22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1382 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 maart 2012

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij zes fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Verordening beheerplan kabeljauw

Fiche 2: Verordening Statuut voor een Europese stichting (Kamerstuk 22 112, nr. 1383)

Fiche 3: Mededeling vereenvoudigingsagenda voor het Meerjarig Financieel Kader 2014–2020 (Kamerstuk 22 112, nr. 1384)

Fiche 4: Besluit CITES bijlage haringhaai (Kamerstuk 22 112, nr. 1385)

Fiche 5: Mededeling geavanceerde computing (Kamerstuk 22 112, nr. 1386)

Fiche 6: Mededeling bio-economie (Kamerstuk 22 112, nr. 1387)

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M.Knapen

Fiche: Verordening beheerplan kabeljauw

1. Algemene gegevens

Titel voorstel: Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad, houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1342/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van een langetermijnplan voor kabeljauwbestanden en de bevissing van deze bestanden

Datum Commissiedocument: 31 januari 2012

Nr. Commissiedocument: COM (2012) 21

Prelex: http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=201299

Nr. Impact Assessment Commissie en Opinie Impact Assessment Board: n.v.t.

Behandelingstraject Raad: Landbouw en Visserij Raad

Eerstverantwoordelijk ministerie: Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Rechtsbasis, besluitvormingsprocedure Raad, rol Europees Parlement, gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen:

  • a) Rechtsbasis: Artikel 43, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

  • b) Besluitvormingsprocedure Raad en rol Europees Parlement:

    Gewone wetgevingsprocedure: de Raad stemt met gekwalificeerde meerderheid en het EP heeft medebeslissingsrecht

  • c) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen:

    Gedelegeerde handelingen voor onbepaalde tijd naar de Europese Commissie voor:

    Artikel 10 lid 1: het wijzigen van biologische referentie punten1 en doelstellingen.

    Artikel 11 lid 4: voorschriften voor de berekeningsmethode van de inspanningsniveaus, ingeval een groep vaartuigen wordt uitgesloten of juist weer wordt opgenomen, of wanneer een vaartuig niet langer aan de uitsluiting voldoet.

    Artikel 14 bis lid 1: vaststellen van berekening van de vangstcapaciteit en de aanpassing van de maximumcapaciteit als gevolg van definitieve beëindiging van visserijactiviteiten en capaciteitsoverdrachten.

    Artikel 16 lid 5: voorschriften betreffende de berekeningsmethode waarmee de lidstaten de maximaal toelaatbare visserijinspanning kunnen aanpassen in het kader van het quotabeheer.

    Artikel 17 lid 7: voorschriften betreffende de berekeningsmethode waarmee de lidstaten de maximaal toelaatbare visserijinspanning kunnen aanpassen naar aanleiding van de overdracht van inspanning tussen inspanningsgroepen.

    Artikel 31: aanpassing van vistuiggroepen2- en categorieën3 en gebieden in bijlage I.

    Uitvoeringshandelingen voor:

    Artikel 11 lid 5: procedure en het formaat voor de toezending van informatie aan de Commissie.

    Artikel 14 bis lid 2: uitvoeringsbepalingen voor het vaststellen van het formaat van het visdocument en procedure voor de toezending van informatie aan de Commissie.

    Artikel 16 lid 6: procedure en het formaat voor de toezending van informatie aan de Commissie.

    Artikel 17 lid 8: procedure en het formaat voor de toezending van informatie aan de Commissie.

2. Samenvatting BNC-fiche

Korte inhoud voorstel:

De bestaande verordening uit 2008 voor het lange termijn beheer van de visserij op kabeljauw wordt consistent gemaakt met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Dat houdt in dat de rechtsbasis wordt aangepast. Tevens krijgt de Commissie via gedelegeerde handelingen de bevoegdheid om indien nodig de referentiepunten en doelstellingen aan te passen, evenals het vaststellen van voorschriften voor de aanpassing de inspanningsniveaus. De uitvoeringsprocedure wordt gevolgd voor het bepalen van het formaat voor de toezending van informatie aan de Commissie.

  • Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel:

    Bevoegdheid: artikel 3, lid 1, onder d, van het VWEU, het visserijbeleid is een exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie

    Subsidiariteit: N.v.t.: het visserijbeleid is een exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie.

    Proportionaliteit: positief, het betreft wijzigingen van een bestaande verordening.

  • Implicaties/risico’s/kansen: geen

  • Nederlandse positie en eventuele acties: Dit beheerplan is van belang voor de Nederlandse vissers. Het kabinet is het eens met de rechtsbasis, maar kan zich niet vinden in de gedelegeerde handelingen in artikel 10, lid 1, voor het wijzigen van de referentiepunten en doelstellingen. Deze vormen een essentieel onderdeel van het beheerplan en zouden via de gewone wetgevingsprocedure moeten worden aangepast. In geval van de berekeningsvoorschriften en indeling van de tuigcategorieën en dergelijke, vindt het kabinet uitvoeringshandelingen meer op zijn plaats, omdat het vaststellen van eenvormige voorwaarden ter uitvoering van juridisch bindende handelingen van de Unie een uitvoerend karakter heeft. Nederland is verrast over het moment van publicatie van dit voorstel, omdat in de decemberraad van 2011 de Commissie ook inhoudelijke wijzigingen in het plan had aangekondigd.

3. Samenvatting voorstel

De bestaande verordening uit 2008 voor het lange termijn beheer van de visserij op kabeljauw wordt consistent gemaakt met het VWEU. Dat houdt in dat de rechtsbasis wordt aangepast. Tevens krijgt de Commissie via gedelegeerde handelingen de bevoegdheid om indien nodig de referentiepunten en doelstellingen aan te passen, evenals het vaststellen van voorschriften voor de aanpassing de inspanningsniveaus. De uitvoeringsprocedure wordt gevolgd voor het bepalen van het formaat voor de toezending van informatie aan de Commissie. De wijzigingen hebben geen gevolgen voor de visserij.

  • Impact assessment Commissie: n.v.t.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

  • a) Bevoegdheid: Rechtsgrondslag is artikel 43 lid 2 VWEU. Het kabinet kan instemmen met deze rechtsbasis. Het Gemeenschappelijke Visserijbeleid is een exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie.

  • b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel:

    Subsidiariteit: Niet van toepassing. Het voorstel valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie als bedoeld in artikel 3, lid 1, onder d, van het VWEU.

    Proportionaliteit: Positief. Het betreft wijzigingen van een bestaande verordening die tot doel hebben om op middellange termijn te komen tot duurzame exploitatie niveaus met als oogmerk stabiele inkomens voor de sector.

  • c) Nederlands oordeel over de voorstellen op het gebied van gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen: Het kabinet kan zich niet vinden in de gedelegeerde handelingen in artikel 10 lid 1 voor het wijzigen van de referentiepunten en doelstellingen. Deze vormen een essentieel onderdeel van het beheerplan en zouden via de gewone wetgevingsprocedure moeten worden aangepast. In de overige gevallen waar de Commissie gedelegeerde handelingen voorstelt, vindt het kabinet uitvoeringshandelingen meer op zijn plaats, omdat het hier gaat om het vaststellen van eenvormige voorwaarden ter uitvoering van juridisch bindende handelingen van de Unie.

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

  • 1. Consequenties EU-begroting: geen.

  • 2. Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden: geen.

  • 3. Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger: geen.

  • 4. Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger: geen.

6. Implicaties juridisch

  • a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo): geen.

  • b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid: 7 dagen na publicatie in het publicatieblad van de Europese Unie.

  • c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling: neen.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

  • a) Uitvoerbaarheid: geen additionele consequenties.

  • b) Handhaafbaarheid: geen bijzonderheden.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Er zijn geen consequenties voor ontwikkelingslanden.

9. Nederlandse positie

Het kabinet hecht groot belang aan beheerplannen gericht op het bereiken van een duurzame exploitatie van visbestanden. Het onderhavige plan is ook voor Nederland van belang omdat hiermee de vangstmogelijkheden voor de kabeljauw bepaald worden alsmede de inspanningsniveaus (zeedagen) voor de vistuigen die substantieel kabeljauw (bij-)vangen. De hier voorgestelde wijzigingen hebben geen directe gevolgen voor de visserij, maar mogelijk wel voor de toekomst, indien de Commissie gedelegeerd wordt om zelfstandig op essentiële onderdelen wijzigingen aan te brengen. Aanpassing van het plan om het consistent te maken met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is nodig. Het kabinet is echter verrast over het moment van publicatie van dit voorstel, omdat in de decemberraad van 2011 de Commissie ook inhoudelijke wijzigingen in het plan had aangekondigd. Het kabinet kan in principe niet instemmen met het mandateren van de Europese Commissie middels gedelegeerde handelingen voor het aanpassen van referenties en doelstellingen. Het betreft hier essentiële onderdelen waarvoor een eventuele aanpassing via de gewone wetgevingsprocedure dient te gebeuren. Voorschriften ten aanzien van onder andere de berekening van maximale inspanningsniveaus, de indeling van de tuigcategorieën zouden beter via de uitvoeringshandelingen kunnen worden vastgesteld.


X Noot
1

Drempelwaarden waaraan de omvang van het bestand of de visserijdruk kan worden afgemeten.

X Noot
2

Een type visnet en maaswijdte, bijvoorbeeld BT2 boomkor 80–120 mm maaswijdte

X Noot
3

Een groep verwante visnetten met verschillende maaswijdtes, bijvoorbeeld BT alle boomkortuigen

Naar boven