Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 21501-20 nr. 1339 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 21501-20 nr. 1339 |
Vastgesteld 5 juni 2018
De vaste commissie voor Europese Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 30 maart 2018 over uitvoering gewijzigde motie van het lid Omtzigt over het agenderen van het initiatief over transparantie (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1316) (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1319).
De vragen en opmerkingen zijn op 20 april 2018 aan de Minister van Buitenlandse Zaken voorgelegd. Bij brief van 31 mei 2018 zijn de vragen beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Azmani
Adjunct-griffier van de commissie, Buisman
Algemeen
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken over de uitvoering van de motie van het lid Omtzigt over het agenderen van het initiatief over transparantie. Zij hebben nog enkele vragen aan het kabinet.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken aangaande de uitvoering van de motie van het lid Omtzigt over het agenderen van het initiatief over transparantie. Deze leden hechten zeer aan een transparante democratie, zowel op nationaal als Europees niveau. Zij hebben nog enkele vragen aan het kabinet.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de onderhavige stukken. Deze leden hebben daarover enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van de brief van het kabinet over de uitvoering van de motie van het lid Omtzigt over het agenderen van het initiatief over transparantie. Zij hebben daarbij deze vraag, namelijk of uit de brief opgemaakt kan worden dat de Kamer in elk geval een verslag zal krijgen van de bespreking van het COSAC-paper in de Raadswerkgroep informatie. Zo ja, wanneer kan de Kamer dit verslag verwachten?
1. Antwoord van het kabinet
Uw Kamer is in het verslag van de Raad Algemene Zaken van 14 mei 2018 geïnformeerd over de bespreking van het COSAC-paper in de Raadswerkgroep Informatie van 26 april 2018, conform kamerbrief (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1319).
Termijn
De leden van de CDA-fractie merken op dat er nu enige maanden verstreken zijn sinds het initiatief met vier concrete voorstellen naar de Europese instellingen gestuurd is. Zij hebben dan ook hoge verwachtingen van een inhoudelijk goed onderbouwde reactie op elk van de vier voorstellen. De leden van de CDA-fractie vragen of het Nederlandse kabinet zich daarvoor wil inzetten. Die verwachtingen zijn ook gerechtvaardigd, omdat het initiatief door 26 parlementen gesteund is, zo menen de leden van de CDA-fractie. De Europese Raad en de Europese Commissie zeggen open te staan voor voorstellen van de parlementen, zo vernemen deze leden.
2. Antwoord van het kabinet
Het kabinet heeft zich meerdere malen ingezet om het initiatief in raadsverband te agenderen. Zo heeft Nederland het paper aan het voorzitterschap aangeboden tijdens de Raad Algemene Zaken van 27 februari 2018 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1838). Ook op raadswerkgroepniveau heeft Nederland het paper aan de orde gesteld. Het kabinet zal zich blijven inzetten om verbetering van transparantie in EU-besluitvorming aan de orde te stellen in de Raad. De Kamer zal uiteraard op de hoogte worden gehouden van relevante ontwikkelingen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het feit dat op 26 april aanstaande het COSAC-paper en het rapport van de Europese Ombudsman besproken worden in de Raadswerkgroep Informatie. Wat zal de inbreng en inzet van Nederland tijdens deze Raadswerkgroep zijn? Komt deze overeen met de aanbevelingen van het COSAC-paper? Kan het kabinet de Kamer informeren over de uitkomst van deze eerste besprekingen?
3. Antwoord van het kabinet
De Nederlandse inbreng tijdens deze raadswerkgroep was conform de kabinetsappreciatie van het COSAC-paper van 23 februari 2018 (Kamerstuk 22 112, nr. 2498). Zoals is vermeld in het verslag van de Raad Algemene Zaken van 14 mei 2018, heeft Nederland een aantal concrete voorstellen gedaan maar ook de agendering van het COSAC-paper en van het rapport van de Europese Ombudsman aangegrepen om het belang van een breder debat over transparantie in de Raad te benadrukken. Ten aanzien van het informeren van de Kamer over de uitkomst van deze eerste besprekingen, zie antwoord 1.
De leden van de SP-fractie merken op dat het er nu al enige maanden verstreken zijn sinds het transparantie-initiatief van 26 Europese parlementen, «Opening up closed doors» of COSAC paper is gelanceerd, zonder een formele (openbare) reactie van de Raad. Graag vernemen de leden van de SP-fractie van het kabinet wat zij voor inspanningen doet om de het COSAC-paper bespreekbaar te maken in de Raad vooruitlopend op de discussie die op 26 april geagendeerd staat op de Raadswerkgroep Informatie. De leden van SP-fractie hopen dat het kabinet zich proactief inzet om de voorstellen die worden gedaan ter bevordering van de transparantie worden gerealiseerd. Is de Minister hiertoe bereid, zo vragen de leden van de SP-fractie?
4. Antwoord van het kabinet
Ten aanzien van de vraag over de inspanningen van het kabinet om het paper bespreekbaar te maken verwijs ik naar antwoord 2. Het kabinet deelt het belang dat het parlement hecht aan de versterking van transparantie van de Europese besluitvorming. In dit kader pleit Nederland al meerdere jaren in de Raad onder andere voor het in lijn brengen van de Eurowobverordening met het Verdrag van Lissabon, een duidelijk afwegingskader voor de toepassing van de Limité-markering en voor meer transparantie in de Eurogroep. Tijdens de Raadswerkgroep Informatie van 26 april 2018 heeft Nederland wederom aandacht gevraagd voor het gebruik van de Limité-markering bij raadsdocumenten. Nederland heeft het belang van terughoudendheid van het gebruik van de markering benadrukt. Tijdens de besprekingen heeft Nederland ook aangegeven dat er een reguliere tussentijdse herbeoordeling moet plaatsvinden om te bezien of een document eerder openbaar gemaakt kan worden. Tenslotte heeft Nederland de wens uitgesproken om de richtsnoeren voor de markering te herzien en geplet voor aanpassing van het Reglement van Orde in het licht van de Access Info Europa zaak. Het kabinet zal zich in de Raad blijven inzetten om dergelijke voorstellen te realiseren met het oog op het de algehele verbetering van transparantie van EU-besluitvorming. Zeer waarschijnlijk zal er tijdens de Raad Algemene Zaken in juni gesproken worden over de voortgang van de implementatie van het Inter Institutioneel Akkoord Beter Wetgeven (IIA BW) en over de voortgang van het one-stop-shop IT portal. Nederland zal dit agendapunt aangrijpen om wederom het belang van verbetering van transparantie in EU-besluitvorming te benadrukken en hierbij verwijzen naar het COSAC-paper.
Openbaarmaking van standpunten
De leden van de CDA-fractie zijn ronduit teleurgesteld in de cirkelredenering over openbaarmaking van de standpunten. De huidige interne regels van de Raad laten dit niet toe volgens het kabinet, zo constateren de leden van de CDA-fractie. Maar dit is nu precies het probleem: omdat de Raad geheim houdt wat de individuele landen doen, kan een parlement niet controleren of het individuele kabinet – dat zij controleren – gedaan heeft wat het beloofde. En een kabinet controleren is toch echt de essentie van parlementaire democratie, stellen deze leden.
De leden van de CDA-fractie merken op dat zich nu ook iets zeer bijzonders voordoet: de regeringen vertellen straks niet wie de voorstellen wegstemt. Maar als voorstellen weggestemd worden bij meerderheid, is het zeker dat een aantal regeringen hun parlement niet gevolgd hebben. Immers een grote meerderheid van parlementen is voor de transparantievoorstellen, zo constateren de leden van de CDA-fractie. Alleen kan een individueel parlement nooit achterhalen wat zijn regering gedaan heeft! Dat is vanuit democratisch oogpunt ronduit bizar. En vergeet niet, zo stellen de leden van de CDA-fractie, dat een simpele meerderheid voldoende is om het reglement van orde van de Europese Raad te veranderen. Die zou dus gewoon aanwezig moeten zijn.
Is het kabinet bereid om voor te stellen dat bij deze discussie er wel sprake zal zijn van openheid, mede gezien de redenering hierboven, de uitspraken van het EU-Hof van Justitie en het rapport van de Europese Ombudsman, zo vragen de leden van de CDA-fractie?
5. Antwoord van het kabinet
Het kabinet heeft in principe geen bezwaar tegen een openbare bespreking van dit onderwerp. De besprekingen op raadswerkgroep- en Coreperniveau zijn niet openbaar. Op het niveau van de Raad zijn de besprekingen openbaar indien gesproken wordt over een wetgevingshandeling en in de gevallen en voorwaarden genoemd in artikel 8 lid 1 van het Reglement van Orde van de Raad. Daarnaast kan er besloten worden, met gekwalificeerde meerderheid van stemmen, om een openbaar debat te voeren, onder de voorwaarden van artikel 8 lid 2 van het Reglement van Orde.
De discussie over aanpassing van de Reglement van Orde van de Raad is niet geagendeerd in de Raad. Nederland heeft het onderwerp wel al meerdere malen aan de orde gesteld, onder andere tijdens het Nederlands voorzitterschap. Zoals ik uw Kamer in de kabinetsappreciatie van het COSAC-paper liet weten, is aanpassing van het reglement mogelijk maar dient er oog te zijn voor de politieke realiteit en het krachtenveld binnen de Raad.1 Tijdens eerdere besprekingen is gebleken dat er te weinig steun was vanuit andere lidstaten om de door Nederland gewenste aanpassingen door te voeren. Het krachtenveld binnen de Raad is sindsdien niet veranderd. Het is dus van belang dat het draagvlak voor herziening bij de andere lidstaten wordt vergroot en dat het debat op dit punt gevoerd blijft worden. In dit licht is het essentieel dat de mede-ondertekenaars van het COSAC-paper afkomstig van de andere nationale parlementen dit bij hun eigen regeringen in het nationale politieke debat aan de orde stellen.
Bij toekomstige agendering van het onderwerp in raadsverband kan het kabinet overwegen om de mogelijkheid uit artikel 8 lid 2 van het Reglement van Orde voor te leggen aan de lidstaten. Hierbij dient er vooraf de inschatting te worden gemaakt of het voeren van een dergelijk debat in het openbaar ten gunste is van het bereiken van concrete resultaten op dit onderwerp.
De leden van de SP-fractie vernemen graag de reacties van de lidstaten op de vier concrete voorstellen die in het COSAC-paper gedaan worden in een gedetailleerd verslag. Tevens willen deze leden graag weten hoe het krachtenveld er exact uit ziet binnen de Raadswerkgroep Informatie? De leden van de SP-fractie kunnen niet ontsnappen aan de ironie dat er geen transparantie wordt gegeven over het stemgedrag van de lidstaten over een initiatief dat oproept tot meer transparantie op het besluitvormingsproces. Is de Minister bereid deze oproep voor meer transparantie door te geven aan de Raadswerkgroep? Gezien de onderschrijving van 26 nationale parlementen is een goed onderbouwde inhoudelijke reactie het minste wat de Kamer mag verwachten, stellen de leden van de SP-fractie. Deze leden roepen het kabinet op om zich in te spannen voor verdere bespreking van het transparantie-initiatief door de Raad Algemene Zaken, na de bijeenkomst van de Raadswerkgroep Informatie. Is het kabinet bereid dit daar te agenderen?
6. Antwoord van het kabinet
Zie antwoorden 2 en 4.
Eurogroep
De leden van de CDA-fractie vernemen graag van het kabinet welke stappen gemaakt zijn bij het agenderen van het transparantie-initiatief in de Eurogroep?
7. Antwoord van het kabinet
Om transparantie van de Eurogroep te vergroten zijn de afgelopen jaren in de Eurogroep verschillende afspraken gemaakt.2 Zo worden geannoteerde agenda’s van Eurogroepen vooraf gepubliceerd, wordt na afloop van een Eurogroep een samenvattende brief gepubliceerd, en worden documenten ter voorbereiding op thematische discussies in principe voor de Eurogroep en na bespreking in de Eurogroup Working Group (EWG) gepubliceerd. Ten aanzien van de Eurogroep heeft Nederland zich altijd hard gemaakt voor meer transparantie en zal dit ook blijven doen.
De leden van de SP-fractie willen weten wat het kabinet voornemens is te doen om dit initiatief ook bij andere EU-instellingen, zoals de Eurogroep en de andere Raadsformaties aan de orde te stellen, te agenderen en een reactie te krijgen?
8. Antwoord van het kabinet
Voorlopig is de Raadswerkgroep Informatie de geëigende plek om het onderwerp van transparantie in de Raad te agenderen en zal transparantie, wat Nederland en de gelijkgezinde lidstaten betreft, op de agenda blijven. Tijdens de laatste bijeenkomst van deze raadswerkgroep wierp het raadssecretariaat de vraag op of er een bredere discussie over transparantie zou moeten worden gevoerd in de Raad. Nederland heeft de vraag bevestigend beantwoord en gepleit, ongeacht het niveau waarop dit binnen de Raad zal gaan plaatsvinden, voor het belang van een technische en substantiële discussie over transparantie. Indien er in andere raadsformaties vraagstukken spelen op het gebied van transparantie zal Nederland daar als vanzelfsprekend een zelfde lijn uitdragen als in de Raadswerkgroep Informatie. Ten aanzien van de Eurogroep zie antwoord 6.
Technische Briefing
Verder danken de leden van de CDA-fractie het kabinet voor het aanbod om een briefing te houden. Die kon niet plaatsvinden, maar dat lag niet aan het kabinet. Kan het kabinet op zeer korte termijn een aantal van deze inlichtingen vertrouwelijk en schriftelijk meedelen, zo vragen de leden van de CDA-fractie?
9. Antwoord van het kabinet
Het kabinet zal op 31 mei een vertrouwelijk briefing geven waarin er zal worden ingegaan op het Europese krachtenveld ten aanzien van het transparantie-initiatief.
Triloog
De leden van de D66-fractie herinneren de Minister aan zijn toezegging tijdens het algemeen overleg Informatievoorziening op 12 april 2018 om met het aankomend Oostenrijks EU-voorzitterschap in gesprek te treden om te verzoeken of zij de datum, tijd en onderwerp van élke triloog waaraan zij namens de Raad deelnemen, online en openbaar kunnen publiceren. Dit zou een eerste stap zijn naar transparantere trilogen.
De leden van de D66-fractie benadrukken het belang van de tijdigheid van dit gesprek, ruim vóór aanvang van het Oostenrijks voorzitterschap. Kan het kabinet toelichten hoe en wanneer het aan deze toezegging gevolg zal geven?
10. Antwoord van het kabinet
Het kabinet verwijst kortheidshalve naar de antwoorden 31 t/m 33 uit het verslag van 9 mei 2018 van het schriftelijk overleg van de Raad Algemene Zaken van 14 mei 2018 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1865).
Documenten op afstand inzien
En tot slot, vragen de leden van de CDA-fractie het kabinet of er nu al een methode is om vertrouwelijke stukken op afstand in te zien?
11. Antwoord van het kabinet
Voor de omgang met Limité-documenten heeft de Raad richtsnoeren vastgesteld (7695/18). Zowel het kabinet als uw Kamer zijn gehouden aan deze richtsnoeren van de Raad. Uw Kamer heeft de mogelijkheid om Limité-documenten die niet via het reguliere Delegates Portal beschikbaar zijn digitaal te ontvangen en verder digitaal te verspreiden onder Kamerleden tot op heden nog niet zo in kunnen richten, dat deze voldoet aan de richtsnoeren van de Raad. Zoals eerder gecommuniceerd aan uw Kamer, bijvoorbeeld tijdens het algemeen overleg Informatievoorziening op 12 april 2018 (Kamerstuk 22 112, nr. 2556) en in reactie op de vragen over de kabinetsreactie op het verslag van de rapporteurs over de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie (Kamerstuk 23 987, nr. 225), wordt op dit moment met de griffie van uw Kamer gesproken hoe tegemoet kan worden gekomen aan de wens van uw Kamer om Limité-documenten die niet via het reguliere Delegates Portal beschikbaar zijn, op afstand in te kunnen zien om plaats onafhankelijk werken mogelijk te kunnen maken.
Zie ook het verslag van de Eurogroep en Ecofinraad van 15 en 16 juni 2017 te Luxemburg (Kamerstuk 21 501-07, nr. 1446).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-21501-20-1339.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.