32ste vergadering

Dinsdag 10 juni 1997

13.30 uur

Voorzitter: Korthals Altes

Tegenwoordig zijn 67 leden, te weten:

Baarda, Batenburg, De Beer, Van den Berg, Bierman, De Boer, Boorsma, Braks, Van den Broek-Laman Trip, Cohen, Van Dijk, Van Eekelen, Eversdijk, Gelderblom-Lankhout, Van Gennip, Ginjaar, Glastra van Loon, Glasz, Van Graafeiland, Grol-Overling, De Haze Winkelman, Heijmans, Heijne Makkreel, Hendriks, Hessing, Van Heukelum, Hilarides, Hirsch Ballin, Hofstede, Holdijk, Jaarsma, Jurgens, Korthals Altes, J. van Leeuwen, L.M. van Leeuwen, Linthorst, Lodewijks, Loudon, Luijten, Luimstra-Albeda, Lycklama à Nijeholt, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Pit, Pitstra, Le Poole, Postma, Rensema, Rongen, Roscam Abbing-Bos, Schoondergang-Horikx, Schuurman, Schuyer, Steenkamp, Stevens, Stoffelen, Talsma, Tuinstra, Varekamp, Veling, Verbeek, Vrisekoop, Werner, Wiegel, De Wit, Van de Zandschulp, Zijlstra en Zwerver,

en de heer Van Aartsen, minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, en mevrouw Netelenbos, staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede, dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:

Staal en Ketting, wegens verblijf buitenslands;

Ter Veld en Wöltgens, wegens bezigheden elders.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

De voorzitter:

De ingekomen stukken staan op een lijst, die in de zaal ter inzage ligt. Op die lijst heb ik voorstellen gedaan over de wijze van behandeling. Als aan het einde van de vergadering daartegen geen bezwaren zijn ingekomen, neem ik aan, dat de Kamer zich met de voorstellen heeft verenigd.

(Deze lijst is, met de lijst van besluiten, opgenomen aan het eind van deze editie.)

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mee, dat is binnengekomen een Nederlandse vertaling van het stuk inzake een gemeenschappelijk optreden met betrekking tot synthetische drugs (punt 6 van het verslag van de JBZ-Raad van 26 mei jongstleden). In het kader van de instemmingsprocedure is het betreffende ontwerpbesluit voorgelegd aan de Kamer met het verzoek de besluitvorming nog onder het Nederlands voorzitterschap af te ronden. Teneinde dit verzoek te honoreren is het ontwerpbesluit per schriftelijke procedure aan de betrokken vaste commissies van de Kamer voor beraad aangeboden. Mij is inmiddels gebleken dat de commissies adviseren met het besluit in te stemmen. Ik stel de Kamer voor dit advies te volgen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De betreffende bewindslieden zal ik van dit besluit op de hoogte brengen.

Ik deel aan de Kamer mee, dat is binnengekomen de geannoteerde agenda voor een bijeenkomst van het Uitvoerend Comité Schengen op 24 juni aanstaande. Op deze agenda staan ten minste zes het Koninkrijk bindende besluiten. Ik stel aan de Kamer voor, het gebruikelijke signaal af te geven waardoor het beraad of uitdrukkelijke instemming noodzakelijk is, gewaarborgd wordt. De betreffende vaste commissies van de Kamer zullen hedenmiddag met dit beraad een aanvang maken.