7 Eindverslag informateur (voortzetting)

Aan de orde is de voortzetting van het debat over het eindverslag van de informateur. 

De voorzitter:

We gaan verder met het debat over het eindverslag van de informateur. Ik geef de heer Segers namens de ChristenUnie het woord. 

De heer Segers (ChristenUnie):

Mevrouw de voorzitter. Het is jammer dat een van de beoogde premierskandidaten niet aanwezig is, maar we gaan toch met het debat verder. 

Na acht weken zijn de onderhandelingen tussen VVD, CDA, D66 en GroenLinks mislukt. Voor de ChristenUnie-fractie zijn er twee grote vragen. De eerste is: is bij deze poging alles op alles gezet? De tweede is: is dit het definitieve einde van deze poging of zien de partijen nog mogelijkheden om er later wel uit te komen? 

Het is goed om vandaag het debat te voeren. Als Kamer hebben we de informateur de opdracht gegeven en nu moeten we als Kamer opnieuw de balans opmaken. Om te weten wat de volgende stap is richting een stabiel kabinet, moeten we eerst weten waar en hoe het is misgegaan. Naar aanleiding van het eindverslag van de informateur heeft mijn fractie nog enkele vragen. De informateur schrijft dat zij in deze omstandigheden een voortzetting van het onderzoek zinvol noch geboden acht. Wat bedoelt zij hiermee? Kunnen die omstandigheden nog zo wijzigen dat zij het voorstelbaar acht dat in een later stadium de gesprekken over deze combinatie heropend kunnen worden? De informateur schrijft ook in haar brief dat de voor de betrokken partijen belangrijke thema's met grote verschillen zijn: migratie, klimaat en inkomensverschillen en de daarmee nauw verweven deelonderwerpen. Kan de informateur zeggen bij welke deelonderwerpen overeenstemming onmogelijk bleek? Hoe zit dat bij het door haar speciaal genoemde onderwerp migratie en de drie deelaspecten die zij daarbij noemt? En was de conclusie dat het was mislukt van haarzelf — ik moet vaststellen dat … — of was het de gezamenlijke conclusie van de vier formerende partijen, de vier fractievoorzitters? 

Dan kom ik op het vervolg. Terecht stelt de informateur dat voor deze ronde de partijen vooral bijeengebracht waren op basis van de verkiezingsuitslag en niet op basis van de programmatische overeenkomsten. Dat maakt het niet eenvoudig. Ook het vervolg lijkt niet eenvoudig. Er zijn wensen over de ruimte van de meerderheid van een coalitie en er zijn elkaar uitsluitende partijen. Daar hebben we in de eerste termijn iets over gehoord. Mijn fractie kan zich, in dat onoverzichtelijke veld vol voetangels en klemmen, goed vinden in de aanbeveling van de informateur om na het debat een informateur aan te stellen, met als opdracht om op korte termijn de mogelijkheden te verkennen voor de vorming van een kabinet dat kan rekenen op een vruchtbare samenwerking met beide Kamers van de Staten-Generaal. Op basis van deze verkennende ronde zullen we conclusies moeten trekken over het vervolg. 

Tot slot wil ik de informateur danken voor haar inspanningen van de afgelopen weken in de zoektocht naar een nieuw kabinet. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Bijna negen weken waren ervoor nodig om vast te stellen dat de VVD, het CDA, D66 en GroenLinks fundamenteel verschillend denken over kwesties als klimaatbeleid, vluchtelingenbeleid en armoedebestrijding. Wie de verkiezingsprogramma's van deze vier partijen naast elkaar had gelegd, had dat binnen een uur kunnen vaststellen. Wie de StemWijzer had gedaan, zelfs binnen tien minuten. Natuurlijk heeft het, na de formatie van 2012, even geleken alsof elke politieke tegenstelling te overbruggen zou zijn in het kader van "willen is kunnen". Maar de massale afwijzing door de kiezer van die dwaling nodigt niet uit tot een herhaling. Nederland mag dan coalitieland zijn, maar er is niets wat partijen verplicht coalities aan te gaan die eigenlijk niet kunnen. Het programma van het CDA staat net zo ver af van dat van D66 en GroenLinks als de programma's van de VVD en de PvdA in 2012. Zoiets moet je als politieke partij niet willen, tenzij je levensmoe bent. 

Er zijn genoeg partijen en partijleiders die hebben aangegeven voor groen te kiezen: van groen rechts tot GroenLinks. Als het de heer Rutte ernst is dat hij groen rechts als de meest wenselijke koers ziet, net als zijn bondgenoten bij VNO-NCW overigens, zet hij het allesbehalve groene CDA van de heer Buma aan de kant en verkent hij de mogelijkheid van een groen kabinet met partijen als D66, GroenLinks, de ChristenUnie, de Partij voor de Dieren en eventueel de SP en de PvdA. Als die partijen werkelijk bereid zijn om te kiezen voor het overstijgende belang van een ambitieus klimaatbeleid en zij de standpunten die hen verdelen een vrije kwestie laten zijn, kan er nog voor het zomerreces een groen kabinet zijn. Zeker wanneer voor zo'n kabinet bewindslieden worden aangezocht met een minder partijpolitiek profiel en een groot politiek en publiek vertrouwen. 

De heer Segers (ChristenUnie):

Als wij de StemWijzer invullen, weten we onmiddellijk wat er zo ongeveer mogelijk is. De hele exercitie van de afgelopen twee maanden is vreemd en onterecht. Vervolgens komt mevrouw Thieme met een combinatie van SP en VVD. Dat is toch werkelijk merkwaardig, na de interruptiedebatten hier, tijdens welke de heer Roemer klare wijn heeft geschonken? 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Zeker. Daarom heb ik aan het eind ook gezegd "eventueel nog aangevuld door de SP en de PvdA". Het kan immers ook zo zijn dat andere partijen geïnspireerd raken en zeggen dat zij voldoende vertrouwen hebben als er vorderingen zijn gemaakt met de partijen die ik net heb genoemd. Dat zou zeker ook kunnen omdat ik voorstel dat het kabinet met name op het gebied van de partijoverstijgende belangen rondom het klimaat heel heldere afspraken maakt en dat er sprake is van een vrije keuze bij zaken waarover de verschillen heel groot zijn. Je gaat dan werken met wisselende meerderheden. In het kader van die constructie kun je bijvoorbeeld kijken naar een kabinet waarin wat meer partijneutrale bewindspersonen worden aangesteld. Een dergelijke variatie kun je ook wel "zakenkabinet" noemen, maar dan in die zin dat de partijen samen wel een soort kernkabinet vormen waarin met name op het gebied van klimaat heldere afspraken worden gemaakt. Gezien het feit dat de SP regelmatig klimaatvriendelijk heeft gestemd in de afgelopen jaren waarin ik de SP heb leren kennen, kan ik mij voorstellen dat zij uiteindelijk bereid is om aan te sluiten. Zo moet u dat zien. 

De heer Segers (ChristenUnie):

Als je hierover wilt spreken, zou het zomaar kunnen dat je twee maanden verder bent voordat je de conclusie kunt trekken of het al dan niet lukt. Dan is uw recensie van de afgelopen twee maanden toch wel heel curieus. U zegt dat het absurd is dat ze deze exercitie hebben ondernomen, terwijl u zelf met een voorstel komt waarbij toch ook nog wel wat water door de Rijn zou moeten stromen voordat we daar helemaal uit zijn. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Er is toch wel een groot verschil. De afgelopen twee maanden is getracht een coalitie te vormen van partijen die op basis van het aantal zetels logischerwijs een coalitie zouden kunnen vormen, maar niet op basis van programmatische overeenkomsten, zoals de informateur ook heeft aangegeven. Mijn voorstel is om niet te kijken naar de vraag wie nu eenmaal de grootste en de op een na grootste is, maar om te kijken naar de vraag wie op programmatische basis veel met elkaar gemeen hebben. Ik kan mij zo voorstellen dat het dan minder dan twee maanden hoeft te duren om tot een meer eensluidende en duurzame kabinetsformatie te komen. 

De voorzitter:

Gaat u verder. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Als er smeltende ijsbergen in zicht zijn, is een discussie over bakboord of stuurboord niet relevant, net zomin als het herrangschikken van de stoelen aan het dek van een schip in het zicht van zo'n ijsberg. Het gaat om de koers die de komende generaties kan behoeden voor de rampspoed als gevolg van de klimaatverandering. Het gevoel van urgentie is er, het maatschappelijk draagvlak is er, en een politieke meerderheid is er, ook onder de politiek georganiseerde jongeren. Denk aan het Terlouwmanifest. Alle lichten staan op groen. Daarom ben ik voorts van mening dat er een einde moet komen aan de bio-industrie. 

De heer Krol (50PLUS):

Mevrouw de voorzitter. Dank aan mevrouw Schippers en complimenten aan het formatieteam. Tijdens de onderhandelingen kwam er vrijwel niets naar buiten. Dat er juist in dit huis niet gelekt wordt, is op zijn minst vermeldenswaardig. Eergisteren kwam het bericht dat de besprekingen zijn vastgelopen. Ook dat gebeurde keurig afgestemd. We mogen deze formatiepoging rustig aanduiden als de "appformatie". Kennelijk hield iedereen zich keurig aan datgene wat door de spindoctors via de app was doorgegeven. Ik hoorde op Radio 1 een montage van de commentaren van de vier betrokkenen. Die commentaren daarin waren door elkaar gemixt. Je hoort dan duidelijk dat alle woorden en zinnen met elkaar waren afgestemd. Die afstemming blijft echter niet in stand. Het lekken is inmiddels begonnen. Vrijwel niets zal ons op den duur onthouden worden. We weten nu al dat u het bericht hoorde terwijl u op de sportschool was. We weten ook dat er kort voor de klap saté werd besteld. 

Overigens was het helemaal geen klap. Normaal gesproken zeg je dat een formatie is geklapt, maar nu riep iedereen in koor dat de formatie was vastgelopen. "Vastgelopen", ik herhaal het nog maar eens, want iets wat is geklapt kun je maar met moeite herstellen, maar een motorblok dat is vastgelopen kan met een beetje smeerolie weer aan de praat worden gekregen. En toch spreekt de VVD vandaag over "onwaarschijnlijk". Het CDA spreekt over "niet realistisch". D66 zegt "nu niet" en GroenLinks spreekt over "een punt en geen komma". Ook achter de zin die ik nu uitspreek, staat een punt. Daarna komt er toch weer gewoon een volgende. Daarom blijft mijn vraag: sluiten VVD, CDA en D66 voortzetting van gesprekken met GroenLinks nu definitief uit? 

Wat 50PLUS betreft staat de te benoemen verkennende informateur snel in de startblokken voor gesprekken met andere fractievoorzitters. We zouden het zeer op prijs stellen als er in deze gesprekken werd gevraagd naar de mening van alle partijen over een minderheidskabinet, het sluiten van een coalitie met meer dan vier partijen en het sluiten van een akkoord met naast de ChristenUnie een of meerdere andere kleine fracties. Nu al wordt er gesproken van "een impasse". Het is dan ook noodzakelijk om de diverse blokkades, opgeworpen tegen bijvoorbeeld de PVV, en door de SP tegen de VVD en door de Partij van de Arbeid tegen meeregeren, nog eens tegen het licht te houden. 

50PLUS wil een coalitie met partijen die willen praten over het verlagen van de AOW-leeftijd, het behoud van ons pensioenstelsel en het voorkomen van pensioenkortingen en die echt werk willen maken van het oplossen van de langdurige ouderenwerkloosheid. Met die partijen zitten wij graag aan tafel. Betrokkenen willen niet meer informatie geven over de voorlopige of voorwaardelijke overeenstemming die op sommige terreinen is bereikt, dus moeten we wachten op wat er uitlekt in de zaterdagedities van de dagbladen. Ik vraag mij af of dat verstandig is. Zorgvuldigheid is belangrijk, tijd nemen ook, maar enige snelheid vinden wij eveneens van belang. 

Tot slot een tip aan de collega's: vanavond is er in het Paard van Troje een bijeenkomst van GroenLinks, meet-up genoemd. Zij begint om half acht. Volgens mij worden de mensen daar dan een stuk wijzer dan wij hier vandaag tijdens dit debat. 

De heer Van der Staaij (SGP):

Mevrouw de voorzitter. Professor Carla van Baalen zei het ooit mooi in haar oratie: "Klagen over kabinetsformaties is net zo Nederlands als klagen over het weer". Telkens gaan zij gepaard met veel trammelant, gemopper en kritiek. "Het duurt te lang", "het is allemaal veel te geheimzinnig" enzovoort. Ook vandaag is er hier en daar weer enig geklaag te horen. "Was het allemaal wel nodig geweest om weken bij elkaar te zitten?" "Duurt dit allemaal niet veel te lang?" Ik wil namens de SGP vandaag geen nieuwe jammerklachten over deze mislukte formatiepoging uiten. Trouwens, ook over het weer hebben we niets te klagen. Het is me opgevallen dat het vooral na de breuk met GroenLinks hard is gegaan met de opwarming van de aarde. 

(Hilariteit) 

De heer Van der Staaij (SGP):

De SGP wil juist veel begrip uiten voor het feit dat de onderhandelingen spaak zijn gelopen. Inhoudelijke verschillen over belangrijke onderwerpen zoals migratie, inkomensbeleid en klimaat zijn inderdaad zo groot dat het uiterst lastig is om met deze partijen tot vertrouwenwekkende compromissen te komen. Om die reden zag de SGP ook weinig heil in deze formatiepoging. Opmerkelijk eensgezind kwamen de onderhandelaars van VVD, CDA, D66 en GroenLinks afgelopen maandag tot de conclusie dat zij het oneens zijn. We hebben al veel gezien bij alle kabinetsformaties in de afgelopen decennia, maar ik denk dat deze mislukte formatiepoging wel een plaats verdient in de top drie van meest hoffelijke mislukkingen van formatiepogingen. Dat bleek ook wel tijdens het debat vandaag. Dit kan enige ongerustheid voeden. "Betekent dat dan niet dat ze de draad zomaar weer kunnen oppakken"? Dat hoeft niet het geval te zijn. Je kunt ook heel rustig vaststellen dat de inhoudelijke verschillen te groot zijn. Andersom, toen er wat meer geruststellend gegooi met deuren was, zoals bij de eerste formatiepoging van Paars I, zag je dat ze even later toch weer vrolijk bij elkaar terechtkwamen. We weten dus nooit hoe dit loopt, maar in ieder geval zie ik het als winst dat je ook gewoon op een fatsoenlijke manier stevig van mening kunt verschillen en dat we niet per se slaande deuren nodig hebben om dat te onderstrepen. 

Er is royaal de tijd genomen om tot de slotsom te komen, maar er zijn in het eindverslag, waarvoor dank, niet uitbundig veel woorden gebruikt om deze conclusie nader toe te lichten. In de toelichting op de breuk hoorde ik de onderhandelaars veel spreken over kloven en bruggen. Wij zouden graag willen horen tussen welke partijen de verschillen zo groot zijn dat de kloof niet te overbruggen valt. Wie de verkiezingsprogramma's bekijkt, zou vermoeden dat vooral de kloof met GroenLinks lastig te dichten was. Het beeld dat vandaag oprijst, geeft dat ook wel aan, maar dit is inderdaad een relevante vraag, ook aan de informateur en ook voor de vervolgadvisering die aan de orde zal komen. 

De andere vraag heb ik zojuist al aangegeven: hoe hard is deze conclusie nu? Ook daarover zijn vandaag in het debat al uitspraken gedaan. "Formeren is faseren" horen we inmiddels regelmatig uit de mond van de premier. Dat is prachtig, maar het moet niet te vrijblijvend worden waardoor het credo "formeren is proberen" wordt. 

Hoe nu verder? De SGP steunt de gedachte om in dit debat een informateur aan te wijzen die gaat verkennen welke partijen nu het beste verder kunnen gaan praten; er is vooral behoefte aan een verkenner. Het lijkt ons ook wenselijk dat het kabinet zowel in de Tweede Kamer als in de Eerste Kamer een geestverwante meerderheid kan aantreffen. Die meerderheid hoeft wat de SGP betreft niet al te ruim bemeten te zijn. Juist het ontbreken van een massieve meerderheid kan een probaat middel zijn om waardevolle ideeën buiten de coalitiegelederen tijdig op waarde te schatten. De geschiedenis van de kabinetten-Rutte laat zien dat we daarover weinig te klagen hebben. 

Tot slot heb ik een wens. Het is nu rustig in de Stadhouderskamer. Ik hoop dat aan dit stadhouderloze tijdperk zo snel mogelijk een einde komt. 

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Dag 63 van de verkenningen van de formatie is de dag van de smeekbedes. De PVV smeekt de VVD om mee te mogen doen aan de onderhandelingstafel. Rutte zegt nee. D66 en het CDA smeken de SP om aan de onderhandelingstafel te gaan zitten. Roemer zegt nee. De SP vraagt Buma om de nieuwe minister-president te worden. Buma zegt nee. Dat is eigenlijk wel tekenend. Het kan verkeren. Het is een slakkentempo, want wat iedereen op dag 1 kon voorspellen, is pas op dag 61 geconcludeerd. De vraag is of daar werkelijk 61 dagen voor nodig waren. Was het nou echt nodig om 61 dagen aan elkaar te snuffelen en te ruiken om te concluderen dat de liefde tussen de VVD, het CDA, D66 en GroenLinks onmogelijk was? Was het nou echt nodig om pas na 61 dagen in te zien dat de verschillen onoverbrugbaar waren? Het antwoord daarop is nee, gelet op wat de onderhandelende partijen zeiden op de dag waarop ze aan deze kansloze exercitie begonnen. 

En de informateur deed nog wel zo haar best. Zij verzorgde gastcolleges van experts. Zij arrangeerde lunches en diners. Zij gaf daagjes vrij. Zij liet de avonden onbenut. Van de 61 dagen die deze periode heeft gekost, zijn er eigenlijk 18 gewerkt. Dat is best wel luxe. In de tussentijd wilden leraren een hoger salaris en verwees de onderwijswoordvoerder van D66 naar de onderhandelingstafel. Mensen in het land die af wilden van het torenhoge eigen risico, vroegen om daar iets aan te doen en de zorgwoordvoerder van GroenLinks verwees naar de onderhandelingstafel. Stilstand, terwijl wij vooruit moeten. Als we alle controversiële onderwerpen op deze manier laten liggen, komen we niet vooruit. De welvaart moet eerlijker worden verdeeld, de ongelijkheid moet worden bestreden en discriminatie en racisme moeten keihard worden aangepakt. 

De mensen in het land verdienen zo snel mogelijk een regering die werk maakt van de aanpak van hun problemen. DENK ziet in de volgende ronde dan ook graag meer werkethos, minder bedrijfspsychologie en teambuilding maar gewoon direct ingaan op de inhoud. Dat leidt eigenlijk tot maar één werkbare combinatie. Ik kan begrijpen dat de PvdA de huid naar aanleiding van de verkiezingsuitslag duur verkoopt en ik begrijp ook dat vakkundig de hoop uit alle alternatieven geperst moet worden voordat we zover zijn. 

Naast over de intensiteit zijn wij ook niet te spreken over de informatievoorziening. Terwijl de informateur iedere week de media te woord stond, kreeg de Kamer nauwelijks iets te horen. Dat moet de volgende keer anders. De informateur werkt voor de Kamer, niet voor de NOS of RTL. Informatie is voor de Kamer essentieel. Daarom vraag ik om in de volgende ronde minimaal eenmaal in de week schriftelijk verslag te doen van de voortgang. 

De heer Baudet (FvD):

Met veel drama vernamen wij maandagavond dat de formatie is stukgelopen op onverenigbare standpunten over immigratie. Om erachter te komen dat die standpunten onverenigbaar waren, hadden VVD, CDA, D66 en GroenLinks blijkbaar twee maanden nodig, inclusief papadagen. Oké, wellicht, maar gisterenmiddag kwamen in deze Kamer vijf FvD-moties in hoofdelijke stemming, moties met stuk voor stuk constructieve concrete maatregelen om de immigratie en illegaliteit nu eindelijk eens echt aan te pakken. Tevergeefs. CDA-leider Buma meldde al meteen dat het CDA vijf keer tegen zou stemmen en ook de VVD liet het afweten. Halbe Zijlstra noemde het hoofdelijk in stemming brengen van vijf moties zelfs een circus. 

Een circus, je moet maar durven, nadat juist deze twee partijen maandenlang een schijnvertoning met acrobatische toeren opvoerden in het circus-Schippers met goochelaar Rutte, koorddanser Buma, jongleur Pechtold en clown Klaver. Nee, hooggeëerd publiek, voor het echte circus moet u bij het partijkartel zijn. Wat de gang van zaken van deze informatie aantoont, is dat de kartelpartijen slechts een schimmenspel voor de bühne opvoeren. Men denkt blijkbaar nog steeds dat de mensen dit niet doorzien. Men weet zich gesteund door de NPO en gokt erop dat de kiezers er bij de verkiezingen opnieuw in tuinen met retoriek als "normaal doen". 

Onze indruk is anders. De Nederlandse bevolking wil dat de problemen nu voortvarend en daadkrachtig worden aangepakt, om te beginnen de immigratie. Dat kan ook. Het enige wat hieraan in de weg staat, is de circusact die hier met de grootst mogelijke luister wordt opgevoerd. U heeft zelf de democratie gekortwiekt. Uw vleugels, het zijn niet langer vleugels om mee te vliegen, het zijn nog slechts wieken om lucht mee te slaan. Daarom herhaal ik de oproep die Forum voor Democratie al meteen aan het begin van de formatie heeft gedaan. Wat Nederland nu nodig heeft, is een kenniskabinet bestaande uit experts met kennis van zaken en ervaring op hun betreffende werkterrein, in plaats van kartelpolitici die nu toevallig aan de beurt zijn. Forum voor Democratie adviseert een gezaghebbende informateur van buiten de politiek te benoemen, die de mogelijkheden van een dergelijk kenniskabinet met experts kan gaan verkennen. Ik verwijs naar onze brief aan de verkenner van 20 maart jongstleden waarin wij al een aantal personen hebben genoemd, die wat ons betreft voor een dergelijk kenniskabinet in aanmerking zouden komen. 

Wat de Tweede Kamer nu moet doen, is op de tien belangrijkste thema's zelf stemmen. Wat wil men nu precies op al die grote thema's: immigratie, EU, eigen risico in de zorg, duurzaamheid, innovatie? Waarvoor zijn meerderheden en waarvoor zijn die niet voorhanden? Zet stippen op de horizon, durf richting te geven. Zo kunnen wij allemaal op onze eigen speerpunten, of dat nu links- of rechtsom is, proberen om wisselende meerderheden te vinden. Zo hoort het te werken in een democratie. Niet via achterkamertjes, regeerakkoorden en eindeloze compromissen, maar gewoon via stemmingen met wisselende meerderheden. Durf dit nu eens! Durf uw democratische vleugels uit te slaan. Laat de democratie echt functioneren. Neem uw taak als volksvertegenwoordiger serieus. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik zie dat de informateur direct kan antwoorden. Het woord is aan de informateur. 

Mevrouw Schippers:

Voorzitter. Ik kreeg van u op 28 maart de opdracht om te onderzoeken of er een coalitie te maken was van de partijen VVD, CDA, D66 en GroenLinks. De meerderheid in deze Kamer had dit ook geadviseerd. Daarmee wist iedereen ook dat er een uiterst complexe opdracht werd gegeven. Een coalitie die een breed politiek spectrum vertegenwoordigt draagt ook grote politieke meningsverschillen in zich. Voor een stabiel kabinet is het belangrijk dat die meningsverschillen niet worden weggemoffeld in algemene zinnen maar op tafel komen en er oplossingen voor worden gezocht. En dat kost tijd. In mijn ogen goed bestede tijd. Weggemoffelde meningsverschillen leiden later tot grote problemen in een kabinet, zeker als het gaat over de belangrijke thema's van deze tijd. 

Wij zijn niet meteen in de onderwerpen en thema's geschoten maar zijn begonnen met een analyse van de samenleving en de wereld waarin we leven. Wat zijn de problemen waarvoor we staan? Waar komt de onvrede die een aanzienlijk deel van de samenleving voelt vandaan? Kunnen we daarop een gedeelde visie ontwikkelen en vandaaruit de thema's bespreken? Dat is belangrijk om een gezamenlijke visie en een missie te hebben als een nieuwe coalitie. Daaraan was ook grote behoefte bij de onderhandelaars in de eerste fase. 

Veel van de verschillen in wereldbeeld en analyses zijn overbrugbaar. Dat gaat niet vanzelf; daar moet je hard voor werken. Wij zijn niet doorgegaan met het helemaal uitonderhandelen van alle thema's om te kijken hoe ver we zouden kunnen komen. Uiteindelijk bleek namelijk dat op het thema migratie er verschillende onderwerpen waren waar de verschillen wel veel kleiner waren dan misschien door velen gedacht, maar dat het laatste stukje echt een brug te ver bleek. En daar hebben we ons niet zomaar bij neergelegd. Migratie is iets van vijf keer besproken. Het is steeds aftikken waarop overeenstemming is en trechteren naar wat dan overblijft. Er bleef domweg te veel over. Over die laatste punten is lang en meermaals gesproken, voor het weekeinde en erna, en uiteindelijk bleek er gewoon geen ruimte meer te zijn om deze laatste punten op te lossen. Niet binnen migratie en ook niet erbuiten, bijvoorbeeld in relatie tot andere thema's. Migratie is een heel belangrijk thema in de samenleving, in de politiek, nationaal en internationaal. Het is te groot en te fundamenteel om onopgelost te laten. Alle partijen zijn de afgelopen weken uit hun comfortzone gekomen en zijn op onderdelen echt tot de bodem gegaan, niet alleen op dit thema maar ook op andere thema's. Ik heb daar heel veel waardering voor en wil ook alle onderhandelaars daarvoor bedanken. 

Het is niet gelukt en dat is jammer, maar toch vind ik het waardevol dat het is geprobeerd. Dank ook voor deze eervolle taak, voorzitter. Mijn advies in de brief is om een verkennende ronde in te lassen. Ik adviseer dan ook om dat deze week te doen, want voor het tempo is het mijns inziens van belang om volgende week met een nieuwe ploeg onderhandelaars daadwerkelijk aan de slag te gaan. 

Ik heb verschillende vragen gekregen van leden, onder anderen van de heer Asscher, die nu voor de interruptiemicrofoon staat. Die vragen gingen ook over inhoudelijke dilemma's en inhoudelijke thema's en subthema's die op tafel lagen en over hoe dat precies is gegaan. Maar informateur is een vertrouwenspositie. Als ik dat vertrouwen schaad, bijvoorbeeld door allerlei dingen aan u hier te vertellen over waar die verschillen precies lagen, op welke thema's en hoe ver dat ging en tussen welke partijen, dan zal dat het vertrouwen dat nodig is, niet alleen nu maar wellicht nog steeds over jaren, het vertrouwen dat zo belangrijk is voor coalitievorming en dat er moet zijn in een informateur ernstig schaden. Dus ik kan dat niet doen als informateur. 

Minister Asscher:

Ik ga zeker niet iets vragen wat mevrouw Schippers niet kan en ook niet iets wat zij niet wil. Ik vraag wel een piepkleine toevoeging aan de beschrijving van waarom het misging op migratie. Was het nu een principieel conflict of niet? Dat blijft anders boven de markt hangen. U hoeft hier verder niets te vertellen wat uw positie als te vertrouwen informateur zou beschadigen. 

Mevrouw Schippers:

Ik kan de principes voor een ander niet invullen. U zult dat echt aan de onderhandelaars zelf moeten vragen. Als ik dat doe, ga ik het voor hen invullen. Dat is niet aan mij. 

Minister Asscher:

Dat is waar; daar hebt u gelijk in. Ik had het preciezer moeten vragen. Maar mevrouw Schippers is wel een scherp observator en heeft niet voor niets deze eervolle rol gekregen. Zij hoeft niet te bepalen of het echt principes waren of dat het terecht is. Dat is helemaal niet aan haar, maar was het ook haar indruk dat er een principieel probleem lag? 

Mevrouw Schippers:

Mijn indruk is dat er in ieder geval een kloof bestond die niet overbrugbaar was. De standpunten lagen te ver van elkaar af. Er was van alles geprobeerd om partijen naar elkaar toe te laten bewegen. Op een gegeven moment moet je dan constateren dat er geen alternatieven of oplossingen meer zijn, dat er geen zijpaden meer te bewandelen zijn en dat het gewoon niet lukt. Als ik nog losse eindjes had gezien en als ik nog had gedacht dat er ergens een oplossing was die gemist was, dan zou ik mij er nooit bij hebben neergelegd dat wij deze ronde zouden stoppen. Absoluut niet. Iedereen heeft deze taak heel serieus opgevat. Al deze onderhandelaars gaan echt niet die weken bij elkaar zitten, anders dan omdat zij denken dat Nederland dat nodig heeft. Het is niet zo dat er achter de deuren geklaverjast wordt in plaats van gesproken. Natuurlijk is het ook niet zo dat er maar achttien dagen is gesproken. Daarbuiten is er ook vergaderd, maar niet in de Stadhouderskamer en misschien niet door alle vier de partijen. Wat op tafel lag was voor partijen blijkbaar zo belangrijk dat zij dat extra stapje dat misschien nodig was, niet konden zetten. Noem het principe, of zeg dat het verschil gewoon niet te overbruggen was. 

Met dat laatste heb ik al veel gezegd. Er zijn een aantal vragen aan mij gesteld. Een aantal daarvan heb ik in de inleiding al beantwoord. Van de SP is deze vraag blijven liggen: kunnen wij de informatie krijgen die op tafel heeft gelegen tijdens deze onderhandelingen? Normaal gesproken is het zo dat aan het eind van een formatie de formateur, dus niet de informateur, beoordeelt welke informatie naar de Kamer gaat. Het is dus niet aan mij om daarover nu tussentijds te beslissen. 

De heer Roemer (SP):

Voor alle helderheid: ik doel niet op informatie die rechtstreeks met formeren te maken heeft, maar de technische briefings die gegeven zijn door ambtenaren over bepaalde onderwerpen. Daar staan gewoon feiten en cijfers in die in het vervolg voor andere partijen ook van belang zijn. Het zijn gewoon feitelijke zaken, cijferwerk. Dat is iets anders dan wat er is uitgewisseld. 

Mevrouw Schippers:

Die feiten en cijfers worden over het algemeen vrijgegeven na de formatie. Dat is de uitwisseling. Ikzelf beslis niet over de vraag welke stukken dat zijn. Dat is uiteindelijk aan de formateur. 

De heer Roemer (SP):

Voorzitter. Dan doe ik een beroep op u om ze te achterhalen en naar de Kamer te sturen. 

De voorzitter:

Ik stel voor dat u verdergaat, mevrouw Schippers. 

Mevrouw Schippers:

Volgens mij heb ik alle vragen beantwoord die aan mij zijn gesteld. 

De heer Mark Rutte (VVD):

Voorzitter. Ik dien de volgende motie in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

kennisgenomen hebbende van het eindverslag van informateur E.I. Schippers en het daarin opgenomen advies met betrekking tot de kabinetsformatie; 

neemt de inhoud van dit advies over en benoemt E.I. Schippers tot informateur met als opdracht op korte termijn de mogelijkheden te verkennen die er op dit moment zijn voor de vorming van een kabinet dat kan rekenen op een vruchtbare samenwerking met de Staten-Generaal en daarbij aan te geven op welke wijze dit tot stand kan komen, en hierover verslag uit te brengen aan de Kamer, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Mark Rutte. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 9 (34700). 

De voorzitter:

Mijnheer Asscher? 

De heer Asscher (PvdA):

Ik vind dit ingewikkeld. Ik kan me voorstellen dat je kennisneemt van het advies, maar de inhoud van het advies overnemen vraagt van de partijen die daar niet aan tafel hebben gezeten, iets wat ze niet kunnen. 

De heer Mark Rutte (VVD):

Dat "advies" betreft dat deel van het verslag dat zegt: er moet nu een volgende stap gezet worden. 

Minister Asscher:

Dus niet …? 

De heer Mark Rutte (VVD):

Nee. Het betreft uiteraard niet wat wij met z'n vieren hebben gedaan. Het gaat om wat de informateur schrijft over de vervolgstappen. 

De voorzitter:

Dank u wel. 

Dan ga ik naar de heer Pechtold. 

De heer Pechtold (D66):

Nee, dank je wel. 

De voorzitter:

De heer Klaver? De heer Roemer? De heer Asscher? De heer Segers? Mevrouw Thieme? Ik zie dat mevrouw Thieme wel iets wil zeggen. Het woord is aan haar. 

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. De afgelopen weken hebben wij vanuit diverse gremia een dringende oproep gehoord om te komen tot een coalitie waarbij het klimaat als belangrijk onderdeel van het akkoord moet worden opgenomen. Ook vanuit onze eigen politieke jongerenorganisatie is zo'n oproep gekomen. Die heet het Terlouwmanifest. Ik zou de Kamer heel graag een uitspraak willen laten doen over dat Terlouwmanifest. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

overwegende dat uit het Terlouwmanifest een breed gedeelde urgentie spreekt ten aanzien van een nieuw te vormen regeerakkoord; 

spreekt uit dat het Terlouwmanifest het vertrekpunt moet vormen in een nieuwe informatieopdracht voor de vorming van een nieuw kabinet, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Thieme. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 10 (34700). 

Dank u wel. Dan kijk ik nu naar de heer Krol. Ik zie dat noch hij noch de heer Van der Staaij het woord wenst, maar de heer Kuzu wel. 

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. De informateur gaf aan dat ze antwoord had gegeven op alle vragen, maar wij hebben ook nog een wens ingebracht, namelijk dat de Kamer wekelijks geïnformeerd wordt. Nou begrijpen we uiteraard dat er achter gesloten deuren wordt onderhandeld en dat dat betekent dat we niet álle informatie kunnen wensen en dat we niet kunnen wensen dat álle posities op tafel komen of in een verslag worden opgenomen, maar de Kamer iets beter informeren over de voortgang in plaats van de media, lijkt me wel terecht. Daarom de volgende motie. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de Kamer op grond van artikel 139b van het Reglement van Orde tijdens de uitvoering en na afronding van een opdracht tot kabinets(in)formatie een (in)formateur kan uitnodigen om inlichtingen te verschaffen over het (in)formatieproces; 

overwegende dat de oud-informateur wekelijks informatie verschafte aan de media over de voortgang van de uitvoering van haar opdracht, maar niet aan de Kamer; 

spreekt uit als wens dat zij bij de hervatting van informatiebesprekingen minimaal één keer per week schriftelijk geïnformeerd wenst te worden door de informateur over de vorderingen van de besprekingen, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kuzu. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 11 (34700). 

Ik kijk naar de heer Baudet en ik zie dat hij het woord wenst. 

De heer Baudet (FvD):

Voorzitter. Er is zo veel talent aanwezig in dit land! Er zijn zo veel mensen die op deelgebieden bijzondere expertises hebben over de concrete problemen die we hebben in dit land met betrekking tot de gezondheidszorg, het onderwijs, de veiligheid, de immigratie en de euromunt. Die zouden op al die zaken zo veel vernieuwing kunnen brengen! Ze zouden heel veel talent en kennis in kunnen brengen in het landsbestuur, maar dat gebeurt niet omdat we vastzitten in die baantjescarrousel van het partijkartel. Die mensen vinden dat ze aan de beurt zijn voor een ministerspost of een staatssecretariaat en dat ze zaken achter de schermen kunnen bedisselen. Ik wil graag een motie indienen waarin wij als Kamer uitspreken dat we dat gaan veranderen. 

De motie luidt: … 

De voorzitter:

Mijnheer Baudet, u moet de motie op papier hebben. 

De heer Baudet (FvD):

Ik heb de motie nog niet op papier, maar in het hoofd is de tekst ervan aanwezig. 

De voorzitter:

Zo werkt het niet. U moet de motie echt op papier hebben, dus dat wordt de volgende keer. 

De heer Baudet (FvD):

Waar staat dat? 

De voorzitter:

Dat zoeken we voor u op. We hebben geschreven regels, maar we hebben ook ongeschreven regels. Het is echt zo dat een motie gewoon rondgedeeld moet worden. Fracties moeten zich daarover kunnen beraden. Alleen mondeling een motie indienen, dat gaat niet. 

De heer Baudet (FvD):

Dan zal ik de tekst op papier zetten, nadat ik deze hier mondeling aan de Kamer heb meegedeeld. 

De voorzitter:

Het moet voor de stemmingen van straks. De tekst mag ook handgeschreven zijn. 

De heer Baudet (FvD):

De motie is bijna af. 

De voorzitter:

We gaan weer naar de situatie van vroeger. Een leeg A4'tje. Kijk! 

Het staat trouwens ook in het Reglement van Orde, maar ik kan mij voorstellen dat u dat nog niet helemaal kent. 

De heer Baudet (FvD):

De motie luidt als volgt. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

stelt voor, een kenniskabinet te formeren en zelf op de tien grote thema's een uitspraak te doen, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Baudet. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 12 (34700). 

De heer Baudet (FvD):

Prachtig! 

De beraadslaging wordt gesloten. 

De voorzitter:

Dank u wel. Zoals gebruikelijk gaan we direct hierna stemmen. De informateur is namelijk niet verplicht om op de moties in te gaan. Dat is ook niet de bedoeling, want dit is echt aan de Kamer. Ik schors de vergadering voor tien minuten, waarna we gaan stemmen over de moties. 

De vergadering wordt van 14.25 uur tot 14.44 uur geschorst. 

Naar boven