Noot 1 (zie blz. 1339)

Eerste Kamer, 30 mei 2006, JBZ-instemmingsbesluit

Op 16 mei respectievelijk 23 mei zijn de geannoteerde agenda en aanvullende geannoteerde agenda met bijlagen ontvangen voor de JBZ-Raad van 1 en 2 juni 2006. In de agenda zijn 5 ontwerpbesluiten aangemerkt als koninkrijk bindend, waarvoor de instemming is gevraagd van de Eerste Kamer:

A2cBesluit inzake de regels voor samenwerking tussen de nationale bureaus voor de ontneming van vermogensbestanddelen, op het gebied van de opsporing en de identificatie van opbrengsten van misdrijven of andere vermogensbestanddelen die hun oorsprong vinden in misdrijven (initiatief Oostenrijk, België en Finland)
B3Kaderbesluit betreffende het Europees bewijsverkrijgingsbevel ter verkrijging van voorwerpen, documenten en gegevens voor gebruik in strafprocedures
B4Kaderbesluit inzake het Europees tenuitvoerleggingsbevel en de overbrenging van gevonniste personen tussen de lidstaten van de EU (initiatief van Oostenrijk, Finland en Zweden)
B5Kaderbesluit over bepaalde procedurele rechten in strafprocedures binnen de gehele EU
GC3bBesluit van de Raad over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door de nationale veiligheidsdiensten van de lidstaten en Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten

De bijzondere commissie voor de JBZ-Raad heeft zich hierover op 30 mei 2006 beraden en adviseert de Kamer instemming te onthouden op formele gronden.

Naar boven