6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor om het debat over ouderenmishandeling van de lijst met debatten af te voeren. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van de Kamer het wetsvoorstel Wijziging van de Mijnbouwwet (regels voor afsplitsing betreffende vergunningen voor het winnen van koolwaterstoffen die voor 1965 zijn verleend) (34092). 

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor de volgende moties opnieuw gaat lopen: 34000-XIII, nr. 90; 33930-XIII, nr. 11; 33930-XIII, nr. 12; 33930-XIII, nr. 13; 31936, nr. 207; 28973, nr. 144; 34000-XIII, nr. 95 en 27428, nr. 251. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda het VAO Staat van het bestuur Aruba, Curaçao en Sint-Maarten naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 31 maart, met als eerste spreker de heer Van Raak van de SP. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Knops. 

De heer Knops (CDA):

Voorzitter. Mede namens collega Oskam wil ik rappelleren over onbeantwoorde schriftelijke vragen aan de minister van Veiligheid en Justitie. Die vragen gaan over het arrest van de Hoge Raad dat de Staatsloterij kopers van staatsloten in de periode 2000-2008 zou hebben misleid en over het afschaffen van de opbrengsten van de proces-verbaalvergoeding voor gemeenten. Over beide onderwerpen is al een uitstelbrief gekomen, maar de vragen zijn nog niet beantwoord. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Sjoerdsma. Hij heeft eveneens een rappel. 

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Ik zou graag rappelleren over onbeantwoorde schriftelijke vragen aan de minister van Veiligheid en Justitie, de minister van Buitenlandse Zaken, de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Financiën over het bericht dat een farmaceutisch bedrijf dat zich onlangs in Nederland heeft gevestigd, doodstrafmedicatie levert aan de Amerikanen. Op 4 maart zijn die schriftelijke vragen ingediend. 

De voorzitter:

Ze zijn dus ingezonden op 4 maart. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Van Veldhoven. 

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Voorzitter. Een paar dagen geleden werden we verrast met het bericht dat incidenten met gevaarlijke stoffen niet gemeld worden. Dat is natuurlijk ernstig. Het betekent niet alleen mogelijke schade voor het milieu maar ook mogelijke schade voor de volksgezondheid. Daarom hebben wij een aantal vragen. Er zijn samen met onder andere de SP een aantal schriftelijke vragen gesteld. Ik begrijp dat ook de Partij van de Arbeid al schriftelijke vragen heeft gesteld. Toch wil ik graag mede namens de SP een debat aanvragen over dit onderwerp. Dat kunnen we dan houden nadat de vragen beantwoord zijn. Ik vind het namelijk belangrijk dat we hier goed met elkaar over discussiëren. 

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor het houden van een debat over incidenten met gevaarlijke stoffen die niet gemeld worden. 

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Steun voor het verzoek. 

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Ik steun het verzoek niet, want dit onderwerp kunnen we prachtig betrekken bij het algemeen overleg over externe veiligheid op 16 juni aanstaande. 

Mevrouw Cegerek (PvdA):

Mevrouw Van Veldhoven zei net al dat wij ook schriftelijke vragen hebben ingediend. Wij willen eerst de antwoorden daarop afwachten. Maar gezien het belang van het onderwerp, willen wij ook een brief van de staatssecretaris over de stand van zaken met betrekking tot dit onderwerp. Volgens mij is het heel goed om dit bij het AO over externe veiligheid te agenderen en te behandelen. Wij steunen het verzoek om een debat dus niet. 

De voorzitter:

Maar u hebt wel behoefte aan een extra brief bovenop de beantwoording van de vragen die al zijn gesteld. 

Mevrouw Cegerek (PvdA):

Ja. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie kan het verzoek wel steunen. 

De heer Geurts (CDA):

Op zichzelf steun ik het verzoek, maar ik geef wel in overweging om het onderwerp bij het AO te betrekken. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Wij zien graag eerst de brief waarin uitvoerig op deze kwestie wordt ingegaan. Gelet op wat er naar buiten is gekomen, is het wel ernstig. Ons verzoek is om die brief snel te sturen, evenals de beantwoording van de schriftelijke vragen, zodat we kunnen bekijken of er een apart debat naast het AO nodig is. 

De voorzitter:

Op dit moment steunt u het verzoek dus niet, maar u behoudt zich het recht voor, zoals ieder Kamerlid dat sowieso heeft, om op een later moment alsnog om een debat te vragen. 

Mevrouw Van Veldhoven, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een debat. Er is wel behoefte aan een brief en aan een snelle beantwoording van de vragen die al zijn gesteld. 

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik dank de collega's dat zij de snelle beantwoording van de vragen hebben benadrukt, evenals een brief. Dat lijkt mij uitstekend. Ik stel evenwel voor dat we het debat toch op de lijst van dertigledendebatten plaatsen, maar dat we met elkaar in het AO bekijken of de vragen afdoende zijn beantwoord. Als dat het geval is, zal ik mijn verzoek intrekken. Als het een zeer omvangrijk AO blijkt te zijn met heel veel onderwerpen op de agenda en als we hier toch verder op willen ingaan, hebben we in ieder geval een debat gepland. 

De voorzitter:

Ik zal het debat toevoegen aan de lijst. De spreektijd is drie minuten per fractie. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer De Graaf. 

De heer De Graaf (PVV):

Voorzitter. Op verzoek van mijn collega Graus houd ik het kort en puntig. We werden vanmorgen gewekt met het bericht dat ons ministerie van Buitenlandse Zaken een congres in het buitenland heeft gesponsord. Het heeft dat samen gedaan met de Cordoba Foundation, die zeer strikt gelieerd is aan de dood en verderf zaaiende Moslimbroederschap. Daarom willen wij graag opheldering van de minister. We hebben daar al om verzocht middels schriftelijke vragen. Ook de heer Van Klaveren heeft dat gedaan. Toch willen we ook een debat hierover, voorafgegaan door een brief waarin in elk geval antwoord wordt gegeven op de schriftelijke vragen die al zijn gesteld. Daarnaast wil ik in die brief een overzicht van alle congressen van vorig jaar en dit jaar die het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft gesponsord of nog zal sponsoren en waar het aan heeft deelgenomen of nog zal deelnemen. 

De voorzitter:

Er zijn twee verzoeken, namelijk om een brief en een debat. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik wil graag het verzoek om een brief steunen. Het moet gewoon volstrekt helder zijn of dat wel of niet gebeurt. Vervolgens bepalen we of er een debat nodig is. Ik vraag dus om snelle beantwoording van die schriftelijke vragen. 

De voorzitter:

Snel een brief en snel een beantwoording, maar op dit moment nog geen steun voor een debat. 

De heer Ten Broeke (VVD):

Een spervuur van verzoeken van de heer De Graaf. Het verzoek om een brief vond ik het verstandigst, dus dat steunen we. 

Mevrouw Maij (PvdA):

Ook steun voor een brief waarin wordt uitgelegd of dit inderdaad op deze manier gebeurd is. Ik vind de hele batterij aan vragen die daarna kwam, over alle congressen waar het ministerie aan heeft deelgenomen, wel ingewikkeld. Dat zijn er nogal wat. Ik denk dat we ons hierop moeten focussen en daarna moeten kijken of we daarover willen debatteren. 

De heer Sjoerdsma (D66):

Steun voor de brief. 

De heer Knops (CDA):

Steun voor de brief. 

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief. 

De heer Van Nispen (SP):

Steun van de SP voor de brief. 

De voorzitter:

Mijnheer De Graaf, u hebt brede steun voor een brief waarin wordt ingegaan op de situatie rond dit congres. Op dit moment is er nog geen steun voor het houden van een plenair debat. 

De heer De Graaf (PVV):

Ik meen gehoord te hebben dat slechts één of twee partijen hebben gezegd — volgens mij was dat alleen de PvdA — dat die ene vraag alleen belangrijk is en dat die andere vragen te veel of te ingewikkeld zijn. Dat heb ik de andere partijen niet horen zeggen, dus volgens mij kunnen ook die vragen beantwoord worden in die brief. Dan houden we het voorlopig bij een flinke stapel papier. 

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven