21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 933 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juli 2012

Hierbij zend ik u het verslag van de vergadering van de Ecofin Raad van 10 juli 2012 te Brussel.

De minister van Financiën, J. C. de Jager

Verslag van de Ecofin Raad van 10 juli 2012 te Brussel

De Ecofin Raad heeft, in het kader van het Europees semester en op voorstel van de Commissie, lidstaatspecifieke aanbevelingen aangenomen. Tevens heeft de Raad een terugkoppeling gegeven over de voortang van de onderhandelingen met het Europees Parlement met betrekking tot de kapitaaleisenrichtlijn (CRD IV) en het two-pack. Ten aanzien van de kapitaaleisenrichtlijn zet het Cypriotische voorzitterschap in op een snelle overeenkomst met het Europees Parlement. De onderhandelingen met het Parlement over het two-pack zijn na de Ecofin Raad van start gegaan (11 juli). Tenslotte heeft de Commissie een presentatie gegeven over het voorstel voor een richtlijn voor herstel en afwikkeling kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en heeft de Ecofin Raad ingestemd met het Cypriotisch werkprogramma voor de komende zes maanden.

Het officiële verslag van het voorzitterschap kunt u vinden op:

http://ue.eu.int/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/131686.pdf

1. Europees Semester

De Ecofin Raad heeft, in het kader van het Europees semester en op voorstel van de Commissie, lidstaatspecifieke aanbevelingen aangenomen. Het pakket van aanbevelingen is tijdens de Europese Raad op 28 en 29 juni besproken, waarna ze in lijn met het EU-Verdrag officieel bekrachtigd zijn in de Ecofin Raad van 10 juli.

De aanbevelingen zijn opgesteld naar aanleiding van de in april jl. door de lidstaten ingediende Stabiliteits- en Convergentieprogramma’s en de Nationale Hervormingsprogramma’s. Zie voor de kabinetsreactie op de Nederlandse aanbevelingen de kamerbrief die in een eerder stadium verstuurd is (Kamerstuk 21 501-20, nr. 639). Het algemene beeld is dat de Europese Commissie EU breed ambitieuze aanbevelingen heeft voorgesteld voor de versterking van nationale economieën.

Tevens is gesproken over het proces omtrent het Europees Semester. Het Europees Semester is voor het tweede jaar uitgevoerd, echter dit is het eerste jaar waarin ook het sixpack in werking is, met o.a. de macro-economische onevenwichtigheden procedure. Het algemene beeld van het proces omtrent het Europees Semester is overwegend positief; in oktober zal een uitgebreide evaluatie van de implementatie en het proces plaatsvinden.

2. Kapitaaleisenrichtlijn (CRD IV)

De Ecofin Raad heeft een terugkoppeling gekregen over de voortgang van de onderhandelingen met het Europees Parlement over de kapitaaleisenrichtlijn (CRD IV). Op de Ecofin Raad van 15 mei jl. bereikte de Raad overeenstemming over de algemene inzet voor de onderhandelingen met het Europees Parlement (zie verslag van de Eurogroep en Ecofin Raad van 14 en 15 mei 2012 met Kamerstuk 21 501-07, nr. 918). Het Cypriotische voorzitterschap zet in op een snelle overeenkomst met het Europees Parlement. Openstaande punten zijn o.a. het voorgestelde flexibility package, de balans tussen home en host landen, corporate governance, en hoeveel invloed de European Banking Authority (EBA) krijgt.

Nederland vindt het belangrijk dat de Basel III afspraken zo volledig mogelijk en uniform in de EU geïmplementeerd worden maar hecht tegelijkertijd aan voldoende ruimte om systeem- en macro-prudentiële risico’s nationaal te kunnen adresseren. Daarnaast hecht Nederland aan adequate vormgeving van eisen op het gebied van tegenpartijrisico en liquiditeit.

3. Economic governance – two-pack

Het voorzitterschap heeft de Ecofin Raad geïnformeerd over de voortgang rond de onderhandelingen met het Europees Parlement (EP) over de twee toezichtverordeningen («two-pack») voor eurolanden. Deze conceptverordeningen vormen de basis voor een verdere versterking van met name de budgettaire afspraken binnen de Eurozone, bovenop het al aangescherpte Stabiliteits- en Groeipact. De Ecofin Raad nam over deze verordeningen in februari jl. al een gemeenschappelijk standpunt in. Het EP stelde op 13 juni jl. definitief zijn amendementen vast. De eerste onderhandelingen met het Parlement vonden 11 juli jl. plaats.

4. Voorstel Europese Commissie voor richtlijn herstel en afwikkeling kredietinstellingen en beleggingsondernemingen

De Commissie heeft tijdens de Ecofin Raad een presentatie gegeven over het voorstel voor een richtlijn voor herstel en afwikkeling kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, waarna de Raad een eerste gedachtewisseling hield.

Nederland is een sterk voorstander van een Europese crisismanagementrichtlijn. Vooruitlopend hierop is het Nederlandse resolutieregime al aangepast (vgl. de Interventiewet). Bail-in debt is voor Nederland, net als voor veel andere lidstaten, een belangrijk onderdeel van de richtlijn, om verschaffers van vreemd vermogen eveneens in de kosten van een afwikkeling te laten delen. Wel zijn er belangrijke voorwaarden verbonden aan de vormgeving. Momenteel bestudeert het kabinet het richtlijnvoorstel. Binnenkort zal het kabinet, zoals gebruikelijk, een BNC-fiche over het richtlijnvoorstel naar het parlement sturen.

5. Werkprogramma Cyprus

Tijdens de Ecofin Raad is kort stilgestaan bij het Cypriotische werkprogramma voor de Ecofin Raad van de komende zes maanden. Het Cypriotische voorzitterschap heeft haar prioriteiten toegelicht.

Het Cypriotisch voorzitterschap zal het ratificatieproces van het Verdrag voor Stabiliteit, Coördinatie en Bestuur in de lidstaten monitoren. Daarnaast zal het voorzitterschap verder werken aan het two-pack. Het voorzitterschap zal zich inzetten voor succesvolle incorporatie in het versterkte Stabiliteits- en Groeipact. Daarnaast hecht het voorzitterschap aan een effectieve implementatie van de commitments van de eurozone lidstaten in het kader van het Euro Plus Pact. Tevens zet het voorzitterschap in op een tijdige aanname van het EU budget voor 2013, waarbij de balans tussen budgettaire consolidatie en maatregelen voor die groei en werkgelegenheid stimuleren behouden dient te worden. Ten slotte, zal het voorzitterschap het huidige werk met betrekking tot de financiële transactiebelasting voortzetten.

6. Raadspositie Begroting 2013

Tenslotte wil ik u informeren over het feit dat er ten aanzien van de EU-begroting 2013 op het hoogste ambtelijke niveau met een gekwalificeerde meerderheid overeenstemming is gevonden over een Raadspositie. In deze Raadspositie stijgen de betalingen met 2,8% en de verplichtingen met 1,3%. Dit is een daling ten opzichte van het Commissievoorstel van 25 april 2012 waarin de betalingen met 6,8% toenamen en de verplichtingen met 2,0%. Hiertoe zijn de stijgingspercentages in alle uitgavencategorieën teruggebracht (zie tabel hieronder). Dit is teleurstellend, aangezien de toename in betalingen nog altijd ver boven de nominale nulgroei ligt. Het Nederlandse kabinet heeft hier vanaf het begin van de onderhandelingen op ingezet; in de huidige economische situatie dient de Europese begroting een ontwikkeling te kennen die in verhouding staat tot de budgettaire inspanningen van lidstaten. Om die reden is het kabinet voornemens tegen het compromis te stemmen. Een beperkt aantal lidstaten zal dit ook doen, maar tezamen vormen zij geen blokkerende minderheid. Wel heeft een grotere groep lidstaten een verklaring opgesteld, waarin is opgenomen dat de stijging met 2,8% het maximale is en dat dit in de onderhandelingen met het Europees Parlement niet verder mag worden verhoogd.

De Raadspositie voor de EU-begroting 2013 zal formeel worden bekrachtigd tijdens de eerstvolgende raadsvergadering, de Raad Algemene Zaken van 24 juli a.s. De Begrotingsraad van 26 juli a.s. komt daarmee te vervallen. Nadat de Raadspositie formeel is vastgesteld zal het Europees Parlement een positie innemen. Daarna volgen in het najaar de onderhandelingen tussen de Raad en het EP teneinde tot een vergelijk te komen over de begroting 2013.

	COMMISSIE voorstel Stijging %		Raadscompromis Stijging %
	Vastleggingen	Betalingen	Vastleggingen	Betalingen
1a Concurrentiekracht	4,1	17,8	1,0	1,5
1b Structuur/cohesie	3,3	11,7	3,3	8,0
2 Landbouw, visserij en milieu	0,6	1,6	0,0	0,8
3a JBZ	1,8	11,1	0,7	5,0
3b Burgerschap	– 3,6	– 3,1	– 5,0	– 4,5
4 Extern beleid	0,7	5,1	– 1,2	– 9,8
5 Administratie	3,2	3,2	1,4	1,4
Totaal	2,0	6,8	1,3	2,8