25 883 Arbeidsomstandigheden

Nr. 351 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juli 2019

In het kader van de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) is op 4 december 2018 een amendement van de Christen Unie (lid Bruins) aangenomen1, waarmee 1 mln. euro wordt vrijgemaakt om veilig en gezond werken in de landbouwsector te bevorderen. Via deze brief infomeer ik uw Kamer over de uitwerking van dit amendement.

Achtergrond van het amendement is de ambitie om ernstige ongevallen en arbeidsgerelateerde gezondheidsklachten – zoals fysieke belasting of klachten als gevolg van agrarische stoffen- in de sector verder terug te dringen. Om deze ambitie waar te kunnen maken is er ook extra aandacht nodig voor doelgroepen die geen vaste of directe werkgever-werknemer relatie hebben (zoals meewerkende gezinsleden, zzp’ers, seizoenskrachten, arbeidsmigranten en vrijwilligers). Ondanks het feit dat er in de sector veel gewerkt wordt met deze doelgroepen, bereikt de informatie over veilig en gezond werken hen onvoldoende. Ook is er voor deze doelgroepen geen automatische toegang tot arbogerelateerde zorg.

De afgelopen maanden zijn gesprekken gevoerd met belangrijke partners uit de sector (waaronder Stigas, werkgevers- en werknemersorganisaties in bijvoorbeeld de glastuinbouw en de gemeente Westland) om gezamenlijk te verkennen hoe de extra middelen die via het amendement vrijkomen ingezet kunnen worden om effectief bij te dragen aan bovenstaande doelstellingen. Met genoegen deel ik u mee dat deze gesprekken geleid hebben tot een gezamenlijk, breed gedragen plan van aanpak.

Het plan met een doorlooptijd tot en met 2021, omvat initiatieven op drie onderdelen:

  • 1. Probleemanalyse:

    • een (kort) voorbereidend onderzoek om inzicht te vergroten hoe en met welke boodschap bovenstaande doelgroepen in de landbouwsector effectiever bereikt kunnen worden. De uitkomsten worden gebruikt bij het verder vorm geven van de initiatieven op de onderdelen twee en drie.

  • 2. Voorlichting en preventie:

    • een communicatiecampagne over veilig en gezond werken, specifiek gericht op bedrijven die werken met de eerdergenoemde doelgroepen.

    • ondersteuning van werkgevers en werkenden bij preventie op de werkvloer: het gaat om onder meer gerichte voorlichting en het stimuleren van de toepassing van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Ook worden trainingen gegeven en worden toolkits voor de verschillende doelgroepen ontwikkeld met praktische instrumenten voor preventie.

    • voorlichting en preventie in verband met het werken met gewasbeschermingsmiddelen. Dit initiatief sluit aan bij het beleid uit de tweede nota duurzame gewasbescherming periode 2013–2023 («Gezonde Groei, Duurzame Oogst»)2. Over de stand van zaken wat betreft de uitvoering van deze nota wordt uw Kamer binnenkort apart geïnformeerd door mijn ambtgenoten van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Infrastructuur en Waterstaat, mede namens mijzelf.

    • 3. Experimenten: een aantal pilots waarbij geëxperimenteerd wordt met nieuwe manieren om gezond, veilig en ook eerlijk werken te bevorderen. Het gaat daarbij om de volgende initiatieven:

      • 1. een pilot ter verbetering van de samenwerking tussen huisartsen en bedrijfsartsen in de landbouwsector;

      • 2. een pilot waarbij via een innovatieve aanpak geprobeerd wordt om werkenden (arbeidsmigranten) en werkgevers in de glastuinbouw beter te bereiken op de thema’s eerlijk, veilig en gezond werk;

      • 3. een pilot in de gemeente Westland om arbeidsmigranten beter te informeren en te activeren om hun rechten op het gebied van eerlijk, gezond en veilig werk te kennen en hier gebruik van te maken.

Een aantal van bovenstaande initiatieven is specifiek gericht op het beter bereiken en voorlichten van arbeidsmigranten. Deze initiatieven maken onderdeel uit van een breder pakket aan maatregelen van het kabinet om misstanden bij arbeidsmigranten tegen te gaan en hen beter voor te lichten over hun rechten op onze arbeidsmarkt. Uw Kamer is hierover geïnformeerd bij brief d.d. 21 juni 2019.

De eerdergenoemde partners uit de sector gaan bovenstaande initiatieven in overleg met mij de komende periode verder uitwerken en vormgeven.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark


X Noot
1

Kamerstuk 35 000 XV, nr. 31; Handelingen II 2018/19, nr. 27

X Noot
2

Kamerstuk 27 858, nr. 146

Naar boven