25 424 Geestelijke gezondheidszorg

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 526 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 maart 2020

De crisis rondom Covid-19 raakt iedereen. Dat geldt zeker ook op het vlak van de mentale gezondheid. De maatregelen die landelijk genomen zijn om besmettingsgevaar te reduceren leiden tot allerlei gevolgen voor de psychische gesteldheid van mensen. Veel mensen die zorg ontvangen in de ggz, inclusief voorzieningen voor beschermd wonen, zijn extra kwetsbaar door de situatie waarin ze verkeren. De ggz heeft met een diversiteit aan problemen te maken als gevolg van de huidige crisissituatie.

Wij zijn intensief in contact met partijen in de ggz, zoals met cliënten- en naastenorganisatie MIND, de beroepsverenigingen, de koepels van zorgaanbieders en andere partijen zoals financiers van de ggz. We krijgen signalen van ggz-aanbieders dat de continuïteit van zorg voor bestaande cliënten in het gedrang kan komen door onder meer ziekte van zorgprofessionals en een gebrek aan beschikbare persoonlijke beschermingsmiddelen. Maar ook mensen die nog niet in zorg zijn vanwege een psychische aandoening kunnen het psychisch zwaar krijgen in een tijd waarin alles anders voelt en waarbij de normale dingen, zoals sociale contacten, opeens niet of minder plaats hebben in het dagelijks leven. Veel partijen maken zich daar zorgen over en ook ik signaleer dat de mentale gevolgen van deze tijd niet te overschatten zijn.

Ik vind het daarom van essentieel belang om hier goed aandacht voor te hebben. Uw Kamer ziet ook de risico’s voor de mentale gezondheid en voor de zorg voor en opvang van kwetsbare mensen. U heeft per motie verzocht om met een noodplan voor de ggz te komen. Met de hieronder beschreven inzet van VWS en tal van veldpartijen en professionals wordt naar mijn oordeel voldaan aan de wens die is geformuleerd in het dictum van de motie van het lid Ouwehand c.s. (Kamerstuk 25 295, nr. 154).

Op dit moment werkt het ministerie op alle fronten hard aan het zo goed mogelijk zorgdragen voor een gezond en veilig Nederland, ook en misschien wel juist in deze tijd van crisis. Ggz en mentale gezondheid zijn van vitaal belang voor de individuele mens, maar ook voor de maatschappij als geheel. Daarom maakt ggz nadrukkelijk onderdeel uit van de nationale crisisaanpak.

Allereerst wil ik aangeven dat de ggz zo goed mogelijk door moet gaan. Zorgverleners in de ggz kunnen hun werk blijven doen, waarbij de richtlijn van het RIVM gevolgd kan worden. Zorgaanbieders, cliëntenorganisaties en beroepsorganisaties bieden via hun websites gerichte informatie voor de betreffende doelgroepen. Veldpartijen in de ggz werken nu bovendien gezamenlijk aan een doorvertaling van de RIVM-richtlijn specifiek voor toepassing in de ambulante en intramurale ggz, in samenspraak met het RIVM en Ministerie van VWS. Deze doorvertaling is op korte termijn gereed en gaat ook in op het ontvangen van bezoek en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, waar in deelsegmenten van de ggz een urgente behoefte aan is. We dragen er zo met elkaar aan bij dat mensen in kwetsbare posities hulp kunnen blijven krijgen. In deze moeilijke tijden moeten we extra aandacht hebben voor de zorg voor deze mensen.

Daarnaast heeft het ministerie een infrastructuur opgezet met relevante partijen, waarin overleg plaatsvindt, acties worden besproken, en opgepakt, signalen worden opgehaald en naar oplossingen wordt gezocht. Deze partijen zijn veelal zelf al hard aan de slag gegaan om hun achterbannen, leden en de hele bevolking te steunen in deze moeilijke tijd. Dat waardeer ik zeer.

Ik licht u hieronder in grote lijnen toe welke acties het ministerie onderneemt op het gebied van ggz en mentale gezondheid in deze tijd van het coronavirus.

