5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Aan de orde is de regeling van werkzaamheden.

Ik stel voor dinsdag 1 oktober aanstaande ook te stemmen over de moties ingediend bij het notaoverleg over de initiatiefnota Een Europese krijgsmacht van en voor Europeanen, over twee brieven van het Presidium (35300-IV, nr. 5 en 32140, nr. 59) en over de aangehouden motie-Kerstens/Hijink (29538, nr. 301).

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda van de Kamer:

  • -het wetsvoorstel Uitvoering van de op 14 december 2017 te New York aanvaarde wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof (Trb. 2018, 74, met correcties in Trb. 2018, 200) (35259);

  • -het Voorstel van Rijkswet van de leden Sjoerdsma, Asscher, Van Otterloo, Van Wijngaarden en Van Ojik houdende regels inzake het creëren van tijdelijke uitzonderingen op de Rijkswet op het Nederlanderschap (Rijkswet inperking gevolgen Brexit) (35130-(R2119)).

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor de volgende debatten van de agenda af te voeren:

  • -over de staat van de rechtspraak;

  • -over de staat van de sociaal advocatuur;

  • -over de praktijken van fabrikant Leadiant inzake het geneesmiddel CDCA;

  • -over het bericht dat apothekers de wens van artsen bij de uitgifte van medicijnen negeren;

  • -over de dreigende sluiting van de ziekenhuizen Bronovo en Antoniushove;

  • -over het bericht dat de zorg te duur is voor minima;

  • -over zwijgcontracten in de zorg;

  • -over het rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd over een medische studie onder galwegpatiënten;

  • -over het rapport van de Commissie Geweld Jeugdzorg;

  • -over eventuele toezeggingen aan Unilever inzake de vestiging van het hoofdkantoor in Nederland;

  • -over een stiekeme verhoging van de feitelijke belastingtarieven;

  • -over de metingen van het KNMI inzake aardbevingen;

  • -over de beloning van de bestuursvoorzitter van Shell;

  • -over het tekort aan sociale huurwoningen;

  • -over het bericht dat de Vereniging Hogescholen stopt met de NSE.

Op verzoek van de fractie van de VVD benoem ik in de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven het lid Middendorp tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

Ik deel mee dat de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 31936-619; 34682-23; 34477-61; 31015-168; 33836-36; 29911-226; 35022-9.

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 31322-365; 31289-405; 31288-774; 32793-406.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 25422-231; 21501-08-765; 21501-08-753; 33529-621; 35000-XIV-55; 34950-XII-15; 34950-XII-12; 21501-08-720.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 2019Z16764; 30952-344; 35271-5; 30010-45; 33826-31; 34550-XV-77; 22112-2474; 34855-3; 31322-344; 21501-31-478; 34775-XV-90; 2018Z06196; 21501-31-479; 34924-3; 2018Z06512; 21501-31-483; 34775-XV-104; 34775-XV-107; 21501-31-491; 25839-43; 31524-313; 2019Z03715; 2019Z07431; 31524-408; 31524-419; 31293-475; 31293-450; 31524-435; 33905-15; 31524-436; 31497-331; 31524-437; 31524-438; 22112-2817; 33576-164; 21501-08-787; 21501-08-788; 35000-XVI-136; 35300-6; 24446-64; 35300-XVI-5; 35000-XVI-137; 31789-98; 32013-215; 21501-07-1601; 21501-07-1517; 35189-5; 35300-5; 26643-626; 25268-161; 2019Z16677; 30139-222; 35000-V-88; 32623-272; 32623-271; 35093-29; 23235-184; 29689-1022; 23235-183; 32793-403; 34775-XV-4; 31524-406; 24515-427; 34801-10; 34924-1; 35079-9; 35189-4; 21501-20-1475; 35189; 2019Z16246; 28741-55; 28741-53; 31110-19; 2018Z22091; 28741-52; 33199-26; 28741-51; 29984-854; 29984-861; 29984-855; 29984-857; 29984-856; 29984-860; 32404-92; 29984-850; 29984-849; 31765-425.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Middelbaar beroepsonderwijs, met als eerste spreker de heer Van Meenen namens D66;

  • -het VAO Spoor, met als eerste spreker de heer Van Aalst namens de PVV;

  • -het VAO Belastingdienst, met als eerste spreker mevrouw Lodders namens de VVD;

  • -het VAO Justitiële Jeugd, met als eerste spreker de heer Van den Berge namens GroenLinks.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Azarkan namens DENK.

De heer Azarkan (DENK):

Dank, voorzitter. Het vergt ongelofelijk veel moed om binnen de eigen organisatie misstanden aan de kaak te stellen. We zien dat van tijd tot tijd. Van de week hebben we een motie aangenomen om een van die klokkenluiders te beschermen. Binnen de nationale politie zijn een aantal klokkenluiders opgestaan die zaken als intimidatie, aanranding en discriminatie aan de kaak hebben gesteld.

De voorzitter:

Ja?

De heer Azarkan (DENK):

Ik heb grote zorgen over de wijze waarop de top daarmee omgaat.

De voorzitter:

Dus?

De heer Azarkan (DENK):

Meneer Boers, mevrouw Aboulouafa en vele anderen worden op die manier monddood gemaakt. Ik wil daar graag op korte termijn een debat over, en specifiek over de wijze waarop daarmee wordt omgegaan binnen de nationale politie en de wijze waarop deze mensen beveiligd en beschermd worden.

De heer Van Dam (CDA):

Ik wil ook graag op korte termijn een debat, maar dan bij het AO Politie op 10 oktober. Ik zou verder heel graag willen dat er voor dat AO een brief komt, omdat er onderzoek wordt ingesteld. Als de minister vertelt wat daarin staat, kunnen we een zinnig debat hebben. Ik deel die wens dus wel, maar niet die van een apart debat.

Mevrouw Den Boer (D66):

Ook ik kijk met stijgende verbazing naar deze meldingen van discriminatie en seksisme op de werkvloer bij de politie. Ik heb er schriftelijke vragen over gesteld en een debataanvraag ingediend. Deze debataanvraag kan ik dus ook steunen.

De heer Van den Berge (GroenLinks):

Ik maak me ook grote zorgen over deze nieuwe signalen van mogelijke discriminatie en intimidatie. Daarom willen we ook graag een debat. Maar ik steun het voorstel van collega Van Dam. Dus voeg ik het ook liever bij het algemeen overleg Politie op 10 oktober. Dat is sneller. Ik ben voor een brief van het kabinet en die betrekken bij dat algemeen overleg.

De voorzitter:

Dus geen steun voor een apart debat.

De heer Van den Berge (GroenLinks):

Geen steun voor een plenair debat.

De heer El Yassini (VVD):

De heer Azarkan wordt op zijn wenken bediend, want op 10 oktober hebben we inderdaad het AO Politie. Ik zou zeggen: breng het daar onder. Geen steun dus.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor een brief en dan in het algemeen overleg.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Klokkenluiders verdienen bescherming en discriminatie mag niet plaatsvinden. Daarom hebben wij gisteren schriftelijke vragen gesteld. Wij willen graag dat die beantwoord zijn voor dat algemeen overleg van 10 oktober. Dan kunnen we er snel over spreken. Het moet zeker besproken worden.

De voorzitter:

Geen apart debat, begrijp ik.

Mevrouw Leijten (SP):

Geen apart debat.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Inderdaad, beantwoording van alle vragen die zijn gesteld. Ik zou ook willen gaan voor het al geplande debat van 10 oktober, maar dan wel met een verlenging van de spreektijd. Mocht dit niet afdoende aan bod komen, dan wil ik kijken of de heer Azarkan opnieuw naar de regeling komt voor een nieuw debat.

De voorzitter:

Oké, dank u wel. Meneer Azarkan, u heeft geen steun.

De heer Azarkan (DENK):

Geen meerderheid?

De voorzitter:

Nee, en ook geen dertigledendebat.

De heer Azarkan (DENK):

10 oktober?

De voorzitter:

Ja.

De heer Azarkan (DENK):

Dank, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Leijten namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):

Al jaren weten we dat je in sommige Europese lidstaten paspoorten kunt kopen waarmee je toegang kunt krijgen tot onze Europese Unie. Gisteren was daarover een uitzending op Nieuwsuur, maar ik stelde er in 2017, 2018 en dit jaar ook al vragen over. Toen vroeg ik een debat aan, maar dat is hier niet gesteund. Ik ben doorverwezen naar een algemeen overleg, maar daar is het nooit ter sprake gekomen. De Nederlandse regering zit al drie jaar op haar handen. Ik wil dus graag een debat om de Nederlandse regering te dwingen om ervoor te zorgen dat dit soort paspoortverkoop binnen de Europese Unie stopt.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Den Boer (D66):

Voorzitter. D66 had dit in 2016 ook in de smiezen, toen haar Europarlementariër Sophie in 't Veld hier vragen over stelde. Ik maak me ook zorgen. We hebben schriftelijke vragen gesteld. Steun voor de debataanvraag.

De heer Krol (50PLUS):

Vanavond weer een uitzending over dit onderwerp. Ik houd mijn hart vast welke landen dan genoemd worden. Van harte steun.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Graag eerst een brief, dan kunnen we later kijken of het nodig is.

De voorzitter:

Geen steun dus. Meneer Azarkan namens DENK.

De heer Azarkan (DENK):

Het blijkt ook nog eens volkomen legaal te zijn! Het mag gewoon. Malta heeft wel de voordelen, namelijk honderden miljoenen, maar de nadelen zijn voor de andere landen. Van harte steun dus.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik ben hier in de Raad van Europa een rapport over aan het schrijven. Van harte steun voor dit debat. Ik zou ook graag op de uitzending van gisteren en vanavond een reactie willen hebben van de regering, met name van de minister van Buitenlandse Zaken, de staatssecretaris van Justitie en de minister van Onderwijs, gezien de zaken die aan de orde komen. Ik zou die reactie graag volgende week willen hebben.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek.

De heer Smeulders (GroenLinks):

GroenLinks ook.

De heer Wassenberg (PvdD):

De Partij voor de Dieren steunt dit ook.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik wil even reageren op het voorstel van de VVD om een brief te laten sturen. We hebben hier dus al brieven en antwoorden op Kamervragen over gehad. De reactie was telkens dat de Nederlandse regering niets deed. Als dat verandert, zou dat heel erg mooi zijn, maar ik heb daar eigenlijk een hard hoofd in.

De voorzitter:

Dank u wel. De heer Omtzigt vroeg om een brief die er volgende week moet zijn. Het stenogram van dit deel van de vergadering zal ik doorgeleiden naar het kabinet. Dit debat voegen we toe aan de lijst van meerderheidsdebatten.

De heer Van Aalst namens de PVV.

De heer Van Aalst (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Ik stond hier gisteren, ik sta hier vandaag en als het nodig is, sta ik hier volgende week weer. We hebben een schokkende brief van de minister, die er niet omheen draait en gewoon vaststelt dat ze niet alles naar de Kamer heeft gestuurd. Dus, voorzitter, zo snel mogelijk een debat.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter. We hebben gisterenavond inderdaad die brief gekregen waarin staat dat niet alle documenten waren gestuurd. Het was over het hoofd gezien. Dat vind ik eigenlijk best wel een kwalijke zaak omdat we in het debat echt expliciet hebben gevraagd om alle documenten. Ik wil het debat steunen, alleen wel met de volgende kanttekening. Over een paar weken komt het OVV-rapport. Ik denk dat we met dat rapport van de OVV en de documenten van gisteren dat debat in één keer moeten gaan voeren.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Ik denk dat dat een goede opmerking is. Het OVV-rapport plus dit bij elkaar betrekken en het dan in één keer doen. Het gaat immers ook over hetzelfde.

De voorzitter:

Dus u steunt het maar u wilt het debat voeren op het moment dat het rapport van de OVV er ligt.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Ja.

De heer Öztürk (DENK):

Ik denk dat het eerdere debat plaats moet vinden en dat hier verantwoording over afgelegd moet worden. Dus steun voor het debat.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Het lijkt ons heel verantwoord dat de minister duidelijkheid geeft, maar wel nadat dat rapport ontvangen is. Ik hoop dat meneer Van Aalst dat ook kan steunen.

De heer Stoffer (SGP):

Daar sluit ik mij bij aan, voorzitter.

Mevrouw De Pater-Postma (CDA):

Daar sluit ik mij ook bij aan.

De heer Schonis (D66):

Ik ook.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Voorzitter. Het is een precair onderwerp. Dus ik zou het graag in één keer plenair met het rapport van de OVV behandelen. Dat zal dan in oktober of november zijn.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Daar sluit de ChristenUnie zich bij aan.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Ik ook.

De heer Wassenberg (PvdD):

Steun voor het verzoek van de heer Van Aalst. Ik sluit mij ook aan bij de opmerking van de heer Laçin dat het OVV-rapport meekomt.

De voorzitter:

Meneer Van Aalst, u heeft een meerderheid voor het houden van een meerderheidsdebat na ontvangst van het rapport van de OVV.

De heer Van Aalst (PVV):

Ja, voorzitter. Dat rapport ligt volgens mij al bij het ministerie op het bureau. Ik vind het prima als deze coalitie het lot van deze minister zolang nog boven de markt wil laten hangen.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan ga ik naar mevrouw Kuiken namens de PvdA.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Overlast in wijken is een steeds groter en toenemend probleem, met name in de wijken waar al de grootste sociale problemen samenkomen. Ik weet dat er vanmiddag een debat is over huur, waar dit ook vast aan de orde zal komen, maar toch wil ik een apart debat, ook in vervolg op een hoorzitting die we hebben gehad over verwarde personen en op een rondetafelgesprek dat nog plaatsvindt over burenoverlast. Daarom zou ik met de minister van Binnenlandse Zaken in combinatie met de staatssecretaris van Volksgezondheid een debat willen hebben over overlast in de wijken.

Mevrouw Van Eijs (D66):

Voorzitter. Inderdaad hebben we het gelukkig als Kamer al op ons netvlies staan. We zijn ermee bezig. Dus ik zou graag toch die rondetafel willen afwachten. Dan is het ook de vraag of we het niet sneller in een AO aan de beurt kunnen laten komen, want het lijkt me heel raar om eerst een rondetafel te hebben en vervolgens heel lang te moeten wachten op een debat. Dus ik zou willen kijken naar de mogelijkheid van een AO.

Mevrouw Beckerman (SP):

We zitten in een wooncrisis, maar ook de leefbaarheid in wijken staat steeds verder onder druk. Dus ik steun u wel.

De heer Smeulders (GroenLinks):

GroenLinks steunt het ook.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter. Een uitstekend onderwerp. Ik denk dat dit zich goed leent voor een AO.

De heer Kops (PVV):

Steun.

De heer Koerhuis (VVD):

Een belangrijk onderwerp. Mede op initiatief van de VVD staan hierover een rondetafelgesprek en een AO al gepland. Dus ook dat kunnen we gelijk uit de wereld helpen. Het staat al gepland, dus geen steun voor een apart debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik kan mij daarbij aansluiten.

Mevrouw Sazias (50PLUS):

Ook 50PLUS vindt: eerst de hoorzitting en dan het AO.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Ronnes (CDA):

Voorzitter, geen steun, want er zijn een aantal andere momenten waar dit prima bij past.

De voorzitter:

Oké. Mevrouw Kuiken.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Ik ga terug, voorzitter. Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Van der Linde.

De heer Van der Linde (VVD):

Voorzitter. Vanmorgen liet ABN AMRO weten dat het Openbaar Ministerie onderzoek zal doen naar de naleving van de Wwft, de wet ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. De vergelijking met de situatie van vorig jaar dringt zich op, al is het verschil dat we inmiddels duizenden mensen inzetten om verdachte transacties op te sporen. De VVD maakt zich zorgen over deze ontwikkelingen en wil graag een debat met de minister van Financiën, voorafgegaan door een brief. Niet alleen is de minister beleidsverantwoordelijk, hij is ook de grootste aandeelhouder van ABN AMRO. We willen weten wat zich nu voordoet, hoe de minister daarbij betrokken is en vooral wat de banken nog meer kunnen doen om witwassen tegen te gaan.

De heer Azarkan (DENK):

We hebben vorig jaar bij ING gezien welke torenhoge boete dat heeft geëist. Het gaat waarschijnlijk over compliance. We hebben ook gezien dat vanmorgen de beurskoers al 9% lager is geworden, dus we zijn 800 miljoen armer als Staat. Desalniettemin, ook gewoon vanuit integriteit, vanuit de naleving van de regels, steun voor dit debat.

De heer Nijboer (PvdA):

Dit is heel ernstig. Ik wil graag dat de minister in die brief ook ingaat op wat dat betekent voor het op eigen benen staan van ABN, het verkopen van de aandelen, nu er zoveel tumult is en de aandelenkoersen onder druk staan. Ik wil dat de minister erop ingaat wat dat betekent.

De voorzitter:

U steunt dus het verzoek.

De heer Nijboer (PvdA):

Ik steun het verzoek.

De heer Sneller (D66):

Ik sluit me van harte aan bij de inhoudelijke woorden van de heer Van der Linde, maar procedureel zou ik willen voorstellen om dit bij een wetgevingsoverleg te betrekken over witwassen, dat we sneller hebben dan dit debat naar verwachting kan worden ingepland.

De voorzitter:

Dus geen steun voor een apart debat. Klopt dat?

De heer Sneller (D66):

Met een constructieve suggestie, voorzitter.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Voorzitter. De onderste steen moet zo snel mogelijk boven, dus wat ons betreft ook zo snel mogelijk de brief en dan een debat.

De heer Smeulders (GroenLinks):

Steun namens GroenLinks.

De heer Alkaya (SP):

Steun, voorzitter. Maar ik wil me ook aansluiten bij de heer Nijboer. Als dit debat alleen maar gaat over het onderzoek, dan laten we echt een heel groot deel liggen, namelijk dat we grootaandeelhouder zijn, dat het kabinet ook van plan is om die aandelen te verkopen en de vraag wat deze situatie betekent voor de verkoop van de aandelen van ABN. Dat moet in ieder geval mee in de brief, maar dat debat gaat daar dus ook over, wat mij betreft.

De voorzitter:

Dus u steunt het.

De heer Ronnes (CDA):

Steun voor de brief. Het debat vinden wij overbodig, want dat kunnen we betrekken bij de wetgeving. Wij gaan er eigenlijk wel van uit dat als het strafrechtelijk proces zijn beloop krijgt en daar iets uitkomt, er niet eerst snel even een schikking wordt getroffen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief.

De voorzitter:

We zitten een beetje te tellen, maar u heeft een meerderheid.

De heer Van der Linde (VVD):

Dat is prima. Overigens kunnen we het en marge doen van de geplande wetgeving, maar dat is geen WGO, dat is een plenair debat. Daar zouden we dit tegenaan kunnen plakken.

De voorzitter:

Ja, dat is goed. Dank u wel. Ik dacht: waar is de VVD? Maar de VVD had het verzoek zelf ingediend. Daar was ik mee in de war.

De heer Van der Linde (VVD):

Ja, dat gebeurt niet zo vaak.

De voorzitter:

Nee, daarom. Dank u wel, meneer Van der Linde. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Hoewel meneer Hijink mijn verzoek gisteren helemaal begreep, blijkt dat ik toch niet helemaal duidelijk ben geweest.

De voorzitter:

Hoe kan dat nou?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja, dat gebeurt weleens in dit huis. Mijn verzoek gaat dus over zorginstellingen die frauderen met zorggeld, maar ook over zorginstellingen die volkomen legaal tonnen, miljoenen doorsluizen naar hun eigen privérekeningen. En of het nou gaat om het debat van vanavond of om al die debatten die al op het langetermijnschema staan, ze hebben allemaal gemeen dat de minister dus eigenlijk steeds komt met een verwijzing naar de Wtza (de Wet toetreding zorgaanbieders) en de Aanpassingswet Wet toetreding zorgaanbieders. Daarom wil ik graag die wet behandelen en daar al die artikelen en al die debatten die daarover gaan op dat moment bij voegen. Dat is mijn verzoek.

De voorzitter:

Is dat wetsvoorstel al bij de Kamer?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja, allang.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Gisteren heb ik in de procedurevergadering gezegd dat wij allen met smart op deze wet zitten te wachten. Wij zouden de wet graag apart behandelen. In de procedurevergadering is gisteren de griffie verzocht om bij het ministerie te vragen wanneer de nota van wijziging er komt. Die hebben wij nog nodig. Als mevrouw Agema op dat moment zegt dat het met spoed ingepland moet worden, dan willen wij daar graag alle steun aan geven.

De voorzitter:

Als de wet behandelklaar hier ligt, zouden wij die kunnen agenderen. Dat is geen probleem. Maar er komt nog een nota van wijziging. Die zal waarschijnlijk zo snel mogelijk richting Kamer komen.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Ik heb begrepen dat de Raad van State begin september zijn advies heeft gegeven. Wij zijn daarom in de hoopvolle verwachting dat die nota er nu snel aan komt.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, is het een idee om zo snel mogelijk te informeren naar die nota van wijziging?

Mevrouw Agema (PVV):

De minister heeft die al in maart toegezegd. En iedereen heeft hier een hele grote mond over al die miljoenen en miljarden die iedere keer in die zakken van die zorgondernemers verdwijnen. Wij kunnen toch het debat plannen? Wij zijn toch leidend? Wij moeten gewoon tegen de minister zeggen: de nota van wijziging heeft u volgende week maar paraat. Het gaat nu weer op de lange baan en in de tussentijd gaat het gewoon door.

De voorzitter:

Mag ik nu even ... Als die nota van wijziging richting de Kamer komt, kunnen we het debat gewoon inplannen. Dat kan ik nu niet doen. Die nota moet echt eerst naar de Kamer komen. We kunnen het op die manier doen. Ik kan jullie nu gewoon ook vragen wat jullie ervan vinden. Misschien is dat een idee.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Op het moment dat we die nota hebben, geef ik alle steun voor het verzoek van mevrouw Agema om dit heel snel in te plannen. We zijn het er allemaal over eens. We zitten met z'n allen met smart op deze wet te wachten.

De voorzitter:

Zullen we proberen volgende week achter die nota van wijziging te komen?

Mevrouw Agema (PVV):

Heel erg snel is voor minister De Jonge natuurlijk ergens midden 2020. En die Wtza ligt er echt al lang. De aanpassingswet ligt er ook echt al heel erg lang.

De voorzitter:

Mevrouw Van den Berg geeft voorlopig geen steun aan het voorstel. Begrijp ik dat goed?

De heer Raemakers (D66):

Ik ben het eens met mevrouw Van den Berg. We moeten die nota van wijziging echt hebben, dus geen steun voor het verzoek.

De heer Hijink (SP):

Ik vind dat mevrouw Agema volkomen gelijk heeft. Wij wachten al een jaar of twee op deze wet en ondertussen kunnen die cowboys in de zorg maar doorgaan met dikke winsten maken. Ik zou zeggen: laten we de rollen maar omdraaien. Laten we die wet maar gewoon inplannen en laten we dan maar tegen de minister zeggen: schiet maar eens op met je aanpassing. Wij wachten er inmiddels al jaren op. Die tijd kunnen we ons gewoon niet permitteren: het kost miljoenen per jaar. Doodzonde. Dat is allemaal zorggeld.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. Mijn fractie wil ook heel graag de nota van wijziging. Wellicht kunnen we vanuit de commissie nog een beroep doen op de minister om die ook echt snel naar de Kamer toe te sturen.

De voorzitter:

Mevrouw Tielen, pardon, mevrouw Laan-Geselschap.

Mevrouw Laan-Geselschap (VVD):

Laat die er nou niet zijn. Ik zie het als een compliment dat ik verward word met mijn schattige collega. We hebben het gisteren in de procedurevergadering aan de orde gehad. De minister is gemaand tot spoed. Het verzoek dat net werd gedaan, is dus al gedaan. Wij wachten op de nota van wijziging als VVD-fractie, maar we hebben nog wel een vraag aan u en collega Agema over de planning. De discussie die hier gisteren heeft plaatsgevonden, heeft geleid tot een samenvoeging van drie debatten met een verzoek om snelheid. En volgens mij is dat volgende week in ieder geval onder de radar aanwezig. De vraag is even: wat doen we daar precies mee?

De voorzitter:

Gisteren was er een meerderheid om het debat volgende week in te plannen. Dat gaan we dus sowieso doen.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter, dit heeft geen enkele zin. Vanavond is er ...

De voorzitter:

Ja, ik weet het.

Mevrouw Agema (PVV):

... dat debat over die fraude met die Bulgaren. Dan gaat de minister zeggen: ik kom met de Wtza. Dan gaan we volgende week een samengevoegd debat houden en dan zegt de minister weer: maar ik kom met de Wtza. En dan komt de Wtza en dan gaan we weer een debat inplannen!

De heer Smeulders (GroenLinks):

Wij sluiten ons aan bij de woorden van de SP. Wij steunen het verzoek.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, het debat dat u gisteren hebt aangevraagd, staat voor volgende week gepland. Ik doe een beroep op u ...

Mevrouw Agema (PVV):

Ja, dat kan ...

De voorzitter:

... om te kijken of wij achter de schermen met de minister kunnen bellen om die nota van wijziging zo snel mogelijk naar de Kamer te krijgen, zodat u gewoon ordentelijk over het wetsvoorstel en de onderwerpen die daaraan raken kunt spreken. Zullen we dat doen?

Mevrouw Agema (PVV):

Dan zou ik wel voorstellen om dat debat, als die er niet is, volgende week niet te doen. Hij gaat anders alleen maar naar die Wtza verwijzen en dan is het onzin om de plenaire zaal daarvoor bezet te houden. Ik zeg nogmaals: als wij tegen de minister zeggen dat we willen dat het er volgende week is, dan staan we wel volledig in ons recht. De meerderheid van de Kamer, de coalitie, wil dat niet, voorzitter.

De voorzitter:

Oké. Ik stel in elk geval voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Gaan jullie een beetje ingewikkeld zitten doen? De heer Hijink.

De heer Hijink (SP):

Dat kan helaas niet anders, voorzitter. Dadelijk komt dat voorstel van de heer Slootweg nog om het debat over de misstanden door Bulgaarse aanbieders in de thuiszorg samen te voegen met dat debat dat gisteren is aangevraagd over fraude, dan wel niet fraude, dan wel zorgwinsten, de constructies in de zorg. Mevrouw Agema zegt: laten we dat debat dan niet voeren, omdat we in afwachting zijn van de Wtza. Ik ben het daar niet mee eens. Laten wij dat debat dan gebruiken om minister De Jonge verder onder druk te zetten om die wet verder aan te scherpen. Er is namelijk genoeg reden om het hierover te hebben. Ik vind het ook niet erg om dat twee keer te doen.

De voorzitter:

Ik ben al afgehaakt, hoor, meneer Hijink.

De heer Hijink (SP):

Dan bent u de enige, voorzitter.

De voorzitter:

Nee, hoor! Ik stel voor om dit nu af te ronden met het voorstel dat ik net deed. Er staat een debat voor volgende week. Mevrouw Agema zegt: het hangt voor mij heel erg nauw samen met het wetsvoorstel. We gaan ons best doen om het zo snel mogelijk naar de Kamer te sturen, zodat we dat ook ordentelijk kunnen plannen. Mevrouw Agema zegt ook: als het wetsvoorstel niet naar de Kamer komt, hoeft dat debat van mij niet op de lijst. Dat is wat u zegt, mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Het is zo zinloos om drie avonden ...

De voorzitter:

Ik begrijp het.

Mevrouw Agema (PVV):

... om drie hele dagen de plenaire zaal bezet te houden.

De voorzitter:

Ik ben heel blij dat u dat zegt.

Mevrouw Agema (PVV):

Nog één klein punt, voorzitter. Het debat heeft nu als titel Fraude in de zorg. Dat is niet correct, want het gaat niet alleen om fraude maar ook over een volkomen legale manier om zorggeld naar een privérekening door te sluizen.

De voorzitter:

Dat passen we gewoon aan.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel.

Meneer Slootweg, waar is meneer Kerstens?

De heer Slootweg (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Ik ben bang dat ik — hoe zal ik het zeggen? — de eenvoud niet vergroot, maar dat was eigenlijk wel de bedoeling. De heer Kerstens kan vandaag niet aanwezig zijn, omdat hij ziek is. Hij had het verzoek om zijn debat toe te voegen aan het debat van mevrouw Agema. Hopelijk is hij dan wel aanwezig om dat te doen.

De voorzitter:

Dan blijft het staan. Hij mag het toevoegen aan het debat van mevrouw Agema op het moment dat het aan de orde is, lijkt mij. Toch?

De heer Slootweg (CDA):

Dat hangt er ook een beetje van af of mevrouw Agema dat in orde vindt.

De voorzitter:

Nee, we gaan die discussie niet opnieuw voeren. Dank u wel. We zijn hiermee aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven