Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter terzake gedane
voorstellen:
1. de volgende brieven:
een, van de minister van Buitenlandse Zaken, ten geleide van het Verdrag
inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek
Argentinië; Buenos Aires, 16 december 2002 (29018);
twee, van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, te weten:
een, ten geleide van het kwartaaloverzicht met betrekking tot de implementatie
van EU-richtlijnen naar de stand van 30 juni 2003 (21109, nr. 116);
een, ten geleide van tweeëntwintig fiches die werden opgesteld door de
Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC) (22112, nr. 282);
een, van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en
de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, over de aanhoudende droogte
(27625, nr. 17);
twee, van de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer, te weten:
een, over kostenverhaal van bodemsanering
(28600-XI, nr. 121);
een, ten geleide van de notitie "Nederland in
de EU: de Europese milieu-agenda" (28663, nr. 6);
een, van de minister van Economische Zaken, ten geleide van de Rapportage
Wet voorraadvorming aardolieproducten 2001 (29017);
een, van de staatssecretaris van Economische Zaken, inzake beantwoording
van vragen uit het algemeen overleg over economische structuurversterking
(28600-XIII, nr. 60);
een, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van antwoorden op vragen die gesteld zijn tijdens de
eerste termijn van de behandeling van het wetsvoorstel Wet werk en bijstand
(28870, nr. 85);
een, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over de inkoopvergoeding
van apotheekhoudenden (28600-XVI, nr. 150);
een, van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over
de aanbesteding van het bovenregionaal vervoer (25847, nr. 30).
Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;
2. de volgende brieven:
een, van de minister van Buitenlandse Zaken, ten geleide van het Verdrag
inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Arabische
Republiek Egypte;
een, van de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, inzake klacht
van de heer Vonk d.d. 8 april 2003;
twee, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
te weten:
een, ten geleide van de voortgangsrapportage RMC 2002;
een, ten geleide van het rapport Mediaconcentraties;
een, van de minister van Financiën, ten geleide van de geannoteerde
agenda vergaderingen IMF en Wereldbank september 2003;
een, van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, ten geleide
van afschrift van brief aan Martinair Holland.
De voorzitter
stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies en niet
te drukken.