29 446 Uitvoering Flora- en Faunawet

Nr. 97 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 december 2017

In het ordedebat van 25 oktober 2017 (Handelingen II 2017/18, nr. 14, item 4) heeft uw Kamer verzocht om een brief waarin ik een reactie geef op de berichten in de media dat roofvogels in Nederland zijn vergiftigd of afgeschoten. Over dit onderwerp zijn door de heer Futselaar (SP) ook schriftelijke vragen gesteld, waarvan ik de beantwoording heden separaat aan u heb toegezonden Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 576). In deze brief geef ik algemene achtergrondinformatie over het illegaal doden van vogels in Nederland.

De basis voor de berichten in de media van de afgelopen weken vormt het rapport «Review of illegal killing and taking of birds in Northern and Central Europe and the Caucasus» dat onlangs is gepubliceerd door Birdlife Europe1. Dit is het overkoepelende orgaan van vogelbeschermingsorganisaties in Europa; Vogelbescherming Nederland is bij Bird Europe aangesloten.

In genoemd rapport worden per land vijf soorten vogels genoemd die het meest slachtoffer zijn van het illegaal aan de natuur onttrekken of doden. Voor Nederland zijn dat buizerd, grauwe gans, knobbelzwaan, putter en vink. Al deze soorten zijn wettelijk beschermd op grond van de Wet natuurbescherming (en voor 1 januari 2017 de Flora- en faunawet).

Ten aanzien van grauwe gans en knobbelzwaan merk ik op dat deze wettelijk zijn beschermd, maar dat provincies vrijstelling of ontheffing kunnen verlenen voor het vangen of doden van beide soorten vanwege schade aan land- en tuinbouw en de risico’s voor de (lucht)verkeersveiligheid. Niet uitgesloten is dat er soms een knobbelzwaan of grauwe gans wordt gevangen of gedood zonder daartoe gerechtigd te zijn, maar uit informatie van handhavende instanties blijkt dit in ons land slechts incidenteel plaats te vinden.

Ten aanzien van putter en vink geldt dat deze soorten (traditioneel) worden gehouden door vogelliefhebbers. Betreffende vogels moeten dan wel in gevangenschap zijn geboren en voorzien zijn van een rechtsgeldige pootring. In het verleden werden putter en vink ook wel in de vrije natuur gevangen. Dankzij inzet van handhavende instanties komt het illegaal vangen nog slechts sporadisch voor.

Wat betreft het illegaal doden van de buizerd en andere roofvogels het volgende: De Stichting Werkgroep Roofvogels Nederland publiceert jaarlijks een overzicht van geschoten of vergiftigde roofvogels en vernielde nesten van roofvogels. Want helaas komt dat ook thans nog voor. Ik beschouw dit als een ernstige zaak, niet alleen omdat het hier overtredingen van de wet betreft, maar ook omdat dit een bedreiging vormt voor de stand van roofvogels die een belangrijke functie in het ecosysteem hebben.

Handhavende instanties als politie, Omgevingsdiensten en buitengewone opsporingsambtenaren (boa’s) bij terreinbeherende organisaties zien toe op naleving van de regels in het buitengebied. Heterdaadbetrappingen zijn evenwel niet eenvoudig vast te stellen, zelfs niet bij intensieve controles.

In de brief van de Minister van Veiligheid en Justitie van 19 februari 20162 is opgemerkt dat boa’s in dienst van particuliere eigenaren van natuurgebieden overeenkomstig de boa’s in de openbare ruimte een plaats in het stelsel van toezicht en handhaving hebben. Met de werkgevers van deze zogenoemde groene boa’s wordt gewerkt aan een verdere invulling van afspraken over inzet en samenwerking in de buitengebieden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven