29 453 Woningcorporaties

25 424 Geestelijke gezondheidszorg

Nr. 464 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 december 2017

Hierbij stuur ik u, mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), een reactie op de in september verschenen Corporatiemonitor Personen met Verward Gedrag van Aedes, vereniging van woningcorporaties. U heeft op 10 oktober 2017 om deze reactie gevraagd. U heeft verzocht in de reactie ook in te gaan op privacyaspecten bij huurders met verward gedrag.

Rapport Aedes

Aedes heeft in 2017 een enquête uitgevoerd onder 161 woningcorporaties (47% van alle corporaties) over overlast door huurders die verward gedrag vertonen. In 2015 verscheen de eerste corporatiemonitor over deze thematiek. Begin 2016 heeft mijn ambtsvoorganger op verzoek van uw Kamer reeds op de uitkomsten van die monitor gereageerd.1

De hoofdconclusies van de Corporatiemonitor van Aedes uit 2017 zijn:

  • Bijna alle ondervraagde corporaties hebben te maken met overlast door huurders met verward gedrag.

  • Verwaarlozing of vervuiling van de woning komen het vaakst voor.

  • Ondervraagde corporaties zien vooral verwarde personen met psychische problemen, corporaties geven aan in mindere mate in aanraking te komen met verward gedrag door een verstandelijke beperking, dementie of verslaving van huurders.

  • 80% van de ondervraagde corporaties geeft aan een toename van agressie en verward gedrag richting hun medewerkers te zien.

  • 99% van de ondervraagde corporaties geeft aan preventieve maatregelen tegen overlast van personen met verward gedrag te nemen.

  • 90% van de ondervraagde corporaties werkt samen met de politie, GGZ en gemeente. Ook maken veel corporaties afspraken in een huur/begeleidingscontract (77%), afspraken na incidenten met de huurder (74%), inzet van sociale wijkteams (63%) en training van medewerkers (57%).

Aedes geeft in haar corporatiemonitor aan dat, om overlast van personen met verward gedrag te voorkomen en aan te pakken, de corporaties samenwerken met diverse partners in de wijk zoals de politie, sociale wijkteams, gemeenten en GGZ-aanbieders. Corporaties maken in overgrote meerderheid afspraken met deze partijen over het huisvesten van de doelgroep. De ondervraagde corporaties zien als belangrijkste verbeterpunt voor de samenwerking met partners dat hulpverlening minder vrijblijvend zou moeten zijn.

Inzet van het Rijk

Ook het kabinet Rutte III zet de beweging om mensen met een psychische stoornis zo veel mogelijk mee te laten doen in de samenleving en stigmatisering tegen te gaan, door. Voor GGZ-cliënten die buiten een instelling wonen is een integrale aanpak nodig van gemeenten, zorgaanbieders en verzekeraars van zorg, ondersteuning, participatie, schuldaanpak, scholing en huisvesting, met aandacht voor de omwonenden. Zoals mijn ambtsvoorganger u eerder schreef is het kabinetsbeleid er op gericht burgers, gemeenten, woningcorporaties en zorgaanbieders in staat te stellen op het lokale niveau tot een aanpak van de problematiek van mensen met verward gedrag te komen. Door de decentralisaties van delen van de AWBZ en de herziening van de Woningwet zijn gemeenten meer dan voorheen in staat de regierol te vervullen door in een woonvisie ook de inzet van corporaties met betrekking tot het huisvesten van deze doelgroep op te nemen alsmede de inzet van de corporatie om het woongenot van haar huurders te garanderen. De aanpak van corporaties met betrekking tot preventie en vroegsignalering door de inzet van woonconsulenten en huismeesters in kwetsbare complexen kan bijvoorbeeld daarin een rol spelen. In de jaarlijkse prestatieafspraken tussen gemeente, corporatie en huurdersorganisatie kan concreet maatwerk afgesproken worden.

Corporaties zien het als een van hun kerntaken om kwetsbare groepen aan de maatschappij te laten deelnemen door het bieden van adequate huisvesting. Daarnaast hebben zij de taak om het woongenot van huurders te bewaken en zetten daarom veelal in op het voorkomen van overlast. Samenwerking op het lokale niveau met gemeenten, zorgaanbieders en waar nodig politie is hierbij van groot belang. In een eerdere brief2 aan uw Kamer is uiteengezet hoe het Rijk hier de lokale partijen bij ondersteunt. Het Rijk stimuleert deze samenwerking ook via het kennis- en experimentenprogramma Langer Thuis (uitgevoerd door Platform31) en het ondersteuningsprogramma Beschermd Wonen/Maatschappelijke Opvang.

Ook partijen uit het veld zitten niet stil. Binnen het actieprogramma «Weer Thuis!» van initiatiefnemers Federatie Opvang, de Vereniging Nederlandse Gemeenten, Aedes en het Leger des Heils wordt ingezet op het maken van regionale bestuurlijke afspraken ten aanzien van de uitstroom uit de Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen, waarbij aandacht is voor goede begeleidingsarrangementen voor mensen die zelfstandig (gaan) wonen en procesafspraken over bijvoorbeeld hoe om te gaan met woonoverlast.

Recent is het bestuurlijk instrumentarium voor de aanpak van ernstige woonoverlast uitgebreid met de Wet Aanpak Woonoverlast en de uitbreiding Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek (Wbmgp).

Schakelteam personen met verward gedrag

Bij de ondersteuning voor gemeenten, zorginstellingen en corporaties speelt het Schakelteam personen met verward gedrag een belangrijke rol bij de aanpak van woonoverlast door personen met verward gedrag. Dit Schakelteam is in 2016, in navolging van het Aanjaagteam Verwarde Personen, aangesteld om ervoor te zorgen dat overal in Nederland een goed werkende aanpak komt voor mensen met verward gedrag.

De verantwoordelijkheid voor het realiseren van een sluitende aanpak ligt bij alle betrokken ketenpartners, zowel lokaal als regionaal, onder regie van de gemeente. In het land wordt hard gewerkt aan deze aanpak, langs de lijnen van de negen bouwstenen van het Aanjaagteam (bijvoorbeeld op gebied van preventie, passende ondersteuning en informatievoorziening). Het Schakelteam faciliteert partijen hierbij en monitort de voortgang zodat tijdig kan worden bijgestuurd als er op onderdelen extra actie of versnelling nodig is. De inzet van het Schakelteam is dat elke gemeente en regio voor 1 oktober 2018 een goed werkende aanpak voor mensen met verward gedrag heeft.

Op 5 oktober 2017 is de tussenrapportage van het Schakelteam personen met verward gedrag3 aan uw Kamer aangeboden. De Staatssecretaris van VWS heeft u, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid (J&V) en in afstemming met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), BZK en Financiën, 24 november 2017 een inhoudelijke reactie op deze tussenrapportage gegeven.4

Het kabinet omarmt de oproep van het Schakelteam voor de beweging naar een inclusieve en een veilige samenleving. Dit vraagt om inzet van veel verschillende partijen. Aedes is betrokken bij het programma «personen met verward gedrag». Zo is zij aangesloten bij het «bureauoverleg», het periodieke brede afstemmingsoverleg van het Schakelteam.

Regie en doorzettingskracht

Aedes schrijft in haar Corporatiemonitor dat woningcorporaties zeggen goed te weten waar zij met signalen over huurders met verward gedrag terecht kunnen. Het ontbreekt echter aan regie en (probleem-)eigenaarschap volgens een deel van de ondervraagde corporaties. Ik acht het verstandig dat lokaal betrokken partijen sluitende afspraken maken over de regie en eventuele doorzettingskracht. Niet alle woningcorporaties benutten de mogelijkheden voor samenwerking al optimaal. 63% van de corporaties geeft bijvoorbeeld aan de wijkteams in te zetten bij huurders met verward gedrag, de rest nog niet.

In navolging van het advies over lokale doorzettingskracht5, werkt het Schakelteam op dit moment in overleg met Aedes casuïstiek uit, waarin een woningcorporatie gebrek aan regie en eigenaarschap heeft ervaren na het melden van overlast door een huurder. Deze casuïstiekbesprekingen beogen duidelijk te krijgen waar de knelpunten door veroorzaakt worden en welke oplossingen er mogelijk zijn. Uit de praktijk zijn ook initiatieven bekend waarbij samenwerking en regie tot de gewenste aanpak leiden. Het is zaak dat daar waar het partijen lukt om een goede samenwerking van de grond te krijgen, zij dit delen met anderen, zodat dit navolging kan krijgen.

Privacyaspecten

Volgens de door Aedes ondervraagde corporaties is het belangrijkste juridische knelpunt het niet kunnen delen van informatie in samenwerking met andere partijen door de Wet bescherming persoonsgegevens. Aedes geeft aan verder onderzoek te doen naar de juridische knelpunten rondom informatie-uitwisseling. Als samenleving hechten we belang aan het waarborgen van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Ik verwacht echter niet dat wet- en regelgeving het delen van informatie over personen met verward gedrag tussen diverse partijen in de weg staat. Wel herken ik het signaal dat informatiedeling tussen verschillende domeinen lastig is. Dat is ook een van de bevindingen die het Schakelteam personen met verward gedrag heeft opgenomen in zijn tussenrapportage die u op 5 oktober 2017 is aangeboden. Samen met collega’s van de Ministeries van VWS en JenV onderzoeken medewerkers van mijn ministerie op dit moment hoe ook de rijksoverheid Aedes bij de ontwikkeling van praktische werkwijzen bij gegevensdeling kan ondersteunen. Het handvat «gegevensdeling in zorg- en veiligheidsdomein», dat dit jaar is uitgebracht, geeft voor partijen een helder inzicht in de geldende wet- en regelgeving en kan zorgen voor meer eenduidigheid bij de ontwikkeling van een gemeenschappelijke basis voor domein-overstijgende gegevensuitwisseling. We onderzoeken momenteel de mogelijkheid van verbreding van het handvat buiten de context van de zorg- en veiligheidshuizen, onder meer naar het woondomein. Een dergelijk instrument kan de corporaties helpen in hun dagelijkse praktijk.

De beweging naar een inclusieve en een veilige samenleving vraagt om inzet van veel verschillende partijen. Het gedrag van sommige personen kan voor overlast voor omwonenden zorgen. Goede communicatie tussen de persoon me verward gedrag en de betrokken organisaties, tussen de betrokken organisaties onderling maar ook in de communicatie naar de omwonenden, is essentieel. De regering ziet dat daar lokaal aandacht voor is. Het is een blijvend gespreksonderwerp tussen gemeenten en woningcorporaties om zich in te blijven zetten voor deze doelgroep. Mijn collega’s en ik blijven de ontwikkelingen volgen en waar nodig partijen hier ondersteuning bij bieden.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Kamerstukken 29 453 en 25 424, nr. 415

X Noot
2

Kamerstuk 29 453 en 25 424, nr. 415

X Noot
3

Kamerstuk 25 424 nr. 375

X Noot
4

Kamerstuk 25 424 nr. 377

X Noot
5

Bijlage bij Kamerstuk 25 424, nr. 368

Naar boven