.

  • Voor de Wetenschappelijke Adviescommissie is nu vooral van belang dat een meerjaren onderzoeksprogramma tot stand komt. De WAC begeleidt het ontwikkelen hiervan en kan na besluitvorming de uitvoering hiervan ter hand nemen. Aanbeveling is dit proces vooral door te zetten.

De aanbevelingen zijn in lijn met het werkplan voor 2021. De uitvoering zal ik gaande weg blijven aanscherpen.

6. Financiële ondersteuning van interventies en initiatieven

6.1 Eerste subsidieronde ZonMw

Om de lokale aanpak van eenzaamheid te versterken ben ik een tweede subsidieregeling via ZonMw gestart. In de vorige voortgangsrapportage heb ik al de eerste pilotronde van de subsidieoproep met ZonMw vermeld en beschreven. Startende en bestaande lokale initiatieven konden binnen deze rondes een aanvraag doen voor de ontwikkeling, uitvoering en verspreiding van initiatieven gericht op het voorkomen of bestrijden van eenzaamheid onder 75-plussers. In de pilotronde zijn toen 35 bestaande en 25 nieuwe initiatieven gehonoreerd voor een totaal van € 800.000. Een procesevaluatie en het beschrijven van de aanpak via een handboek maken onderdeel uit van de projecten, zodat de geleerde lessen deelbaar zijn.

Door de maatregelen rondom Covid-19 konden veel activiteiten, vooral fysiek, niet doorgaan. Daarom hebben 29 pilotprojecten een verlenging van de subsidieperiode aangevraagd en 16 pilotprojecten hebben ook een wijzigingsverzoek ingediend om hun activiteit op een andere manier uit te voeren, in overeenstemming met de richtlijnen. Daarnaast heeft ZonMw samen met Movisie een wekelijks spreekuur ingericht ter ondersteuning van de projectleiders in het schrijven van de handboeken en de procesevaluaties. Zo worden mogelijke obstakels in de uitvoering van de initiatieven opgelost.

6.2 Tweede subsidieronde ZonMw

De tweede subsidieoproep is inmiddels uitgezet. De inrichting daarvan is op basis van de geleerde lessen uit de pilotronde. In de tweede oproep zijn de volgende stromen:

Stroom 1 «Beloftevolle interventies op weg naar erkenning»

Deze stroom heeft tot doel de doorontwikkeling en kwaliteitsontwikkeling van beloftevolle interventies en activiteiten die, in aansluiting op het WAC-advies, leiden tot toelating tot het erkenningstraject van een van de door de databanken erkende interventies te ondersteunen.

Het betreft een subsidie op uitnodiging aan interventie-eigenaren wiens eenzaamheidsinterventie door Movisie als «beloftevol» is aangemerkt in een voorstudie. Als eindproducten leveren de interventies een handboek op, een procesevaluatie en een afgeronde interventiebeschrijving. In deze stroom was in totaal € 467.500 subsidie beschikbaar voor maximaal 10 interventies. De beoordelingsronde wordt voor het eind van dit jaar afgerond.

Stroom 2 «Ondersteuning van de maatschappelijke beweging tegen eenzaamheid»

Deze stroom heeft als doel het stimuleren van de duurzame doorontwikkeling van de maatschappelijke beweging gericht op het signaleren, voorkomen en/of verminderen van sociale of emotionele eenzaamheid primair bij ouderen boven de 75 jaar. Bestaande initiatieven, zowel landelijke al lokaal, konden een subsidieaanvraag indienen voor de doorontwikkeling of uitbreiding van hun initiatief op locatie of een nieuwe locatie. Hierbij wordt met name aandacht besteedt aan de kennisoverdracht, publiek-private samenwerkingen en het verduurzamen en borgen van het initiatief.

In totaal was er oorspronkelijk € 800.000 (à maximaal € 40.000 per initiatief) subsidie beschikbaar voor deze stroom. Door de vele aanvragen die binnen zijn gekomen bij ZonMw ben ik in gesprek gegaan met ZonMw om het aantal aanvragen die gehonoreerd konden worden, te vergroten. Er is daarom een budgetophoging gedaan van 1,7 miljoen waardoor er ruimte was om 37 aanvragen extra te honoreren. De ZonMw beoordelingsprocedure loopt momenteel nog.

7. Tot slot

Het actieprogramma heeft haar noodzaak bewezen. Het programma heeft een duidelijke maatschappelijke beweging ingezet. Het vraagstuk eenzaamheid vraagt langdurige aandacht. De urgentie is de afgelopen tijd, in verband met de gevolgen van de coronacrisis alleen maar toegenomen. Voortbouwend op de versterkte infrastructuur, de continu groeiende beweging en de verkregen inzichten, zal ik komend jaar de ingezette acties voortzetten. De resultaten laten zien dat de aanpak van eenzaamheid gebaad is bij het actieprogramma.

De eenzaamheidgevoelens bij oudere én jonge mensen zijn dit jaar toegenomen. Dit jaar is eenzaamheid meer bespreekbaar geworden. Daarnaast laten buren, maatschappelijke initiatieven, gemeenten, bedrijfsleven een hele grote actiebereidheid zien, om daadwerkelijk iets te doen aan eenzaamheid. Dit geeft mij veel vertrouwen in een langdurige maatschappelijke beweging om eenzaamheid tegen te gaan.

Komend jaar zal ik op basis van bovenstaande uitkomsten en onderzoeksaanbevelingen het programma verder aanscherpen. In de ondersteuning aan gemeenten ga ik verder op de ingeslagen weg. Daarbij zal het programma blijven werken aan een verbinding tussen de nationale en de lokale coalities. De goede voorbeelden uit de ZonMw subsidieronden worden gedeeld met gemeenten. Ik zal de opzet van het programma verder verbreden naar het thema jongeren en eenzaamheid. De eerste stappen zijn daarvoor inmiddels gezet. Mijn ministerie ondersteunt de Stichting Join-us bij de aanpak eenzaamheid onder jongeren. Hier zal in 2021 een vervolg aan worden gegeven. Daarnaast zijn de adviseurs van het programma toegerust om gemeenten ook te kunnen helpen bij een verbreding van de aanpak naar jongeren. Het programma zal in zijn werkplan opnemen op welke wijze de aanpak van eenzaamheid onder jongeren verder kan worden vormgegeven. Ook werk ik komend jaar uit op welke wijze de aanpak eenzaamheid kan worden vastgehouden en voortgezet op de langere termijn.

Maar bovenal wil ik benadrukken dat ook komend jaar het verminderen van eenzaamheid begint met een klein gebaar naar de mensen om ons heen, want «een klein gebaar kan het verschil maken».

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstuk 29 538, nr. 252.

X Noot
2

SCP (2020), Welbevinden ten tijde van corona Van Tilburg, T. G., Steinmetz, S., Stolte, E., van der Roest, H., & de Vries, D. H. (2020). Loneliness and mental health during the COVID-19 pandemic: A study among Dutch older adults. The Journals of Gerontology: Series B.

X Noot
3

Van Tilburg, T. (2020). Verandering in prevalentie van eenzaamheid onder ouderen in de periode 1992–2020. Longitudinal Aging Study Amsterdam Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
4

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
5

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
6

4e WAC-advies – prevalentie.

X Noot
7

Uitgevoerd door het RIVM, de GGD en het CBS.

X Noot
8

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
9

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
10

Lodder, G., Van Scheppingen, M., De Caluwé, E., Reitz, A. (2020). Eenzaamheid voorkomen in een periode van social distancing (Covid-19).

X Noot
11

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
12

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven