21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2794 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 december 2023

Hierbij bied ik u het verslag aan van de Raad Buitenlandse Zaken van 11 december 2023.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. Bruins Slot

VERSLAG RAAD BUITENLANDSE ZAKEN 11 DECEMBER 2023

Op maandag 11 december 2023 nam de Minister van Buitenlandse Zaken deel aan de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) in Brussel. De Raad begon met een informele ontbijtbijeenkomst met de Armeense Minister van Buitenlandse Zaken en besprak daarna de Russische agressie tegen Oekraïne, de situatie in het Midden-Oosten en de situatie in de Sahel. Het agendapunt over de externe dimensie van economische veiligheid werd niet besproken tijdens deze Raad. Na de Raad nam de Minister van Buitenlandse Zaken deel aan een ministeriële bijeenkomst van het Oostelijk Partnerschap. Voorafgaand aan de Raad vond op zondagavond 10 december jl. een diner plaats met de leider van de Belarussische democratische krachten, Sviatlana Tsichanovskaja, waaraan een Nederlandse vertegenwoordiger deelnam. Tevens wordt via dit verslag een laatste stand van zaken gegeven over de Nederlandse ondersteuning bij vertrek uit Gaza.

Ontbijt met Armeense Minister van buitenlandse zaken

En marge van de Raad vond een informeel ontbijt plaats met de Armeense Minister van Buitenlandse Zaken, Mirzoyan. Het ontbijt werd georganiseerd door de Hoge Vertegenwoordiger (HV) naar aanleiding van de regionale ontwikkelingen in de Zuidelijke Kaukasus sinds september 2023 en stond in het teken van het versterken van de relatie tussen de EU en Armenië. In opvolging van de Raad van 13 november jl.1 werd er gesproken over steunmaatregelen aan Armenië, waaronder de uitbreiding van de EU-missie in Armenië (EUMA). Er was brede steun voor hulp bij de opvang van vluchtelingen uit Nagorno-Karabach. Daarnaast werd gesproken over steun voor het bevorderen van de weerbaarheid van het land. Ook werd het gezamenlijke statement van Armenië en Azerbeidzjan, gepubliceerd op 7 december jl., verwelkomd door de HV. De HV benadrukte dat de voorzitter van de Raad en de EU zich zullen blijven inspannen om het vredesproces te steunen. Minister Mirzoyan sprak zijn waardering uit voor de steun vanuit de EU.

Russische agressie tegen Oekraïne

Aan het begin van de Raad sprak de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Kuleba de Raad toe. Minister Kuleba benadrukte het enorme belang van een positief besluit ten aanzien van het openen van toetredingsonderhandelingen tijdens de ER van 14 december, alsook de rotsvaste overtuiging en ambitie die het land heeft om tot de EU toe te treden. Voorts onderstreepte Minister Kuleba het belang van militaire steun aan Oekraïne.

Het tweede gedeelte van de bespreking was EU only. Tijdens die bespreking stelde de

HV dat er tijdens de Europese Raad (ER) van 14–15 december belangrijke beslissingen moeten worden genomen, wat door het merendeel van de lidstaten werd onderschreven. Nederland wees op het belang van besluitvorming op vier onderwerpen tijdens de aankomende ER: 1) het voortzetten van macro-financiële steun voor Oekraïne via de Oekraïne-faciliteit; 2) het openen van de EU-toetredingsonderhandelingen met Oekraïne, 3) het creëren van een apart fonds voor militaire steun binnen de Europese Vredesfaciliteit (EPF) en 4) de aanname van het 12e sanctiepakket. Nederland benadrukte daarbij het belang van sterke en eensgezinde steun voor Oekraïne, juist nu de winter zijn intrede doet en Oekraïne kwetsbaar is voor Russische aanvallen op kritieke infrastructuur.

Voor het voortzetten van de militaire steun aan Oekraïne wezen lidstaten tevens op de noodzaak tot het vergroten van de defensieproductiecapaciteit. Nederland benadrukte in dit kader dat het belangrijk is dat de initiatieven van de EU en de NAVO voor wat betreft de praktische uitvoering met elkaar moeten worden afgestemd. Samen met Denemarken, Duitsland en Italië diende Nederland hiertoe een non-paper in met enkele concrete voorstellen (het non-paper is als vertrouwelijke bijlage bij dit verslag gevoegd2). Hierin wordt bijvoorbeeld voorgesteld regulier overleg te organiseren tussen de betrokken organisatieonderdelen van de NAVO en de EU. Ook wordt gepleit voor gezamenlijk overleg met belanghebbenden uit de defensie-industrie.

Situatie in het Midden-Oosten

De Raad sprak over de situatie in Israël en Gaza, waarbij werd stilgestaan bij het ongekend grote aantal burgerslachtoffers, de grootschalige vernietiging in Gaza en de aanhoudende raketaanvallen van Hamas. De discussie richtte zich onder andere op humanitaire pauzes en humanitaire toegang. Tijdens de humanitaire pauze is, mede dankzij EU-steun, aanzienlijk meer humanitaire hulp Gaza binnengekomen. Nog eens zes vluchten via de EU-luchtbrug staan gepland voor eind 2023. De EU heeft dit jaar EUR 100 miljoen humanitaire hulp verstrekt en voorziet volgend jaar EUR 125 miljoen hiervoor te reserveren. Een grote meerderheid van lidstaten benadrukte dat de EU zich moet blijven inzetten voor meer humanitaire hulp en toegang tot Gaza. De Commissie gaf tevens aan dat ontwikkelingssamenwerking met de Palestijnse Gebieden wordt voorgezet en dat er in 2024 een bedrag van EUR 400 miljoen zal worden gereserveerd voor de Palestijnse bevolking en om de Palestijnse Autoriteit te ondersteunen. De Raad sprak voorts over het toenemende en onacceptabele kolonistengeweld op de Westelijke Jordaanoever en het handelingsperspectief van de EU om maatregelen te nemen tegen gewelddadige kolonisten. De Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) gaf aan opties, inclusief sancties, te zullen inventariseren en zal met een voorstel komen. Conform de toezegging tijdens het commissiedebat over de situatie in Israël en Gaza van 23 november jl. zal uw Kamer in een separate brief nader worden geïnformeerd over de handelingsopties op dit vlak.

De Raad sprak ook over de noodzaak Hamas en ondersteunende netwerken gericht aan te pakken, om zeker te stellen dat Hamas niet nogmaals in staat zal zijn om een dergelijke terroristische aanval op de Israëlische bevolking uit te voeren. Meerdere lidstaten spraken hun steun uit voor maatregelen tegen Hamas. Binnen de Raad is er brede steun voor een politiek proces in lijn met de twee-statenoplossing.

Nederland drong aan op nieuwe onmiddellijke humanitaire pauzes en meer humanitaire toegang, onder meer via de Kerem Shalom grensovergang. Nederland heeft een speciaal gezant voor humanitaire hulp aangesteld, die zich onder meer voor deze doelen zal gaan inspannen. Nederland sprak zich uit tegen de aanhoudende raketaanvallen door Hamas tegen Israël en benadrukte dat de EU zich moet blijven uitspreken tegen aanvallen door Houthis op schepen in de Rode Zee, die een bedreiging vormen voor maritieme veiligheid. Nederland heeft benadrukt dat de EU Israël moet blijven oproepen om terughoudendheid te tonen en meer te doen om burgerslachtoffers tot een minimum te beperken, ook in Israëls eigen strategische belang. Nederland benadrukte bezorgd te zijn over escalatie op de Westelijke Jordaanoever en conform de toezegging aan uw Kamer tijdens het CD Israël en Gaza op 23 november jl.3 voorstander te zijn voor het verkennen van de mogelijkheden tot maatregelen op EU-niveau tegen gewelddadige kolonisten. Over de uitkomsten hiervan wordt uw Kamer binnenkort in een separate brief geïnformeerd. Tot slot droeg Nederland uit dat de EU zich moet blijven inspannen om een politiek proces hoog op de internationale agenda te houden.

Situatie in de Sahel

De HV ging in op de politieke ontwikkelingen en de dilemma’s in de Sahel, met als centrale vraag hoe de EU betrokken kan blijven in de Sahelregio om belangen te waarborgen en een gezamenlijke (aangepaste) EU-aanpak te realiseren. De HV benadrukte dat de EU-aanpak in toenemende mate flexibel en gedifferentieerd per land zou moeten zijn. Hij uitte zorgen over de ontwikkelingen in Niger, specifiek de opschorting van de EU anti-smokkelwetgeving. De Commissie benadrukte het belang van blijvend engagement met Sahel-landen om de geopolitieke belangen van de EU op het gebied van o.a. veiligheid en migratie te beschermen. De Commissie benadrukte tevens het belang van strategische communicatie om desinformatie tegen te gaan.

In lijn met de Kamerbrief Nederlandse inzet in de Sahelregio4 pleitte Nederland voor blijvende betrokkenheid in de Sahel en benadrukte het belang van het onderhouden van een dialoog met Burkina Faso en Mali waarbij de EU zichopstelt als partner van de bevolking. Nederland onderstreepte tevens het belang van strategische communicatie en samenwerking met gelijkgezinde landen waaronder het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, wat door meerdere EU-lidstaten werd beaamd. Meerdere landen noemden het belang van samenwerking met en eigenaarschap van regionale partners waaronder de AU en ECOWAS en gelijkgezinde landen in de regio.

Aanname Raadsconclusies

De Raad nam Raadsconclusies aan over het civiele gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid.5

Diner met de Belarussische leider van de democratische krachten

Voorafgaand aan de Raad vond een informeel diner plaats met de leider van de Belarussische democratische krachten, Sviatlana Tsichanovskaja. Het kabinet deelt het belang dat de Kamer hecht aan contact met de Belarussische democratische krachten.6Tijdens het diner deelde Tsichanovskaja haar visie op de (toekomstige) relatie tussen Belarus en de EU, steun voor de democratische krachten, accountability voor mensenrechtenschendingen en het belang van het intensiveren van sancties tegen Belarus. Daarnaast is er gesproken over de rol van Belarus in de Russische agressie tegen Oekraïne, waaronder de illegale verplaatsing van Oekraïense kinderen.

Ministeriële bijeenkomst Oostelijk Partnerschap

Tijdens de ministeriële bijeenkomst van het Oostelijk Partnerschap stonden aanwezigen stil bij de bijdrage van dit partnerschap aan het versterken en het verdiepen van de relaties tussen de EU en landen in Oost-Europa en de zuidelijke Kaukasus. Tegen de achtergrond van de Russische oorlog tegen Oekraïne pleitten diverse aanwezigen, waaronder Nederland, ervoor dat het Oostelijk Partnerschap zich nog meer richt op het versterken van samenwerking bij de bestrijding van hybride dreigingen en de verspreiding van desinformatie door Rusland. Daarnaast benadrukte Nederland het belang van respect voor fundamentele waarden als mensenrechten en democratie als basis voor samenwerking met landen in Oost-Europa. Ook de Ministers van Buitenlandse Zaken van Armenië, Azerbeidzjan, Georgië, Moldavië en Oekraïne (Belarus was afwezig) onderschreven het belang van het Oostelijk Partnerschap voor de regio. Diverse Ministers gingen in op de mogelijkheden die de partnerlanden bieden op het gebied van energieleveringszekerheid en wereldwijde handelsstromen en wezen op de economische meerwaarde van nauwere banden met de EU.

Nederlandse ondersteuning vertrek uit Gaza

Het kabinet blijft zich inspannen om personen in de Gazastrook die een Nederlands paspoort hebben alsmede hun kerngezinsleden, en personen met een verblijfsvergunning voor Nederland, te ondersteunen bij vertrek uit Gaza.7 Tot nu toe konden 40 personen met deze ondersteuning Gaza verlaten. Gelet op de zeer uitzonderlijke en schrijnende situatie in Gaza, de sterke afhankelijkheid van Israël om uitreis te bewerkstelligen en de rol van de Egyptische autoriteiten, heeft het kabinet besloten deze ondersteuning ook te bieden aan personen in Gaza met een via de geëigende procedure van de IND verkregen positief besluit voor gezinshereniging. Het gaat om 30 personen die zich hiermee bij hun gezinslid in Nederland zouden kunnen voegen. Daarnaast bevinden zich circa 25 personen in Gaza voor gezinshereniging nog in het beslisproces bij de IND. Als in deze zaken een positieve beslissing komt dan zullen ook deze gezinsleden worden bijgestaan om Gaza te kunnen verlaten.


X Noot
1

Kamerstuk nr. 21 501-02, nr.2786.

X Noot
2

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
3

Toezegging: TZ202311-038, Commissiedebat situatie Israel/Gaza 23 november jl.

X Noot
4

Kamerbrief Nederlandse inzet in de Sahelregio, d.d. 1 december 2023, ref. 2023Z19615

X Noot
5

Raadsconclusies via website Commissie: https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-16129-2023-INIT/nl/pdf

X Noot
6

Toezegging MinBZ «om contact te onderhouden met Tichanovskaja» gedaan tijdens debat over situatie in Oekraïne, 3 februari 2022. Handelingen II 2021/22, nr. 46, item 12

X Noot
7

Kamerstuk 23 432, nr. 499.

Naar boven