Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de aanwezigheid van mobiele telefoons en drugs in een justitiële jeugdinrichting (ingezonden 16 september 2013).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 19 september 2013)

Vraag 1

Wat is uw reactie op de uitzending van Pownews waarin schokkende beelden, gemaakt met een mobiele telefoon, te zien zijn van gedetineerde jongeren in een justitiële jeugdinrichting?1

Antwoord 1

Het klopt dat de betrokken jeugdige in het bezit is geweest van een mobiele telefoon en drugs. Ik acht dat zeer kwalijk. Zoals ik bij verschillende gelegenheden2 heb uiteengezet, is het bezit en gebruik van mobiele telefoons en drugs absoluut verboden in de JJI’s. Maar zoals eerder aangegeven is zelfs met strenge controles (onder meer via kamer- en urinecontroles, inzet van drugshonden en van een zogenaamde Mobifinder) helaas niet uit te sluiten dat jeugdigen in de JJI’s aan dergelijke verboden middelen komen. Thans wordt bezien hoe andere systemen kunnen worden ingezet om dit te voorkomen.

Dat betrokken jeugdige zich met behulp van een sleutel vrij door de inrichting kan bewegen, klopt niet. Een zogenaamde druppel is persoonsgebonden (op naam van een medewerker) en wordt bij vermissing direct gedeactiveerd. Bovendien geeft enkel een druppel geen vrije doorgang door de inrichting. Alleen de combinatie van een druppel, sleutels en het openen van deuren door de Centrale Post maakt het bewegen tussen verschillende ruimten in een JJI mogelijk.

De druppel die in de uitzending van PowNews is getoond, betreft waarschijnlijk een druppel die in juni direct na verlies als vermist is opgegeven. Deze druppel is destijds direct geblokkeerd en was derhalve niet meer te gebruiken om toegang te krijgen tot ruimten in de inrichting.

Naar aanleiding van de uitzending van PowNews heeft de directie van Teylingereind direct een intern onderzoek ingesteld naar het waarheidsgehalte van de bewering over seksueel contact. Voor zover nu bekend, is er geen enkele aanleiding om aan te nemen dat er sprake is (geweest) van seksueel contact tussen medewerkers en jeugdigen.

Vraag 2

Is het waar dat een van de gedetineerde jongeren de beschikking had over een mobiele telefoon, hasj en een sleutel van een beveiliger? Zo nee, wat is er dan wel aan de hand?

Op welke wijze is dit onderzocht?

Antwoord 2

Zie het antwoord op vraag 1.

Vraag 3

Zijn er reeds sancties opgelegd aan betrokkene(n)? Zo ja, welke?

Antwoord 3

Van één van de drie jeugdigen is de justitiële titel onlangs afgerond en ben ik derhalve niet meer bevoegd hem te sanctioneren. De andere twee jongens zijn direct na de uitzending geconfronteerd met de ernst van hun gedrag. Eén van deze jeugdigen is direct in afzondering van zijn groepsgenoten geplaatst. Van de andere jeugdige is zijn verlofmachtiging tijdelijk ingetrokken.

Vraag 4

Herinnert u zich de eerdere vragen over signalen van misstanden in justitiële jeugdinrichtingen?3 Hebben de aangescherpte controles en het standaard gebruik van de zogeheten «mobifinder» resultaat? Zijn er redenen voor aanvullende maatregelen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 4

Ja. Mijns inziens is iedere keer dat de inrichtingen er – mede door een intensivering van de controle – in slagen om verboden middelen te onderscheppen van belang.

Door de inrichting wordt met behulp van diverse methoden gecontroleerd op het bezit van mobiele telefoons:

  • Toegangscontrole met een metaaldetector bij jeugdigen, personeel en bezoek;

  • Onderzoek aan lichaam en kleding bij jeugdigen;

  • Onaangekondigde kamercontroles;

  • Inzet van een zogenaamde Mobifinder, iedere avond, op wisselende tijdstippen.

Genoemde controlemiddelen zullen onverkort en blijvend worden ingezet. Extra maatregelen zijn mijns inziens niet nodig. Door toepassing van bovenstaande controlemethoden wordt de invoer van verboden middelen zoveel mogelijk geminimaliseerd. Ik heb de sectordirectie JJI van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) nadrukkelijk verzocht hier blijvend alert op te zijn en hen de opdracht gegeven om sectorbreed te inventariseren hoe de illegale invoer en het gebruik van mobiele telefoons nog verder kan worden teruggedrongen. Daartoe wordt ook bezien of andere systemen kunnen worden ingezet om dit te voorkomen.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Van der Steur, Van der Burg (beiden VVD), en Van Toorenburg (CDA), ingezonden 12 september 2013 (vraagnummer 2013Z17229) en van het lid Helder (PVV), ingezonden 12 september 2013 (vraagnummer 2013Z17230)


X Noot
1

Pownews, 10 september 2013

X Noot
2

Kamerstukken II 2010/2011, 24 587, nr. 423 / Handelingen II 2012/2013, nr. 1475 / Handelingen II 2012/2013, nr. 1476 / Kamerstukken II 2012/2013, 24 587, nr. 489

X Noot
3

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, Aanhangsel van de Handelingen, nummer 1475

Naar boven