19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1645 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 april 2013

Inleiding

Hierbij bied ik u de Rapportage Vreemdelingenketen (RVK) aan over de periode januari tot en met december 2012.1 In de rapportage vindt u onder andere terug hoeveel aanvragen omtrent verblijf in Nederland zijn gedaan, asiel en regulier, en hoeveel vreemdelingen zijn vertrokken. Het doel is om inzicht te geven in de cijfermatige resultaten in de verschillende processen die vreemdelingen in de keten doorlopen.

Met het oog op het verder verbeteren van de rapportage is in deze editie gekozen voor een andere indeling dan in de voorgaande edities. De focus ligt meer op het traject dat een vreemdeling doorloopt door verschillende processen (toegang, toelating, etc.) dan op elk proces afzonderlijk. De nieuwe opzet brengt met zich mee dat opvang samen met asiel in één hoofdstuk wordt besproken (hoofdstuk 3), en bewaring behandeld wordt in het hoofdstuk over toezicht (hoofdstuk 5). De kengetallen die besproken worden zijn vrijwel gelijk gebleven aan die van de eerste rapportage van 2012. Een lijst met de kengetallen uit de vorige RVK met hun nieuwe vindplaats is opgenomen in bijlage 2 van de rapportage.

Er is minder informatie beschikbaar over reguliere toelating en toelating in het kader van asiel dan in de edities vóór 2012. Dit is een gevolg van de gefaseerde invoering van het nieuwe systeem van de IND, INDiGO, waardoor tijdelijk op beperkte schaal informatie kan worden verstrekt. Bij brief van 20 februari 2013 bent u, middels de vierde Voortgangsrapportage INDiGO, geïnformeerd over de invoering van INDiGO.2 Aanvullende informatie over 2012, zoals de uitsplitsing naar verblijfsdoel bij reguliere migratie, zal na de invoering van INDiGO met terugwerkende kracht beschikbaar komen.

In de rapportage staan de resultaten van de Task Force VRIS vermeld. Hiermee voldoe ik aan de toezegging die door de minister voor Immigratie en Asiel in november 2012 is gedaan.

Asiel en opvang

De algemene dalende trend van het aantal asielverzoeken dat in Nederland wordt gedaan maakt dat Nederland nu gedaald is van de zevende naar de achtste plaats waar het gaat om de Europese lidstaten met het hoogste aantal asielverzoeken. Dit wordt in belangrijke mate beïnvloed door de daling in het aantal eerste asielaanvragen. Deze daling, die is ingezet in 2009, zet zich nog altijd voort. In 2012 zijn er 15% minder eerste asielaanvragen ingediend dan in 2011. Het aantal tweede en volgende asielaanvragen is echter blijven stijgen, zoals ook in eerdere rapportages al is geconstateerd. De stijging in 2012 ten opzichte van 2011 bedraagt 26%. Dit is een zorgelijke constatering, als het gaat om procedures waarbij de uitkomst uiteindelijk negatief voor de vreemdeling blijft. Zeker als het gaat om gezinnen met kinderen wordt uiteindelijke terugkeer naar het land van herkomst dan immers steeds lastiger. Zoals ook in eerdere rapportages is vermeld maakt dit dat er een forse inzet zal blijven om het stapelen van procedures tegen te gaan. Het pakket aan maatregelen Stroomlijning Toelatingsprocedures waarover op 3 juli 2012 met uw Kamer is gesproken en waarvan de voorbereiding van de implementatie in volle gang is, blijft hierin van groot belang.

Tabel 1: Overzicht asielinstroom (in behandeling genomen asielaanvragen) per jaar
 

2008

2009

2010

2011

2012

Eerste asielaanvragen

13.400

14.910

13.330

11.590

9.810

Tweede en volgende asielaanvragen

1.880

1.260

1.820

3.040

3.820

 

15.280

16.170

15.150

14.630

13.630

Bron: IND. Afronding op 10-tallen (In de tabel in deze brief kan het voorkomen dat de (afgeronde) delen niet optellen tot de (afgeronde) som. De opsomming is in dat geval niet kloppend gemaakt om, zoals gebruikelijk in de rapportage Vreemdelingenketen, zo dicht mogelijk bij de niet-afgeronde aantallen te blijven.).

De dalende instroom van asielzoekers in Nederland is terug te zien in de dalende bezetting bij het COA. Tegelijkertijd loopt de uitstroom uit de opvang wat terug. Hierover, en over de onderliggende oorzaken, bent u op 21 december 2012 geïnformeerd.3 Met name een stijging van de bezetting van de Gezinslocaties (stijging van 165%) is hierbij van belang. In de achterliggende periode heeft (de discussie over) de regeling voor langdurig in Nederland verblijvende kinderen een rol gespeeld in de stagnatie van uitstroom uit de gezinslocaties. Na afhandeling van de regeling zal de inzet gericht worden op het vergroten van de uitstroom uit deze locaties.

Regulier

De cijfers ten aanzien van reguliere migratie zijn in de rapportage niet uitgesplitst naar verblijfsdoel. De implementatie van INDiGO en de gevolgen daarvan voor de managementinformatie maken het onmogelijk de cijfers uit te splitsen naar de verschillende verblijfsdoelen.

Grensbewaking

De instroom van personen aan wie de toegang is geweigerd, is sterk gedaald. Een factor die hierop mede van invloed zou kunnen zijn, is de mogelijk afschrikwekkende werking van de per 1 januari 2012 ingevoerde verplichting om voor vertrek van 28 (risico)bestemmingen naar Schiphol zogenoemde Advance Passenger Information (API – o.a. reis- en reisdocumentgegevens van de passagiers) te verstrekken aan de grensbewakingsautoriteit (KMar). De ervaringen met het gebruik van API-gegevens, zoals deze tot nu toe op beperkte schaal heeft plaatsgevonden, zullen nader worden onderzocht, mede in het licht van Europese en internationale ontwikkelingen en ervaringen. Op basis daarvan zal verdere uitbreiding van het gebruik van API-gegevens binnen de vreemdelingenwetgeving worden bepaald.

Toezicht

Het aantal persoonscontroles MTV is aanzienlijk gestegen, met 34%. Deze stijging volgt op het aanpassen van de juridische grondslag in artikel 4.17a van het Vreemdelingenbesluit in 2012. Het Europese Hof heeft op 19 juli 2012 een positieve uitspraak gedaan over de Schengenconformiteit van het MTV op basis van de nieuwe regelgeving. De Raad van State heeft het standpunt van het Hof overgenomen. Daarmee is er sprake van een solide juridisch kader waarbinnen de KMar het toezicht in de binnengrenszone kan uitvoeren.

Sinds 1 juli 2012 wordt het Mobiel Toezicht Veiligheid ondersteund door het camerasysteem @migoboras. Het is nu nog te vroeg om te rapporteren over de effecten daarvan. Zoals ik u reeds heb toegezegd, zal ik u rond de zomer hierover nader informeren.

Vertrek

De vertrekcijfers over het jaar 2012 laten een lichte daling zien ten opzichte van het jaar 2011. De daling in het aantal gedwongen uitzettingen laat zich, zoals uw Kamer eerder al is bericht deels verklaren door de daling in het aantal toegangsgeweigerden. Daarnaast is van belang dat gedwongen terugkeer naar Irak en Somalië niet mogelijk was. Met betrekking tot Somalië heb ik uw Kamer reeds bericht dat gedwongen vertrek weer ter hand wordt genomen. Voor de lichte daling in het vrijwillig vertrek wil ik nogmaals verwijzen naar het effect dat (de discussie over) de regeling voor langdurig in Nederland verblijvende kinderen heeft gehad op de terugkeerbereidheid. Daarnaast heeft ook de afname van de terugkeerbereidheid van de vreemdelingen afkomstig uit Irak en Somalië als gevolg van de onmogelijkheid van gedwongen terugkeer naar Irak en, tot voor kort, Somalië een rol gespeeld.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Zie voor meer informatie over het project INDiGO en de daarmee samenhangende kosten de Rapportage Grote ICT Projecten (www.rijksictdashboard.nl).

X Noot
3

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, 19 637, nr. 1596

Naar boven