19 637 Vreemdelingenbeleid

36 045 Situatie in de Oekraïne

Nr. 2945 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juli 2022

Op 30 maart 2022 heb ik uw kamer geïnformeerd over de aanpak opvang ontheemden uit Oekraine1. In deze brief heb ik de categorieën personen die in Nederland onder de reikwijdte van de richtlijn tijdelijke bescherming (hierna: RTB) vallen opgesomd en geef ik u aan welke wijzigingen ik hierin doorvoer.

Vanuit veiligheidsregio’s, gemeenten en de IND komen signalen binnen over hogere instroom van derdelanders vanuit andere (Europese) landen omdat zij in Nederland – anders dan in die landen – onder de richtlijn tijdelijke bescherming vallen en daarmee recht hebben op opvang en voorzieningen. Vanuit de gedachte van ruimhartigheid heeft het kabinet destijds besloten om een bredere groep aanspraak te laten maken op opvang en voorzieningen in Nederland. Ook heb ik signalen ontvangen dat mogelijk misbruik wordt gemaakt/dat getracht wordt misbruik te maken van de ruimte die onze regelgeving biedt. Het betreft hier voornamelijk derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning.

Op basis van deze signalen en het feit dat derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning veelal veilig kunnen terugkeren naar het land van herkomst heb ik besloten derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning per 19 juli niet langer een beroep kunnen doen op tijdelijke bescherming en dus niet langer recht hebben op opvang en voorzieningen in Nederland.

Concreet betekent dit, dat de volgende categorieën personen onder de bescherming van de richtlijn blijven vallen:

  • 1. Personen met de Oekraïense nationaliteit die:

    • Op 23 februari 2022 in Oekraïne verbleven;

    • Op of na 27 november 2021 Oekraïne zijn ontvlucht omdat de spanningen toenamen of die in de periode van 27 november 2021 tot en met 23 februari 2022 om een andere reden naar het grondgebied van de Unie zijn gereisd (bijvoorbeeld voor vakantie of werk);

    • Kunnen aantonen dat zij in de periode vóór 27 november 2021 al in Nederland verbleven, bijvoorbeeld vanwege een eerder ingediende asielaanvraag, op basis van een reguliere verblijfsvergunning of een verblijfsvergunning die is beëindigd.

  • 2. Staatlozen of derdelanders met een andere nationaliteit dan de Oekraïense, die:

    • Op 23 februari 2022 in Oekraïne internationale bescherming of gelijkwaardige nationale bescherming genoten;

    • Op 23 februari 2022 een geldige Oekraïense permanente verblijfsvergunning hadden, en;

      • ten aanzien van wie geen aanwijzingen bestaan dat zij Oekraïne voor 27 november 2021 hebben verlaten en;

      • niet is gebleken dat zij na 23 februari 2022 naar het land van herkomst zijn teruggekeerd.

  • 3. Gezinsleden van de hiervoor genoemde personen:

    • Huwelijkspartner of niet-gehuwde partner waarmee een duurzame relatie wordt onderhouden

    • Minderjarige ongehuwde kinderen (binnen of buiten huwelijk geboren of geadopteerd)

    • Andere naaste familieleden die met het gezin samenwoonden en die volledig of grotendeels afhankelijk zijn.

In overweging 14 van de preambule van het Uitvoeringsbesluit van de Raad worden de lidstaten aangemoedigd te overwegen de tijdelijke bescherming uit te breiden tot personen die Oekraïne kort voor 24 februari 2022 zijn ontvlucht omdat de spanningen toenamen of die zich net vóór die datum op het grondgebied van de Unie bevonden (bijvoorbeeld voor vakantie of werk) en die als gevolg van het gewapende conflict niet naar Oekraïne kunnen terugkeren. Indachtig de gedachte van ruimhartige opvang is besloten om de richtlijn ook van toepassing te verklaren op ontheemden die op of na 27 november 2021 Oekraïne hebben verlaten vanwege de toenemende spanningen. Voor het bepalen van deze is aangesloten bij de visumvrije termijn van Oekraïners, namelijk 90 dagen.

Ten aanzien van Oekraïners is daarnaast besloten om ook diegenen die zich vóór 27 november 2021 in Nederland bevonden onder de bescherming van de richtlijn te brengen. Dit voorkomt dat Oekraïners zonder rechtmatig verblijf een (nieuwe) verblijfsprocedure zullen starten, waarbij waarschijnlijk gekozen zal worden voor een asielbeoordeling.

Oekraïners die vóór 27 november 2021 elders in Europa verbleven vallen niet onder de richtlijn.

Derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning

Derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning in Oekraïne die op 19 juli 2022 nog niet zijn ingeschreven in de BRP zijn per 19 juli 2022 uitgesloten van de RTB en hebben daarmee niet langer recht op opvang en voorzieningen in Nederland. Voor de ontheemden met een tijdelijke vergunning die reeds ingeschreven zijn in de BRP voor 19 juli, geldt dat hun tijdelijke bescherming op 4 maart 2023 wordt beëindigd.

Gevolgen voor de uitvoering

De gehele migratieketen heeft op dit moment te kampen met capaciteitsproblemen. Deze beleidswijziging kan een hogere instroom in de reguliere asielketen tot gevolg hebben. Ik heb alle betrokken partijen in de migratieketen gevraagd samen te werken om de gevolgen van deze beleidswijziging te ondervangen. Er wordt gewerkt aan een separate triagelocatie voor de triage van derdelanders uit Oekraine, waar indien mogelijk tijdelijke opvang plaatsvindt en voorlichting over het vervolgproces van deze groep. Primair is de inzet van het kabinet er op gericht om deze doelgroep terug te laten keren naar het land van herkomst. Zodat zich in ter Apel enkel de personen melden die een uitdrukkelijke asielwens hebben en het reguliere asielproces willen doorlopen. Het uitwerken van het centrale triageproces kost enige tijd, we streven er naar dit begin augustus gereed te hebben. Gedurende deze overgangsperiode blijft het huidige proces van toepassing, dit om de instroom in het reguliere asielproces niet extra te belasten.

Binnen enkele weken informeer ik uw Kamer nader over de genoemde uitwerking.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg


X Noot
1

Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 2907

Naar boven