13 Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering. Aan de orde zijn de stemmingen van donderdag 19 juni 2025. We gaan allereerst stemmen, bij punt 1, over de moties ingediend tijdens het debat over de NAVO-top van 24 en 25 juni in Den Haag. Er zijn enkele aanmeldingen voor stemverklaringen. Maar volgens mij wil de heer Flach eerst nog een ander punt van orde maken. Gaat uw gang.

De heer Flach (SGP):

Voorzitter. Dat gaat over de motie op stuk nr. 3164 (21501-02). Omdat deze motie eigenlijk het doodvonnis voor onschuldige burgers kan betekenen, vinden wij het belangrijk dat over deze motie hoofdelijk wordt gestemd. Dat hoeft wat ons betreft niet vandaag; het mag ook bij de volgende stemming op een dinsdag. Ik heb begrepen dat dit niet aanstaande dinsdag is, maar de dinsdag daarna.

De voorzitter:

Dit is een motie die niet door de heer Flach zelf is ingediend, maar door mevrouw Piri. Het klopt dat de regel is dat we hoofdelijke stemmingen in principe op dinsdag doen. Tegelijkertijd is dit een motie die is ingediend tijdens een debat over de Raad Buitenlandse Zaken. We hebben het gebruik om daarover te stemmen op dit soort dagen. Ik kijk eerst naar mevrouw Piri.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. De volgende stemming is over twee weken. Als er behoefte bestaat bij collega Flach om over de motie hoofdelijk te stemmen, lijkt het me dat we dat dan vandaag doen.

De voorzitter:

Als dat de conclusie is, zal ik drie uur moeten schorsen. Niet eerder dan dat moment kan er vandaag hoofdelijk worden gestemd.

De heer Van der Burg (VVD):

Voorzitter. We stemmen vandaag in afwijking van dinsdag omdat we de minister een boodschap willen meegeven voor de Raad. Op het moment dat voor de motie over dit punt van NSC, ChristenUnie en de VVD wordt gestemd, heeft de minister zijn boodschap gekregen en kan die andere motie dus gewoon op een normale dinsdag in stemming komen, waardoor we die hoofdelijke stemming niet vandaag hoeven te doen. Die kunnen we dan gewoon over twee weken doen, want het signaal aan de minister is dan duidelijk.

De voorzitter:

Ja, maar wat is uw positie als het gaat om de stemming?

De heer Van der Burg (VVD):

Ik steun dus het voorstel van de SGP, omdat als de motie van NSC, ChristenUnie en de VVD …

De voorzitter:

Ja, maar de volgorde is andersom. Is dan uw verzoek om eerst die andere motie in stemming te brengen?

De heer Van der Burg (VVD):

Ja, dat is dan het gevolg daarvan, voorzitter. Maar dat scheelt wel drie uur wachten op de rest van de stemmingen.

De voorzitter:

Dat is weer een ander voorstel.

De heer Paternotte (D66):

Ik zou de SGP willen vragen of dit nodig is. De heer Wilders heeft eerder vandaag een hoofdelijke stemming aangevraagd en dat verzoek weer ingetrokken. Als die stemming gewoon was doorgezet, hadden we over een uur hoofdelijk kunnen stemmen. Vanochtend was al bekend dat GroenLinks-PvdA dit standpunt had en daarover ook met een motie zou komen. Ik denk dus dat wij in dit geval wat ons betreft gewoon fractiegewijs kunnen stemmen. Dat beroep wil ik in elk geval op de SGP-fractie doen.

De voorzitter:

Voordat ik iedereen het woord geef, kijk ik even naar de heer Flach. Door de heer Van der Burg wordt de suggestie gedaan om eerst te stemmen over de motie-Kahraman c.s. Daarna zouden we gewoon fractiegewijs kunnen stemmen over de motie-Piri.

De heer Flach (SGP):

Nee, voorzitter, dat was volgens mij niet het voorstel van de heer Van der Burg. Dat mag hij zelf even herhalen.

De heer Van der Burg (VVD):

Dat heb ik niet gezegd. Door te stemmen over de motie-Kahraman c.s. heeft de minister het signaal gekregen dat hij nodig heeft om te kunnen vergaderen met zijn Europese collega's. De hoofdelijke stemming over de motie-Piri kunnen we dan over twee weken doen.

De voorzitter:

Goed. U steunt dus ronduit het verzoek van de heer Flach om de stemming over twee weken hoofdelijk te doen.

De heer Paternotte vroeg om een reactie. Die heeft u gekregen. Wat doet dat met uw positie, meneer Paternotte? Steunt u de hoofdelijke stemming vandaag?

De heer Paternotte (D66):

Dat is wat mij betreft aan de indiener. Daar ga ik niet over oordelen. Ik vind het jammer dat het nodig is.

De voorzitter:

Oké.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik vind dat de heer Van der Burg namens de VVD wel een hele rare figuur maakt. Het is een soort vooruitlopen op stemmingen: als deze motie is aangenomen, heeft die andere motie geen betekenis meer. Ik wil er graag vandaag over stemmen. Het is belangrijk dat de Kamer zich uitspreekt. Het is een beetje gek dat de SGP op dit tijdstip nog om een hoofdelijke stemming vraagt. Maar als ze daarin persisteert, moeten we wel vandaag stemmen. We gaan niet de stemming over één motie twee weken opschuiven omdat de VVD denkt dat die motie toch niet wordt aangenomen. Dat zullen we nog wel zien.

De voorzitter:

De heer Vermeer.

De heer Vermeer (BBB):

Gezien de zeer verstrekkende gevolgen van de motie-Piri willen we daar absoluut vandaag over stemmen.

De heer De Roon (PVV):

Ik sluit me aan bij de opmerkingen van de heer Van der Burg.

De voorzitter:

Dat is bij de heer Van der Burg.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Als fractie zijn wij compleet, maar de heer Van der Burg heeft wel een punt. De moties vragen in principe om hetzelfde, namelijk om een richtinggevende uitspraak. Als wij over de motie-Kahraman stemmen, heeft de minister voor de RBZ een richtinggevende uitspraak. Ik snap de lijn van de heer Van der Burg dat we dan over twee weken hoofdelijk over de motie kunnen stemmen. Dat is ook omdat dit een motie is die vaker ingediend wordt. Daarom zit er geen tijdsdruk op.

De voorzitter:

De ChristenUnie steunt dus de heer Flach.

De heer Dassen (Volt):

Voorzitter. Volgens mij gaat de indiener zelf over wanneer er over de motie wordt gestemd. Anders steun voor vandaag stemmen.

De voorzitter:

Even voor alle duidelijkheid: de meerderheid beslist over het moment van de hoofdelijke stemming. Mevrouw Dobbe.

Mevrouw Dobbe (SP):

Dobbe.

De voorzitter:

Ja, ik zei "Dobbe".

Mevrouw Dobbe (SP):

Ik sluit mij volmondig aan bij de opmerkingen van mevrouw Ouwehand.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Wat mij betreft is het nog steeds aan de indiener. Natuurlijk bepaalt de vergadering de orde van de vergadering en de orde van de stemmingen, maar ik ben ertegen om dat nu te bepalen zonder de indiener gehoord te hebben. Wat mij betreft wordt er dus gewoon vandaag gestemd, wordt er gewoon fractiegewijs gestemd en is er geen noodzaak tot een hoofdelijke stemming.

De voorzitter:

Ieder individueel Kamerlid heeft het recht om om een hoofdelijke stemming te vragen. De afspraken zijn dat uiteindelijk een meerderheid het moment van die hoofdelijke stemming bepaalt.

De heer Kahraman (NSC):

Voorzitter, ik steun het voorstel van de heer Van der Burg en daarmee dat van de heer Flach.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid om vandaag een hoofdelijke stemming te houden.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Ik wil hier toch even memoreren dat dit voortaan betekent dat als een individueel Kamerlid een motie indient, een meerderheid kan besluiten dat die motie niet in stemming wordt gebracht. Dit is echt een precedent dat ik niet eerder heb meegemaakt hier in de Tweede Kamer. Ik vraag u toch, nog één keer, om hier goed naar te kijken. Op het moment dat wij volgende week dinsdag geen reguliere stemmingen hebben, dan bepaalt een meerderheid hier wat een recht is van een individueel Kamerlid, om een motie gewoon in stemming te brengen. Het is ongekend, voorzitter.

De voorzitter:

Het is niet zo dat de motie niet in stemming wordt gebracht. Het gaat om het moment waarop de motie in stemming wordt gebracht. De regels zijn zo dat de meerderheid dit kan. Dat is een afspraak. Ik kan dat niet eenzijdig doorbreken. U doet een beroep op uw collega's en die geef ik het woord.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Maar er zijn twee regels, voorzitter. Als we hoofdelijk stemmen, wordt er drie uur de tijd in acht genomen. Ik vind dat degene die een hoofdelijke stemming aanvraagt dan ook moet accepteren dat dat erbij hoort. Dan stemmen we dus vandaag. Dan kan je niet vervolgens ook nog eens de regel inroepen dat de Kamer gaat over wanneer we stemmen. Dit wisten we. De SGP komt er op het allerlaatste moment mee. Dan moet je ook de consequentie dragen: dit hoort er dan bij. Dan wachten we drie uur, maar dan stemmen we wel vandaag hoofdelijk. Je kan niet alle regels in je eigen voordeel aanwenden.

De heer Boswijk (CDA):

Voorzitter. Ik ga niet in herhaling vallen. Zoals collega Ouwehand het zei, zitten wij er ook in. Dat is dus vandaag een hoofdelijke stemming.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter, absoluut. We moeten niet nu het precedent creëren waarbij een meerderheid kan besluiten dat er niet gestemd mag worden over een motie terwijl dat een individueel recht van een parlementariër is. Ik wacht even af wat uw conclusie is, maar anders hebben wij daar nog een ordevoorstel bij.

De voorzitter:

Kijk, dit is een ingewikkelde. Er zijn hier meerdere afspraken die toch enigszins met elkaar botsen. Het gaat hier om een hoofdelijke stemming over de motie van iemand anders. Het is niet de indiener zelf die dit vraagt. Dat weegt mee. Het gaat om een motie ingediend bij het tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken, met het oog op het aan de bewindspersoon meegeven van een positie in een Raad. Als het individuele lid gebruikmaakt van het verzoek om hoofdelijk te stemmen, is het gebruik dat we dat, normaliter, op dinsdag doen, tenzij het op een ander moment gebeurt. Dan gaan we drie uur schorsen. Ik zou een klemmend beroep op de Kamer willen doen om dat te respecteren en om niet nu bij meerderheid iets af te dwingen dat op andere momenten, ook als de verhoudingen in de Kamer veranderd zijn en andere partijen in een coalitie zitten, leidt tot dingen waar we later spijt van krijgen.

Zoals de heer Van der Burg heeft gezegd, ligt er ook een andere motie. Als die bij meerderheid wordt aangenomen, dan is er ook duidelijkheid richting de bewindspersoon. Dan kan er ook prima over die andere motie worden gestemd. Als dat hoofdelijk moet, dan doen we dat vandaag en dan doen we dat over drie uur.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter, mag ik misschien een schorsing van drie minuten aanvragen?

De voorzitter:

Waarvoor?

De heer Paternotte (D66):

Om even met de collega's te kunnen overleggen.

De voorzitter:

Dat lijkt me ook een praktische oplossing. Dan schorsen we even een aantal minuten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering. Ik geef het woord aan de heer Flach.

De heer Flach (SGP):

Voorzitter. De SGP vindt het belangrijk dat er hoofdelijk wordt gestemd over de motie. Ik heb aangegeven dat het wat ons betreft niet per se vanavond had gehoeven, maar ik ben er ook niet op tegen dat het vanavond gebeurt. Als dat de consensus is in de Kamer, dan kunnen we er wat mij betreft vanavond over stemmen.

De voorzitter:

Dan gaan we over deze motie hoofdelijk stemmen. Dat doen we over een uur of drie. We moeten even met de Griffie overleggen over het exacte tijdstip. Dat wordt u medegedeeld. Dan gaan we nu wel door met de andere stemmingen. De heer Kahraman?

De heer Kahraman (NSC):

Voorzitter. Als er vanavond een hoofdelijke stemming is, dan zou ik graag ook mijn motie vanavond hoofdelijk in stemming willen brengen.

De voorzitter:

Oké. Daar zit ook drie uur tussen, dus dat zal ik zonder meer honoreren. Daarmee gaan dus alle stemmingen bij agendapunt 7, moties ingediend bij het tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken 23 juni 2025, doorschuiven naar een later moment. O, alleen die twee moties? De rest doen we wel. Oké. We doen alleen de twee hoofdelijke moties over drie uur en de andere moties bij agendapunt 7 gaan we nu in stemming brengen.

Naar boven