Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 september 2017
In het algemeen overleg van 10 februari 2016 gaf mijn ambtsvoorganger aan in het kader
van een moreel appèl de meest verdienende adviseur bij de Nationale Politie, de heer
Welten, uit te nodigen voor een gesprek over verlaging van diens bezoldiging (Kamerstuk
29 628, nr. 625). De heer Welten was daartoe bereid. Ik kan u thans berichten dat dit gesprek tot
een positieve uitkomst heeft geleid.
Er is in het verleden veel aandacht geweest voor deze individuele zaak (zie onder
andere de brief van 27 september 2016, Kamerstuk 29 628, nr. 664). Het is om deze reden dat ik u – met instemming van de heer Welten – wat uitgebreider
over de uitkomst van het gesprek informeer dan gebruikelijk.
De voor de heer Welten geldende rechtspositionele afspraken volgden uit een in 2003
met de toenmalige korpsbeheerder van Amsterdam-Amstelland gesloten aanstellingsovereenkomst.
Hij maakt een betekenisvolle beweging door ruim voor het bereiken van zijn AOW-gerechtigde
leeftijd op eigen verzoek uit dienst te treden en vrijwillig afstand te doen van eerder
met hem gemaakte afspraken, vastgelegd in de aanstellingsovereenkomst uit 2003.
Met de heer Welten zijn de volgende afspraken gemaakt:
-
– De heer Welten neemt per 1 maart 2018 op eigen verzoek ontslag bij de Nationale Politie.
Dat betekent dat hij vier jaar bezoldiging inlevert.
-
– Hij koopt het deel van zijn woning dat in eigendom is van de Politie (37%) tegen waarde
bewoond, en oefent zo de optie uit die is vastgelegd in de aanstellingsovereenkomst
uit 2003. Tevens zijn – conform deze aanstellingsovereenkomst – de onderhoudskosten
over het korpsdeel van de woning verrekend. Hij heeft thans niet de intentie de woning
te verkopen.
-
– De heer Welten beschikt over ervaring en kwaliteiten die de huidige korpschef graag
nog inzet ten behoeve van de politie. Afgesproken is dat hij nog tot drie jaar na
zijn ontslag (advies)werkzaamheden ten behoeve van de Politie verricht, gedurende
drie dagen per maand, tegen maximaal de De Pater-norm (maximaal uurtarief voor inhuur).
-
– Eenmalig wordt een bedrag van € 15.000 bruto uitgekeerd als compensatie voor pensioenverlies.
Voor de Nationale Politie betekenen de afspraken dat de overschrijding van de norm
gesteld in de Wet normering topinkomens vanaf 1 maart 2018 wordt weggenomen. Bovendien
betekenen de afspraken per saldo een besparing van ca. € 700.000 over vier jaar. Dit
is een globale inschatting, waarbij de bovengenoemde componenten zijn gewogen.
De vaststellingsovereenkomst wordt vertrouwelijk ter inzage gelegd1.
De Minister van Veiligheid en Justitie,
S.A. Blok