7 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de CDA-fractie benoem ik in de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven het lid Bruins Slot tot lid in de bestaande vacature. 

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van het CDA bij de stemmingen van dinsdag 9 februari 2016 geacht wenst te worden vóór het amendement-Albert de Vries (34373, nr. 18) te hebben gestemd. 

Ik stel voor, dinsdag a.s. ook te stemmen over de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken inzake de beëindiging van het parlementair behandelvoorbehoud zoals vastgelegd bij het EU-voorstel Voorstel voor een verordening om te komen tot een Europees depositoverzekeringsstelsel (COM (2015) 586) (34385, nr. 2). 

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor, het VAO Onderzoeksopdracht commissie-Oosting van de lijst af te voeren. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VAO Passend onderwijs, met als eerste spreker het lid Van Meenen namens D66; 

  • -het VAO Energie, met als eerste spreker het lid Agnes Mulder namens het CDA. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Dik-Faber van de ChristenUnie. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Voorzitter. We hebben al heel vaak met de minister gedebatteerd over het aantal verwarde personen op straat. Het aantal verwarde personen neemt toe. We weten ook waardoor dat komt, namelijk door de snelle afbouw door de zorgverzekeraars, die sneller gaat dan afgesproken, en doordat de ambulante voorzieningen door gemeenten onvoldoende van de grond komen. Nu blijkt echter dat het allemaal veel sneller gaat dan we verwacht hadden. In plaats van dat het aantal verwarde mensen afneemt, zien we de afgelopen vijf jaar een stijging van maar liefst 65%. Ik vraag me af hoe dat kan. We hebben hierover al zo vaak gedebatteerd. Er moet toch een kentering in komen. Daarom vraag ik een debat aan met de minister van VWS, voorafgegaan door een brief. 

Mevrouw Agema (PVV):

We weten allemaal hoe dat kan. Drie dagen na de afbreking van de Catshuisonderhandelingen werd het Kunduzakkoord gesloten, waarin besloten werd om niet alleen de verzorgingshuizen, maar ook instellingen voor beschermd wonen en ggz-instellingen te sluiten. Mevrouw Dik-Faber is daar verantwoordelijk voor. Ik wil er graag over debatteren, want wij zijn er in ieder geval niet verantwoordelijk voor. 

Mevrouw Leijten (SP):

Vorig jaar hebben we een heel traject gehad met een hoorzitting. We hebben toen allerlei voorstellen gedaan aan de minister omdat zij niet zelf met voorstellen kwam. Het is zinvol om het debat te houden. Ik zou dan graag een stand van zaken willen hebben van alle maatregelen die toentertijd zijn toegezegd, zoals een aanvalsplan en een commissie die ernaar zou kijken. Het lijkt mij zinvol om ook de minister van Veiligheid en Justitie hierbij uit te nodigen omdat het gaat om cijfers van de politie. Daaruit blijkt dat de politie steeds vaker en steeds meer verwarde mensen ziet. Het raakt ook haar werk. Als we het debat houden, dan graag naar aanleiding van de stand van zaken en in aanwezigheid van de minister van Veiligheid en Justitie. 

De voorzitter:

Ik vraag u allen om tevens te reageren op het verzoek van mevrouw Leijten om ook de minister van Veiligheid en Justitie uit te nodigen. 

De heer De Lange (VVD):

De VVD steunt het verzoek om een debat, maar dat moet wel voorafgegaan worden door een brief. Ik stel voor om in die brief ook expliciet een reactie te vragen van niet alleen VWS en V en J, maar ook BZK. Er ligt immers een heel nadrukkelijke rol voor de gemeenten. Die reactie kan de basis zijn om uiteindelijk te bepalen welke bewindspersonen bij dit debat aanwezig moeten zijn. 

De voorzitter:

Voorlopig steunt u niet het verzoek om ook de minister van V en J uit te nodigen, maar steunt u wel het debat. 

De heer De Lange (VVD):

Inderdaad. Ik stel voor dat er een kabinetsbrede brief komt. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Volgens mij heeft het aanjaagteam verwarde personen ook conclusies getrokken die hierbij heel belangrijk zijn. Ik steun het verzoek van mevrouw Dik-Faber, de brief en het verzoek van mevrouw Leijten om de minister van V en J erbij te betrekken. Ik wil graag dat in de brief ook wordt ingegaan op de tussenrapportage van het aanjaagteam verwarde personen. 

De heer Van der Staaij (SGP):

Ook de SGP steunt het verzoek, zoals dat is aangevuld door mevrouw Leijten. Het debat vindt wat de SGP betreft, plaats met zowel de minister van VWS als die van Veiligheid en Justitie. De SGP hecht zeer aan een uitgebreide stand-van-zakenbrief naar aanleiding van het aanjaagteam verwarde personen, waarover mevrouw Voortman sprak, en naar aanleiding van de verdere implementatie van de aanbevelingen van de commissie-Hoekstra, die ook nadrukkelijk hierover gingen. Ik wil dat alles heel graag in de breedte bij elkaar houden. 

Mevrouw Vermue (PvdA):

Steun voor de inbreng van de heer De Lange. Graag eerst een kabinetsbrede brief. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Steun voor een uitgebreide brief en voor het debat en pas daarna bekijken welke bewindslieden daarbij uitgenodigd moeten worden. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Steun voor het debat. Ook de opmerking van de heer Van der Staaij is terecht. Volgens mij moet er ook een voortgangsrapportage komen van de commissie-Hoekstra. Het zou mooi zijn als die meteen wordt meegestuurd. 

De voorzitter:

En het verzoek over de aanwezigheid van de minister van V en J? 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Ja, natuurlijk. 

De heer Öztürk (Groep Kuzu/Öztürk):

Steun voor het verzoek en voor de brief. 

De heer Krol (50PLUS):

Ook steun voor het verzoek en voor de opmerkingen van de heer Van der Staaij. 

De voorzitter:

Mevrouw Dik-Faber, er is een grote meerderheid voor uw verzoek. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dank u wel, voorzitter. Ik ben ook content met de toevoeging van mevrouw Leijten om ook de minister van V en J hiervoor uit te nodigen. 

De voorzitter:

Voor dat laatste is geen meerderheid, maar er is ook gezegd dat we, wanneer de brief er is, opnieuw kunnen bekijken welke minister daarvoor naast de minister van VWS kan worden gevraagd. 

De heer De Lange (VVD):

Nu er toch is gekozen voor die brede aanpak, heb ik een heel praktisch voorstel. Op de lijst van dertigledendebatten staat ook nog een debat over verwarde huurders. Misschien kan dat hierbij worden betrokken. 

De voorzitter:

Dat is een verzoek van de heer Bashir. Het is mij een lief ding waard dat die debatten worden samengevoegd, maar dat moet de aanvrager echt zelf doen. 

Mevrouw Leijten (SP):

Daarover gaan wij in onze fractie overleggen, maar ik wil nogmaals pleiten voor de aanwezigheid van de minister van Veiligheid en Justitie. Er is terecht gezegd dat we ook de stand van zaken van de commissie-Hoekstra moeten krijgen. Daarbij gaat het uitdrukkelijk om een debat met Veiligheid en Justitie en met VWS. Ik doe dus een beroep op de VVD en de PvdA om dat te continueren, zodat we het brede debat met die twee ministers blijven voeren en zodat we niet later, wanneer de brief er is, eens gaan bezien wie we gaan uitnodigen. Volgens mij is het logisch om deze lijn gewoon door te trekken. 

De voorzitter:

De standpunten zijn helder. Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Wassenberg namens de Partij voor de Dieren. 

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. Afgelopen week berichtte de melkvee-industrie dat, als het aan die sector ligt, fosfaatrechten niet gekoppeld gaan worden aan grond. Deze plannen zullen ertoe leiden dat meer koeien het jaar rond op stal komen te staan. De regiegroep lijkt er niet uit te komen. Dat verhoogt de urgentie om hierover te debatteren. Ik weet dat ook de SP hierover een debat heeft aangevraagd. Het lijkt mij prima om dit onderwerp bij dat debat te betrekken, maar ik wil graag een spoedige inplanning en ik wil vooraf graag een brief van de staatssecretaris aan de Kamer over deze kwestie. 

Mevrouw Lodders (VVD):

We kunnen dit standaard iedere week op de agenda zetten. Het is overigens niet de melkvee-industrie, maar gewoon de melkveesector die zijn standpunt duidelijk heeft gemaakt. Wij wachten de al aangekondigde en toegezegde brief van de staatssecretaris af, gevolgd door het debat van de heer Smaling, zoals we dat hier met elkaar hebben afgesproken. Daar verandert voor mij helemaal niets aan. 

De heer Graus (PVV):

De Partij voor de Vrijheid wil graag het verzoek steunen om dit onder te brengen bij het debat van de heer Smaling, want in eerste instantie stond er een apart debat. Dat willen wij per se niet. Wij geven ook graag steun voor de brief. 

De heer Geurts (CDA):

Geen steun. Dit staat, zoals al aangegeven, met het debat van de heer Smaling gewoon al op de lijst van onderwerpen. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Steun voor een brief en voor behandeling bij het debat van de heer Smaling. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dat geldt ook voor mijn fractie. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Wij hebben geen behoefte aan nieuwe dingen. Deze dingen zullen ook in de brief van de staatssecretaris komen. We hebben een procedure vastgesteld; daar houden wij dus aan vast. 

Mevrouw Dikkers (PvdA):

Ik was ook wel wat verbaasd over het bericht in Boerderij. Steun voor de brief, en we zouden ook graag het debat daarover willen voeren op het moment dat we debatteren over de melkveewet, als het debat van de heer Smaling geagendeerd wordt. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Dat geldt ook voor GroenLinks. 

De voorzitter:

Geen meerderheid, mijnheer Wassenberg. 

Het woord is aan mevrouw Voortman namens GroenLinks. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. Op 30 april 2015 heb ik een motie ingediend — die is ook aangenomen — om de inkomenssituatie van mensen die langdurige zorg ontvangen te onderzoeken en om ons daarover voor de begroting van 2016 te informeren. In tegenstelling tot wat de staatssecretaris op 3 december 2015 aan de Kamer heeft geschreven, blijkt uit onderzoek van Nieuwsuur dat dit belangrijke onderzoek niet begonnen is in oktober 2015. Sterker nog: het is nog niet eens begonnen. Dit lijkt op foutieve informatie aan de Kamer. Gisteren spraken wij over het debat over de eigen bijdrage in de langdurige zorg, dat op korte termijn wordt gehouden op verzoek van mevrouw Agema en mevrouw Leijten. Ik wil hier verzoeken om dat debat binnen twee weken in te plannen. Daarnaast wil ik voor aanstaande maandag 12.00 uur een brief waarin de staatssecretaris opheldering geeft over de manier waarop hij de motie-Voortman gaat uitvoeren, hoe het staat met het onderzoek en de redenen waarom er, in tegenstelling tot wat hij steeds heeft beweerd, nog steeds niet mee gestart is. Dat verzoek doe ik mede namens de ChristenUnie. 

Mevrouw Agema (PVV):

Mevrouw Voortman doelt hier op mijn meerderheidsdebat. Dat is niet bepaald chic. Steun voor de brief. 

De voorzitter:

Niet voor het debat? 

Mevrouw Agema (PVV):

Dat debat mag van mij elk moment van de dag gepland worden; daar verlang ik al een hele poos naar. Mevrouw Voortman doet dit verzoek echter zonder hierover überhaupt contact met mij te hebben en dat vind ik gewoon niet chic. 

Mevrouw Leijten (SP):

Steun voor beide verzoeken. Gisteren hebben we het hierover ook even gehad, omdat ik een debat wilde over de gevolgen van de eigen bijdrage. Toen zei de Partij van de Arbeid: er is er al eentje over de eigen bijdrage. Laten we dat zo snel mogelijk houden. Ik steun dit verzoek ook. We hebben afgelopen jaar wellicht iedere week een motie ingediend over de gevolgen van de eigen bijdrage. Altijd was het antwoord van de staatssecretaris dat hij de aangenomen motie van mevrouw Voortman en mevrouw Keijzer uitvoert. De Kamer moest maar afwachten, maar die motie wordt dus niet uitgevoerd, zoals het nu lijkt. Ik vind het dus heel belangrijk dat die brief er inderdaad maandag is, omdat we dan kunnen beoordelen of dat daadwerkelijk zo is en of we dus op korte termijn het debat moeten voeren, of dat we eventueel op het onderzoek kunnen wachten. We moeten dus vooral die brief hebben om te beoordelen hoe snel het debat echt ingepland moet worden. 

De heer Krol (50PLUS):

Een brief voor maandag en zeker steun voor het verzoek. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Er is een officiële reactie vanuit het ministerie naar Nieuwsuur gegaan. Daarin staat: "Juist omdat de toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg zo van belang is, wordt dit nauwlettend in de gaten gehouden. Daarom onderzoekt het CBS de inkomenspositie van mensen die zorg ontvangen." 

De voorzitter:

Steunt u het verzoek? 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Dus steun voor het verzoek, want ik ben heel erg benieuwd welk onderzoek dat is, waar het loopt en wat de onderzoeksvragen zijn. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Het zou het kabinet sieren als de Kamer eerst informatie kreeg. Steun voor de brief voor maandag en daarna kijken we wanneer het debat kan worden ingepland. Voor mijn part nemen we het debat dat mevrouw Agema heeft aangevraagd, er gelijk in mee. 

De voorzitter:

Daar gaat het ook over. Het gaat over het debat van mevrouw Agema. 

Mevrouw Vermue (PvdA):

Steun voor het verzoek. 

De heer Potters (VVD):

Ik heb echt de neiging om het debat nu al te beginnen. Nee hoor. Steun voor de brief en steun voor het debat. 

De voorzitter:

Ik geef eerst de heer Wassenberg nog het woord en daarna mevrouw Agema, omdat het om haar debat gaat. 

De heer Wassenberg (PvdD):

Steun voor de brief. Steun voor het verzoek. 

Mevrouw Agema (PVV):

We wachten nog. We hebben afgelopen week via de procedurevergadering gevraagd om een nieuwe, geactualiseerde, brief op basis waarvan het meerderheidsdebat is aangevraagd. Die brief hebben we nog niet gekregen. Die brief zou er dus ook maandag voor 12.00 uur moeten zijn, want anders kan er nog steeds niets ingepland worden. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. We zullen rekening houden met het plannen van het debat dat mevrouw Agema al eerder heeft aangevraagd. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven