19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1743 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 oktober 2013

Met deze brief reageer ik op de brief van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie van 3 oktober 2013 en informeer ik u over de bestaande taskforces in het kader van het terugkeerbeleid en hun werkwijze. Daarnaast informeer ik u over de stand van zaken in het onderzoek van de Commissie Integraal Toezicht Terugkeer (CITT) naar de werkwijze van de Guineese taskforce. Ten slotte reageer ik op het aanvullende verzoek van de vaste commissie (brief van 9 oktober 2013) om een gesprek in te plannen met een taskforce tijdens een komend bezoek aan Nederland.

1. Bestaande taskforces

In de brief van mijn voorganger van 8 oktober 2012¹ en in mijn brief van 17 juni 2013 aan uw Kamer² bent u geïnformeerd over het proces rond de taskforce uit Guinee. De daarin beschreven werkwijze en de redenen waarom Nederland dergelijke taskforces uitnodigt, gelden grosso modo voor alle taskforces die door Nederland zijn uitgenodigd.

Zoals in de brief van 8 oktober 2012 gemeld, bestaan dergelijke delegaties uit vertegenwoordigers van de ministeries van de betrokken landen. Het gaat hierbij om de ministeries die betrokken zijn bij de terugkeer van eigen landgenoten en als zodanig door de autoriteiten van die landen als bevoegd zijn aangewezen

Een taskforce bestaat over het algemeen uit twee tot vier leden, die hier verblijven voor een periode tussen de 3 en 5 dagen. De verblijfsduur hangt mede af van het aantal personen dat aan de taskforce gepresenteerd wordt. Het aantal personen van de taskforce hangt af van het aantal vreemdelingen in de caseload van de DT&V, die op dat moment gepresenteerd kunnen worden aan de autoriteiten van het land. Tijdens het bezoek van de taskforce wordt elke dag een deel van de vreemdelingen aan de taskforce gepresenteerd in het kader van de vaststelling van de nationaliteit. De taskforce is bevoegd om laissez-passers af te (laten) geven voor terugkeer of om een bevestiging van de nationaliteit af te geven, op basis waarvan op het moment van vertrek een laissez-passer kan worden afgegeven door de betreffende diplomatieke vertegenwoordiging.

Sinds de start van de DT&V hebben er ruim 30 taskforces plaatsgevonden. Dit waren taskforces van de volgende landen: Armenië, Azerbeidzjan, Guinee, Irak, Liberia, Nepal, Nigeria en Sierra Leone. Op dit moment staan er geen nieuwe taskforces gepland.

2. Onderzoek CITT naar de werkwijze van de Taskforce Guinee

Zoals ik u in mijn brief meldde, heeft de Commissie Integraal Toezicht Terugkeer (CITT) aangekondigd een onderzoek te starten naar de werkwijze van de taskforces uit Guinee. De CITT heeft mij geïnformeerd dat de uitkomsten van dit onderzoek deel zullen uitmaken van het jaarverslag van de CITT over 2013, tenzij er uit het onderzoek dringende zaken naar boven komen die de CITT reden geven om mij tussentijds te berichten. Zo’n tussentijds bericht heb ik tot op heden niet ontvangen. Ik wacht de verdere uitkomsten van het onderzoek van de CITT en de verwerking ervan in het jaarverslag 2013 dan ook af.

3. Verzoek vaste commissie om te spreken met een volgende taskforce

Aanvullend op de brief van 3 oktober jl. heeft de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie mij verzocht te bewerkstelligen dat tijdens een volgend bezoek van een dergelijke taskforce de vaste commissie de taskforce kan spreken.

Conform dit verzoek zal ik, met de relevante autoriteiten van landen waarvan de DT&V verwacht binnen het komende half jaar een taskforce te plannen, bespreken of daartoe de bereidheid bestaat. Vervolgens zal ik de vaste commissie informeren of en wanneer dit mogelijk is.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

---

1 Kamerstuk 19 637, nr. 1579.

2 Kamerstuk 19 637, nr. 1678.