Tegenwoordig zijn 70 leden, te weten:
Van de Beeten, Bemelmans-Videc, Van den Berg, Bierman-Beukema toe Water,
Biermans, Broekers-Knol, Van den Broek-Laman Trip, Dees, Doek, Dölle,
Van Driel, Dupuis, Eigeman, Engels, Essers, Franken, Van Gennip, De Graaf,
Hamel, Van Heukelum, Hoekzema, Ten Hoeve, Holdijk, Jurgens, Kalsbeek-Schimmelpenninck
van der Oije, Klink, Kox, Van der Lans, Van Leeuwen, Leijnse, Lemstra, Van
der Linden, Linthorst, Luijten, Maas-de Brouwer, Meindertsma, Meulenbelt,
Van Middelkoop, Nap-Borger, Noten, Van den Oosten, Pastoor, Platvoet, Pormes,
Pruiksma, Putters, Van Raak, Rabbinge, Rosenthal, Russell, Schouw, Schuurman,
Schuyer, Slagter-Roukema, Swenker, Sylvester, Tan, Terpstra, Van Thijn, Thissen,
Timmerman-Buck, Vedder-Wubben, Wagemakers, Walsma, Werner, Westerveld, Witteman,
Witteveen, Woldring en De Wolff,
en de heer Donner, minister van Justitie, en de heer Wijn, staatssecretaris
van Financiën.
alsmede de heren Dittrich en Van Haersma Buma, leden van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal.
De voorzitter:
Op verzoek van de fractie van de Partij van de Arbeid heb ik aangewezen:
- tot lid van de commissie voor Europese samenwerkingsorganisaties de
heer Eigeman in plaats van de heer Jurgens;
- tot plaatsvervangend
lid van de commissie voor Europese samenwerkingsorganisaties de heer Jurgens
in plaats van de heer Rabbinge;
- tot lid van de vaste commissie voor
Verkeer en Waterstaat de heer Doesburg in plaats van de heer Eigeman;
- tot plaatsvervangend lid van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat
de heer Eigeman in plaats van de heer Van Driel.
Verder deel ik aan de Kamer mee dat ik de heer Eigeman heb benoemd tot
plaatsvervangend voorzitter van de commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties.
Voorts deel ik hierbij aan de Kamer mede dat voorgenomen beslissingen
omtrent enkele ter instemming aangeboden JBZ-besluiten tijdens deze vergadering
in de zaal ter inzage worden gelegd, conform het voorstel van de bijzondere
commissie voor de JBZ-Raad. Als aan het einde van de vergadering geen bezwaren
zijn ingekomen, neem ik aan dat de Kamer heeft besloten conform dit advies.
Aangezien voor het voornemen tot het sluiten van uitvoeringsverdragen,
de verschillende verdragen die ter stilzwijgende goedkeuring zijn voorgelegd
en de algemene maatregelen van bestuur die zijn voorgehangen en gedrukt onder
de nrs. 23908 (R1519), nr. 69, 30152 tot en met 30159, 30175 en 30191 de termijn
is verstreken, stel ik vast dat wat deze Kamer betreft aan uitdrukkelijke
goedkeuring van dit voornemen, deze verdragen en algemene maatregelen van
bestuur geen behoefte bestaat.
Op verzoek van de fractie van de Partij van de Arbeid stel ik aan de Kamer
voor, het wetsvoorstel Herstel van wetstechnische gebreken en leemten alsmede
aanbrenging van enkele inhoudelijke wijzigingen in de Telecommunicatiewet,
de Elektriciteitswet 1998, de Gaswet, de Mijnbouwwet en enkele andere daarmee
verbandhoudende wetten, de Wet voorraadvorming aardolieproducten 2001, de
Wet op de kamers van koophandel en fabrieken 1997, de Raamwet EEG-voorschriften
aanbestedingen en diverse andere wetten (Veegwet EZ 2005) (30027) van de agenda
af te voeren.