6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag:

  • -op 12 november van 10.00 uur tot 17.00 uur over het begrotingsonderdeel Jeugd;

  • -op 19 november van 10.00 uur tot 17.00 uur over het begrotingsonderdeel Sport en Bewegen;

  • -op 10 december van 11.00 uur tot 16.00 uur over de initiatiefnota van de leden Dijksma, Kooiman en Ellemeet "Big Farma: niet gezond!" (34834).

Ik stel voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat voor het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag:

  • -op donderdag 29 november 2018 van 10.00 uur tot 20.00 uur over het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport.

Conform de aangenomen motie-Dijksma c.s. (24170, nr. 170) stel ik voor een debat te voeren over de voortgang van de implementatie van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.

Ik stel voor de volgende wetsvoorstellen toe te voegen aan de agenda van de Kamer:

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Spoorwegwet, de Wet personenvervoer 2000 en enige andere wetten in verband met de implementatie van richtlijn (EU) 2016/797 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Europese Unie (PbEU 2016, L 138/44), richtlijn (EU) 2016/798 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 inzake veiligheid op het spoor (PbEU 2016, L 138/102), richtlijn (EU) 2016/2370 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2016 tot wijziging van Richtlijn 2012/34/EU, met betrekking tot de openstelling van de markt voor het binnenlands passagiersvervoer per spoor en het beheer van de spoorweginfrastructuur (PbEU 2016, L 352/1) en tevens ter goede uitvoering van verordening (EU) 2016/796 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Spoorwegbureau van de Europese Unie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 881/2004 (PbEU 2016L 138/1) en van verordening (EU) 2016/2338 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1370/2007, met betrekking tot de openstelling van de markt voor het binnenlands personenvervoer per spoor (PbEU 2016, L 354/22) (34914).

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wet voorkoming misbruik chemicaliën ter uitvoering van Verordening (EU) nr. 1258/2013, Verordening (EU) nr. 1259/2013, Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1011 en Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1013 (34848);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 en de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 in verband met een wijziging in de berekening van het voordeel uit sparen en beleggen in de Wet inkomstenbelasting 2001 per 1 januari 2017 (34879);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van de Jeugdwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Zorgverzekeringswet in verband met het handhaven van de mogelijkheid om gemeenten in uitzonderingsgevallen tot samenwerking te verplichten en in verband met het verminderen van uitvoeringslasten (34857);

  • -het wetsvoorstel Wijziging van diverse wetten op het terrein van de volksgezondheid in verband met de versterking van het handhavingsinstrumentarium van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd en enkele andere wijzigingen (34874).

Op verzoek van de fractie van D66 benoem ik in de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport het lid Raemakers tot lid in plaats van het lid Pia Dijkstra en het lid Pia Dijkstra tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Raemakers.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 32793-314; 31015-151; 29538-260; 28345-185; 34104-221; 34104-227; 34104-218; 30234-183; 30234-184; 30234-181; 2018Z09010; 30234-182; 32772-33; 30234-179; 30234-178; 30234-177; 34543-16; 30234-176; 31765-330; 29689-916; 29689-909; 29689-905; 29689-891; 29689-908; 30952-310; 31839-623; 34880-2; 2018Z11036; 2018Z10712; 34950-XVI-9; 33654-32; 29689-906; 34950-XVI-8; 34950-XVI-6; 34950-XVI-7; 29325-91; 29325-90; 34389-9; 34550-B-4; 34300-VII-70; 2016Z19825; 29383-278; 34287-25; 29383-281; 29383-283; 34550-XVI-145; 34775-A-12; 26643-485; 26643-504; 26643-505; 30196-561; 2017Z15358; 34550-VII-50; 22112-2338; 26643-495; 26643-490; 26643-491; 26643-486; 26643-483; 26643-481; 26643-480; 26643-478; 26643-472; 26643-461; 26643-460; 26643-454; 26643-459; 33812-3; 34444-18; 34505-1; 34410; 34430-1; 31322-367; 32824-223; 32824-222; 25883-328; 29544-832; 25883-326; 34775-XV-105; 29818-44; 25883-324; 25883-323; 25883-321; 25883-313; 25834-132; 17050-541; 25883-325; 34775-XV-94; 34775-XV-12; 34108-29; 34837-8; 31311-207; 29544-833; 29407-211; 29544-831; 32878-19; 30012-77; 34950-XV-10; 26448-604; 34950-XV-9; 34950-XV-7; 34950-XV-8; 34950-XV-1; 33831-3; 30952-311; 22112-2641; 22112-2620; 2018Z14790; 27625-434; 29984-786; 34775-A-72; 34983-1; 31936-506; 28973-199; 29477-516; 29240-82; 31532-215; 22112-2592; 2018Z12967; 32620-209; 34923-9; 34775-XVI-148; 32793-317; 25847-135; 22112-2619; 34775-A-73; 29665-334; 31936-492; 34775-XVII-56; 33625-263; 34775-XVII-62; 34965-2; 34965-3; 27924-72.

Ik deel mee dat de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 32317-327; 32317-334; 21501-30-372; 30196-489; 34775-XV-39; 34775-XV-51; 34775-XV-71; 34775-XV-81; 34775-XV-84; 31524-346; 34762-21; 31936-406; 29023-220; 34762-11; 34775-A-30; 31936-451; 29984-742; 29665-271; 24036-422; 21501-08-711; 31936-470; 30420-290.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VSO over de reactie op het rapport "Merchants of misery; How the Dutch State supports animal suffering abroad" (28286, nr. 987), met als eerste spreker het lid Ouwehand namens de Partij voor de Dieren;

  • -het VSO over de Landbouw- en Visserijraad van 16 juli 2018, (21501-32, nr. 1121), met als eerste spreker het lid Ouwehand namens de Partij voor de Dieren.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik geef het woord aan mevrouw Beckerman namens de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Dank u wel, voorzitter. Veel meer mensen dan tot nu toe werd aangenomen, die werkten bij of in opdracht van de overheid, hebben gewerkt met het kankerverwekkende chroom-6. Naast Defensie en de Dienst Justitiële Inrichtingen is de stof ook aangetroffen bij de Rijksrederij, Rijkswaterstaat, het Rijksvastgoedbedrijf en het ministerie van Landbouw. Dat blijkt uit een brief van het kabinet die gisteren naar de Kamer is gestuurd. Waar die brief nog niet het begin van een antwoord op geeft, is de vraag wat de gevolgen zijn voor al die werknemers die mogelijk zijn blootgesteld aan deze kankerverwekkende stof. Daarom wil de SP een debat met beide ondertekenaars van de brief: de minister voor Medische Zorg en Sport en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De heer Kerstens (PvdA):

Voorzitter. Ik kreeg ook net gisteren antwoord op mijn Kamervragen of er ook op andere plekken bij Defensie chroom-6 is aangetroffen. Dat blijkt het geval te zijn. Daarover gaan we verder debatteren met de bewindspersonen van Defensie, maar het probleem blijkt nog veel groter te zijn, zoals mevrouw Beckerman stelt, dus steun van de Partij van de Arbeid.

De heer Kops (PVV):

Steun.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Steun.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Voorzitter. Chroom-6 duikt onderhand overal op, dus ook van harte steun namens de Partij voor de Dieren.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, steun.

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Ik denk dat het belangrijk is dat we hier als Tweede Kamer snel over praten. Ik denk niet dat dat snel via een debat in deze plenaire zaal kan, omdat alle begrotingen er ook aan komen. Ik zou dus willen voorstellen om via de procedurevergadering te kijken hoe we daar snel over kunnen praten.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter. De SP en D66 vragen al lang aandacht voor de chroom-6-zaken bij Defensie. Daar staat al een debat over. Het lijkt me ook goed om daarnaast een breder debat te voeren, dus apart. Ik zou wel in overweging willen geven of het misschien in een AO sneller gaat. Maar dat laat ik graag aan mevrouw Beckerman.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Wij vinden het ook een belangrijk onderwerp. Maar als we het kunnen combineren met een AO, lijkt het ons dat we het dan sneller geagendeerd kunnen krijgen.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Snelheid is hier belangrijk, dus dit kan inderdaad beter in een AO. Geen steun voor een plenair debat.

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter. Het is nu niet helemaal duidelijk of ik een meerderheid had. Ik interpreteerde de woorden van D66 als "ik steun het, tenzij het sneller kan via een AO". Dat betekent dat we nu een meerderheidsdebat hebben en dat we aanvullend inderdaad kunnen kijken of een AO sneller is. Maar het staat dan op de lijst voor de meerderheidsdebatten.

De voorzitter:

Ja. Ik wil ook iets meegeven. Volgens mij staat er op de lijst van meerderheidsdebatten ook een debat over het gezondheidsonderzoek door het RIVM naar het gebruik van chroom-6 bij Defensie.

Mevrouw Beckerman (SP):

Ja, maar het probleem is dat het zich nu dus uitbreidt. Het betreft nu niet alleen maar Defensie, maar ook de Rijksrederij, Rijkswaterstaat, het Rijksvastgoedbedrijf en het ministerie van Landbouw.

De voorzitter:

Ja, prima. U heeft gewoon een meerderheidsdebat. Maar er staat ook een meerderheidsdebat. Misschien kunnen jullie beide debatten samenvoegen. In elk geval geef ik dat even mee. Dank u wel.

Mevrouw Beckerman, u heeft nog een verzoek.

Mevrouw Beckerman (SP):

Ja, voorzitter. Dat is een pijnlijk verzoek. "Invloed NAM maakt opstellen lijst onveilige woningen onmogelijk", kopte RTV Noord vandaag. Voor de zomer zijn de Groningers twee beloftes gedaan. De NAM zou volledig uit het systeem en iedereen zou voor de zomer duidelijkheid krijgen over of zijn of haar woning onveilig is. Beide beloftes zijn gebroken. Het is gewoon een zooi. De Groningers zitten in de ellende.

De voorzitter:

U wilt een debat.

Mevrouw Beckerman (SP):

Ik denk dat het tijd is voor een nieuw debat met de minister van Economische Zaken en Klimaat.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Voorzitter. Die eerste belofte klopt, voor honderd procent. Over de tweede belofte ben ik het niet met mevrouw Beckerman eens. Er is gezegd dat na de zomer, in september, alle mensen die in die 1.500 snel aan te pakken woningen ...

De voorzitter:

Maar u hoeft het ook niet eens te zijn.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Nee, maar ik hecht er wel aan om dat te zeggen, want er wordt nu een beeld geschetst dat absoluut niet klopt. Die mensen zouden in september duidelijkheid krijgen. Die duidelijkheid moeten ze dus ook hebben.

De voorzitter:

Dus?

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Ik ben dus voor een debat.

De voorzitter:

Prima.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Maar dan moet er in september wel de mogelijkheid zijn om er met de regio goed uit te komen.

De voorzitter:

Prima, dank u wel.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Die NAM moet er absoluut tussenuit. Dat delen mevrouw Beckerman en ik.

De voorzitter:

Ja. Maar dit is precies de reden waarom ik altijd zeg: bij de regeling moet het echt zo kort mogelijk zijn. Want zodra er allerlei meningen worden verkondigd tijdens de regeling, behoudt iedereen het recht om daarop in te gaan. En dat hoort in een debat en niet tijdens de regeling.

Mevrouw Beckerman (SP):

Excuus. En dank voor de steun in ieder geval. We zullen het verder uitdebatteren tijdens het debat.

De voorzitter:

Goed.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Voorzitter. Ik vind het ook onbestaanbaar, dus van harte steun voor het debatverzoek. Maar daarbovenop roep ik de minister op om vandaag nog een harde datum aan de regio te laten weten waarop die adressen publiek worden. Want voordat wij dat debat hebben, zijn we mogelijk weer weken verder. Hij moet vandaag al duidelijkheid geven.

De heer Nijboer (PvdA):

Voorzitter. De Groningers zitten in onzekerheid. Niemand weet meer of zijn huis veilig is of niet. Dus van harte steun voor dit debat. Ik vind de zooi echt niet te overzien.

De heer Jetten (D66):

Voorzitter. Steun voor het debatverzoek. De vraag die de heer Van der Lee net neerlegde, zou ik iets willen verbreden. De minister is volgens mij juist nu ook in overleg met de regio om gezamenlijk vast te stellen welke huizen onveilig zijn en een brief moeten ontvangen. Daar wil ik graag ook in de brief van de minister uitleg over.

De heer Kops (PVV):

Het duurt allemaal veel en veel te lang, dus alle steun.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Het duurt te lang. Van harte steun.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter. Steun.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Belangrijk voor de Groningers, dus ook steun van de ChristenUnie.

Mevrouw Yeşilgöz-Zegerius (VVD):

Steun.

Mevrouw Beckerman (SP):

Een heel mooie meerderheid. Dank aan de collega's en ik hoop dat het heel snel kan worden ingepland.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Van Kooten-Arissen namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. In Nederland wordt gejubeld dat het zo goed gaat met de economie, maar de Nederlandse natuur is nog steeds ons zorgenkindje, zoals blijkt uit het nieuwe rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving. Daarom wil de Partij voor de Dieren een debat met de minister van LNV. Want natuur is geen luxe maar een noodzaak voor ons bestaan.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Voorzitter. Goed idee om een debat te voeren over de zorgwekkende staat van de natuur in Nederland, maar er staat nog een debat van GroenLinks gepland over de insectensterfte en het voorstel van GroenLinks is om dat daaraan toe te voegen.

De voorzitter:

Dus niet een apart debat maar dit betrekken bij het debat van GroenLinks.

De heer De Groot (D66):

Daar sluit ik mij bij aan; dat is een goed idee.

De heer Weverling (VVD):

Ja, ook ergens onderbrengen, maar geen apart debat.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Geen steun voor een apart debat.

De heer Futselaar (SP):

Ik kan mij goed vinden in de suggestie van mevrouw Bromet.

De heer Geurts (CDA):

Het gebeurt niet zo vaak, voorzitter, maar ik sluit mij aan bij de woorden van GroenLinks.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Ik ook.

De heer Kuzu (DENK):

Ik niet. Steun, voorzitter.

De heer Madlener (PVV):

Ik wel.

De voorzitter:

Nou, mevrouw Van Kooten-Arissen ...

Mevrouw Van Kooten-Arissen (PvdD):

Ja, weinig steun. We hadden er graag over gepraat in een apart debat, want het gaat ook over de bedreigde diersoorten in het algemeen en dus niet alleen over de insecten.

De voorzitter:

Dat snap ik. Dank u wel.

Nee, mevrouw Van Kooten én de minister!

De heer Kwint namens de SP.

De heer Kwint (SP):

Ja, ik kan ze allebei de volgende mededeling aanbevelen.

Voorzitter. De volgende week staken ze weer, onze dappere docenten uit het primair onderwijs, en deze keer in Zuid-Holland en Zeeland. Waarom staken ze? Omdat hun loon nog altijd niet overeenkomt met dat van andere hbo'ers, omdat het lerarentekort ondertussen om zich heen grijpt, omdat ze niet weten of ze volgende week wel een collega hebben. En ondertussen zwijgt de Kamer. Nou, daarom wil ik een debat, in ieder geval om dat zwijgen te kunnen doorbreken en onze ideeën over te brengen aan de minister van Onderwijs.

De heer Kuzu (DENK):

Eigenlijk zou ik willen zeggen: laten we dat debat zo snel mogelijk voeren, zodat er op 12 september niet gestaakt hoeft te worden.

De heer Kwint (SP):

Ik heb tijd vanavond.

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

De afspraak was ook dat we hier een debat over zouden voeren. Dus alle steun voor dit verzoek.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Ik heb wel begrip voor het ongeduld van de leraren want er wordt een hoop geïnvesteerd in het onderwijs maar ze zien het nog niet. Dus in plaats van het steunen van dit debat zou ik eigenlijk een brief willen vragen aan de minister om te rapporteren over de voortgang van de cao-afspraken die gemaakt zijn, want daar moet nu wel haast mee gemaakt worden. Dus graag een brief daarover, maar geen steun voor een apart debat.

De heer Rog (CDA):

Voorzitter. Twee maanden geleden is er een cao-akkoord gesloten en de eerste uitbetaling van ruim 8,5% voor de leraren in het basisonderwijs vindt plaats twee weken na deze staking. Ik heb geen behoefte om nu daar een debat over te voeren. Een beetje vreemd zelfs.

Mevrouw Den Boer (D66):

Namens collega Paul van Meenen sluit ik mij aan bij de suggestie van meneer Bruins om eerst een brief te vragen.

De heer Beertema (PVV):

Steun, voorzitter.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun, voorzitter.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Rog.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun, voorzitter.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Zeker steun. Het thema vraagt juist om er nu over te praten en dat moeten we niet langer uitstellen. Dus absoluut steun.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Kwint (SP):

Voorzitter, ik vind het toch wat wonderlijk. Onlangs ging het over het lerarentekort en toen was de oplossing een brief en geen debat.

De voorzitter:

Nee, meneer Kwint!

De heer Kwint (SP):

En dan doen we daarna een debat. Nu komt daar geen debat over en gaan we een nieuwe brief vragen. Als het zo doorgaat, hebben we straks ...

De voorzitter:

Zo is dat. Dank u wel. Ik stel voor om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Tot slot. Het woord is aan de heer Van Rooijen.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Mevrouw de voorzitter. Dinsdag jongstleden hebben we bij de regeling van werkzaamheden een interpellatiedebat aangevraagd over een apart wetsvoorstel dat uitsluitend het afschaffen van de bestaande dividendbelasting betreft. De gehele oppositie, 74 leden van uw Kamer, steunde dat verzoek. De coalitie had niet het fatsoen daar toen een oordeel over te vellen. Nu sta ik hier om u en de leden te vragen dit debat nog vandaag of uiterlijk dinsdag — het is immers spoedeisend — te agenderen. Dit debat kan niet wachten tot na Prinsjesdag. Ik neem aan dat ik u niet hoef uit te leggen waarom.

De voorzitter:

Dus u doet eigenlijk opnieuw het verzoek dat u gisteren of eergisteren heeft gedaan.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Eergisteren.

De voorzitter:

Dinsdag. Oké. Volgens mij was mevrouw Leijten als eerste.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik zou de interpellatie door het lid Van Rooijen willen toestaan. Het kan natuurlijk voorkomen worden als het kabinet vandaag nog per ommegaande laat weten dat het een apart wetsvoorstel zal maken.

Mevrouw Lodders (VVD):

Voorzitter. Dit is dezelfde vraag als de vraag die afgelopen dinsdag aan de orde is gesteld. Die vraag is al eerder in deze Kamer behandeld middels een motie van de heer Asscher. Die motie is verworpen, dus het is nu aan het kabinet. Geen steun voor het verzoek.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter. Steun voor het verzoek, omdat ik van mening ben dat er niet op de juiste wijze invulling wordt gegeven aan het verzoek voor een interpellatiedebat.

De voorzitter:

De heer Edgar Mulder namens de PVV.

De heer Baudet (FvD):

Nee, ik was eerst!

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee. De heer Mulder.

De heer Edgar Mulder (PVV):

Steun.

De heer Baudet (FvD):

Steun.

De heer Snels (GroenLinks):

Steun.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter, geen steun. Ik wacht af wat het kabinet met Prinsjesdag voorstelt.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Omtzigt (CDA):

Geen steun. Ik volg de redenering van mevrouw Lodders. We hebben hier een aantal debatten over de dividendbelasting gehad. We hebben ook de motie-Asscher gehad die precies hetzelfde vroeg, maar die niet aangenomen is. We zullen het er ongetwijfeld over hebben bij de APB, de AFB en het Belastingplan.

De heer Nijboer (PvdA):

Steun voor het verzoek.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Geen steun.

De voorzitter:

Dank u wel. Meneer Van Rooijen, u heeft geen meerderheid.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Ik wil erop wijzen dat de motie-Asscher vroeg om het heroverwegen van het voorstel. Dat is iets heel anders dan het indienen van een apart wetsvoorstel. De coalitie moet wel de juiste werkelijkheid presenteren.

Voorzitter. Nu er geen steun is voor mijn verzoek, rest mij niets anders dan elk lid hierover een uitspraak te laten doen. Derhalve vraag ik een hoofdelijke stemming aan.

De voorzitter:

Dus u wilt hoofdelijk stemmen over dit voorstel, toch? Oké.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik wil niks inbrengen tegen een hoofdelijke stemming, want dat is het recht van ieder lid, net zoals het recht van interpellatie. Maar de heer Van Weyenberg zei wel iets interessants: ik wacht af waar het kabinet mee komt. Daarmee suggereert hij dat hij geen flauw idee heeft waar het kabinet mee komt. Dat zou ik eigenlijk wel willen weten, want ik heb het idee dat hier 74 leden niet weten wat het kabinet doet en 76 leden wel.

De voorzitter:

Dit is de regeling. Iedereen maakt opmerkingen, maar we gaan niet het debat op een andere manier voeren. We gaan hoofdelijk stemmen, want dat is het verzoek van de heer Van Rooijen.

De heer Baudet (FvD):

Kunnen wij ...

De voorzitter:

Wacht, u krijgt zo het woord. Het verzoek is duidelijk.

De heer Baudet (FvD):

Kunnen wij even schorsen?

De voorzitter:

Ja, dat gaan we doen.

De heer Baudet (FvD):

Maar dan even serieus schorsen, want de heer Hiddema was op werkbezoek en is onderweg hiernaartoe.

De voorzitter:

Meneer Baudet, we gaan gewoon schorsen. Dat gebeurt altijd als er gestemd gaat worden. Ik denk ongeveer tien minuten maximaal, want dan kunnen de collega's uit andere delen van het gebouw hiernaartoe komen.

De vergadering wordt van 14.20 uur tot 14.30 uur geschorst.

Naar boven