21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1081 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2018

Met deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouw- en Visserijraad die 29 januari jl. plaatsvond in Brussel. Tevens informeer ik uw Kamer over de vaststelling van de Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten.

Onderwerpen Landbouw- en Visserijraad

Hoofdonderwerpen

Werkprogramma van het voorzitterschap

Presentatie door het voorzitterschap

Het Bulgaarse Voorzitterschap heeft in de Raad haar werkprogramma op het gebied van landbouw en visserij gepresenteerd. De modernisering en vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en het landbouwbudget in het volgende Meerjarige Financieel Kader (MFK) zijn de belangrijkste prioriteiten van het Bulgaars Voorzitterschap. Het Voorzitterschap heeft verder aangegeven dat zij de situatie op de landbouwmarkten, vooral wat betreft de gevoelige sectoren, en de internationale handel in landbouwproducten nauwlettend zal volgen. Het Voorzitterschap wil voortgang boeken in de strijd tegen oneerlijke handelspraktijken en met de onderhandelingen over de verordening gedistilleerde dranken (Kamerstuk 22 112, nr. 2272). De 13e zitting van het VN Bossenforum zal door het Voorzitterschap worden voorbereid door Raadsconclusies.

Op veterinair gebied zal diergezondheid op de agenda komen met bijzondere aandacht voor de rol van wilde dieren in het ziektebeheer. Verder zal het Voorzitterschap aandacht besteden aan dierenwelzijn tijdens transport en wil het Voorzitterschap voortgang boeken met de bespreking van de verordeningen diergeneesmiddelen (Kamerstuk 22 112, nr. 1928) en gemedicineerd voer (Kamerstuk 22 112, nr. 1927) in de Raad en met het Europees Parlement. Het voorzitterschap wil op fytosanitair terrein het werk voortzetten op het gebied van capaciteitsopbouw en de paraatheid voor de bestrijding van noodsituaties.

Tenslotte zal het Bulgaarse voorzitterschap zich op visserijgebied onder andere richten op de meerjarenbeheerplannen voor de Westelijke Atlantische Oceaan en de Westelijke Middellandse Zee en op de trilogen met het Europees Parlement over de voorstellen verordening technische maatregelen en de verordening voor beheers-, instandhoudings- en beheersmaatregelen van toepassing in het Verdragsgebied van de South Pacific Regional Fisheries Management Organisation (SPRFMO).

Toekomst van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Informatie van de Europese Commissie en gedachtewisseling

De Raad heeft van gedachten gewisseld over de op 29 november 2017 door de Europese Commissie gepubliceerde Mededeling over de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Deze eerste gedachtewisseling vond plaats aan de hand van twee door het Voorzitterschap aangegeven thema’s, te weten de meerwaarde en doelen van het GLB en subsidiariteit, inclusief de door de Europese Commissie voorgestelde strategische plannen (doc. 5241/18).

Commissaris Hogan gaf aan dat er door de lidstaten naar aanleiding van de Mededeling vele vragen zijn gesteld. Vragen over het budget kunnen nog niet worden beantwoord omdat niet vooruit wordt gelopen op het nieuwe MFK. Voor de Commissaris is het in ieder geval helder dat er, gelet op de Brexit en nieuwe prioriteiten zoals veiligheid en grenscontroles, een financieringstekort zal zijn dat ook gevolgen heeft voor het GLB-budget als de afdrachten van de lidstaten op het niveau van 1% van het Bruto Nationaal Inkomen blijven. Het doel van de Europese Commissie is een eenvoudiger en moderner GLB waarvoor voldoende middelen beschikbaar zijn. Dit besluit is echter aan de lidstaten en Commissaris Hogan verwees in dit verband naar de onderhandelingen over een nieuw MFK. De meerwaarde van het GLB komt volgens de Commissaris allereerst tot uitdrukking in de doelstellingen zoals opgenomen in het Verdrag. Daarnaast zal de boer een bijdrage moeten leveren aan het realiseren van maatschappelijke doelen op het gebied van milieu, natuur en klimaatverandering. Belangrijke thema’s zijn verder de veerkracht van de landbouw, meer marktoriëntatie en een betere positie van de boer in de keten. De Commissaris gaf daarnaast aan dat er in de Mededeling een nieuw model wordt voorgesteld voor de verantwoordelijkheidsverdeling voor de bevoegdheden en taken op Europees en nationaal niveau. Dit is mede naar aanleiding van grote kritiek vanuit de lidstaten op het complexe EU- besluitvormingsproces. Er komen meer verantwoordelijkheden bij de lidstaten te liggen. De hoofddoelstellingen worden op EU niveau vastgesteld en de lidstaten kunnen bij de uitwerking daarvan maatregelen vaststellen die passen bij de specifieke situatie in de lidstaten. De lidstaten krijgen de taak en de ruimte om hun aanpak voor het hele GLB in strategische plannen vorm te geven. Commissaris Hogan benadrukte dat er geen sprake zal zijn van renationalisatie, het uitgangspunt blijft een gemeenschappelijk beleid. Het nieuwe model geeft meer flexibiliteit en zal een aanzienlijke vereenvoudiging opleveren voor lidstaten en landbouwers omdat het meer resultaatgericht zal zijn. De inzet is om overregulering te voorkomen en controles te verminderen. Zo wil de Europese Commissie zich niet meer bezighouden met controles op het niveau van individuele bedrijven en het aantal indicatoren halveren. Voor vragen van lidstaten over de nieuwe werkwijze zal een Task Force worden ingericht. Verder lichtte de Commissaris toe dat de elementen van het huidige GLB die naar de mening van de Europese Commissie weinig aanpassing behoeven om die reden in de Mededeling beperkt aan de orde komen, zoals de maatregelen in het kader van de Gemeenschappelijke marktordening.

De lidstaten benadrukten de toegevoegde waarde van het GLB voor boeren, burgers en de maatschappij als geheel en de centrale rol van het GLB bij het voorzien in voldoende veilig en kwalitatief hoogwaardig voedsel, bij de bescherming van het natuur en milieu, bij de mitigatie van de effecten van klimaatveranderingen, bij het behoud van een vitaal platteland en het leveren van een bijdrage aan een redelijke levensstandaard voor de boeren. Diverse lidstaten, waaronder Nederland, wezen op de toegevoegde waarde van het GLB voor het garanderen van een gelijk speelveld, voor het verbeteren van de positie van de boer in de keten en voor het leveren van maatschappelijke diensten. Verschillende lidstaten benadrukten dat er voldoende budget beschikbaar moet zijn om alle doelen te kunnen verwezenlijken. Een aantal lidstaten sprak zich uit tegen nationale cofinanciering in de eerste pijler. Ik heb aangegeven dat Nederland dat wel wil overwegen. Waar enkele lidstaten pleitten voor het gelijktrekken van het budget voor de directe betalingen per hectare, heb ik mij daar tegen uitgesproken verwijzend naar onder meer de arbeidskosten en de grondprijzen die per lidstaat sterk verschillen.

De lidstaten, inclusief Nederland, gaven zeer brede steun aan vereenvoudiging en meer subsidiariteit. Het nieuwe model zal moeten leiden tot daadwerkelijke vereenvoudigingen, tot minder lasten en controles en tot meer flexibiliteit voor lidstaten om rekening te houden met de specifieke nationale en regionale situatie. Verschillende lidstaten tekenden daarbij aan dat het gemeenschappelijk karakter van het beleid behouden moet blijven onder meer om het gelijk speelveld te garanderen. Er was steun onder de lidstaten voor de strategische plannen, al was er ook zorg voor mogelijke vertraging door het opstellen en goedkeuren daarvan. Veel lidstaten verzochten om meer informatie van de Europese Commissie, bijvoorbeeld over de bevoegdheidsverdeling tussen de Europese Commissie en de lidstaten en over de indicatoren zodat er geen problemen achteraf ontstaan of vertraging in de betalingen. Een aantal lidstaten plaatste kanttekeningen bij de implementatie van nationale strategische plannen waarbij gewezen werd op de bestuursstructuur in federale landen en de huidige vaak regionale plattelandsontwikkelingsplannen.

In zijn reactie op de interventies van de lidstaten gaf Commissaris Hogan aan dat een goed werkende interne markt essentieel is en herhaalde dat er in het nieuwe model geen sprake zal zijn van renationalisatie. De Commissaris benadrukte dat er geen pas op de plaats kan worden gemaakt. Modern en vereenvoudigd beleid is nodig voor een goed budget. Het GLB moet de 21e eeuw aankunnen en dat vraagt een koerswijziging.

Marktsituatie

Informatie van de Europese Commissie

Diversen: Situatie op de suikermarkt

Informatie van de Poolse delegatie

Diversen: Situatie op de varkensvleesmarkt

Informatie van de Poolse delegatie

Diversen: Beheer van de mageremelkpoeder voorraden in publieke opslag

Informatie van de Belgische delegatie

De Europese Commissie heeft de Raad geïnformeerd over de actuele ontwikkelingen op de landbouwmarkten en is daarbij vooral ingegaan op de situatie op de suiker-, varkensvlees-, en zuivelmarkt (doc. 5402/18, 5487/18). Bij de behandeling van dit agendapunt werden ook de diversenpunten van de Poolse delegatie over de situatie op de suikermarkt en de situatie op de varkensvleesmarkt (resp. doc. 5340/18 en 5342/18), het diversenpunt van de Belgische delegatie over de publieke voorraden van mageremelkpoeder (doc. 5503/18) en een non paper van de Franse delegatie over datzelfde onderwerp (doc. 5487/18) meegenomen.

Commissaris Hogan gaf aan dat de huidige ontwikkelingen in de suikermarkt gekoppeld zijn aan het afschaffen van de suikerquota. De suikerprijzen zijn gedaald en zullen naar verwachting ook lager blijven dan zij voor de afschaffing van de quota waren. De ondernemers hebben nieuwe markten gevonden en de export is toegenomen. De Commissaris is van mening dat de suikerindustrie krachtiger is geworden en is er van overtuigd dat de sector zich zal aanpassen aan de nieuwe situatie. Marktmaatregelen zijn op dit moment daarom niet nodig. Wat betreft de varkensmarkt is de situatie positief met 2017 als een goed jaar. Aandachtspunt is de Afrikaanse Varkenspest en het risico’s van deze ziekte voor de markt. De Europese Commissie volgt dit op de voet. Commissaris Hogan gaf verder aan dat 2017 een goed jaar is geweest voor de zuivelsector. Melkprijzen waren op een recordhoogte en de export is toegenomen. Tegelijkertijd is de prijs voor mageremelkpoeder historisch laag. De verwachting is dat de prijs voor zuivelproducten zal dalen en marktspelers moeten daarop inspelen. De Commissaris waarschuwt in dat licht voor het verder opvoeren van de productie. Wat betreft de opslag van magere melkpoeder wil de Commissaris geen nieuwe complexe initiatieven opzetten waarvan de toegevoegde waarde onduidelijk is. De Commissaris zegt evenwel toe de Franse voorstellen uit het non-paper te zullen bekijken (zie hieronder).

De Poolse delegatie uitte zorgen over de dalende trend in de suikerprijzen en vroeg de Europese Commissie om bescherming van de industrie en om monitoring van de suikerbiet productie. Verder informeerde de Poolse delegatie de Raad over de situatie op de Poolse varkensvleesmarkt en in het bijzonder over de dalende prijzen en de problemen als gevolg Afrikaanse varkenspest. De Poolse delegatie riep de Europese Commissie op om maatregelen te nemen die onder meer kunnen inhouden steun voor private opslag, financiële ondersteuning van de varkenshouders en de herinvoering van export restituties.

De Belgische delegatie vroeg de Raad aandacht voor de voorraden van mageremelkpoeder die sinds 2016 aanzienlijke gegroeid zijn en moedigde de Europese Commissie aan om met korte en middellange termijn oplossingen te komen om de voorraden te verminderen om zo een negatief effect op de zuivelprijzen te voorkomen. De Franse delegatie presenteerde een non paper over de publieke voorraden van mageremelkpoeder waarin voorstellen worden gedaan over de manier waarop de voorraden kunnen worden verminderd. In het Franse non paper worden genoemd: verkoop via veiling, afzet als diervoerder en ondersteuning van de minstbedeelden of de inzet in de strijd tegen ondervoeding van bijvoorbeeld ouderen en ziekenhuispatiënten.

De meeste lidstaten verwelkomden de in het algemeen positieve situatie op de landbouwmarkten maar drongen aan op het nauwlettend volgen van de ontwikkelingen vooral in relatie tot veterinaire en fytosanitaire aspecten, extreme weersomstandigheden en het mogelijke effect van handelsakkoorden op gevoelige sectoren. Verschillende lidstaten deelden de door de Poolse delegatie geuite zorgen over de suikermarkt en de varkensmarkt en steunden de oproep aan de Europese Commissie tot het nemen van marktmaatregelen. Wat betreft de voorraden van mageremelkpoeder waren de meeste lidstaten – waaronder Nederland – het er over eens dat deze verminderd moeten worden zonder verstoring van de zuivelmarkt. De Europese Commissie werd opgeroepen de Franse voorstellen in overweging te nemen of te komen met andere concrete voorstellen. Ik heb aangegeven dat Nederland de Franse voorstellen grotendeels kan steunen. Verder heb ik voorgesteld om elke maand een vastgestelde hoeveelheid mageremelkpoeder te verkopen aan de hoogste bieder. Ik heb Wageningen Economic Research gevraagd deze optie te onderzoeken. Non-food toepassingen, zoals voor bioenergie, heb ik minder wenselijk genoemd. Verder heb ik aangegeven dat het interventie mechanisme pas toegepast mag worden als er geen andere oplossing kan worden gevonden en dat in die situatie Nederland de voorkeur heeft voor private opslag.

Internationale handel in landbouwproducten

Informatie van de Europese Commissie

De Europese Commissie heeft de Raad geïnformeerd over de stand van zaken van haar werkzaamheden op het gebied van internationale handel in landbouwproducten (doc. 5344/18). Commissaris Hogan is ingegaan op de uitkomsten van de 11e Ministeriele Conferenties van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) die begin december heeft plaatsgevonden in Argentinië. Deze waren teleurstellend en er zijn geen resultaten bereikt met name door de weinig constructieve opstelling van een aantal grote landen. De EU zal zich constructief blijven opstellen en is bereid de mogelijkheden te onderzoeken om voortgang te boeken. Wat betreft de onderhandelingen met Mercosur en Mexico gaf de Commissaris aan dat het doel blijft om ambitieuze en alomvattende akkoorden te sluiten en dat deze nog steeds binnen handbereik zijn. De gevoelige sectoren zoals ethanol, pluimveevlees, suiker en rundvlees hebben de aandacht van de Europese Commissie en ook voor die dossiers wordt gestreefd naar een goed resultaat. De Commissaris meldde verder dat begin december de onderhandelingen met Japan zijn afgerond. Dit is een zeer goed akkoord voor de EU. De EU wordt daarmee de belangrijkste handelspartner van Japan op het gebied van landbouwproducten. De Commissaris gaf aan zich te blijven inzetten voor de wereldwijde promotie van hoogwaardige voedingsmiddelen uit de Europese Unie met gebruikmaking van economische diplomatie. De Commissaris refereerde in dat verband onder meer aan een bezoek aan China in mei van 2018 waar de inzet zal zijn om de toegang voor Europese producten tot de Chinese markt verder te vergroten.

Vrijwel alle lidstaten, waaronder Nederland, steunden de inzet van de Commissaris wat betreft het openen van nieuwe markten door ambitieuze handelsakkoorden en voor vergroting van markttoegang voor landbouwproducten uit de Europese Unie door economische diplomatie en verwelkomden het definitieve akkoord met Japan. Verschillende lidstaten uitten ten aanzien van de onderhandelingen met Mercosur en Mexico hun zorgen over de mogelijke uitkomsten van de onderhandelingen vooral in relatie tot de gevoelige sectoren, en benadrukten dat geen verdere concessies mogen worden gedaan. Ook werd door verschillende lidstaten gevraagd om bescherming van de Geografische Aanduidingen en werd aandacht gevraagd voor het cumulatieve effect van de verschillende handelsakkoorden. Ik heb – gesteund door diverse lidstaten – aangegeven dat de landbouwsector kan profiteren van handelsakkoorden zoals de akkoorden die momenteel worden onderhandeld met Mexico, Mercosur en Indonesië. Ik heb mijn steun uitgesproken voor de Europese Commissie in de onderhandelingen over ambitieuze en gebalanceerde handelsakkoorden die aan de EU-normen ter bescherming van mens, dier, plant en milieu respecteren en die een gelijk speelveld bevorderen.

Diversen

Diversen: Uitkomsten van het «10th Global Forum for Food and Agriculture» gehouden op 20 januari 2018 in Berlijn

Informatie van de Duitse delegatie

De Duitse delegatie heeft de Raad geïnformeerd over de uitkomsten van het jaarlijkse «Global Forum for Food and Agriculture» dat en marge van de Internationale Groene Week is gehouden op 20 januari 2018. Het thema van dit jaar was «Shaping the future of livestock – sustainability, responsibility, efficiency». Op de conferentie waren 69 landbouwministers uit de hele wereld aanwezig, waaronder ikzelf, vertegenwoordigers van de Europese Commissie en vertegenwoordigers van internationale organisaties als de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) en de Wereldorganisatie voor Diergezondheid (OIE). Er is een communiqué uitgebracht waarin de overwegingen worden benoemd om aandacht te besteden aan het belang van duurzame en efficiënte veehouderij voor voedselzekerheid, het tegengaan van klimaatverandering en voor het boereninkomen. De Europese Commissie heeft in de Raad de conclusies van de conferentie ondersteund.

Diversen: Conclusies van de ministeriële conferentie over Xylella fastidiosa gehouden op 30 november en 1 december 2017 in Parijs

Informatie van de Franse delegatie

De Franse delegatie heeft de Raad geïnformeerd over de uitkomsten van een ministeriële conferentie over de plantenziekte Xylella fastidiosa die plaatsvond op 30 november en 1 december 2017 in Parijs (doc. 5163/18). Deze conferentie was georganiseerd door Frankrijk en de Europese Commissie. Op de conferentie waren lidstaten aanwezig waar al een uitbraak van Xylella fastidiosa heeft plaatsgevonden en lidstaten die veel risico lopen met een uitbraak geconfronteerd te worden. De Franse delegatie lichtte de conclusies toe en benadrukte de noodzaak tot het effectief reageren bij een uitbraak, het schoon houden van ziektevrije gebieden, het nemen van voldoende maatregelen ter voorkoming van nieuwe besmettingen, het verhogen van het kennisniveau door gerichte onderzoeksprogramma’s en het vergroten van het bewustzijn onder burgers en bedrijven.

Commissaris Andriukaitis heeft in de Raad toegezegd dat de aanbevelingen die uit de conclusies leiden door de Europese Commissie zullen worden geëvalueerd. De Commissaris benadrukte de ernst van de ziekte en de grote economische gevolgen van de uitbraken. Het risico van verspreiding van deze ziekte moet serieus worden genomen en besmette bomen moeten snel en effectief verwijderd worden. Een strikt toezicht op de maatregelen is nodig en de Commissaris riep de lidstaten op samen te werken. Zeker gezien de opwarming van de aarde moeten de verschillende lidstaten er op voorbereid zijn dat de ziekte in Noordelijke richting op zal rukken. Verschillende lidstaten onderschreven de conclusies.

Diversen: High-level meeting over Afrikaanse Varkenspest gehouden in Berlijn op 19 januari 2018

Informatie van de Duitse delegatie

Diversen: Uitroeiing van Afrikaanse Varkenspest in de EU- de rol van onderzoek

Informatie van de Tsjechische delegatie

Deze twee diversenpunten zijn in de Raad gezamenlijk behandeld (resp. doc. 5558/18 en 5559/18).

De Duitse delegatie heeft de uitkomsten gepresenteerd van een conferentie over Afrikaanse Varkenspest (AVP) die is gehouden en marge van de Internationale Groene Week op 19 januari 2018 in Berlijn. Op de conferentie is besloten tot nauwere samenwerking en verbeterde informatie-uitwisseling wat betreft de bestrijding en preventie van AVP. De kern van de verklaring die de Ministers op de high-level meeting hebben afgegeven is dat er een gedeelde verantwoordelijkheid is voor landbouwers en jagers in de strijd tegen de verdere verspreiding van de ziekte in Europa. De Tsjechische delegatie heeft aandacht gevraagd voor de rol van onderzoek bij de bestrijding van AVP en heeft de Europese Commissie gevraagd de coördinatie op zich te nemen en het onderzoek op EU-niveau te versterken en te financieren.

De zorg om verdere verspreiding van AVP werd breed gedeeld onder de lidstaten. Er was brede steun voor het initiatief van Tsjechië en een eerder voorstel van Denemarken voor verder onderzoek en de coördinerende rol van de Europese Commissie daarin. De menselijke factor werd gezien als het grootste risico bij de verspreiding van de ziekte. Ook ik heb mijn zorgen geuit over de verdere verspreiding van AVP en ik heb de noodzaak tot samenwerking benadrukt. Ik heb aangegeven dat goed bekeken moet worden welk nieuw onderzoek relevant is voor de bestrijding van AVP en dat de Europese Commissie daarin coördinerend moet optreden. Gelet op de in Nederland aanwezige expertise op het gebied van de bestrijding van dierziekten, heb ik mijn hulp aangeboden.

Commissaris Andriukaitis onderkende de ernst van de situatie die is verergerd ondanks de gepleegde inspanningen. De Europese Commissie blijft kritisch kijken naar de maatregelen die moeten worden getroffen, naar de monitoring van de wilde zwijnenpopulatie en zal technische ondersteuning bieden daar waar nieuwe haarden opduiken. De Commissaris heeft verder gewezen op het belang van de menselijke factor. Alle stakeholders moeten worden betrokken, jagers, bosbouwers, vervoerders, maar ook derde landen. De Commissaris roept de lidstaten waar geen uitbraken hebben plaatsgevonden op om de preventieve maatregelen op te hogen conform het wettelijk EU-kader. Er zijn financiële middelen beschikbaar zoals uit Horizon 2020 en het 7e Kaderprogramma. Wat betreft nader onderzoek wordt onder meer gedacht aan onderzoek naar mogelijke vaccins, nader onderzoek naar de epidemiologie van AVP en het inzetten van IT-tools voor actieve en passieve surveillance.

Ministerlunch: Mogelijke gecoördineerde EU-aanpak voor de verkiezing van de volgende DG FAO in 2019

Tijdens een ministerlunch is informeel gesproken over een mogelijke op EU-niveau gecoördineerde aanpak voor de verkiezing van de volgende directeur generaal voor de Voedsel- en Landbouworganisatie (Food and Agriculture Organization, FAO) tijdens de 41ste FAO Conference in 2019 (doc. 5421/18). Er is unaniem overeengekomen dat wordt ingezet op een op EU-niveau gecoördineerde aanpak.

Verordening inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten

In december 2017 is een akkoord bereikt tussen het Europees Parlement en de Raad betreffende de vaststelling van een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten. Deze verordening zal het toezicht op de externe visserijvloot van de EU als volgt versterken:

  • Er wordt een gelijk speelveld voor iedereen gewaarborgd door EU-vaartuigen die binnen de EU-wateren vissen en EU-vaartuigen die buiten de EU-wateren vissen gelijk te behandelen. Ook moeten vaartuigen van derde landen die in EU-wateren vissen aan dezelfde voorwaarden voldoen als EU-vaartuigen.

  • De vastgestelde verordening herziet daarnaast de huidige regels van de verordening inzake vismachtigingen. Hiermee wordt beoogd de governance op de oceanen te verbeteren en wordt gezorgd voor samenhang met de regels in de controleverordening en in de verordening over illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij).

Deze verordening is in lijn met het Nederlandse standpunt. Dit standpunt en de inhoud van het voorstel van de Europese Commissie voor een verordening inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten zijn u toegezonden in het betreffende BNC-fiche (Kamerstuk 22 112, nr. 2061). Tevens is uw Kamer geïnformeerd over de inhoudelijke presentatie van het voorstel in de Raad (Kamerstuk 21 501-32, nr. 898) en het debat in de Raad (Kamerstuk 21 501-32, nrs. 927 en 933). De vaststelling van deze verordening leidt tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1006/2008 van de Raad betreffende machtigingen voor visserijactiviteiten van communautaire vissersvaartuigen buiten de communautaire wateren en de toegang van vaartuigen van derde landen tot de communautaire wateren.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven