26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Nr. 334 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2014

In mijn brief van 21 februari jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over de opzegging door KPN van de verplichting tot het verzorgen van de universele dienst-voorzieningen (gedrukte en elektronische) telefoongids en abonnee-informatiedienst.1 In de brief heb ik aangegeven te onderzoeken op welke manier in de toekomst aan de universele dienst-verplichtingen kan worden voldaan, gelet op het feit dat de markt voor informatieverstrekking over contactgegevens voor telefoondiensten ingrijpend is gewijzigd. In het Algemeen Overleg Telecommunicatie op 27 maart jl. heb ik voorts toegezegd de Kamer te informeren over mijn afweging inzake het voortbestaan van de papieren telefoongids.2 Op 1 juli jl. heeft de Kamer de motie De Liefde-Vos aangenomen.3 De motie verzoekt in overleg met de telecomsector af te spreken hoe de wettelijke verplichting voor de papieren telefoongids zal worden uitgefaseerd, waarbij gekeken wordt naar de beschikbaarheid van nummerinformatie voor doelgroepen en het economische belang van de papieren gids voor ondernemers. De motie verzoekt tevens de Kamer te informeren over de uitkomsten van het overleg en de te nemen stappen. Met deze brief geef ik invulling aan deze toezegging en motie.

Zoals ik in mijn brief van 21 februari jl. aangaf, heeft een aantal ontwikkelingen geleid tot een afnemend belang van zowel gidsen als abonnee-informatiediensten. Het gebruik van de diensten is afgenomen en de verwachting is dat deze trend in de toekomst zal doorzetten. Ontwikkelingen in dit kader zijn de snelle groei van informatieverstrekking over contactgegevens via internettoepassingen, de opkomst van alternatieve communicatiemethoden zoals e-mail en sociale media (waarbij andere identificatiegegevens dan het telefoonnummer worden gebruikt) en de ontwikkeling dat veel eindgebruikers hun (mobiele) telefoonnummers niet langer via gidsen of informatiediensten kenbaar willen maken.

Desalniettemin wordt de gedrukte gids in 2014 maandelijks nog door 2,5 miljoen unieke gebruikers geraadpleegd. In deze groep is het aantal personen boven de 55 jaar in niet-stedelijke gebieden relatief hoog. Het bezit van een smartphone met internettoegang en een laptop is onder deze gebruikers relatief laag. In 2014 gebruikt 41,3% van de Nederlandse bevolking van 18 jaar en ouder de gedrukte telefoongids minimaal een keer per jaar; 5,5 miljoen gebruikers. De papieren gids wordt in 2014 in een oplage van 5,4 miljoen gidsen verspreid. In 2011 was het aantal unieke gebruikers per maand 3,4 miljoen en gebruikte 48,9% van de Nederlandse bevolking van 18 jaar en ouder de gedrukte telefoongids minimaal een keer per jaar; 6,4 miljoen gebruikers. Er is een verschuiving te zien in het raadplegen van de gedrukte telefoongids ten gunste van online en mobiele platformen (respectievelijk 5,2 miljoen en 3,8 miljoen bezoeken per maand voor www.detelefoongids.nl).4

In het licht van deze ontwikkelingen, heb ik besloten de Telecommunicatiewet te wijzigen, zodat het mogelijk wordt om een universele dienst-verplichting betreffende een telefoongids voor eindgebruikers te beperken tot een gids in gedrukte vorm óf in elektronische vorm. Ik neem deze wijziging mee in een verzamelwetsvoorstel dat ik in voorbereiding heb, met diverse wijzigingen van de Telecommunicatiewet. Ik streef er naar dit wetsvoorstel in het voorjaar van 2015 bij uw Kamer in te dienen.

De verplichting van KPN tot het verzorgen van de betreffende universele dienst-voorzieningen vervalt per 21 februari 2015.5 Door de markt zal echter ook de komende periode in deze voorzieningen worden voorzien, zonder dat sprake is van een nieuwe aanwijzing van een onderneming op basis van de Telecommunicatiewet voor het verzorgen ervan.

Voor de gedrukte telefoongids zijn hierover afspraken gemaakt met het bedrijf DTG (dat de gedrukte telefoongids nu in opdracht van KPN verzorgt) en KPN. DTG blijft de gedrukte telefoongids uitgeven zolang er voldoende vraag naar bestaat van gebruikers en adverteerders, in ieder geval tot eind 2017. Op deze wijze blijft deze informatievoorziening voor de huidige gebruikersgroep van de gids beschikbaar en blijft het voor de huidige 130.000 adverterende ondernemers mogelijk via de gedrukte gids lokaal en regionaal te worden gevonden. Na 2017 ligt de keuze voor het uitgeven van de gedrukte gids, al dan niet landelijk of alleen nog in bepaalde regio’s, bij de markt (DTG of iedere andere eventueel geïnteresseerde marktpartij). DTG zet daarbij het nieuwe distributiebeleid dat in 2013 is ingezet voort. Dit houdt in dat de distributie van de gedrukte telefoongids niet automatisch meer huis-aan-huis geschiedt maar op adres. Niet gebruikers van de gids kunnen zich afmelden. DTG houdt een aan- en afmeldingenregister bij met als doel de gids zo veel mogelijk te distribueren onder gebruikers die daar nog behoefte aan hebben.

Ik vind het van groot belang dat er goede alternatieven beschikbaar zijn en blijven voor de gedrukte telefoongids. De voorgestelde verruiming van de Telecommunicatiewet laat onverlet dat tenminste een elektronische gids en een telefonische abonnee-informatiedienst beschikbaar dienen te zijn. Nummerinformatie blijft dus in ieder geval beschikbaar via het internet en kan daarnaast telefonisch worden opgevraagd indien men niet over internet beschikt. Vooralsnog wordt door de markt voorzien in elektronische gidsen en telefonische abonnee-informatiediensten en is geen wettelijke aanwijzing nodig van een onderneming die deze universele dienst-voorzieningen verzorgt. Er zijn meerdere elektronische gidsen beschikbaar op het internet en er zijn meerdere abonnee-informatiediensten die men kan bellen.6

Vanaf februari volgend jaar kunnen zowel gidsen als abonnee-informatiediensten de abonnee-informatie van telefonieaanbieders verkrijgen via de Vereniging COIN, een samenwerkingsverband van telecomaanbieders. Dit is tot nu verzorgd door KPN. Hiermee is door de markt gewaarborgd dat de abonnee-informatie op een efficiënte manier ter beschikking wordt gesteld aan gidsen en abonnee-informatiediensten en door deze diensten kan worden ontsloten voor eindgebruikers.

Ik blijf de beschikbaarheid van elektronische gidsen en abonnee-informatiediensten monitoren. Als de beschikbaarheid, betaalbaarheid of kwaliteit van (een van) deze twee universele dienst-voorzieningen in het gedrang zou komen, kan dit alsnog aanleiding zijn voor een aanwijzing van een onderneming voor het verzorgen ervan op basis van de wet.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Kamerstuk 29 502 nr. 113.

X Noot
2

Kamerstuk 24 095 nr. 367.

X Noot
3

Kamerstuk 24 095 nr. 370.

X Noot
4

Gebruiksmonitor DTG, TNS Nipo.

X Noot
5

KPN kan deze verplichting op grond van artikel 20.1 van de Telecommunicatiewet opzeggen, waarna de verplichting een jaar na opzegging komt te vervallen.

X Noot
6

Er zijn thans 24 abonnee-informatienummers actief. Daarvan nemen 1888 en 1850 verreweg het meeste belvolume voor hun rekening. De belangrijkste elektronische gidsen zijn www.detelefoongids.nl en www.telefoonboek.nl.

Naar boven