23 908 (R1519) Voornemen tot het sluiten van uitvoeringsverdragen

BQ/ nr. 129 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 8 november 2016.

De wens dat het verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal wordt onderworpen kan door of namens één van de Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 8 december 2016.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2016

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 8 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, en met het oog op artikel 7, onderdeel b, van die Rijkswet, heb ik de eer u mede te delen dat de regering het voornemen heeft om over te gaan tot het sluiten van het volgende uitvoeringsverdrag:

Aanvaarding van het Protocol betreffende privileges en immuniteiten van het Eengemaakt Octrooigerecht, dat tot stand is gekomen – op basis van artikel 8, vierde lid, van Bijlage I bij de op 19 februari 2013 te Brussel tot stand gekomen Overeenkomst betreffende een eengemaakt octrooigerecht (Trb. 2013, nr. 19) – te Brussel op 29 juni 2016 (Trb. 2016, nr. 164).

Wat het Koninkrijk betreft, zal dit uitvoeringsverdrag voor het Europese deel van Nederland gelden.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

Naar boven