Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 augustus 2022
De laatste maanden zien we schrijnende beelden van mensen in Ter Apel die in afwachting
van toelating tot de asielprocedure, buiten slapen op stoelen of in het gras. Er zijn
te weinig opvangplekken voor asielzoekers en de versnelling van de doorstroom van
statushouders naar woningen komt onvoldoende op gang. Nederland is een land waar we
alle mensen, ongeacht hun afkomst, rechtvaardig en humaan behandelen. De afgelopen
weken (maar ook al ver daarvoor) hebben we samen met het COA, gemeenten en veiligheidsregio’s
onderzocht hoe te komen tot een oplossing om mensen onderdak te bieden. Zowel voor
de korte termijn, de middellange termijn als de lange termijn werkt het kabinet met
alle betrokken overheden en organisaties aan een pakket maatregelen. Hoewel alle partijen
hard werken om juist voor de korte termijn al tot oplossingen te komen, heeft dat
nog niet geleid tot een doorbraak. De nood is heel hoog. Zonder maatregelen komen
we in oktober duizenden opvangplekken tekort.
Zoals ook in mijn brief van 9 augustus jl. uiteengezet, leidt de huidige situatie
– het dreigende grote tekort aan opvanglocaties – ertoe dat het Rijk instrumenten
nodig heeft om de regie te kunnen nemen bij het openen van nieuwe opvanglocaties (Kamerstuk
19 637, nr. 2950). Ik werk aan een wetsvoorstel waarbij gemeenten een wettelijke opvangtaak krijgen
en waarbij het Rijk een dwingend juridisch instrumentarium tot haar beschikking heeft.
Ik streef ernaar om dit wetsvoorstel op korte termijn in consultatie te brengen. In
de tussentijd ziet het kabinet zich genoodzaakt om het Ruimtelijk ordeningsinstrumentarium
(het zgnde RO-instrumentarium) in te zetten. Dit instrumentarium geeft het Rijk de
optie om de vergunningsverlening naar zich toe te halen. Op die manier is het Rijk
niet gebonden aan de bereidwilligheid van gemeenten om een COA-locatie te openen.
En die stap neemt het kabinet nu. Het betreft hier een eerste stap, waarna ook meerdere
locaties in andere gemeenten zullen volgen.
Het COA heeft een hotel aangeschaft in Albergen, gelegen in de gemeente Tubbergen.
Dit hotel kan momenteel 80 gasten ontvangen. In potentie kunnen er op deze locatie
300 asielzoekers gehuisvest worden. Om opvang op deze locatie te realiseren is het
noodzakelijk dat het lokale bestemmingsplan opvang toestaat. Als de opvang niet binnen
het bestemmingsplan past, kan met een omgevingsvergunning van het bestemmingsplan
worden afgeweken. Het COA is momenteel bezig met de voorbereidingen van een aanvraag
voor een omgevingsvergunning voor deze locatie.
Uitgangspunt is en blijft dat eerst wordt gestreefd om opvang via de gemeente te realiseren,
waarbij het gemeentebestuur vergunning verleent om de opvang van asielzoekers in het
hotel mogelijk te maken. Vanaf begin april is er op verscheidene momenten zowel op
ambtelijk als bestuurlijk niveau contact geweest tussen het COA, het departement en
de gemeente. Het contact met de gemeente heeft tot op heden nog niet tot een bestuurlijk
akkoord geleid.
De noodzaak om aanvullende opvangplekken te realiseren is zo groot dat het kabinet
heeft besloten om een uitzonderlijke stap te zetten en de bevoegdheden zoals beschreven
in artikel 3.2 Besluit omgevingsrecht toe te passen. Dit houdt in dat ik in overeenstemming
met de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een besluit zal nemen
op de vergunningsaanvraag van het COA.
Het Rijk vindt het ook bij de inzet van het ruimtelijk ordeningsinstrumentarium van
het allergrootste belang om goed met de gemeente samen te werken en om de gemeenteraad
en de omwonenden goed te betrekken en te informeren. Dit is ook in het belang van
de gemeente, de inwoners en de asielzoekers die uiteindelijk op de locatie komen.
Het investeren in het draagvlak en de dialoog met de gemeente blijft onverkort de
inzet.
Mede namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg