Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 33529 nr. 526 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 33529 nr. 526 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 oktober 2018
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de resultaten van de afhandeling van oude schadegevallen door NAM en over de stand van zaken van de afhandeling van nieuwe schadegevallen door Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG).
De uiterste poging die NAM heeft gedaan om de ruim 6.000 oude schadegevallen af te handelen heeft voor ruim 5.000 gevallen tot een uitkomst geleid. Het einde van de betrokkenheid van NAM bij de inhoudelijke afhandeling van schademeldingen komt hiermee in zicht. De voortgangs- en eindrapportage van NAM en twee onderzoeksrapporten zijn als bijlage bij deze brief gevoegd1. Zoals ik in het debat van 5 juli 2018 (Handelingen II 2017/18, nr. 103, item 44) heb toegezegd aan uw Kamer heb ik specifiek laten nagaan of daadwerkelijk alle 6.199 openstaande schademeldingen een aanbod hebben ontvangen. Uit deze rapportages van NAM blijkt dat dit het geval is. Met toezending van het onderzoeksrapport van Aha! Marktonderzoek naar beweegredenen van mensen om niet akkoord te gaan met het aanbod geef ik invulling aan mijn toezegging daartoe in het debat met uw Kamer op 5 juli 2018.
In het debat van 5 juli 2018 heb ik het tempo dat de TCMG maakt bij de afhandeling van nieuwe schadegevallen als onvoldoende beoordeeld. De TCMG heeft over de zomer aan een versnelling van het behandeltempo gewerkt en start de uitvoering van verdere versnellingsmogelijkheden, met als perspectief per eind 2019 de werkvoorraad weg te werken.
Tevens maak ik van de gelegenheid gebruik om uw Kamer te informeren over de stand van zaken van het wetsvoorstel Instituut Mijnbouwschade en over de instelling van de commissie Waardedaling. Verder zijn als bijlagen bij deze brief het TU-onderzoek «Oorzaken schade» en de Halfjaarrapportage van de Onafhankelijk Raadsman gevoegd2.
Oude schadegevallen
Alle 6.199 bewoners die bij NAM op de lijst van oude schadegevallen stonden, zijn door NAM voorzien van een aanbod. Bij sluiting van de reactietermijnen hebben 5.138 (83%) personen het aanbod van NAM geaccepteerd en 938 (15%) mensen het aanbod afgewezen. Het bedrag van € 50 mln dat NAM bovenop haar aansprakelijkheid heeft gereserveerd voor de afhandeling van oude gevallen is volledig aan dit doel besteed. De bewoners die het aanbod van NAM afwezen, hebben allen hun zaak aan de Arbiter Bodembeweging voorgelegd. De Arbiters Bodembeweging hebben inmiddels in totaal 1.039 zaken in behandeling. Voor bewoners die het aanbod niet hebben geaccepteerd en hun zaak niet bij de Arbiter aanhangig hebben gemaakt, zal NAM de behandeling sluiten. Alle schademelders behouden het recht hun schadegeval aan de rechter voor te leggen. In navolging van mijn brief van 3 juli 2018 over de afhandeling van ruim 6.000 oude schadegevallen (Kamerstuk 33 529, nr. 503) stuur ik uw Kamer met deze brief de derde tussenrapportage en de afsluitende rapportage van NAM inclusief een addendum op de laatste rapportage3.
De commissaris van de Koning in Groningen en ikzelf hebben de afhandeling van de oude schadegevallen nauwlettend gevolgd. Wij stellen vast dat NAM uitvoering heeft gegeven aan de toezegging in januari van dit jaar om een ultieme poging te doen om voor alle openstaande schademeldingen van voor 31 maart 2017 een aanbod aan de bewoners te doen.
In het debat met uw Kamer op 5 juli 2018 (Handelingen II 2017/18, nr. 103, item 44) heb ik toegezegd een onderzoek te laten uitvoeren naar de beweegredenen van mensen om niet akkoord te gaan met het door NAM gedane aanbod. Dit onderzoek is half juli uitgevoerd door Aha Marktonderzoek onder 235 bewoners die het aanbod van NAM hebben afgewezen. Deze selectie vormt een representatief beeld van de groep die het aanbod van NAM heeft afgewezen. Ik heb het rapport op 10 september ontvangen en stuur het hierbij aan uw Kamer4. Het onderzoek laat zien dat de belangrijkste reden voor mensen om het aanbod van NAM niet te accepteren was dat zij het geboden bedrag niet hoog genoeg vonden. Daarnaast blijkt dat mensen die het aanbod hebben afgewezen veelal vinden dat zij niet voldoende informatie hebben ontvangen om dit goed te kunnen beoordelen. Dit betekent dat voor de mensen die het betreft een gang naar de Arbiter Bodembeweging de juiste route is om een onafhankelijk oordeel over hun melding te krijgen.
Daarnaast hebben de commissaris van de Koning en ik gevraagd om een onafhankelijke review op de hoogte van het door NAM geboden schadebedrag. VGG Adviseurs heeft deze review uitgevoerd op 16 door NAM aangedragen schadedossiers5. Het bleek echter niet mogelijk om algemene uitspraken of eenduidige conclusies te trekken. Desalniettemin heb ik deze review bij de Arbiters onder de aandacht gebracht. Ook zal ik, om zicht te krijgen op de wijze waarop in de nieuwe publieke procedure berekeningen van schades worden gedaan, aan de TCMG vragen de aandachtspunten uit deze review in hun evaluatie te betrekken.
De commissaris van de Koning en ik concluderen dat de aanpak van NAM voor de overgrote meerderheid van de oude gevallen tot een uitkomst heeft geleid. Wij zien echter ook de mogelijke tekortkomingen van de aanpak: sommige bewoners hebben wellicht schoorvoetend geaccepteerd, anderen dragen hun melding liever aan bij de Arbiters omdat zij het aanbod te laag vinden of NAM gewoonweg niet vertrouwen. Individuele schademelders hebben signalen ook bij ons afgegeven dat ze om één van bovengenoemde redenen niet tevreden waren met het aanbod. Wij hebben deze signalen steeds bij NAM onder de aandacht gebracht, waarbij NAM telkens het aanbod aan deze bewoners opnieuw heeft bekeken. Dit heeft in ruim 40 gevallen ook tot een herzien aanbod geleid. Voor 31 van deze bewoners geldt dat de reactietermijn hiervan nog loopt. De afhandeling van de meldingen door de Arbiters Bodembeweging zullen wij blijven volgen. De Arbiter Bodembeweging heeft ingezet op een verdubbeling van de afhandelsnelheid onder andere door capaciteitsuitbreiding. De inspanningen van de Arbiters zijn er daarmee op gericht om in september 2019 tot afronding te komen. Zodra de Arbiters aangeven hoeveel extra capaciteit noodzakelijk is, zal ik dit verzoek welwillend in behandeling nemen.
Met de naderende afronding van de oude schademeldingen komt het einde in zicht van de betrokkenheid van NAM bij de beoordeling van schadeclaims voor aardbevingsschade door gaswinning in Groningen, een ontwikkeling waar ik met steun van uw Kamer en met medewerking van NAM zelf naar heb gestreefd. NAM zal uiteraard uitvoering blijven geven aan uitspraken van de Arbiter of van een rechter in individuele gevallen. Vanaf dit moment speelt NAM al geen rol meer in de afhandeling van de huidige schademeldingen door de TCMG.
Nieuwe schademeldingen
In het plenaire debat versterkingsoperatie en schadeafhandeling in Groningen in uw Kamer op 5 juli 2018 (Handelingen II 2017/18, nr. 103, item 44) heb ik laten weten ontevreden te zijn over het tempo waarmee de afhandeling van schademeldingen door het nieuwe publieke loket op gang komt. Op dit moment heeft de TCMG in totaal bijna 800 schademeldingen afgehandeld. Dit tempo is bij lange na niet hoog genoeg: door het stilliggen van de schadeafhandeling sinds april 2017 is de TCMG van start gegaan met een werkvoorraad van bijna 13.500 meldingen. Van deze 13.500 meldingen bleek bij circa 11.500 niets méér bekend dan een adres en het feit dat er een melding is gedaan. Dat betekent dat deze schades ook niet op eenvoudige wijze kunnen worden afgedaan. Ook zijn er nieuwe meldingen bijgekomen.Dit leidt tot een ongelukkig groot aantal meldingen en onderstreept ook dat het achteraf gezien schadelijk is geweest dat de schadeafhandeling zo lang heeft stilgelegen. Dat betekent dat de TCMG voor de uitdagende taak staat om de huidige werkvoorraad van ruim 16.000 meldingen binnen afzienbare tot een tevredenstellend einde te brengen. Deze taak moet wel uitgevoerd worden. Over de zomer heeft de TCMG een versnelling aan kunnen brengen in het behandeltempo: in de laatste weken zijn er circa 2500 schade opnames uitgevoerd en zijn er gemiddeld 100 meldingen per week afgehandeld en betaald. In dit tempo wordt het stuwmeer niet kleiner. Voor individuele schademelders betekent dit dat zij veelal onaanvaardbaar lang zouden moeten wachten tot zij de vergoeding krijgen waar zij recht op hebben.
Ik heb mijn zorgen bij de TCMG onder de aandacht gebracht en verzocht alle verdere mogelijkheden om tot versnelling te komen in beeld te brengen en uit te voeren om hiermee perspectief te ontwikkelen op het zo snel mogelijk wegwerken van de voorraad aan schademeldingen. De TCMG deelt deze zorgen en werkt aan een plan van aanpak om tot verdere versnelling van de behandeling van zaken te komen. De volgende versnellingsmogelijkheden worden in ieder geval ingezet:
– Het binnenhalen van meer capaciteit aan onafhankelijk deskundigen, o.a. door middel van een Europese aanbesteding.;
– Snellere behandeling van specifieke deelverzamelingen van dossiers, bijvoorbeeld corporatiebezit dat met inzet van corporatiepersoneel sneller kan worden behandeld. Er lopen momenteel pilots op dit punt.;
– Onderzoek naar manieren om schades te kunnen behandelen zonder dat een onafhankelijke deskundige op locatie een schade moet opnemen.
De TCMG heeft het mogelijke effect van de versnelling ingeschat, rekening houdend met een instroom aan schademeldingen dat per week gemiddeld op het huidige niveau ligt. Op basis daarvan heeft de TCMG laten weten dat een verdere versnelling in het behandeltempo bereikt zou kunnen worden, zodanig dat de huidige werkvoorraad eind 2019 kan zijn weggewerkt.
Ik ondersteun de TCMG bij het realiseren van deze noodzakelijke versnelling, waarbij ik vanzelfsprekend wel de onafhankelijke positie die aan de TCMG is toebedeeld respecteer. De TCMG stelt binnen de kaders van het Besluit Mijnbouwschade Groningen haar eigen werkwijze vast. Ik zal de Kamer blijven informeren over de afhandeling van schades door de TCMG. De TCMG publiceert zelf wekelijks op haar website en twitter-account informatie over de voortgang van de schadeafhandeling.
Commissie waardedaling
Het is mijn ambitie om alle vormen van schade door gaswinning in Groningen publiek af te handelen waar dat mogelijk en wenselijk is. Dit geldt ook voor schade in de vorm van waardedaling van woningen. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 23 januari 2018 geoordeeld dat compensatie voor waardedaling ook onafhankelijk van verkoop van de woning dient plaats te vinden. Zoals aangekondigd in mijn brief van 14 mei 2018 (Kamerstuk 33 529, nr. 464) heb ik een Commissie Waardedaling ingesteld die mij adviseert over hoe compensatie voor waardedaling publiek kan worden ingericht. Deze commissie is door publicatie van het instellingsbesluit op 24 september ingesteld met terugwerkende kracht tot en met 1 september (Stcrt. 2018, nr. 54279). De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de waardedaling in Groningen uitgevoerd en zijn modellen ontwikkeld om de waardedaling inzichtelijk te maken (zie Kamerstuk 33 529, nr. 216). De adviescommissie zal een keuze maken welke (combinatie) van deze modellen het meest geschikt is ter uitvoering van de uitspraak van het Gerechtshof. Ik heb de adviescommissie gevraagd uiterlijk 1 januari 2019 advies uit te brengen. Begin 2019 zal ik het advies met mijn beleidsreactie aan Kamer sturen.
Wetsvoorstel Instituut Mijnbouwschade Groningen
Het wetsvoorstel om de publieke afhandeling van schade als gevolg van de gaswinning in Groningen wettelijk te verankeren heeft van 5 juli tot en met 14 augustus jl. via internet geconsulteerd. In deze periode zijn verschillende reacties binnengekomen. De binnengekomen reacties zullen worden betrokken bij de verdere uitwerking van het wetsvoorstel. Ik verwacht dat het wetsvoorstel in het voorjaar van 2019 voor behandeling aan uw Kamer kan worden aangeboden.
Halfjaarrapportage Onafhankelijk Raadsman
De Onafhankelijk Raadsman brengt halfjaarlijks een rapportage uit over de klachten die hij heeft ontvangen over de schadeafhandeling en versterking. Als bijlage bij deze brief gaat de halfjaarrapportage 20186. De Onafhankelijk Raadsman gaat uitgebreid in op klachten die hij heeft ontvangen over de afhandeling van «oude» schades door NAM en op de acties die NAM naar aanleiding daarvan heeft ondernomen. Zijn schets van het type klachten sluit aan bij het beeld van mijzelf en de commissaris van de Koning en hij onderschrijft het belang van de rol van de Arbiter in die zaken die nog niet zijn opgelost.
Over de afhandeling van nieuwe schadegevallen door de TCMG heeft de Raadsman inmiddels twaalf klachten ontvangen. Zoals hierboven beschreven deel ik zijn zorgen over de opstartproblemen waar de TCMG tegenaan loopt bij het realiseren van de ambitie om een vlotte, zorgvuldige en rechtvaardige schadeafhandeling in te richten. Ik zal deze rapportage onder de aandacht van de TCMG brengen.
De onafhankelijk Raadsman beschrijft ook de verwarring die is ontstaan nadat bekend is gemaakt dat de gaswinning uit het Groningenveld wordt beëindigd. Hij heeft daarover 15 klachten ontvangen, in meerderheid van huiseigenaren die al een versterkingsadvies hadden ontvangen. Al deze lopende versterkingen zijn nooit stopgezet of «gepauzeerd»; desondanks hebben deze mensen hierover verwarrende boodschappen gekregen. Dat benadrukt de noodzaak om heel helder en op adresniveau te communiceren over het proces van de versterkingsoperatie. De regio en ik zien hier dan ook aanleiding in om nog een paar weken de tijd te nemen om de communicatie over de verdere versterking zorgvuldig voor te bereiden. Ten aanzien van het herijken van de versterkingsopgave werpt de Raadsman enkele kritische vragen op vanuit het perspectief van de Groningse burger. Deze zien voornamelijk op de uitdaging om het generieke, statistische advies van de Mijnraad om de «1.500» onveilige gebouwen zo snel mogelijk te versterken en te vertalen naar een aanpak van concrete panden en adressen. Ik verwacht uw Kamer op zeer korte termijn te kunnen informeren over de verdere stappen.
Onderzoek «Oorzaken schade»
Op 12 juli 2018 heeft de TU Delft het onderzoek «Oorzaken schade» gepubliceerd. Hierbij bied ik dit onderzoek aan uw Kamer aan7. Het doel van het onderzoek was om duidelijkheid te verkrijgen over de oorzaken die ten grondslag liggen aan de schades in de provincie Groningen en om inzicht te krijgen in de mate waarin diverse oorzaken hierbij een rol spelen. Het onderzoeksgebied lag voornamelijk in het gebied rondom de voormalige schadecontour. In de studie is gekeken welke afzonderlijke oorzaken of combinaties van oorzaken een rol gespeeld kunnen hebben bij het ontstaan van schade. Hierbij zijn alle mogelijke oorzaken van schades aan gebouwen beschouwd, waaronder gebouwgebonden oorzaken (uitsluitend samenhangend met het gebouw, los van de lokale situatie), zettingsverschillen, de effecten van gaswinning, (on)diepe bodemdaling en andere vormen van mijnbouw in het gebied. Een belangrijke conclusie van het rapport is dat bevingen als schade-bijdragende factor moeilijk uit te sluiten zijn van de best verklarende scenario’s, maar vallen tegelijk ook moeilijk te bewijzen. Het schadebeeld biedt hiervoor meestal onvoldoende aanknopingspunten. Waar combinaties van bevingen met andere oorzaken optreden, lijkt bij lichte bevingen het schadebeeld vooral gerelateerd te zijn aan de andere onderliggende oorzaak. Het rapport ondersteunt mijns inziens de reeds eerder gemaakte keuze om bij de afhandeling van schade geen contour te hanteren en om ten aanzien van het Groningenveld een wettelijk bewijsvermoeden vast te leggen. Ik heb het rapport aan de TCMG aangeboden, zodat zij dit kan betrekken bij de beoordeling van individuele schademeldingen.
Agrariërs
Om te kunnen oordelen of problematiek bij agrariërs in Groningen aanleiding is voor aanvullende maatregelen, wordt onder voorzitterschap van dhr. Munniksma, een ervaren bestuurder in Groningen en Drenthe, een overlegtafel op dit punt georganiseerd. Hiermee wordt ook invulling gegeven aan de motie van het lid Bisschop c.s. (Kamerstuk 33 529, nr. 518).
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33529-526.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.