Beeld IGJ

De IGJ houdt contact met ggz-instellingen en organisaties daar omheen. Daarnaast ontvangt de IGJ signalen en meldingen via het Meldpunt. Hieruit komt het volgende beeld naar voren: het ziekteverzuim onder medewerkers is iets verhoogd. Vooral op de intramurale afdelingen neemt de werkdruk toe. De geluiden van instellingen over beschikbaarheid van beschermingsmaterialen laten een wisselend beeld zien: van nog voldoende- tot een verwacht tekort aan persoonlijke beschermingsmiddelen. In overleg met de GGD worden de meest kwetsbare patiënten getest. In enkele ggz-instellingen zijn besmettingen zowel bij personeel als bij patiënten vastgesteld. De ggz-instellingen beperken zoveel mogelijk de face-to-face contacten in de poliklinische en ambulante zorg. Patiënten zijn telefonisch en via beeldbellen benaderd. Daarbij wordt gevraagd wat ze nodig hebben om de komende weken door te komen. Waar persoonlijk contact noodzakelijk is, vindt dat ook met de nodige voorzorgsmaatregelen plaats. Crisisdiensten zijn uitgebreid, hier kunnen de patiënten met acute zorgvragen terecht. Verder beperken ggz-instellingen het verlenen van verlof aan patiënten en zijn bezoekersregelingen ingeperkt.

Crisisstructuur specifiek voor ggz en mentale gezondheid

Dagelijks voer ik overleg met het «crisisteam corona&ggz» van VWS en bekijken we de situatie, wat er nodig is en bewaken we de verbinding met de brede landelijke crisisaanpak.

Wekelijks vindt er overstijgend «coördinerend overleg corona&ggz» plaats met veldpartijen uit de ggz. Hierbij zijn in het overleg aangesloten: MIND, GGZ Nederland, Valente, NVvP, LVVP, NIP, V&VN, P3NL, ZN, VNG en Dienst Justitiële Inrichtingen. Naar gelang noodzaak en behoefte kan de samenstelling van dit beraad worden uitgebreid. Het overleg staat onder regie van het Ministerie van VWS.

Daaronder zijn vanaf deze week vijf werkgroepen geïnstalleerd die van start zijn gegaan en twee keer per week bij elkaar komen. De thema’s van de werkgroepen zijn: 1) preventie en mentale gezondheid – het public health perspectief, 2) ambulante, reguliere ggz, 3) intramurale ggz, 4) acute psychiatrie/verplichte ggz en 5) beschermd wonen en maatschappelijke opvang. In de werkgroepen nemen de voor die thema’s relevante partijen zitting, met inbegrip van deelname door het Ministerie van VWS. Deelonderwerpen die voor iedere werkgroep op de agenda staan zijn: zorginhoudelijke monitoring/risico’s, personele situatie en beschikbaarheid beschermings-, hulp- en geneesmiddelen.

Samen met deze partijen ontwikkelen we een daadkrachtige aanpak om ervoor te zorgen dat mensen die ggz nodig hebben niet aan hun lot worden overgelaten. Denk hierbij aan handvatten om reguliere zorg door te laten gaan, behandeling op afstand te laten plaatsvinden en de inzet van platforms voor lotgenoten. Via diverse kanalen, zoals ledennieuwsbrieven van brancheorganisaties en social media worden goede voorbeelden verspreid. Innovatieve methoden met betrekking tot zorg op afstand (zoals beeldbellen of applicaties voor e-mentalhealth) worden ingezet. Natuurlijk kan dat niet altijd maar vaak is het een goede (tijdelijke) oplossing.

Voorts monitor ik door middel van deze werkgroepen en het overstijgend overleg hoe de aanpak wordt vormgegeven en welke nieuwe onderwerpen zich aandienen om op te acteren.

Naast deze sectorspecifieke crisisstructuur vindt er op dagelijkse basis hoogfrequent overleg plaats tussen veldpartijen en het Ministerie van VWS. We beantwoorden in dit verband spoedvragen, leiden signalen en vragen door en faciliteren in het organiseren van urgente oplossingen.

Deze aanpak stelt de sector en mij in staat om zo goed mogelijk te interveniëren met betrekking tot de problemen die ook in de ggz ontstaan als gevolg van de huidige crisis.

Financiële component ggz

De economische maatregelen die het Kabinet heeft gepresenteerd gelden ook voor zorgaanbieders. Door het Ministerie van VWS, de NZa en de financiers van zorg in Nederland wordt daarnaast gezamenlijk opgetreden om de zorgcontinuïteit te waarborgen. Ook voor de sector ggz worden maatregelen getroffen, die soms generiek van karakter zijn maar mogelijk ook specifieke elementen kunnen bevatten.

Ik zie dat deze crisis een enorme solidariteit en flexibiliteit naar boven brengt, ook bij de partijen in de ggz. Psychiaters, psychologen, verpleegkundigen, ervaringsdeskundigen en andere betrokkenen verdienen een groot compliment voor hun geweldige inzet voor mensen met psychische nood. Ik ben daardoor geraakt en het doet mij goed om te zien dat er al veel acties voortvarend worden opgepakt.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis

Naar boven