5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden.

Ik stel voor dinsdag 8 oktober aanstaande ook te stemmen over de ingediende moties bij het notaoverleg over de Beleidsnotitie Nederland-China.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda van de Kamer het wetsvoorstel Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten en enkele andere wetten in verband met verdere activering van de participatie van jonggehandicapten en het harmoniseren van de verschillende regimes Wajong (35213).

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor het dertigledendebat over het tekort aan medicijnen van de agenda af te voeren.

Aangezien voor de volgende stukken de termijn is verstreken, stel ik vast dat, wat deze Kamer betreft, de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overgelegde stukken zijn goedgekeurd: 34865-(R2097)-1; 34927-(R2104)-1.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 29664-178; 29628-770; 21501-32-1097; 34775-X-129; 25295-58; 31936-554.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 35000-V-86; 35000-V-85; 35000-V-81; 35207-2; 35207-1; 21501-02-2046; 34349-17; 28286-1061; 28286-1063; 29683-249; 28286-1062; 2019Z16203; 28973-218; 29683-248; 28286-1053; 35000-XIV-75; 28286-1052; 29683-247; 28807-222; 28973-205; 28973-197; 28973-201; 29683-243; 28286-984; 28807-220; 28807-221; 28807-218; 28807-219; 31524-439; 31524-440; 32847-520; 23645-707; 28642-106; 31521-115; 29279-537; 29279-535; 32735-244; 32735-177; 29279-519; 35000-VI-102; 35078-2; 29279-490; 29279-489; 30234-232; 23987-362; 31066-524; 31066-521; 31066-529; 31066-525; 31066-527; 31066-510; 31066-519; 31066-512; 31066-502; 31066-518; 31066-511; 31934-23; 35026-67; 31066-499; 31066-523; 31066-500; 35000-VIII-213; 32827-161; 33997-144; 33997-143; 33997-141; 20043-121; 29521-381; 29521-367; 29521-380; 29521-383; 28286-1058; 2019Z16348; 2019Z17461.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Ploumen namens de PvdA.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Dank u wel, voorzitter. Gisteren lazen we in het Algemeen Dagblad een bericht dat er folders van deur tot deur bezorgd zullen worden die ik zou kwalificeren als antiabortusfolders. Overigens is dat ook de kop in de krant. Het past in een patroon waarbij vrouwen die voor een abortus naar een kliniek gaan, geïntimideerd worden en onder valse voorwendselen in een bus worden gelokt om daar te spreken over abortus, terwijl ze dat niet wensen. Die folder past in dat patroon. Daarom zou ik er graag met de minister over van gedachten wisselen, niet om die folders te verbieden, maar wel om over de betekenis en de consequenties ervan te spreken.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Wij gaan ervan uit dat de mensen die die folders verspreiden, zich houden aan de regels omtrent folderverspreiding. Verder vinden we dat we dit onderwerp ook goed kunnen meenemen in het algemeen overleg Geboortezorg in november.

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Voorzitter. Ook ik denk dat we het heel goed ofwel in het overleg over medische ethiek, ofwel in het AO Geboortezorg kunnen behandelen. Ik verwacht overigens zelf niet zo'n flyer in de bus te krijgen, want ik heb een nee-neesticker. Ik sluit me dus aan bij mevrouw Van den Berg: ik ga ervan uit dat men zich in elk geval aan de regels houdt.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Voorzitter. Gezien de agenda de komende weken, maanden voor wat de Kamer te doen staat lijkt het mij verstandig dat we dit gewoon eind november behandelen in het algemeen overleg. Dat is het eerste en snelste moment om hierover met de minister van gedachten te wisselen.

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Voorzitter. Ik denk dat mevrouw Ploumen helemaal gelijk heeft dat er sprake is van een patroon. Ik krijg heel veel signalen van vrouwen die zich daar zorgen over maken. Ik denk dat we dit het beste in het AO Geboortezorg kunnen bespreken. Dat zal het eerst mogelijke moment zijn. Ik wil wel graag een brief van de minister met een reactie op dit artikel in het AD.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik begrijp dat de PvdA naar een Nederland wil waarin de overheid zich bemoeit met welke folders wel en niet door de bus komen. Dat lijkt mij een heel eng land. Daar geef ik geen steun aan.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter. Via maatschappelijke actie is er steun om die folder huis aan huis te bezorgen. Als SGP steunen wij dit ook. Ik vind het een heel goed idee. Dus ik vind het eigenlijk ook wel een goed idee om er een debat over te hebben. Dat kan juist helpen voor die bewustwording. Het liefst dan, wat ons betreft, in de Week van het Leven, vanaf 11 november.

De voorzitter:

Mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter. Het is goed dat zowel collega's die mijn zorgen delen als de heer Van der Staaij erover willen spreken. Wij staan er inhoudelijk heel anders in, maar het debat hierover is belangrijk. Het is fijn als de minister een brief schrijft met een appreciatie, waarin hij ook ingaat op de vraag of hij vindt dat dit past in een patroon waarbij vrouwen in hun vrije keuze belemmerd worden en zich geïntimideerd voelen. Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Alkaya namens de SP.

De heer Alkaya (SP):

Voorzitter. De Commissie Toekomst Accountancysector heeft zich het afgelopen jaar gebogen over die sector en heeft aanbevelingen gedaan voor hoe deze problematische sector beter kan functioneren. Ik wil graag een reactie van het kabinet op hun aanbevelingen en bevindingen, en daarna een debat met de minister van Financiën over de toekomst van de accountancysector.

De heer Snels (GroenLinks):

Voorzitter. Dit hoort volgens mij echt bij die hoofdlijnendebatten die we zouden moeten voeren. Ik steun het dus, maar wel met de voorwaarde dat we het definitieve rapport krijgen en dat de minister van Financiën ook voldoende tijd heeft — want er zijn ook rapporten van de AFM en de sector zelf — om zijn mind op te maken en zelf een echte beleidsbrief te maken. Op dat moment vind ik zeker dat we er hier een debat over moeten voeren.

De heer Van der Linde (VVD):

Voorzitter. Het onderwerp is belangrijk genoeg, maar dit is niet helemaal de procedure zoals we die hadden afgesproken. Dit is niet het rapport van de commissie; dit is een tussentijds rapport. Er moet nog een definitief rapport komen. Er komt nog een hele consultatie. Dan pas komt de regering met een reactie en een beleidsbrief. Dan zijn we dus een halfjaar of een jaar verder. Ik vind het best om nu een debat aan te vragen en dat tot volgend jaar op de lijst te laten staan, maar niet nu.

De voorzitter:

Voorlopig geen steun. De heer Ronnes.

De heer Ronnes (CDA):

Voorzitter, daar sluit ik mij 100% bij aan.

De heer Nijboer (PvdA):

Ik steun de heer Alkaya in zijn verzoek.

De heer Sneller (D66):

Ik steun de heer Van der Linde en ik vind het geen probleem als Alkaya te zijner tijd de eerste spreker is.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Het is inderdaad nog net wat ver weg. Over een jaar ongeveer zal dat proces doorlopen zijn. Het komt inderdaad wat vroeg om nu steun te geven. Maar mocht die komen, dan gun ik de heer Alkaya van harte de eerste plek in het debat.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ik steun het voorstel.

De voorzitter:

Dan heeft u geen meerderheid, meneer Alkaya.

De heer Alkaya (SP):

Nee, voorzitter. Maar ik hoor wel dat er in principe wel steun is voor het idee, dus als het definitieve rapport er is en als de reactie van de minister er is waar ik om heb gevraagd — daar zullen ze waarschijnlijk zelf wel mee komen — dan zal ik hier weer staan met een debatverzoek.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven