6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op:

  • -maandag 11 november 2013 van 10.00 uur tot 18.00 uur van de vaste commissie voor Defensie over de nota inzake de visie op de krijgsmacht;

  • -maandag 25 november 2013 van 16.00 uur tot 23.00 uur van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het onderdeel media van de begroting van OCW.

Ik stel voor, dinsdag a.s. ook te stemmen over de aangehouden motie-Potters (30545, nr. 126).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de VVD-fractie benoem ik:

  • -in de algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst het lid Heerema tot lid en het lid Bosman tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacatures;

  • -in de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken het lid Taverne tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Rutte;

  • -in de vaste commissie voor Defensie het lid Heerema tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature;

  • -in de vaste commissie voor Economische Zaken het lid Heerema tot lid in plaats van het lid Litjens en het lid Litjens tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature;

  • -in de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu het lid Litjens tot lid in de bestaande vacature;

  • -in de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het lid Rutte tot lid in plaats van het lid Van Veen;

  • -in de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie het lid Heerema tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden:

  • -motie-Hachchi/Eijsink over één EU-onderzoeksbudget voor interne en externe veiligheid (33279, nr. 7);

  • -motie-Van Veldhoven/Hachchi over katalysatoren op zeeschepen (30195, nr. 36);

  • -motie-Van Veldhoven/Kuiken over aanleg van de A67 door temporisering elders (33400-A, nr. 67).

Dit betekent dat de in artikel 69, lid 2, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor deze moties opnieuw gaat lopen.

Ik stel voor, de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren:

2013Z13759; 32847, nr. 79; 2013Z12798; 33400, nr. -XII-73; 2013Z12963; 33400-IV, nr. 40; 33400-IV, nr. 30; 33400-IV, nr. 34; 33400-IV, nr. 35; 30176, nr. 31; 33400-IV, nr. 29; 33400-IV, nr. 32; 33400-IV, nr. 31; 33400-IV, nr. 36; 29521, nr. 208; 33279, nr. 5; 33279, nr. 4; 33279, nr. 2; 33279, nr. 6; 33000-X, nr. 71; 33279, nr. 3; 33695, nr. 1; 32608, nr. 5; 33126, nr. 6; 31409, nr. 53; 31386, nr. 19; 2012Z21116; 32320, nr. 5; 33400-VI, nr. 94; 31409, nr. 54; 32418, nr. 17; 30079, nr. 41; 30079, nr. 39; 31497, nr. 100; 31497, nr. 101; 33640-J, nr. 3; 33640-A, nr. 3; 33640-XII, nr. 3; 29924, nr. 93; 21501-07, nr. 1060; 33637, nr. 8; 29279, nr. 167; 29362, nr. 220; 24587, nr. 559; 33400-IX, nr. 16; 22112, nr. 1648; 22112, nr. 1645; 21109, nr. 211; 29628, nr. 403; 19637, nr. 1677; 29270, nr. 85; 33400-VI, nr. 113; 33605-A, nr. 6; 33605-A, nr. 1; 33605-XII, nr. 7; 33605-XII, nr. 6; 33605-XII, nr. 1; 21501-03, nr. 69; 21501-07, nr. 1067; 2013Z13038; 33690, nr. 1.

Ik stel voor, aan de agenda toe te voegen:

  • -het VAO Evaluatie Wet uniformering loonbegrip, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 4 september 2013, met als eerste spreker het lid Klein van 50PLUS;

  • -het VAO Financiën primair onderwijs, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 4 september 2013, met als eerste spreker het lid Van Meenen van D66.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Omtzigt van het CDA.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Ik wil graag een rappel doen op zes schriftelijke Kamervragen. Sommige daarvan zijn al in juni ingezonden. Volgens mij wil iedereen graag over een strandwandeling spreken, dus mag ik alleen naar deze zes Kamervragen verwijzen, zodat ik ze niet hoef voor te lezen?

De voorzitter:

U moet ze per vraag voorlezen. Dan kan ik per vraag het stenogram doorgeleiden. Zo is het Reglement van Orde. Als u vindt dat dat moet worden veranderd, dan kunnen we dat in een andere commissie met elkaar bespreken.

De heer Omtzigt (CDA):

Dan ga ik ze voorlezen, met excuses aan de collega's, maar we kunnen het een keer veranderen. De eerste vraag gaat over de verhoging van de brandstofaccijns en de grenseffecten.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

De tweede vraag is om voor maandag antwoord te krijgen op de vragen over het beheersverslag van de Belastingdienst.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

De derde vraag gaat over de uitspraken van de Russische minister van Sport over homo's.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

De vierde vraag gaat over het feit dat de diplomaten in Den Haag de helft van hun verkeersboetes niet betalen.

De voorzitter:

Ik zal ook het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

De vijfde vraag gaat over de mogelijke oversubsidiëring van elektrische auto's.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

De zesde vraag gaat over wel of geen btw betalen op zonnepanelen.

De voorzitter:

Ik zal ook het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, inclusief mijn opmerking dat ik het jammer vind dat ik dat zo vaak heb moeten vragen aan de regering.

De heer Omtzigt (CDA):

Dat waardeer ik.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Mei Li Vos van de Partij van de Arbeid.

Mevrouw Mei Li Vos (PvdA):

Voorzitter. Het gaat over slechts één setje vragen, ook ingezonden in juni, over de nieuwe publicatieregeling voor freelance journalisten bij Sanoma. Ik wil daarop graag rappelleren.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Berndsen-Jansen van D66.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Voorzitter. Ik wil graag een debat met de minister van Veiligheid en Justitie over een uitspraak, gisteren, van de rechter. Het betreft niet de uitspraak dat het OM niet-ontvankelijk is verklaard. Het gaat over het gegeven dat de rechter het gedoogbeleid van deze minister onbegrijpelijk vindt. Ik denk dat het goed is dat we nu zo langzamerhand eens duidelijkheid krijgen over wat deze minister nu eigenlijk wil met het cannabisbeleid.

De voorzitter:

Er is een verzoek om steun voor het houden van een debat over het cannabisbeleid.

De heer De Wit (SP):

Mijn fractie steunt dit verzoek, maar misschien kan mevrouw Berndsen overwegen om er een AO van te maken. Dat gaat misschien wat sneller. Ik laat het graag aan haar over.

De voorzitter:

Vooralsnog is het een verzoek om het houden van een debat.

De heer Oskam (CDA):

Steun voor het debat, maar misschien is een AO, zoals de heer De Wit voorstelt, wel beter. Het is echt nodig. We weten dat er een scheiding der machten is en dat we meestal niet praten over uitspraken van rechters, maar nu wordt het beleid door de rechter ter discussie gesteld. Hij zegt: het is onbegrijpelijk, maar misschien ook wel niet toegestaan. Dat betekent dat Maastricht bestuurlijk in de problemen zit.

De heer Van der Steur (VVD):

In de beleving van de VVD-fractie kennen wij zoiets als de trias politica, de scheiding der machten. Dat betekent ook dat wij een goede regel hebben dat wij in deze zaal nooit spreken over zaken die onder de rechter zijn. Het mooie van deze zaak is dat die onder de rechter is. Het Openbaar Ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak. Het is volstrekt onkies, vinden wij, om over deze uitspraak een debat aan te gaan met de minister. Wij hebben daar ook geen enkele behoefte aan, zo lang er geen uitspraak is in hoger beroep en eventueel in laatste instantie van de Hoge Raad. Iets anders is dat wij altijd graag bereid zijn om mee te werken aan een algemeen overleg over het cannabisbeleid, zodra dat allang is afgesproken in de procedurevergadering van onze commissie voor Veiligheid en Justitie. Als de minister de gevraagde brief heeft geschreven, gaan wij dat algemeen overleg plannen.

Mevrouw Helder (PVV):

Vragen wat de minister wil is altijd goed, dus in dat geval steun voor het verzoek.

De heer Krol (50PLUS):

Ik sluit me graag aan bij de woorden van de nestor in dit huis.

De voorzitter:

Mevrouw Bouwmeester, welkom.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Wij hebben hierover een vraag aan de minister gesteld. Wij willen het antwoord daarop eerst afwachten en geven daarom nog geen steun voor het debat.

De voorzitter:

Mevrouw Berndsen, u hebt geen steun van de meerderheid voor het houden van een debat.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Nee, dat begrijp ik. Ik snap ook wel waarom de VVD dat niet wil, omdat het dan weer uitgesteld en uitgesteld kan worden. Dit heeft niets te maken met een hoger beroep dat is ingesteld; het gaat om het beleid van deze minister en de onbegrijpelijkheid daarvan. Ik zal via de procedurevergadering een AO aanvragen.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Tongeren. Ik zie haar echter niet in het gebouw, dus kan zij ook het woord niet nemen.

Het woord is aan de heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):

Mevrouw de voorzitter. Het kabinet is in paniek. Geen steun onder de bevolking — dat is niet gek met zo'n verschrikkelijk beleid en een verschrikkelijke coalitie — maar ook geen politiek draagvlak meer. De minister-president zegt publiekelijk wel dat de VVD en haar vrienden van de PvdA het best alleen afkunnen, maar vanochtend zag ik in een ochtendkrant, De Telegraaf, dat de heer Samsom samen met de heer Pechtold, die toch bekend is als de grootste eurofiel van dit land, in het geheim overleg heeft gevoerd om D66 bij het kabinet te betrekken. Dat zou zijn gegaan via romantische strandwandelingen. De heer Samsom had ook zijn pyjama meegenomen, geloof ik, om te overnachten in het appartement van de heer Pechtold in Scheveningen, of waar dat dan ook moge zijn. En de Kamer, laat staan de bevolking, weet van niets. Politieke spelletjes achter de schermen in plaats van wat we natuurlijk nodig hebben in dit land. Dat is: morgen verkiezingen.

De Telegraaf schreef ook dat het allemaal gebeurde met medeweten van het Torentje. Ik neem aan dat ze met "het Torentje" de minister-president bedoelen. Ik wil dan ook met spoed een brief hebben van de minister-president waarin de volgende vier vragen worden beantwoord. Eén. Was de minister-president op de hoogte van de geheime gesprekken met D66? Twee. Van wie ging het initiatief uit tot het voeren van deze gesprekken? Drie. Stemde de minister-president vooraf in met het voeren van deze gesprekken? Vier. Is, op wat voor manier dan ook, teruggekoppeld naar de minister-president wat de resultaten waren? En wat is er allemaal besproken? Kunnen we daarvan een verslag krijgen?

Ik wil hier snel helderheid over. Ik stel dus voor dat wij voor 18.00 uur een brief krijgen van de minister-president. Dan kunnen we bekijken of het een canard is of dat we er, al dan niet via een extra regeling, vanavond of volgende week een debat over willen voeren.

De heer Roemer (SP):

Bij de start van het kabinet heb ik ook al gezegd dat het een zinloze exercitie was, maar door beide partijen en het kabinet werd steeds gezegd: nee, dit is nieuwe politiek, dit is precies zoals we het graag willen en hier is vooraf over nagedacht. Allemaal nee dus. Dit is gewoon een wanhoopsdaad van een kabinet in paniek. Het kabinet probeert van alles om toch nog draagvlak te krijgen, dat er overduidelijk niet is. Ik steun dus het verzoek van de heer Wilders volmondig.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Het verbaast mij zeer dat het kabinet voor de zomer voortdurend tegen Nederland zei dat het de oplossing van de crisis uitstelde tot augustus, terwijl het wel bezig was met het oplossen van de eigen crisis. Aangezien de naam van mijn partij in de berichtgeving wordt genoemd, sluit ik me aan bij de vraag van de heer Wilders, en ook bij het tijdstip. Wij willen vandaag nog opheldering. Is er over uitbreiding gesproken en hoe? Op welke manier wil het kabinet daarmee verdergaan?

De heer Slob (ChristenUnie):

Het was vanmorgen inderdaad een opmerkelijk bericht, zeker ook omdat de Partij van de Arbeid en de VVD steeds hebben gezegd dat de constructie waarin zij nu werken …

(Fluittoon van mobiele telefoon, gevolgd door hilariteit)

De heer Slob (ChristenUnie):

… en waarin zij geen meerderheid in de Eerste Kamer hebben, een bewuste keuze was, en dat zij …

De heer Wilders (PVV):

Of ik even naar het strand …

De heer Slob (ChristenUnie):

Dat was de minister-president, begrijp ik? Een uitnodiging voor een strandwandeling?

De heer Wilders (PVV):

Helaas.

De heer Slob (ChristenUnie):

Het zou zomaar kunnen!

Het was een bewuste keuze om zo te werken als er nu wordt gewerkt, zonder meerderheid in de Eerste Kamer. Men heeft ook steeds gezegd: wij willen niet dat er een herformatie plaatsvindt. Nu blijken er toch gesprekken gevoerd te zijn. Het lijkt mij dus meer dan reëel dat hierover vragen worden gesteld. Wij steunen dus het verzoek van de heer Wilders.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Wij hebben geen enkele behoefte om in deze plenaire zaal de strandactiviteiten van onze fractievoorzitters te bespreken, maar tegen het verzoek van de heer Wilders om een brief hebben wij geen bezwaar.

De heer Krol (50PLUS):

Ook wij hebben van het begin af aan gewaarschuwd voor het feit dat er geen meerderheid is in de Eerste Kamer en dat dit nooit gaat werken. Ik steun dus ook van harte het verzoek van de heer Wilders.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Ook steun van GroenLinks, niet zozeer om de ins en outs over die strandwandeling te horen, want die interesseert me niet zo veel, eerlijk gezegd, maar wel om een antwoord te krijgen op de vraag naar de gedachte en wellicht de strategie die al dan niet bij het kabinet aanwezig is over de manier waarop het de komende maanden verdergaat. Over de inhoud spreken we uiteraard bij de algemene beschouwingen en weet ik veel waar, maar als er dan toch een brief komt, zou ik daarin graag wat minder over de strandwandeling zien en wat meer over de visie van het kabinet op het draagvlak in de komende maanden.

De voorzitter:

Dat is een nieuwe vraag, naast het lijstje dat de heer Wilders al heeft genoemd.

De heer Zijlstra (VVD):

Volgens mij is dit niet aan de orde, maar als het kabinet via een brief nog eens kan bevestigen dat er vanuit het kabinet geen initiatieven — noch vanuit de coalitie overigens, kan ik hier zeggen — zijn genomen om de coalitie te verbreden, dan kan dat alleen maar helpen om dit meteen weer weg te krijgen.

De heer Pechtold (D66):

Ik heb geen enkel bezwaar tegen het beantwoorden van de vragen.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Het zou zo makkelijk zijn als de heer Pechtold gewoon even vertelt wat er gebeurd is deze zomer. Dan zijn we ervan af en kunnen we met werkelijke zaken bezig zijn die aandacht behoeven. Desalniettemin steun voor het verzoek.

De heer Van Dam (PvdA):

Het is wat opmerkelijk om het kabinet om een brief te vragen over een gesprek tussen twee leden van deze Kamer, maar als het de heer Wilders helpt om nog meer duidelijkheid te krijgen — ik heb gezien dat de minister-president ook al in de media een reactie heeft gegeven — dan gaan wij ons daar niet tegen verzetten.

De heer Wilders (PVV):

Nou voorzitter, dat is geweldig. Een meerderheid steunt mijn verzoek. Ik hecht eraan dat, los van de vragen van de collega's, al mijn vragen apart en uitgebreid, dus niet in een tweeregelig briefje, worden beantwoord. Graag vandaag voor 18.00 uur. Ik verzoek u om rekening te houden met eventueel een extra regeling.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van het debat doorgeleiden naar het kabinet en ik verzoek de leden er rekening mee te houden dat er vandaag een extra regeling van werkzaamheden komt. Dat zal niet voor 18.00 uur zijn, want dat is de deadline voor de brief.

Het woord is aan mevrouw Thieme van de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. De berichten over voedselfraude rijzen de pan uit. Gisteren is Nederland opgeschrikt door berichten in de media over de aanwezigheid van poepbacteriën op vlees. Daarnaast wordt er fraude gepleegd met het Beter Leven-keurmerk. Bio-industrievlees wordt met duurzaam vlees gemengd. Tevens belandt er vlees van zieke dieren in de voedselketen omdat er 650 dieren per uur geslacht worden. De risico's voor de volksgezondheid en de gevolgen voor het dierenwelzijn zijn niet meer te overzien. Mijn partij wil dan ook graag zo spoedig mogelijk een debat met de staatssecretaris van Economische Zaken en de minister van Volksgezondheid.

De voorzitter:

U verzoekt om steun voor het houden van een debat over het Beter Leven-vlees.

De heer Van Gerven (SP):

Vanavond vernemen we nog meer hierover in de uitzending van ZEMBLA. Het lijkt mij goed dat er direct een nadere reactie komt van de staatssecretaris nadat die uitzending is geweest en dat we daarna snel een debat hebben. Ik geef mevrouw Thieme wel in overweging om dat wellicht in een algemeen overleg te doen. Dat zou veel sneller kunnen, bijvoorbeeld als we het betrekken bij het AO over de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit dat was uitgesteld.

Mevrouw Lodders (VVD):

Volgens mij worden deze vragen gesteld naar aanleiding van een uitzending die vanavond nog moet plaatsvinden. De heer Schouw van D66 heeft gisteren het verzoek om een brief gedaan. Dat verzoek steun ik van harte. Ik wil graag eerst een reactie van de staatssecretaris op de uitzending die vanavond nog gaat plaatsvinden. Die brief kunnen we wat mij betreft in de procedurevergadering behandelen en dan kunnen we daar bepalen hoe we er verder mee omgaan.

De voorzitter:

Geen steun voor het houden van een debat dus.

De heer Klaver (GroenLinks):

Wel steun voor het houden van een debat. Ik vraag mevrouw Thieme of zij bereid is om het debat breder te maken, namelijk over de vraag hoe we onze voedselketen eigenlijk hebben ingericht. De affaires blijven zich namelijk opstapelen. Dat vraagt om een veel breder debat dan alleen over dit specifieke geval.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Het aantal schandalen in de vleesindustrie neemt hand over hand toe, zo lijkt het wel; nu weer die berichten over bacteriën uit poep en de klachten over duurzaam vlees waarmee zou zijn gesjoemeld. Ik heb ook behoefte aan een breder debat, dus niet over de specifieke casus die vanavond nog aan de orde zal komen in een uitzending. Dat bredere debat kan wat mij betreft ook in een AO, waarin we echt wat verder kijken dan deze ene casus en meer het functioneren van de gehele keten in ogenschouw nemen. Ik wil dus graag de brief afwachten. Het heeft in ieder geval mijn instemming om daar een AO over te houden.

De heer Geurts (CDA):

Steun voor de brief, geen steun voor een debat. Ik vind dat ook niet kies. De commissie heeft besloten om volgende week een extra procedurevergadering te houden, die specifiek hierover zal gaan. Laten we in die extra procedurevergadering kijken naar de inhoud van de brief en bekijken hoe we ermee verdergaan. Geen steun dus voor een debat.

De heer Schouw (D66):

Eerst de feiten, dan het debat. Gisteren heb ik een voorstel gedaan om die feiten boven tafel te krijgen. Dinsdagmiddag spreken wij daar met elkaar over en dan bepalen we of we een debat gaan houden. Ik ben het wel eens met de, waarschijnlijke, ernst van de situatie.

De heer Van Dekken (PvdA):

De PvdA-fractie is natuurlijk voorstander van een debat, maar dan wel in de vorm van een algemeen overleg. Als de procedurevergadering van komende dinsdag wat fatsoenlijk verloopt, zouden we dat debat zelfs al woensdag kunnen voeren.

De voorzitter:

Maar niet plenair.

De heer Van Dekken (PvdA):

In eerste instantie niet plenair. Maar natuurlijk wel onze steun voor een brief.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Geen steun voor dit specifieke verzoek, wel voor het eigenlijke materiële verzoek om met elkaar te debatteren over deze kwestie, want dit is uiterst belangrijk. Laten we dat dinsdag beslissen in de procedurevergadering.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun voor het verzoek van mevrouw Thieme.

De voorzitter:

Mevrouw Thieme, u hebt niet de steun van een meerderheid voor het houden van een plenair debat. Veel fracties hebben aangegeven dat zij al woensdag willen debatteren in een algemeen overleg over dit onderwerp.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Het is mij natuurlijk bekend dat er een brief is gevraagd door de heer Schouw van D66. Die brief gaat vooral over de poepbacterie op vlees. Ik wil het uitbreiden met de volgende vragen. De staatssecretaris zou antwoord moeten geven op de vraag hoe de controle en het toezicht zijn geregeld op private duurzame keurmerken zoals het Beter Levenkeurmerk. Zij zou ook antwoord moeten geven op de vraag of zij al enige signalen heeft ontvangen dat er ook bij andere duurzame keurmerken wordt gefraudeerd. Ik kan instemmen met een zo spoedig mogelijk algemeen overleg, te houden volgende week; gezien de plenaire agenda lijkt me dat verstandig. Dinsdag hebben we het daarover. Ik proef wel uit het rondje dat er een meerderheid is om zo snel mogelijk een debat te voeren en daar ben ik heel blij mee.

De voorzitter:

Dank u wel mevrouw Thieme. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Schouw van D66.

De heer Schouw (D66):

Voorzitter. Er staat zeer spoedig een debat in dit huis gepland over de opvang van Syrische vluchtelingen. Mijn fractie hecht eraan dat het kabinet op dat punt met één mond spreekt. Wij moeten vaststellen dat de heer Timmermans zegt dat we moeten bekijken of we dit ruimhartig kunnen doen. Een dag daarna zei de heer Teeven dat het kabinet niets ziet in opvang van vluchtelingen uit Syrië. Dit is een heel belangrijke kwestie. Ik zou graag zo spoedig mogelijk een brief van het kabinet willen hebben over wat precies het standpunt is. Twee uiteenlopende opvattingen van enerzijds een minister en anderzijds een staatssecretaris over zo'n belangrijk punt, dat kan immers niet.

De voorzitter:

Ik heb eerder ... Nee, ik ga eerst mevrouw Thieme het woord geven.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun voor dit verzoek.

Mevrouw Leijten (SP):

Steun voor dit verzoek, voorzitter. Wij hopen dat dit op korte termijn kan komen, omdat u eerder hebt aangegeven dat u uw best zou doen om het door mijn collega Gesthuizen aangevraagde debat zo snel mogelijk te plannen. Het lijkt mij zeer zinvol dat wij die brief dan binnen hebben, zodat we die bij dat debat kunnen betrekken.

De voorzitter:

Ik sprak net voor mijn beurt. Inderdaad wilde ik herhalen wat ik dinsdag al had toegezegd, namelijk dat ik mijn uiterste best zou doen om het voor volgende week in te plannen. Ik denk dat het dan handig is als de brief dinsdag om 12.00 uur in de Kamer is, zodat men zich kan voorbereiden.

De heer Schouw (D66):

Mijn dank is groot, voorzitter.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Weyenberg van D66.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter. Op 17 juli heb ik vragen gesteld over het artikel "Samsom staat op nivelleren". De antwoorden zijn nog niet binnen. Ik zou die graag op korte termijn ontvangen. Nu wij in de krant mogen lezen dat het nivelleringsfeest nog wat verder wordt doorgezet, begrijpt u dat mijn belangstelling voor het antwoord alleen maar is toegenomen.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Hij stond niet op de lijst, maar heeft zich wel gemeld: het woord is aan de heer Roemer.

De heer Roemer (SP):

Voorzitter. Terwijl Nederland wordt getrakteerd op gigantische bezuinigingen op het gebied van ouderenbeleid, op het gebied van jeugd, op het gebied van zorg en op het gebied van sociale zekerheid, werd vandaag via Elsevier duidelijk dat er wel degelijk een deal is gesloten tussen de VVD en de Partij van de Arbeid over de aanschaf van de JSF. Ik wil daarover zo snel mogelijk een debat aanvragen. Voorafgaande aan en met het oog op dat debat wil ik echter allereerst een brief van de minister-president en de minister van Defensie over de inhoud van de deal, maar ook over de rol van de minister van Buitenlandse Zaken, van wie wordt gezegd dat hij daarin een dubieuze rol zou hebben gespeeld. Ik wil daar opheldering over, het liefst zo snel mogelijk, dus vandaag nog.

De voorzitter:

Uw verzoek is …

De heer Roemer (SP):

Dat we de brief zo snel mogelijk, binnen 24 uur …

De voorzitter:

… een brief vandaag en een debat. U hebt dus eigenlijk twee verzoeken.

De heer Roemer (SP):

Ja, met het oog op een debat dat ik graag wil aanvragen.

De voorzitter:

Oké. U vraagt nu dus alleen om een brief, vandaag te ontvangen.

De heer Omtzigt (CDA):

Dat verzoek steunen wij. Of het precies vandaag moet, is de vraag. Als dat moet, is het prima. We kunnen ook voorstellen dat de brief er vóór maandag is.

De heer Roemer (SP):

Daar kan ik mee leven.

De voorzitter:

Een brief vóór maandag.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

De heer Krol (50PLUS):

Steun.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Prima dat er een brief komt, geen steun voor het debat. In de brief zal ongetwijfeld staan dat we dit pas bij Prinsjesdag zullen horen.

De heer Segers (ChristenUnie):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Dijkgraaf.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Voor de zekerheid herhaal ik dat de deadline niet vandaag is, maar maandag.

De heer Roemer (SP):

Waarvoor dank, voorzitter.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Agema voor een rappel.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Afgelopen dinsdag heeft de Kamer gevraagd om een kabinetsreactie, om een brief waarin het kabinet uitlegt waarom het de Beginselenwet AWBZ-zorg wil intrekken. Ik heb begrepen dat het intrekken van de wet nog bij de Koning ligt en dat de brief om die reden er gisteren om 16.00 uur niet was. Dat geeft me wel de mogelijkheid om te doen wat ik dinsdag niet heb gedaan, namelijk aangeven wat ik graag in de brief terug zou willen lezen. Ik wil precies weten waarom de wet wordt ingetrokken. Ik wil ook dat de staatssecretaris duidelijk maakt dat er niets anders aan de hand is, dat het niet gaat om gemor in fracties, dat het niet gaat om onvrede aan de overkant, in de Eerste Kamer, en dat het niet gaat om weer extra bezuinigingen die er nog aan zouden komen. Ik krijg dus graag een uitgebreide motivering waarom een wet die volledig klaar voor behandeling is, van het ene op het andere moment wordt teruggestuurd naar de Koning. Ik weet niet hoe lang het intrekken van de wet nog bij de Koning ligt, maar ik hoor ook graag op welke termijn we ongeveer de brief kunnen verwachten. Het intrekken van een wet is namelijk nogal wat.

Mevrouw Leijten (SP):

Gisteren hebben wij de Wet Zorg en dwang in eerste termijn behandeld. Toen is het zijdelings ook hierover gegaan. De staatssecretaris heeft toen de uitspraak gedaan dat hij het verstandig vond om een wet terug te trekken waarvoor geen meerderheid was. Ik wil in de brief graag zien hoe hij zich deze zomer heeft vergewist van die meerderheid. Dat kan met strandwandelingen zijn geweest of met telefoontjes, maar ik ben niet benaderd. Ik wil ook graag weten of hij kan uitleggen waarom er op 3 juni of 6 juni — houd mij dat even ten goede — een brief kwam van het ministerie waarin stond dat deze wet vóór de zomer moest worden behandeld, terwijl de wet vervolgens de vrijdag voordat het reces afliep werd ingetrokken. Het lijkt mij toch dat de Kamer daarover fatsoenlijk wordt geïnformeerd en niet even mondeling tijdens een debat. Ik zeg eigenlijk dat de brief er zo snel mogelijk moet zijn. Of het intrekken nu bij de Koning ligt of niet, de redenen kunnen toch worden gedeeld met het parlement?

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, inclusief de opmerkingen van mevrouw Leijten, waarmee er een einde gekomen is aan de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven