Dinsdag 26 september 2000
13.30 uur
Tegenwoordig zijn 61 leden, te weten:
Baarda, De Beer, Van de Beeten, Bemelmans-Videc, Van den Berg, Bierman,
Bierman-Beukema toe Water, De Blécourt-Maas, De Boer, Boorsma, Braks,
Van den Broek-Laman Trip, Van Bruchem, Castricum, Dölle, Dupuis, Van
Eekelen, Van Gennip, Ginjaar, Hessing, Hofstede, Holdijk, Van den Hul-Omta,
De Jager, Ketting, Kneppers-Heijnert, Kohnstamm, Van der Lans, Van Leeuwen,
Lemstra, Luijten, Lycklama à Nijeholt, Meindertsma, Pastoor, Pitstra,
Platvoet, Le Poole, Rabbinge, Rensema, Roscam Abbing-Bos, Rosenthal, Ruers,
Van Schijndel, Schoondergang-Horikx, Schuurman, Schuyer, Stekelenburg, Swenker,
Tan, Terlouw, Van Thijn, Timmerman-Buck, Varekamp, Ter Veld, Veling, De Vries,
Werner, Witteveen, Woldring, De Wolff en Wolfson,
en de heren Van Aartsen, minister van Buitenlandse Zaken, Korthals, minister
van Justitie, en Vermeend, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mede, dat zijn ingekomen berichten van verhindering
van de leden:
Van der Linden, Jurgens, Van Heukelum, Zwerver, Korthals Altes, Hirsch
Ballin, Eversdijk en Dees, wegens verblijf buitenslands;
Jaarsma en Lodders-Elfferich, wegens ziekte.
De voorzitter:
Op verzoek van de fractie van GroenLinks heb ik de heer Van Schijndel
benoemd als plaatsvervangend lid van de vaste commissie voor Binnenlandse
Zaken en de Hoge Colleges van Staat, in plaats van mevrouw Schoondergang-Horikx,
en de heer Platvoet tot lid, in plaats van de heer Van Schijndel.
Ik deel aan de Kamer mede, dat ingekomen zijn geannoteerde agenda's met
documenten voor de JBZ-Raad en een bijeenkomst van het Gemengd Comité
op ministerieel niveau op 28 september aanstaande. De eerder toegezonden stukken
zijn aangevuld per 25 september. Op deze agenda's staan ten minste vijf het
Koninkrijk bindende ontwerpbesluiten. De commissie voor JBZ-zaken zal heden
over deze agenda's beraadslagen.
Aangezien voor het voornemen tot verlenging van verdragen, de verschillende
verdragen die ter stilzwijgende goedkeuring zijn voorgelegd en de algemene
maatregelen van bestuur die zijn voorgehangen en gedrukt onder de nummers
24493 (R1557) nr. 10, 27196, 27243, 27260, 27262 en 27264 de termijn is verstreken,
stel ik vast dat wat deze Kamer betreft aan uitdrukkelijke goedkeuring van
dit voornemen, deze verdragen en algemene maatregelen van bestuur geen behoefte
bestaat.
De bijzondere aandacht van de leden vraag ik voor de volgende mededeling
betreffende een afwijking ten opzichte van de eerder rondgestuurde groene
agenda. Met betrekking tot de agenda van de plenaire vergadering van heden
merk ik op, dat het niet uitgesloten is dat na behandeling van wetsvoorstel
27174 (identificatie prostituees) stemming zal worden gevraagd. Deze stemming
zal dan eventueel – dit hangt af van de argumenten die de minister zal
aanvoeren – hedenmiddag nog plaatsvinden. Verder wijs ik de leden op
het herziene vergaderschema van vandaag, dat zojuist is rondgedeeld.