32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 340 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2019

Hierbij bied ik u de incidentele suppletoire begrotingen 2019 aan inzake de budgettaire verwerking van de middelen uit de begrotingsreserve Maatregelen CO2-reductie. Het gaat om de incidentele suppletoire begrotingen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII)(Kamerstuk 35 234), het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII)(Kamerstuk 35 235), het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII)(Kamerstuk 35 236) en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV)(Kamerstuk 35 237). U bent op 28 juni jl. met de Kamerbrief betreffende «Uitvoering Urgenda-vonnis» (Kamerstuk 32 813, nr. 341) over de aanvullende maatregelen geïnformeerd die het Kabinet treft voor de uitvoering van het Urgenda-vonnis. Budgettaire verwerking van die maatregelen vindt plaats met de incidentele suppletoire begrotingen.

In onderstaande overzichtstabel is de verdeling van het budget over de verschillende departementen en over de verschillende jaren opgenomen. Met de Kamerbrief over de aanvullende maatregelen, onderstaande overzichtstabel en de onderliggende incidentele suppletoire begrotingen wordt voldaan aan de motie van de leden Leijten en Nijboer (Kamerstuk 35 095, nr. 9).1

Besteding maatregelen Urgenda (Bedragen x € 1 mln)

Departement

2019

2020

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK, VII)

35,00

148,00

Infrastructuur en Waterstaat (IenW, XII)

7,55

78,451

Economische Zaken en Klimaat (EZK, XIII)

114,40

23,50

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV, XIV)

14,00

74,50

Totaal

170,95

324,45

X Noot
1

Onderdeel hiervan is een kadercorrectie, omdat niet alle maatregelen aan de uitgavenkant van de begroting plaatsvinden. Voor die maatregelen wordt een kadercorrectie van de uitgavenkant naar de inkomstenkant doorgevoerd.

Met de incidentele suppletoire begrotingen worden de bedragen voor het jaar 2019 en 2020 budgettair verwerkt. Via de incidentele suppletoire begrotingen worden de geplande onttrekkingen aan de begrotingsreserve Maatregelen CO2-reductie van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) geraamd. De bedragen die door andere departementen dan EZK worden besteed worden overgeheveld naar de desbetreffende departementale begrotingen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes


X Noot
1

Deze motie stelt dat er voor de besluitvorming over de besteding van de begrotingsreserve «Maatregelen CO2-reductie» een overzicht van de voorgenomen besteding aan de Kamer gestuurd wordt, zodat zij hierover nog van gedachten kan wisselen voordat er geld uit de begrotingsreserve onomkeerbaar wordt ingezet.

Naar boven