9 Stemmingen moties Wet ongewenste zeggenschap telecommunicatie

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van de Telecommunicatiewet met betrekking tot ongewenste zeggenschap in telecommunicatiepartijen (Wet ongewenste zeggenschap telecommunicatie),

te weten:

  • -de motie-Weverling c.s. over zeer terughoudend zijn met ingrijpen in private zeggenschaps- en eigendomsverhoudingen met terugwerkende kracht (35153, nr. 16);

  • -de motie-Weverling c.s. over de Kamer periodiek informeren over de impact op de administratieve lasten (35153, nr. 17);

  • -de motie-Van den Berg c.s. over een jaarlijkse rapportage over de toepassing van de wet (35153, nr. 18);

  • -de motie-Van den Berg/Bruins over eventuele aanvullende maatregelen voor de telecomsector (35153, nr. 19);

  • -de motie-Futselaar over bij de investeringstoets ook investeerders weren die de continuïteit van bedrijven kunnen schaden (35153, nr. 20);

  • -de motie-Moorlag over effectiever, doelmatiger en meer proportioneel vormgeven van de wettelijke regulering (35153, nr. 22);

  • -de motie-Moorlag over de vitale diensten en infrastructuur minder kwetsbaar maken (35153, nr. 23).

(Zie wetgevingsoverleg van 20 april 2020.)

De voorzitter:

De motie-Futselaar (35153, nr. 20) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Nederland afgelopen decennia verscheidene casussen heeft gehad waarbij investeerders die zeggenschap van een bedrijf overnamen zichzelf grote dividenden uitkeerden ondanks het feit dat dit een negatief effect had op de continuïteit van het bedrijf;

overwegende dat het kabinet werkt aan een wetsvoorstel voor een investeringstoets voor bedrijven die onderdeel uitmaken van de vitale infrastructuur;

verzoekt de regering te onderzoeken of bij de uitwerking van bovengenoemde investeringstoets de mogelijkheid opgenomen kan worden niet alleen investeerders te weren die kwade bedoelingen hebben, maar ook hen waarvan het op grond van eerder gedrag aannemelijk is dat ze de continuïteit van bedrijven kunnen schaden, zoals ook opgenomen in het wetsvoorstel ongewenst medezeggenschap telecomsector (Artikel 14a.4, tweede lid, onder c),

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 27, was nr. 20 (35153).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Weverling c.s. (35153, nr. 16).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol/Van Kooten-Arissen, GroenLinks, 50PLUS, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, FvD en Van Haga voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weverling c.s. (35153, nr. 17).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Berg c.s. (35153, nr. 18).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van den Berg/Bruins (35153, nr. 19).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Futselaar (35153, nr. 27, was nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol/Van Kooten-Arissen, de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Moorlag (35153, nr. 22).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol/Van Kooten-Arissen, de PvdA, GroenLinks, DENK, 50PLUS, D66, de SGP, de PVV, FvD en Van Haga voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Moorlag (35153, nr. 23).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van Krol/Van Kooten-Arissen, de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en Van Haga voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer Van Meenen.

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter. Wij worden geacht vóór de motie op stuk nr. 16 te hebben gestemd.

De voorzitter:

Deze opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen.

Mevrouw Agema (PVV):

En wij worden geacht tegen de motie op stuk nr. 21 te hebben gestemd.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 21 is aangehouden.

Mevrouw Agema (PVV):

Ik bedoel de motie op stuk nr. 22.

De voorzitter:

Deze opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen.

Naar boven