Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van 7, 8 en 9 november:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer en van de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement (wijziging bepaling tegemoetkoming ziektekosten) (24265);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Ziekenfondswet ter vereenvoudiging van de identificatie van verzekerden door het gebruik van het sociaal-fiscaal nummer in de verzekerdenadministratie van de ziekenfondsverzekering, alsmede om enige andere wijzigingen in die wet aan te brengen en wijziging van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten ter bevordering van een gelijkvormige redactie van de informatiebepalingen van de sociale ziektekostenverzekeringen (Wet sociaal-fiscaal nummer Ziekenfondswet) (24142);

  • - de verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften (24425, nrs. 2 t/m 15).

Ik stel voor, gezamenlijk te behandelen met wetsvoorstel 24093 (AOW-gerechtigden Ziekenfonds):

  • - het wetsvoorstel Invoeging van een nieuw artikel 3b van de Ziekenfondswet (24475).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda voor 14, 15 en 16 november:

  • - het wetsvoorstel Nadere wijziging van een aantal sociale zekerheidswetten (technische verbeteringen in verband met de wetten TAV, TBA en TZ, alsmede enige andere wijzigingen) (24326);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene Ouderdomswet en enkele andere wetten (24258);

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van ruimere regels met betrekking tot de openingstijden van winkels (Winkeltijdenwet) (24226).

Ik stel voor, aan de orde te stellen in de vergaderingen van 21, 22 en 23 november:Voorzitter

1. de gezamenlijke behandeling van:

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 1996 (24400-XV);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van hoofdstuk XV (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 1994 (slotwet/rekening) (24310);

2. de gezamenlijke behandeling van:

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 1996 (24400-XI);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van hoofdstuk XI (Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer) van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 1994 (slotwet/rekening) (24306);

3. het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 31 oktober 1994 te Luxemburg tot stand gekomen Besluit betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (Trb. 1994, 278) (24127);

4. het wetsvoorstel Wijziging van de Gemeentewet en de Waterschapswet in verband met een verruiming van de beleidsvrijheid van gemeenten en waterschappen met betrekking tot het kwijtschelden van belastingschulden (24158);

5. het voorstel van rijkswet Aanpassing van de Rijksoctrooiwet 1995 in verband met het op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen verdrag tot oprichting van de Wereld Handelsorganisatie, met bijlagen 1, 2, en 3, alsmede wijziging van de Rijksoctrooiwet (24457, R1552).

Aangezien voor de stukken gedrukt onder de nummers 24340, 24343, 24412 (R1544), 24413 (R1545), 24414 (R1546), 24418, 24421 (R1547) en 24422 (R1548) de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, dat wat deze Kamer betreft, de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overgelegde stukken zijn goedgekeurd.

Ik stel voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.

Aangezien voor het stuk 23490, nr. 33, de termijn is verstreken, stel ik voor, dit stuk voor kennisgeving aan te nemen.

Ik stel voor, de stukken 21630, nr. 14, 23490, nrs. 30 en 31, 24400-IXB, nr. 12 en 24459 voor kennisgeving aan te nemen.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Reitsma.

De heer Reitsma (CDA):

Voorzitter! De CDA-fractie heeft gisteravond verheugd kennis genomen van het akkoord dat is gesloten tussen de directie van de Nederlandse Spoorwegen en de bonden. Wij zijn daar verheugd over, omdat het er eventjes naar heeft uitgezien dat er nieuwe stakingen zouden komen. De reizigers hebben er niets aan dat de trein stilstaat. Dat er rust komt bij de bonden en de Spoorwegen en dat er geen gedwongen ontslagen zullen vallen, stemt ons dus tevreden.

Dit akkoord heeft echter nogal wat consequenties. De minister is formeel aansprakelijk als het gaat om de Nederlandse Spoorwegen. Volgens de signalen die ons via de pers bereiken, heeft de directie van de Nederlandse Spoorwegen gezegd dat er een flinke financiële injectie moet komen. Het gaat dan om enkele miljoenen. Daarom verzoekt de CDA-fractie u, mijnheer de voorzitter, om een brief te vragen aan de minister van Verkeer en Waterstaat waarin ingegaan wordt op de volgende punten.

1. De globale inhoud van het akkoord.

2. De financiële consequenties die voortvloeien uit het akkoord en die gedragen moeten worden door de rijksoverheid en de conclusies die de minister daaruit trekt.

3. De gevolgen van het akkoord voor de verzelfstandiging van de NS. Aangezien wij die verzelfstandiging op korte termijn bespreken, zullen wij de informatie tijdig op tafel moeten hebben.

4. De precieze inhoud van de overeenstemming tussen de bonden en de directie van de Nederlandse Spoorwegen ten aanzien van de positie van de onrendabele lijnen.

Voorzitter! Het lijkt onze fractie noodzakelijk dat wij op korte termijn van de minister over deze punten een brief ontvangen, zodat wij deze zaak inhoudelijk kunnen bespreken.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven