25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 154 MOTIE VAN HET LID OUWEHAND C.S.

Voorgesteld 18 maart 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in de geestelijke gezondheidszorg mensen afhankelijk zijn van dag-tot-dagzorg, waarbij menselijk contact noodzakelijk en soms zelfs van levensbelang is;

constaterende dat door de maatregelen tegen het coronavirus er onduidelijkheid is ontstaan over hoe deze zorg kan worden voortgezet;

verzoekt de regering, met een noodplan ggz te komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ouwehand

Hijink

Asscher

Kuzu

Van der Staaij

Krol

Wilders

Baudet

Van Kooten-Arissen

Naar boven