21ste vergadering

Dinsdag 24 februari 1998

13.30 uur

Voorzitter: Korthals Altes

Tegenwoordig zijn 47 leden, te weten:

Baarda, Batenburg, De Beer, Van den Berg, Bierman, De Boer, Boorsma, Cohen, Dees, Van Dijk, Eversdijk, Gelderblom-Lankhout, Van Gennip, Ginjaar, Grol-Overling, Heijmans, Heijne Makkreel, Van Heukelum, Hofstede, Holdijk, Jaarsma, De Jager, Jurgens, Ketting, Korthals Altes, J. van Leeuwen, Loudon, Luijten, Luimstra-Albeda, Lycklama à Nijeholt, Meeter, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Pitstra, Postma, Rongen, Schoondergang-Horikx, Schuurman, Schuyer, Stoffelen, Talsma, Tuinstra, Varekamp, Veling, Verbeek, Vrisekoop, Van de Zandschulp en Zwerver,

en mevrouw Sorgdrager, minister van Justitie, mevrouw Borst-Eilers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en de heer Nuis, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede, dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:

Van Graafeiland, De Wit, Grewel, Steenkamp en Pit, wegens bezigheden elders;

Hendriks, Stevens, Braks, Rensema, Hirsch Ballin en Linthorst, wegens verblijf buitenslands;

Glasz, in verband met vakantie.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

De voorzitter:

De ingekomen stukken staan op een lijst, die in de zaal ter inzage ligt. Op die lijst heb ik voorstellen gedaan over de wijze van behandeling. Als aan het einde van de vergadering daartegen geen bezwaren zijn ingekomen, neem ik aan, dat de Kamer zich met de voorstellen heeft verenigd.

(Deze lijst is, met de lijst van besluiten, opgenomen aan het eind van deze editie.)

De voorzitter:

Op verzoek van de fractie van D66 heb ik de volgende leden in commissies aangewezen:

  • tot lid van de vaste commissie voor Algemene Zaken en Huis der Koningin mevrouw Tiesinga-Autsema in de bestaande vacature;

  • tot lid van de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken mevrouw Tiesinga-Autsema in de bestaande vacature;

  • tot lid van de vaste commissie voor Cultuur mevrouw Tiesinga-Autsema in plaats van de heer Glastra van Loon;

  • tot plaatsvervangend lid van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat mevrouw Tiesinga-Autsema in de bestaande vacature;

  • tot lid van de vaste commissie voor Economische Zaken mevrouw Tiesinga-Autsema in de bestaande vacature;

  • tot lid van de vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij mevrouw Tiesinga-Autsema in plaats van de heer Hessing;

  • tot plaatsvervangend lid van de vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij de heer Hessing in plaats van mevrouw Vrisekoop.

Verder deel ik mede, dat ik mevrouw Tiesinga-Autsema heb benoemd tot plaatsvervangend voorzitter van de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken.

Aangezien voor verschillende verdragen en voornemens tot het sluiten van uitvoeringsverdragen die ter stilzwijgende goedkeuring zijn voorgelegd en voor algemene maatregelen van bestuur die zijn voorgehangen en gedrukt onder de nummers 23908 (R1519), nr. 28, 25842, 25845, 25853 (R1605) en 25866 de termijn is verstreken, stel ik vast, dat voor wat deze Kamer betreft aan uitdrukkelijke goedkeuring van deze verdragen, respectievelijk AMvB's geen behoefte bestaat.

Naar boven