Vragen van de leden Van der Lee en Stultiens (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Minister-President en de Ministers van Financiën, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Justitie en Veiligheid, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Infrastructuur en Waterstaat, van Economische Zaken en Klimaat, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de voortgang van kabinetsdoelstellingen (ingezonden 22 april 2024).

Antwoord van Minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) en van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 14 mei 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1673. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1693. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1732. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1733. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1734.

Inleiding

In de volledige vragenset wordt gevraagd naar de voortgang van 17 doelstellingen van het kabinet Rutte IV voor 2030. Onderstaande beantwoording gaat in op de doelstellingen behorend bij 2b) halvering van de stikstofuitstoot in 2030 en 2c) 15% van de landbouwgrond voor biologische landbouw (en een Europees doel van 25%).

Vraag 1

Herinnert u zich de beantwoording van eerdere Kamervragen over de voortgang van de kabinetsdoelstellingen van 2030? (2023Z02233)

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Herinnert u zich dat alle kabinetsdoelen vorig jaar hopeloos uit beeld waren?1 Kunt u voor elke van de hierna genoemde doelstellingen aangeven of dit nog steeds het geval is (door bij elke doelstelling een concreet percentage/getal te noemen):

  • a. 60% CO2-reductie, maar in elk geval 55% CO2-reductie;

  • b. halvering van de stikstofuitstoot;

  • c. 5% van de landbouwgrond voor biologische landbouw (& een Europees doel van 25%);

  • d. 50% minder grondstoffengebruik;

  • e. 100% schoon water in d2027 (Kaderrichtlijn Water);

  • f. halvering van het aantal mensen in armoede (ten opzichte van 2015);

  • g. halvering van het aantal kinderen in armoede in 2025 (ten opzichte van 2015);

  • h. halvering van het aantal mensen met problematische schulden;

  • i. nul daklozen (Lissabon verklaring);

  • j. nul jongeren in de gesloten jeugdzorg;

  • k. nul thuiszittende kinderen;

  • l. een miljoen extra huizen, waaronder 250.000 sociale huurwoningen;

  • m. een aandeel van 30% sociale huurwoningen per gemeente;

  • n. het isoleren van 2,5 miljoen woningen in 2030, omgerekend 300.000 woningen per jaar;

  • o. meer mensen met een passende huurquote (= tussen 20% en 35%, afhankelijk van de gezinssituatie) ten opzichte van het WoonOnderzoek 2021;

  • p. halvering van het aantal verkeersslachtoffers;

  • q. 3% van het bbp wordt besteed aan R&D-uitgaven (Lissabon doelstelling);

  • r. 30% afname van de gezondheidsachterstanden van mensen met een lage SES ten opzichte van mensen met een hoge SES (in 2040);

  • s. Vijf jaar langere levensverwachting in goede gezondheid (in 2040);

  • t. het aandeel van personen met overgewicht te laten dalen tot 38% of lager in 2040 en het aantal kinderen met overgewicht te laten dalen naar 9,1%;

  • u. minder dan 18.000 voortijdig schoolverlaters (vsv’ers) in 2026 conform de werkagenda mbo;

  • v. alle leerlingen beheersen de basisvaardigheden rekenen en taal in 2028 goed genoeg om mee te kunnen doen in de samenleving (Masterplan basisvaardigheden).

Antwoord 2

  • b. halvering van de stikstofuitstoot;

De kabinetsdoelstelling voor de reductie van stikstof is niet vastgelegd als halvering van de uitstoot, maar als depositiedoelstellingen (omgevingswaarden in de Omgevingswet). In 2025 moet 40% van het areaal met stikstofgevoelige habitats in Natura 2000-gebieden onder de Kritische Depositiewaarde (KDW) zijn gebracht. In 2030 geldt dat voor 50% en in 2035 voor 74%. Op 29 februari van dit jaar heeft een consortium van kennispartijen een rapport uitgebracht van de meest recente ramingen (Kamerstuk 35334, 33 576 nr. 291). Het consortium verwacht dat de gemiddelde overschrijding van de KDW daalt van 510 (2021) naar 340 mol/ha/jr in 2030, en dat het areaal stikstofgevoelige natuur in Natura 2000-gebieden onder de KDW in 2025 29 procent zal zijn en in 2030 31 procent. Daarmee liggen de omgevingswaarden van 2025 en 2030 nog buiten bereik.

  • c. 5% van de landbouwgrond voor biologische landbouw (& een Europees doel van 25%);

In de afgelopen 5 maanden is het areaal gestegen van 95.550 hectare (eind 2023) naar 97.750 ha (april 2024), inclusief percelen in omschakeling2. Dit komt neer op een stijging van 5,3% van het totale landbouwareaal naar 5,4%. Het biologische areaal in de Europese Unie groeide in 2022 met 5,1 procent tot 16,9 miljoen ha, wat neerkomt op 10,4% van de totale landbouwgrond in de EU3.

Recent heb ik de Tweede Kamer geinformeerd over het actieplan biologisch om de doelstelling van 15% biologisch landbouwareaal in 2030 te halen (Kamerstuk 30 252, nr. 148). De brief geeft de stand van zaken, vermeldt de acties die in gang zijn gezet in 2023 en de aanpak voor 2024 en verder.

Vraag 3

Kunt u bij elk van deze doelstellingen aangeven of de gemaakte voortang voldoende is om het gestelde doel te behalen? Zo nee, waar ligt dit aan?

Antwoord 3

  • b. halvering van de stikstofuitstoot;

De stikstofdoelen liggen op dit moment buiten bereik. Eén van de belangrijkste redenen is dat de natuur kwetsbaarder voor stikstof is dan gedacht en dit is tot uitdrukking gebracht in de herziening van de Kritische Depositiewaarde (KDW). Deze herziening, gecombineerd met het feit dat de berekende stikstofneerslag door recentere metingen voor de prognosejaren hoger uitkomt, betekent dat de stikstofuitstoot méér verlaagd moet worden om de omgevingswaarden te halen. Voordat de bijstelling van de KDW was doorgevoerd, lag het in de lijn der verwachting dat de wettelijke doelen van in ieder geval 2025 (40% van het areaal binnen Natura 2000 onder de KDW) en 2030 (50% onder de KDW) binnen bereik waren. Het RIVM werkt in opdracht van LNV de consequenties van de herziene KDW’s voor de stikstofdoelen uit. Dit rapport wordt voor de zomer verwacht.

  • c. 5% van de landbouwgrond voor biologische landbouw (& een Europees doel van 25%);

Uit het bovenstaande antwoord bij 2.c. blijkt dat de groei gestaag doorzet, maar dat er nog een flinke opgave resteert. Het kabinet wil alles op alles zetten om de markt in beweging te brengen en dit aan te laten trekken. Om deze reden is er € 50 mln extra gereserveerd voor het stimuleren van een duurzame markt voor de periode 2025–2029 (Kamerstuk 30 252, nr. 128).

Vraag 4

Kunt u de antwoorden op deze vragen voor Verantwoordingsdag (15 mei 2024) naar de Kamer sturen?

Antwoord 4

Ja.


X Noot
2

Bron: Skal Biocontrole

X Noot
3

Bron: Willer, Helga Jan Trávníček and Bernhard Schlatter (Eds.) (2024): The World of Organic Agriculture. Statistics and Emerging Trends 2024. Research Institute of Organic Agriculture FiBL, Frick, and IFOAM – Organics International, Bonn.

Naar boven