Aan de orde is de behandeling van de wetsvoorstellen:

Vaststelling van de begrotingsstaat van het ministerie van Buitenlandse Zaken (29200 V) voor het jaar 2004;

Vaststelling van de begrotingsstaat van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (29200 XVI) voor het jaar 2004.

De voorzitter:

Het gaat hier om de zogenoemde administratieve behandeling van deze begrotingswetsvoorstellen. Deze begrotingshoofdstukken moeten voor 1 mei 2004 door de Kamer worden goedgekeurd. Nu besloten is, de behandeling van deze wetsvoorstellen niet voor 1 mei a.s. te houden, stel ik voor, de wetsvoorstellen zonder beraadslaging af te doen, onder het voorbehoud dat de regering bereid zal blijken te zijn op een later tijdstip deel te nemen aan een met de Kamer te houden debat over met deze begrotingsvoorstellen samenhangende onderwerpen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven