25 232 Voetbalvandalisme

Nr. 76 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 januari 2024

De afgelopen periode heb ik samen met de KNVB, Eredivisie CV, Coöperatie Eerste Divisie, de clubs, spelers, trainers, scheidsrechters, supporters, Openbaar Ministerie, politie en gemeenten hard gewerkt aan de aanpak van voetbal gerelateerd geweld en ongeregeldheden. Samen richten deze partijen zich op één doel: dat echte voetballiefhebbers op een gastvrije en veilige manier in de stadions kunnen genieten van deze prachtige sport en dat relschoppers in beeld zijn, gepakt en gestraft worden.

Inmiddels hebben we meer inzicht in de resultaten van de aanpak. In deze brief zal ik eerst aangeven welk beeld wij hebben op basis van rapportages van de politie, het OM, de KNVB, onderzoeken van het Auditteam Voetbal en Veiligheid en het onderzoek «Van voetbalrellen leren» van Bureau Beke. Vervolgens zal ik aangeven wat de gezamenlijke partners ondernemen om het onacceptabel gedrag van relschoppers tegen te gaan. Verder vindt u in deze brief een korte samenvatting van de rapporten en onderzoeken en geef ik u een update rondom de digitale meldplicht.

Deze brief stuur ik mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Beleidsreactie

Zoals het Auditteam Voetbal en Veiligheid in haar rapport «Evaluatie incidenten en ongeregeldheden seizoen 2022–2023»1 opmerkt, heeft het seizoen 2022–2023 incidenten gekend die het beeld oproepen dat de veiligheid in de stadions onder druk staat. Het gaat hier om incidenten waarbij spelers zijn belaagd, waar vuurwerk op het veld werd gegooid en waarbij er ongeregeldheden hebben plaatsgevonden tussen supporters in en om het stadion. Ook kenmerkt het seizoen 2022–2023 zich door enkele stilleggingen van wedstrijden vanwege het gooien van voorwerpen op het veld, zeker nadat de KNVB de regels daaromtrent na 6 april 2023 aanscherpte. Er zijn heftige incidenten geweest rondom Europese wedstrijden. Deze gebeurtenissen hebben tot veel aandacht in de media en politiek geleid. Hierdoor is een beeld ontstaan dat het slechter gaat met de veiligheid rondom het betaald voetbal in Nederland.

Echter, alles overziend lijken bovengenoemde cijfermatige rapportages en de onderzoeken te impliceren dat onze Nederlandse aanpak een begin van een positief effect heeft. Het aantal incidenten in het seizoen 2022–2023 ligt lager dan een seizoen eerder. Daarnaast is de pakkans groter geworden, mede door het werk van de KNVB Taskforce en worden steeds meer zaken strafrechtelijk vervolgd.

Helaas hebben we ook afgelopen seizoen te maken gehad met een aantal heftige geweldsincidenten. Dit is altijd onacceptabel. Het vergt nog steeds forse politie-inzet en dit moet omlaag. We kunnen zeggen dat de tussenstand voorzichtig positief is, maar de wedstrijd nog niet gewonnen. Deze trend moet namelijk over een langere periode worden voortgezet. Hierbij blijft gelden: ieder incident is er één te veel.

Dit sterkt mij om door te gaan met de maatregelen die ik in de brief van 28 september jl.2 heb benoemd. De aandachtspunten uit de rapportages en het onderzoek sluiten hier namelijk goed op aan en zullen geactualiseerd worden in lijn met de uitkomsten van de rapporten. De informatie over bijvoorbeeld de nieuwe aanwas onder de supportersgroepen, geduid in het onderzoek van Bureau Beke, is daarbij heel relevant.

De stevige en gezamenlijke inzet wordt langs vier thema’s vormgegeven, onder meer gebaseerd op de lessen die we hebben opgehaald uit het Verenigde Koninkrijk. De vier thema’s waarop de maatregelen zich richt zijn: een harde aanpak van individuen en groepen die zich misdragen; ruimte voor en samenwerking met supporters; bevorderen inclusiviteit en inzetten op een sterke governance en wedstrijdorganisatie.

Concreet betekent dit dat wij maatregelen nemen die de weerbaarheid van betaaldvoetbalorganisaties verder versterken. Voorbeelden hiervan zijn een norm tegen agressie en geweld en weerbaarheidstrainingen voor de bestuurders van de betaaldvoetbalorganisaties. Daarnaast start in de loop van 2024 mijn ministerie, de politie en het OM, in samenwerking met onder andere de KNVB en nader te bepalen clubs en gemeenten, een zogenoemde Fieldlab om tot vernieuwde inzichten te komen ten behoeve van het bevorderen van de weerbaarheid.

Andere onderdelen uit het versterkingsplan zoals het actualiseren van het plan van aanpak rondom vuurwerk, het versterken van de stewardorganisaties bij de clubs en het afdwingen van verbetermaatregelen via licentie- of vergunningseisen door de KNVB en gemeenten zijn in lijn met de conclusies en aanbevelingen in de rapporten. Zo is in het gemeentelijk handelingskader meer aandacht gekomen voor een gedegen wedstrijdorganisatie, inclusief een eenduidige wijze van aanpak van zich collectief en anoniem misdragend uitpubliek. De malus-/bonusregeling ziet in dat geval op een reductie van 50% van de aantallen uitpubliek, bij herhaling gevolgd door het niet toelaten van uitpubliek. In samenwerking met supporters zal er gewerkt worden aan een programma «communicatie en educatie» met aandacht voor supportersbetrokkenheid, een gezamenlijk normenkader en gezamenlijke communicatie. Supporters zullen ook meer worden betrokken bij de wedstrijdvoorbereiding van de lokale drie- en vierhoek, waarbij het na afloop evalueren net zo belangrijk is.

Naast een intensivering op de persoonsgerichte aanpak van relschoppers, wordt ook een groepsgerichte aanpak op de «nieuwe aanwas» ontwikkeld. De politie is tevreden met het rapport van Bureau Beke en herkent de constatering dat er een nieuwe groep relschoppers is ontstaan waar onvoldoende zicht op is. De politie neemt daarom de suggestie om te werken aan een goede informatiepositie met betrekking tot supportersgroepen, waaronder de nieuwe aanwas, mee in haar aanpak. Het rapport biedt aanknopingspunten voor meerdere partijen en is gedeeld met de partners uit de Regiegroep Voetbal en Veiligheid. De suggesties en aanbevelingen sluiten goed aan bij de maatregelen die ik in de brief van 28 september jl. heb benoemd. Het rapport van Bureau Beke is tevens gepresenteerd en toegelicht tijdens de Bestuurlijke Bijeenkomst van 13 oktober 2023.

Helaas zien we een toename in relatie tot racistische en/of kwetsende uitingen. De politie en het Auditteam melden een toename van deze incidenten. Het is daarom goed dat we met «Ons voetbal is van iedereen» onverminderd doorgaan met de aanpak van discriminatie en racisme in het voetbal zoals gemeld in de brief van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 28 september 20233.

Ten aanzien van de toegenomen incidenten bij Europese wedstrijden heeft de Regiegroep Voetbal en Veiligheid afgelopen december besloten een gemeentelijk handelingskader op te stellen voor Europese wedstrijden in Nederland, waarin we landelijke afspraken maken rondom deze wedstrijden, zoals fanzones, omwisselpunten, vervoer naar het stadion en kaarten op naam.

Tot slot heb ik u een toezegging in mijn brief van 14 november jl.4 gedaan om nader op het rapport Incidentenonderzoek Feyenoord-Ajax in te gaan en de opvolging hiervan. U vindt dit onder het kopje Rapport Incidentonderzoek Feyenoord-Ajax op pagina 8 van deze brief.

Rapportages en onderzoeken

Hieronder worden de volgende cijfers en rapporten achtereenvolgend besproken:

  • 1) Politiecijfers.

  • 2) Cijfers van het Openbaar Ministerie.

  • 3) Veiligheidsmonitor van de KNVB.

  • 4) Auditteam Voetbal en Veiligheid rapport Incidentenevaluatie seizoen 2022–2023.

  • 5) Onderzoek «Van voetbalrellen leren» van Bureau Beke.

  • 6) Rapport Incidentonderzoek Feyenoord-Ajax van het Auditteam.

Resultaten

Inmiddels hebben de KNVB, de politie, het Openbaar Ministerie en het Auditteam Voetbal en Veiligheid hun cijfers over het voetbalseizoen 2022–2023 bekendgemaakt.5 Op basis van deze cijfers kan de voorzichtige conclusie worden getrokken dat er sprake is van vooruitgang. Er zijn over het algemeen minder incidenten.

1. Politiecijfers

In het seizoen 2022/2023 lag het aantal wanordelijkheden en incidenten in het betaald voetbal onder dat van het seizoen ervoor. Deze cijfers liggen echter nog steeds boven die van voor de Coronatijd. Het blijkt dat het aantal incidenten in en rond de stadions is gedaald van 893 in het seizoen 2021–2022 naar 725 incidenten in het seizoen 2022–2023. De cijfers van de politie zijn afkomstig uit Ketenvoorziening Voetbal (KVV), het registratiesysteem waarin onder andere de politie incidenten rondom voetbalwedstrijden registreert. Vanaf seizoen 2019–2020 zijn de politie, gemeenten, KNVB, betaaldvoetbalorganisaties en Openbaar Ministerie gebruik gaan maken van dit systeem.

De politie constateert een afname bij bijna alle soorten incidenten. Alleen op het gebied van racistische en/of kwetsende uitingen is een lichte toename te zien. De verdeling van incidenten over leeftijdsgroepen van daders is al jaren ongeveer vergelijkbaar, waarbij de categorie 19 tot en met 25 jaar het grootste aandeel heeft in het aantal geregistreerde incidenten. Ook het percentage mensen dat voor het eerst in de fout gaat, blijft stabiel rond de 80%.

Wel heeft de inzet in het jaar 2022–2023 meer capaciteit gekost dan het seizoen ervoor. Dit is echter verklaarbaar doordat een seizoen eerder er een groot aantal wedstrijden zonder publiek is gespeeld. Voor internationale competities is de politie-inzet relatief veel hoger dan bij de nationale competitie. Dit heeft veelal te maken met grote groepen risicosupporters, die meerdere dagen verblijven in speelsteden, waarbij reisbeperkingen en maatwerkafspraken niet of minder effectief toepasbaar zijn.

2. Cijfers van het Openbaar Ministerie

In het seizoen 2022–2023 heeft het Openbaar Ministerie (OM) in relatie tot voetbal 422 processen-verbaal waarbij voetbalsupporters werden verdacht van een misdrijf ontvangen en grotendeels beoordeeld. Dit aantal is fors lager dan het aantal van 640 processen-verbaal tijdens het seizoen 2021–2022, waarin niet volledig met publiek gespeeld is. Dit zou er volgens het OM op kunnen wijzen dat de hausse na Corona een beetje is gaan liggen, in combinatie met het feit dat door clubs stevig is ingezet op veiligheid en civielrechtelijke maatregelen. Het aantal is nog wel flink hoger dan in de seizoenen voor Corona (ongeveer 200). Dit zou (mede) illustratief kunnen zijn voor de lijn die ingezet is dat meer zaken strafrechtelijk worden vervolgd, conform afspraak met partners.

Uit de cijfers blijkt verder dat in vergelijking met de jaren voor Corona het aantal zaken dat voor de rechter is gebracht met 250% is gestegen. Relatief gezien wordt door de rechter in circa 45% van de gevallen een gevangenisstraf opgelegd, in de jaren voor Corona was dat circa 30%. Er worden relatief gezien iets minder boetes en iets meer werkstraffen opgelegd. Ook heeft de rechter vaker (49 keer) een locatiegebod of -verbod (een strafrechtelijk stadionverbod) opgelegd.

3. Veiligheidsmonitor KNVB

De veiligheidsmonitor van de KNVB (hierna: de veiligheidsmonitor) geeft inzicht in het aantal opgelegde landelijke stadionverboden en cijfers met betrekking tot wanordelijkheden die hebben geleid tot acties vanuit de onafhankelijke tuchtorganen van de KNVB en geeft duiding ten aanzien van het huidige veiligheidslandschap binnen het betaalde voetbal. Ook uit de cijfers van de KNVB blijkt dat het aantal wanordelijkheden en incidenten in het afgelopen seizoen lager was dan in het seizoen 2021/2022.

De veiligheidsmonitor gaat uit van in totaal 791 wedstrijden6. Er zijn 986 landelijke civielrechtelijke stadionverboden opgelegd.7 Dat betekent een daling van ruim twintig (20) procent. Hierbij is van belang op te merken dat alleen al respectievelijk 79 en 103 stadionverboden zijn opgelegd bij twee wedstrijden met grootschalige incidenten. Daarnaast zijn de meeste stadionverboden opgelegd voor relatief minder erge incidenten als het gooien van voorwerpen en/of vloeistoffen in plaats van openlijke geweldpleging. De KNVB heeft immers na verschillende incidenten het protocol rond het gooien van voorwerpen op 6 april 2023 aangescherpt. Tenslotte zijn er afgelopen seizoen ook nog 83 stadionverboden opgelegd voor misdragingen in het seizoen 2021/2022.

De meest voorkomende incidenttypes zijn:

  • Gooien van voorwerpen en/of vloeistoffen: 2428

  • Bezit en/of voorhanden hebben en/of afsteken van vuurwerk: 115

  • Overtreding van de Algemene Plaatselijk Verordening (APV): 869

Een opvallende daling in het opleggen van het aantal stadionverboden zien we bij openlijke geweldpleging en het bezit en/of voorhanden hebben en/of afsteken van vuurwerk. Een verklaring voor het afnemen van openlijke geweldpleging in de stadions kan zijn dat het aantal camera’s en de kwaliteit hiervan in de loop der jaren steeds verder zijn verbeterd, waarmee de pakkans wordt vergroot. Daarnaast is het voorhanden hebben c.q. dragen van gezichtsbedekkende kleding strafbaar gesteld in de stadions.

De pakkans voor personen die zich schuldig maken aan bovengenoemde gedragingen wordt daarnaast vergroot doordat de betaaldvoetbalorganisaties, onder andere met behulp van de KNVB Taskforce, steeds meer tijd steken in het opsporen van daders. De KNVB Taskforce is het afgelopen seizoen 24 keer ingezet en heeft 255 dossiers opgeleverd. Dit heeft geresulteerd in 133 landelijke stadionverboden. Daarnaast is er ook juridische ondersteuning beschikbaar om schade en/of boetes (proberen) te verhalen op de dader(s) die verantwoordelijk waren voor wanordelijkheden. Dit heeft ertoe geleid dat uiteindelijk 7 clubs van deze mogelijkheid gebruik hebben gemaakt. Hiervan zijn 4 zaken succesvol afgerond. Bij deze zaken zijn in totaal 45 personen succesvol aansprakelijk gesteld.

Ten slotte is relevant dat uit cijfers van de UEFA blijkt dat in Europa het aantal incidenten in Europese wedstrijden in 2022–2023 is toegenomen ten opzichte van seizoen daarvoor.10 Dit in tegenstelling tot Nederland waar het aantal incidenten afneemt.

De KNVB concludeert dat uit de cijfers van de Veiligheidsmonitor, politie en OM blijkt dat de integrale aanpak van de KNVB, de eredivisie en eerste divisie clubs, kabinet, gemeenten, politie, OM en supportersverenigingen het gewenste effect sorteert. Langzaam maar zeker wordt grip op de situatie gekregen. De KNVB benadrukt dat we in Nederland al veel instrumenten in handen hebben om wangedrag tegen te gaan en te bestraffen en daarnaast nog nieuwe initiatieven worden ontplooid en ondersteund.

4. Auditteam Voetbal en Veiligheid rapport Incidentenevaluatie seizoen 2022-202311

Het rapport Incidentenevaluatie seizoen 2022–2023 van het Auditteam Voetbal en Veiligheid laat eenzelfde beeld zien: er zijn duidelijk minder incidenten dan in het seizoen 2021–2022. Het Auditteam heeft de hiervoor genoemde gegevens van de politie, het Openbaar Ministerie en de KNVB gebruikt en daarnaast gebruik gemaakt van haar eigen onderzoeksrapporten en audits en gesprekken met een aantal gemeenten en clubs.

Net zoals de KNVB, de politie en het OM ziet het Auditteam een afname van het totaal aantal incidenten binnen en buiten het stadion. Daar waar de politie een lichte stijging ziet, ziet het Auditteam een grotere stijging in het aantal incidenten rondom racisme/kwetsende uitingen, waarbij opgemerkt wordt dat deze uitingen in vergelijking met andere incidenttypen niet veel voorkomen. Het Auditteam geeft als mogelijke verklaring voor deze toename rondom racisme/kwetsende uitingen dat er een groeiende bewustwording is over en weerstand tegen deze problematiek vanuit de politie, de maatschappij, vanuit clubs en de KNVB. Door de groeiende aandacht en consequenties die eraan verbonden zijn, kan het type incident ook sneller (h)erkend en geregistreerd zijn (hogere meldingsbereidheid). Alle andere incidentsoorten zijn het afgelopen seizoen afgenomen ten opzichte van het seizoen ervoor.

Het Auditteam geeft aan dat er in de publieke en bestuurlijke opinie juist het beeld bestaat dat er meer incidenten zijn. Verklaringen hiervoor kunnen volgens hen mogelijk worden gevonden in het feit dat er in een korte periode een aantal heftige incidenten heeft plaatsgevonden, in de opkomst van een problematische «nieuwe aanwas» en in de koppeling van de plaatsgevonden incidenten aan grote maatschappelijke veiligheidsvraagstukken. Ook de verscherpte media-aandacht heeft invloed op het sentiment dat er veel meer incidenten zijn, terwijl dat in werkelijkheid niet het geval is.

Opvallend is verder dat het aantal stadionverboden beduidend hoger ligt dan in de periode voor Corona12. Een mogelijke verklaring voor het opvallend hoge aantal stadionverboden in de laatste twee seizoenen is dat er na de periode van de coronamaatregelen strenger wordt gehandhaafd en opgetreden bij wedstrijden, gecombineerd met opsporing door (betere) camerabeelden. Er is wel een aantal heftige incidenten in korte tijd geweest dat zowel als bestuurlijk in de media de aandacht heeft getrokken. De incidenten lijken niet direct groter of zwaarder dan in eerdere seizoenen.

5. Onderzoek «Van voetbalrellen leren»

In opdracht van de Nationale Politie heeft Bureau Beke onderzoek gedaan naar de kenmerken van modern voetbalgeweld en hoe dit verschilt met het voetbalgeweld van voor de coronacrisis13. Er is specifiek gekeken naar de kenmerken en werkwijze van personen die vanaf de (gedeeltelijke) heropening van stadions in beeld zijn gekomen bij de politie: de zogenaamde «nieuwe aanwas». Daarbij is gekeken in hoeverre het beleid van de voetbalvierhoek (nog) passend is voor het moderne voetbalgeweld en waar de beleidsmatige kansen voor de toekomstige aanpak liggen.

In de seizoenen 2014–2015 tot en met 2018–2019 is het aantal incidenten in en rondom stadions afgenomen. Deze trend heeft de focus doen verleggen naar het aanbieden van toegankelijk, gastvrij en veilig voetbal. Volgens de onderzoekers hebben het centraal stellen van gastheerschap en een veronachtzaming van het veiligheidsbeleid door de betaald voetbalclubs geleid tot een toename van het voetbalgeweld sinds de heropening van stadions na de coronacrisis. Daarnaast is ook de aard van het voetbalgeweld veranderd.

Verder zijn de onderzoekers van mening dat sommige supportersgroepen steeds meer bepalen wat er gebeurt binnen een club. De onderzoekers vragen zich af of sommige betaald voetbalclubs niet meer baas in eigen huis zijn. Ook is het zicht op (toonaangevende hooligans binnen) supportersgroepen verdwenen. Hierdoor is er relatief ongezien een nieuwe groep relschoppers gekomen. Het betreft een jonge groep geweldplegers, meestal niet ouder dan 25 jaar.

De onderzoekers doen tenslotte een aantal suggesties en aanbevelingen aan de diverse partijen. Samengevat doen de onderzoekers vier algemene suggesties:

  • 1. Maak duidelijk dat de burgemeester – op basis van een politieadvies – bepaalt of en wanneer er gevoetbald wordt.

  • 2. Maak duidelijk welke minimale eisen worden gesteld aan het integrale veiligheidsbeleid bij voetbalwedstrijden.

  • 3. Beloon goed gedrag van clubs en supporters, bestraf wangedrag van supporters en pak tekortkomingen bij clubs aan.

  • 4. Werk aan een goede informatiepositie over supportersgroepen, waaronder de nieuwe aanwas.

Vervolgens wordt er een aantal aanbevelingen gedaan zoals bijvoorbeeld een vaste groep voetbalspecialisten bij de politie, het investeren in de kwantiteit en kwaliteit van stewards, het koppelen van kaartjes aan het ID-bewijs, een registratieplicht bij uitwedstrijden. Het rapport is door bureau Beke gepresenteerd en toegelicht tijdens de bestuurlijke bijeenkomst van 13 oktober 2023.

6. Rapport Incidentenonderzoek Feyenoord-Ajax

Het rapport van het Auditteam Voetbal en Veiligheid naar aanleiding van de bekerwedstrijd Feyenoord-Ajax van 5 april 2023 is op 14 november 2023 aan de gemeenteraad van Rotterdam aangeboden. Het Auditteam constateert een aantal gevaarzettende gedragingen waarop zij adviseren actie te ondernemen.

Het rapport is gepresenteerd aan de vierhoek. Voor gemeenteraadsleden is een technische sessie gehouden over voetbal en veiligheid. De conclusies worden op lokaal niveau opgepakt. Extra veiligheidsmaatregelen zijn al genomen. Gezien de aard van deze maatregelen worden deze niet verder bekend gemaakt.

Natuurlijk heb ik zelf ook kennisgenomen van het rapport en heb ik het met onze partners besproken. Daarbij is bekeken hoe we hier landelijk lering uit kunnen trekken, omdat de gevaarzetting die speelde bij stadion de Kuip c.q. Feyenoord ook van toepassing kan zijn op andere betaald voetbalorganisaties. Risico’s rond overbezetting van tribunedelen en trappen, het afsteken van fakkels en/of vuurwerk in de buurt van spandoeken is iets wat veel meer clubs voorkomt. In de Regiegroep is afgesproken dat het Auditteam een presentatie zal geven in een burgemeestersoverleg om iedereen te wijzen op de mogelijke risico’s en wat hiertegen ondernomen kan worden. Daarnaast zal de risicosetting rondom overbezette tribunes en trappen in combinatie met spandoeken en vuurwerk c.q. fakkels worden meegenomen worden in de actualisatie van het plan van aanpak Vuurwerk.

Digitale meldplicht

In vervolg op de stand van zaken en zoals toegezegd in mijn brief van 28 september 2023 geef ik u hierbij de recente stand van de digitale meldplicht.

In november jl. is gestart met een experiment binnen de gemeenten Rotterdam, Leeuwarden en Utrecht. Met het experiment wordt de betrouwbaarheid/veiligheid, bruikbaarheid en haalbaarheid van de Mini ID als potentieel device voor de digitale meldplicht getest. De Mini ID is een klein draagbaar kastje waarmee een meldplichtige zich middels een vingerafdruk kan melden. Aan de hand van de verificatie kan een meldplichtige tevens aantonen dat het gebiedsverbod, gekoppeld aan de meldplicht, niet wordt overtreden. Het experiment bestaat uit verschillende fases. Op dit moment wordt kleinschalig getest met zogenaamde pseudomeldplichtigen, personen werkzaam binnen het project, die op dit moment drie scenario’s testen: correct melden, niet melden, melden in een verboden gebied. Het is een lerend proces, waarbij continu mitigerende maatregelen genomen worden. De eerste resultaten van deze fase worden nu geëvalueerd om de vervolgstappen te kunnen bepalen. De bestaande maatregel «meldplicht» kent een nieuw jasje met andere werkprocessen en een digitaal component. Het project kent daarom een lang adem en vraagt om een zorgvuldige aanpak. Naast de Mini ID wordt ook gekeken naar een eventueel aanvullend alternatief in de vorm van een app. Deze wordt op dit moment nader bekeken vanuit onder andere het vraagstuk van functionaliteit, veiligheid, financiën en houdbaarheid in het licht van ontwikkelingen in de wetgeving zoals rondom het vraagstuk van artificiële intelligentie.

Tot slot

De cijfers en rapporten laten zien dat voetbalgeweld en overlast terug te dringen zijn. Dit vraagt een gezamenlijk inspanning van alle partijen in het voetballandschap (de betaald voetbalorganisaties, de KNVB, de supporters, de burgemeesters, de politie en het Openbaar Ministerie). Deze gezamenlijke inspanningen lijken hun vruchten af te werpen. Zoals één zwaluw geen zomer maakt, maken deze voorzichtige positieve cijfers geen einde aan alle overlast. Het laat zien dat de inspanningen die we doen effect hebben en dat dit een proces van lange adem en voortdurende aandacht is. Daarover ga ik, samen met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, graag met uw Kamer nader over in gesprek.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
2

Kamerstuk 25 232, nr. 74

X Noot
3

Kamerstuk 30 234, nr. 379

X Noot
4

Kamerstuk 25 232, nr. 75

X Noot
6

Het verschil met het aantal wedstrijden dat de politie noemt, is gelegen in een andere telling.

X Noot
7

In de Azerion Vrouwen Eredivisie zijn er geen tuchtrechtelijke straffen of landelijke stadionverboden opgelegd. Bij interlands van het Nederlands Elftal vrouwen zijn er geen stadionverboden opgelegd, terwijl er bij wedstrijden van het Nederlands Elftal mannen in totaal 26 stadionverboden zijn opgelegd.

X Noot
8

95% van de personen die zich schuldig maakt aan het gooien van voorwerpen, wordt gepakt.

X Noot
9

Hieruit blijkt, volgens de KNVB, dat de politie en gemeente vaker optreden bij voetbalgerelateerd wangedrag buiten het stadion.

X Noot
10

Het aantal incidenten in Europese wedstrijden nam toe van 509 incidenten, verdeeld over 38% van de wedstrijden, naar 742 incidenten, verdeeld over 52% van de wedstrijden.

X Noot
12

Vanaf het seizoen 2006–2007 tot en met 2018–2019 werden er gemiddeld 651 civielrechtelijke stadionverboden per seizoen uitgedeeld. In 2021–2022 waren het er 1.342 en in seizoen 2022–2023 waren het er 986

Naar boven