19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1477 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 november 2011

In de brief van 14 september 2011 verzoekt de algemene commissie voor Immigratie en Asiel mij de Kamer te informeren over de maatregelen die de regering inzake de huisvesting van vergunninghouders voornemens is te treffen. Via dit schrijven informeer ik u over de meest recente ontwikkelingen op dit gebied.

Op 7 juli 2011 bood ik uw Kamer1 de eindrapportage van de Taskforce Thuisgeven aan. De Taskforce die onder leiding stond van de heer Nijpels heeft in zijn eindrapportage een aantal voorstellen gedaan voor verbetering van het uitplaatsingsproces van vergunninghouders uit opvanglocaties naar reguliere woonruimte in gemeenten. Ik meldde u al dat in een pilot in drie gebieden ervaring wordt opgedaan met het door de Taskforce voorgestelde toewijzingsproces. Die pilot loopt tot het eind van 2011, waarna, middels evaluatie, bezien zal worden of de voorgestelde werkwijze in de praktijk efficiënter en effectiever is dan de huidige. Aangezien de pilot momenteel uitgevoerd wordt, kan ik nog niet vooruitlopen op het eindoordeel over de voorgestelde werkwijze. In mijn brief van 7 juli 2011 meldde ik dat uw Kamer begin 2012 nader geïnformeerd zal worden over de resultaten van de pilot.

Daarnaast zijn er in het rapport van de Taskforce quick wins benoemd rond de afgifte van verblijfsdocumenten en nareizigers. De voorgestelde procesafspraken zijn gemaakt, nu wordt gemonitord hoe de afspraken in de praktijk uitpakken.

Ik kan uw Kamer wel informeren over de algehele stand van zaken met betrekking tot de huisvesting van vergunninghouders.

Op 1 november jl. verbleven er nog 3303 vergunninghouders in de opvang, terwijl dat er op 1 januari 2011 nog 4890 waren. De gemiddelde verblijfsduur in de opvang is inmiddels afgenomen tot 5 maanden (na vergunningverlening), terwijl de gemiddelde verblijfsduur op 1 januari 2011 nog op ruim 6 maanden lag. Het streven is naar verdere versnelling en huisvesting binnen uiterlijk drie maanden (na vergunningverlening).

De huisvestingstaakstelling voor gemeenten voor het tweede halfjaar van 2011 is vastgesteld op 5200 personen, vermeerderd met een achterstand op de voorgaande taakstellingen van 1991. In totaal zijn er tot 1 januari 2012 dus 7191 vergunninghouders te huisvesten. In de eerste drie maanden van het tweede halfjaar van 2011 zijn er 2600 vergunninghouders gehuisvest.

Voor de eerste helft van 2012 zal de taakstelling op 4500 personen vastgesteld worden. Dit aantal is exclusief de eventuele achterstand op 31 december 2011.

De realisatiecijfers worden maandelijks gepubliceerd op: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/asielbeleid-en-immigratie/huisvesting-vergunninghouders.

Ik constateer dat alle partijen die met dit dossier aan de slag zijn betrokkenheid tonen. Ook constateer ik dat de dalende lijn van het aantal vergunninghouders dat in de opvang zit zich doorzet. Aandacht blijft echter nodig gelet op de opgave die er nog ligt. Versnelling en verbetering van het huisvestingsproces van vergunninghouders wordt voortdurend nagestreefd. De pilot met betrekking tot het nieuwe toewijzingsproces zal informatie hiervoor opleveren. Zoals ik u al heb toegezegd zal ik u begin 2012 verder informeren over de resultaten van de pilot en over de maatregelen die ik dan zal nemen met betrekking tot de huisvesting van vergunninghouders.

De minister voor Immigratie en Asiel,

G. B. M. Leers


X Noot
1

TK 2010–2011, 19 637, nr. 1442.

Naar boven