36 180 Doen waar Nederland goed in is – Strategie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Nr. 71 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 juni 2023

Zoals beschreven in mijn beleidsnota «Doen waar Nederland goed in is» van 2022, werkt Nederland aan het versterken van het sociale contract tussen overheid en burgers en aan het bevorderen van democratisering, o.a. via strategische partnerschappen. Bij alle inzet streeft Nederland het principe leave no one behind na. Daarbij is in de Nederlandse programma’s ook oog voor mensen met een beperking, alhoewel zij geen aparte doelgroep vormen in het Nederlandse internationale samenwerkingsbeleid. In deze brief vindt u een actueel overzicht van inspanningen die Nederland samen met andere landen en organisaties doet in relatie tot mensen met een beperking in lage- en middeninkomenslanden binnen belangrijke thema’s voor het Nederlandse BHOS-beleid.

Deze brief is een vervolg op eerdere brieven over dit onderwerp (d.d. 2 juli 2019, 28 augustus 2020 en 14 juli 2022).1 Met deze brief wordt ook gevolg gegeven aan de motie van de leden Ceder en Kuik waarin de regering wordt verzocht inzichtelijk te maken hoe kinderen en jongeren met een beperking in de huidige programmering en uitvoering van het jongeren-, werk- en onderwijsbeleid van BHOS worden bereikt en daarbij meetbare doelen te stellen om de impact op de inclusie van kinderen en jongeren met een beperking te vergroten, en de Kamer hierover jaarlijks te informeren.2 Ook wordt in deze brief antwoord gegeven op de motie van de leden Stoffer en Kuik waarin het kabinet wordt verzocht te onderzoeken hoe de participatie van jongeren met een beperking binnen projecten in het kader van de Nexus onderwijs en werk en jeugdwerkgelegenheid kan worden verbeterd.3 Daarnaast wordt inzicht gegeven in de verschillende en veelal innovatieve wijzen waarop maatschappelijke organisaties ondersteuning bieden aan de meest kwetsbare groepen, bijvoorbeeld via het Civic Space Fund en het Voice-programma.

Jeugd, werkgelegenheid en onderwijs

De programma’s op jeugdwerkgelegenheid worden gekenmerkt door een inclusieve aanpak. Dit betekent dat zowel jonge mannen als jonge vrouwen worden bereikt; jongeren die in stedelijke gebieden wonen en jongeren op het platteland; in fragiele contexten en ook in de meer ontwikkelde economieën; jongeren die theoretisch zijn opgeleid en jongeren zonder opleiding; en jongeren met een arbeidsbeperking, zoals een fysieke- of psychische beperking.

Fatsoenlijk werk voor jongeren, inclusief jongeren met een beperking, is in veel landen een uitdaging. Binnen de programma’s op de Nexus onderwijs en werk en jeugdwerkgelegenheid richt een aantal projecten zich specifiek op de doelgroep jongeren met een beperking. Zo steunt het Challenge Fund for Youth Employment (CFYE) een initiatief van Light for the World om jongeren met een beperking in Oeganda aan werk te helpen.4 Met dit project zijn sinds de start 633 jongeren (waarvan 313 vrouwen) ondersteund. In het project wordt samengewerkt met 27 bedrijven in Oeganda voor stageplekken en maatregelen om op de werkvloer meer inclusiever te werken. Ook wordt in dit project training en toegang tot financiering gegeven aan groepen startende ondernemers. Met steun van het CFYE heeft, eveneens in Oeganda, het recyclingbedrijf Eco Brixs jongeren met een beperking in dienst genomen.5 Niokobok, een bedrijf in online verkoop in Senegal, heeft recent toegezegd om met steun van het CFYE ook jongeren met een beperking aan te nemen als verkopers.6

Het Nexus Skills and Jobs-programma biedt in Libanon financiering aan het online platform ProAbled.7 ProAbled koppelt bedrijven aan werkzoekenden met een beperking en is gespecialiseerd in online training over inclusie voor mensen met een beperking. Daarnaast participeren jongeren met een beperking bijvoorbeeld in projecten Akazi Keza en Job Booster in respectievelijk in Burundi en Burkina Faso in het kader van het Nexus Skills and Jobs-programma.

Het belang van een inclusieve aanpak blijft onderwerp van gesprek met de uitvoerders van de programma’s op jeugdwerkgelegenheid en de projectpartners in de programmalanden. Blijvende aandacht voor deze doelgroep is nodig, om te zorgen dat ook jonge mannen en vrouwen met een beperking een toekomst kunnen opbouwen.

In het kader van de jongerenstrategie «Youth at Heart» is in 2021 voor het eerst een internationale Jongerenadviescommissie in het leven geroepen.89 Deze commissie biedt een platform voor dialoog en samenwerking tussen medewerkers van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en jongeren uit Afrika, het Midden-Oosten en Nederland. De commissie wordt beheerd door de Nationale Jeugdraad (NJR). Bij de opzet van de commissie is ingezet op diversiteit in de samenstelling van de commissie (onder andere gender, geografie en beperking). Recent is deze commissie vernieuwd en zijn tien jongeren benoemd uit tien verschillende focus landen. In de vorige commissie zat een jonge Nigeriaanse vrouw met een fysieke beperking die bekend werd met de Jongerenadviescommissie via een partnerorganisatie van het Voice-programma.

Een inclusief maatschappelijk middenveld

Verschillende strategische partnerschappen binnen het beleidskader Versterking Maatschappelijk Middenveld (2021–2025) dragen bij aan een betere positie van mensen met een beperking. Over de programma’s We Are Able! (2021–2025) en Voice (2016–2023) is vorig jaar reeds gerapporteerd.10

Het partnerschap We Lead (2021–2025) zet zich onder ander in om jonge vrouwen die leven met een fysieke beperking toegang te laten hebben tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR). In negen landen vragen de in dit partnerschap samenwerkende organisaties aandacht voor inclusie en het recht op gezondheid (SDG3). De organisaties lobbyen om deze thema’s te agenderen bij beleidsmakers en de maatschappij. Bij internationale evenementen, zoals bijvoorbeeld de International Conference on Family Planning (ICFP) en AIDS2022, zorgde We Lead dat jonge vrouwen met een fysieke beperking deel uitmaakten van de NGO-delegatie en op podia hun ervaring konden delen op het gebied van SRGR.

Het partnerschap Make Way (2021–2025) heeft als doel om barrières omtrent SRGR te doorbreken, door te kijken naar SRGR vanuit een intersectionele lens. Dit houdt in dat overlappende kwetsbaarheden (het zijn van een vrouw met een beperking bijvoorbeeld) en de effecten op SRGR inzichtelijk worden gemaakt. Zo hebben bijvoorbeeld jongeren (vooral meisjes) met een beperking die in armoede leven, grote belemmeringen om toegang te krijgen tot de diensten die ze nodig hebben. Make Way heeft onder andere een SRGR-toolkit ontwikkeld, waarmee maatschappelijke organisaties hun capaciteit, vaardigheden en kennis kunnen vergroten.11 Dit stelt deze organisaties in staat tot sterkere, intersectionele SRGR-lobby activiteiten en pleitbezorging. Make Way is actief in Ethiopië, Kenia, Uganda, Zambia en op mondiaal niveau.

AWESOME (2021–2025) is een programma dat vrouwenbewegingen ondersteunt waarbij het zich expliciet richt op organisaties van vrouwen met een beperking. AWESOME traint met journalisten in inclusief taalgebruik en het vertellen van verhalen van vrouwen met een beperking. Ook werkt ASEWOME met families, omdat sociale en culturele aspecten hinderend kunnen zijn bij de ontwikkeling van vrouwen met een beperking.

Om partners binnen het beleidskader Versterking Maatschappelijk Middenveld (VMM) te ondersteunen bij het waarmaken van hun ambities op het gebied van inclusie van mensen met een beperking organiseert de Dutch Coalition on Disability and Development (DCDD) in 2023 (net als in 2022) een serie bijeenkomsten. Het doel is om partners binnen het VMM-beleidskader bewuster te maken van de stappen die genomen moeten worden om mensen met een beperking beter te betrekken bij ontwikkelingsprogramma’s. In april 2023 hielden DCDD en het partnerschap WeAreAble! een webinar om de kloof tussen de Gender- en Disability-bewegingen te overbruggen.

In oktober 2022 organiseerde DCDD in Uganda een driedaagse training voor acht VMM-partnerschappen over hoe mensen met een beperking te betrekken bij hun programma’s. Door de training en technische ondersteuning in een land aan te bieden, worden mogelijkheden gecreëerd voor de partners om onderling te leren en deze lessen direct in hun programma's te implementeren.

Het Civic Space Fund ondersteunt initiatieven van pleiten en beïnvloeden en richt zich op de meest kwetsbare groepen. Hieruit is bijvoorbeeld EUR 1 miljoen bijgedragen aan het initiatief Amplifying the Voices of Women with Disabilities – Kenya gefinancierd, uitgevoerd door de United Disabled Persons of Kenya (UDPK). Dit initiatief werkte aan meer bewustwording over het VN-verdrag Handicap. Vrouwen met een beperking werden ondersteund in het krijgen van toegang tot gezondheids- en juridische diensten, deelname aan lokale besluitvormingsprocessen en het rapporteren over seksueel en gender-gerelateerd geweld.

In samenwerking met Winq reikte ik dit jaar de Hivos International Activist Award uit aan Gracie Brendah Nanyunja, medeoprichter van de Diverse Empowerment Foundation. Deze Oegandese jonge vrouw met een fysieke beperking maakt zich hard voor queer-personen met en zonder beperking in Oeganda, waar onlangs een wet werd aangenomen die de rechten van de lhbtiq+-gemeenschap nog verder inperkt.

Inclusie via bilaterale en multilaterale samenwerking

Nederland zet zich met het feministisch buitenlandbeleid in om ongelijkheid te verkleinen en streeft wereldwijd naar een gelijkwaardige positie van mannen, vrouwen en non-binaire personen.12 Daarbij bepalen andere factoren zoals etniciteit, religie en (lichamelijke en psychische) beperking vaak de mate waarin sprake is van additionele (on)gelijke behandeling.

Nederland agendeert de universele gelijkheid en gelijkwaardigheid van iedereen, met een specifieke aandacht voor de rechten van vrouwen, lhbtiq+ personen en intersectionaliteit, waaronder mensen met een beperking in bilaterale gesprekken met gelijkgezinde en met niet-gelijkgezinde organisaties en overheden en in multilateraal verband. Nederland trekt in EU-kader nauw op met onder andere Frankrijk, Duitsland, Spanje en andere gelijkgezinde lidstaten en vormt waar mogelijk coalities om in EU- en internationaal verband een aanjagende rol te kunnen spelen.

In 2023 sprak Nederland zich uit tijdens de 56ste sessie van de Commissie Bevolking en Ontwikkeling (CPD 56) van de Verenigde Naties in New York over het belang van het betrekken van jongeren bij het uitvoeren van inclusieve programma’s op het gebied van seksuele voorlichting met name voor gemarginaliseerde groepen, waaronder jongeren met een beperking. De jongeren ambassadeur seksuele en reproductieve gezondheid en rechten, gendergelijkheid en lichamelijke keuzevrijheid, gaf hier aandacht aan in het nationale statement namens Nederland. Ook was Nederland mede-sponsor (in samenwerking met CHOICE for Youth & Sexuality) van een side-event over het belang van inclusieve seksuele voorlichting voor jongeren met een beperking.

Daarnaast was Nederland co-sponsor van verschillende initiatieven die binnen de VN zijn genomen voor mensen met een beperking waaronder de resolutie Promoting and Mainstreaming Easy to Understand Communication for Accessibility for Persons with Disabilities en een side-event bij de 16e Conference of States Parties to the Convention on Rights of Persons with Disabilities (COSP16) over Movement and Cohesion in the Disability, Peace, and Security Agenda. Ook heeft Nederland een statement gesteund over het belang van toegang tot SRGR voor mensen met een beperking.

Verschillende ambassades werken direct met organisaties die zich inzetten voor mensen met een beperking. Zo heeft de Nederlandse ambassade in Peru een samenwerking met stichting Aynimundo. Deze organisaties adviseert reguliere scholen in achtergestelde wijken over manieren om de scholen kindvriendelijker, veiliger en inclusiever maken. Ook geven ze de leraren op die scholen training om hen in staat te stellen om kinderen met een beperking (bv. autisme, Down-syndroom) mee te laten draaien in het reguliere onderwijs. Begin 2023 is een behandelcentrum geopend waar kinderen met een beperking o.a. fysiotherapie, gedragstherapie, speltherapie en logopedie krijgen. Ook ouders kunnen er terecht, om advies te krijgen over de begeleiding en opvoeding van kinderen met bijvoorbeeld autisme.

In sommige gevallen wordt samen opgetrokken met andere actoren. Zo krijgen jongeren met een beperking in Senegal aandacht in een Team Europe Initiative over jeugd en werkgelegenheid, waar ook Nederland actief aan deelneemt. Daarnaast steunt de Nederlandse ambassade in Dakar de vereniging van studenten met een beperking van de universiteit van Dakar met braille-uitrusting voor blinde studenten.

Andere ambassades zetten in op bewustwording rondom dit onderwerp. De ambassade in Thailand organiseerde in november 2022 bijvoorbeeld de jaarlijkse Cleveringa-lezing over hoe in Thailand te komen tot meer gelijkheid voor vrouwen, kinderen, mensen met een beperking en -personen. Na de lezing door een expert spraken twee Thaise studenten over de obstakels voor mensen met een beperking. De Nederlandse ambassade in Marokko werkte samen met de bekende breakdancer Redo, wiens fysieke beperkingen hem er niet van hebben weerhouden een topdanser te worden. Met steun van de ambassade verzorgde hij met partners verschillende workshops over inclusie in Casablanca, Rabat, Tanger en Tetouan.

Binnen het beurzenprogramma van One Young World (OYW) is een expliciete doelstelling voor inclusie van mensen met een beperking (10%). One Young World is ‘s werelds grootste en meest impactvolle top voor jong leiderschap. Jaarlijks komen circa 2000 jonge leiders uit voornamelijk het internationale bedrijfsleven, maar ook vanuit ngo’s en kennisinstellingen en individuele activisten, bij elkaar uit meer dan 190 landen. Nederland financiert sinds 2018 het beursprogramma Enterprise for Peace (in 2023 hernoemd naar Enterprising Futures). Hierdoor kunnen jaarlijks 50 jonge ondernemers en lokale changemakers (minimaal 50% vrouw en minimaal 10% met een beperking) uit de MENA en Sub-Sahara Afrika de conferentie bijwonen, inclusief een voor- en na-programma verzorgd door de Nederlandse overheid. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken werkt hiervoor nauw samen met het Youth Employment & Entrepreneurship Team (YEET/Orange Corners) binnen de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

In 2022 steunde Nederland bijvoorbeeld Crystal Asige, een Keniaanse singer-songwriter die gedurende haar jeugd blind is geworden door glaucoma. Crystal is niet alleen erkend voor haar muziek en werk als activist en consultant voor diversiteit en inclusie, maar werd tijdens haar deelname aan het One Young World congres verkozen tot de Keniaanse Senaat namens mensen met een beperking. Nederland steunt ook jongeren met albinisme. Een van hen was Peter Ogik, Executive Director of the Source of the Nile Union of Persons with Albinism (SNUPA), een non-gouvernementele organisatie voor mensen met een beperking in Oeganda.

Humanitaire actie

In situaties van oorlog, geweld, (natuur)rampen, evacuaties en uitbraken van infectieziekten zijn gemarginaliseerde groepen mensen, waaronder mensen met een fysieke en/of verstandelijke beperking, extra kwetsbaar. Op 21 februari 2023 heeft het kabinet in antwoord op de motie van de leden Hammelburg en Kuik over het onderzoeken van directe noodhulp voor gemarginaliseerde groepen uw Kamer geïnformeerd over de toegang tot noodhulp voor deze groepen mensen.1314 Zoals aangegeven, voert het kabinet gesprekken met humanitaire partners (VN-organisaties, Rode-Kruisbeweging en de Dutch Relief Alliance) over hoe zij aandacht borgen voor het bereiken van bijvoorbeeld lhbtiq+ personen, vluchtelingen, maar ook personen met een fysieke en/of verstandelijke beperking.

Deze humanitaire partners ontwikkelen methoden om afwijkende en aanvullende behoeften van specifieke groepen mensen mee te nemen. Zo gebruikt het Wereld Voedsel Programma(WFP) een Disability Inclusion Road Map. Door lokale overlegorganen en belangenorganisaties in te schakelen bieden zij ook vertegenwoordigers van mensen met een beperking inspraak. Ook blijft Nederland in gesprek met VN-organisaties en andere ongeoormerkt gefinancierde hulporganisaties over hun steun aan kwetsbare en gemarginaliseerde groepen.15 Zo heb ik in mijn recente gesprek met Cindy McCain, de directeur van WFP, aandacht gevraagd voor het bereiken van kwetsbare groepen in Afghanistan. Ook kwam het bereiken van kwetsbare groepen na de zware aardbevingen in Syrië en Turkije aan de orde in mijn gesprek met Hoge Commissaris Filippo Grandi van UNHCR.

Nederland zet zich ook actief in voor geestelijke en psychosociale steun (MHPSS) in humanitaire hulp, vanaf de vroegste stadia van planning en voorbereiding. Hierbij gaat het om zorg bij door de crisis veroorzaakte noden en aandoeningen, maar ook om continuering van zorg voor mensen die al voor de crisis een geestelijke aandoening hadden. Nederland jaagt integratie aan van MHPSS in crisisrespons (humanitaire hulp, conflictpreventie, vredesopbouw, opvang in de regio, pandemieparaatheid en -respons) en werkt aan structurele verankering van MHPSS in internationale afspraken, resoluties en richting bepalende beleidsstukken. Daarnaast steunt Nederland het ontwikkelen en uitrollen van instrumenten die organisaties en landen helpen bij het bieden van psychosociale steun in crisissituaties. Zo financiert Nederland een mechanisme dat sinds begin 2020 inmiddels ruim 40 keer MHPSS-experts heeft gedetacheerd die gedurende drie tot zes maanden samenwerkende humanitaire organisaties ondersteunden bij programmering en coördinatie van MHPSS in crisisrespons.

In 2022 constateerde een onafhankelijke effectiviteitsstudie dat dit Rapid Deployment Mechanism substantieel heeft bijgedragen aan (blijvende) betere coördinatie van MHPSS-dienstverlening in een aanzienlijk aantal crises. Ook benoemt de studie dat het mechanisme tegen lage kosten effectief lacunes weet op te vullen in expertise op het gebied van MHPSS-inclusieve humanitaire actie. In een aantal gevallen hebben ontvangende organisaties in vervolg op een detachering zelf functies gecreëerd voor MHPSS-experts. Daarnaast werd in 2022 met Nederlandse steun een Minimaal Dienstenpakket voor MHPSS opgeleverd dat humanitaire planners en programmeurs ondersteunt bij het meenemen van MHPSS in hun programma’s.16

Opvang in de regio

Om de opvang en bescherming van vluchtelingen in en rondom conflictgebieden te verbeteren heeft Nederland het Prospects Partnership Programme opgezet, dat in 2023 is verlengd tot en met 2027. Dit partnerschap met UNICEF, UNHCR, ILO, Wereldbank en IFC richt zich op vluchtelingenbescherming en onderwijs en werkgelegenheid voor vluchtelingen en gastgemeenschappen in landen in het Midden-Oosten, Noord-Afrika en de Hoorn van Afrika. Binnen het programma is veel aandacht voor inclusie, diversiteit en participatie van jongeren om betere resultaten voor ontheemden en gastgemeenschappen te bereiken. Hierbij is ook aandacht voor een inclusieve benadering voor mensen met een beperking. In dit kader ondersteunden UNICEF en ILO het Ministerie van Sociale Zaken van Libanon bij de ontwikkeling van de ontwerpnota voor de National Disability Allowance, een nieuw sociale bijstandsprogramma dat mensen met een beperking ondersteunt, zowel met financiële steun en toegang tot belangrijke diensten moet vergemakkelijken. Dit is de eerste keer dat de Libanese regering ermee heeft ingestemd om vluchtelingen op te nemen in de nationale sociale bijstandsprogramma's. Dit is een belangrijk resultaat voor de beleidsdoelstellingen van Prospects en een mooi voorbeeld van gezamenlijke advocacy die tweevoudig inclusie bevordert: zowel voor mensen met een beperking als voor vluchtelingen.

Een ander voorbeeld is het werk van UNICEF in Jordanië om de inclusie van kinderen met een beperking in het reguliere onderwijs te ondersteunen. Met steun van Prospects worden scholen in staat gesteld kinderen met een beperking individuele ondersteuning te bieden, met inbegrip van de levering van revalidatiediensten en hulpmiddelen. Daarnaast worden stigmatisering en discriminatie aangepakt door het bevorderen van bewustwording en de capaciteit van leerkrachten en begeleiders om gedifferentieerd leren in de klas aan te bieden en te ondersteunen. Deze Prospects-steun bereikte van juli 2021 tot juni 2022 al 1.080 kinderen met een beperking.

Tot slot

Bovenstaande voorbeelden geven inzicht in de wijze waarop Nederland zich op verschillende beleidsthema’s inspant om verbetering te realiseren voor mensen met een beperking, vanuit de gedachte dat niemand buitengesloten mag worden. Natuurlijk is het zo dat elke groep zijn specifieke noden kent, zo ook mensen met een beperking. Nederland zal zich hiertoe blijven inzetten via de bestaande financiële en diplomatieke kanalen.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher


X Noot
1

Kamerstuk 33 625, nr. 286, Kamerstuk 34 952, nr. 116 en Kamerstuk 34 952, nr. 175

X Noot
2

Kamerstuk 35 925-XVII, nr. 42

X Noot
3

Kamerstuk 36 200-XVII, nr. 37

X Noot
10

Kamerstuk 34 952, nr. 175

X Noot
11

Toolkit – Make Way: https://www.make-way.org/toolkit

X Noot
12

Meer informatie: Feministisch buitenlandbeleid: wat, waarom en hoe? Kamerstuk 34 952, nr. 182

X Noot
13

Kamerstuk 36 200-XVII, nr. 15

X Noot
14

Kamerbrief inzake toegang tot noodhulp voor gemarginaliseerde groepen mensen (Kamerstuk 36 180, nr. 49)

X Noot
15

Zoals reeds toegezegd in het commissiedebat humanitaire hulp licht ik uw Kamer daar graag verder over in middels een vertrouwelijke technische briefing. (Kamerstuk 36 180, nr. 61)

Naar boven