Vragen van het lid AgnesMulder (CDA) aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht dat het subsidieplafond van de Subsidiefaciliteit Burgerschap en Ontwikkelingssamenwerking (SBOS) voor het jaar 2013 is vastgesteld op nul (ingezonden 28 februari 2013).

Antwoord van minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 3 mei 2013).

Vraag 1 en 2

Kent u het bericht dat het subsidieplafond van de Subsidiefaciliteit Burgerschap en Ontwikkelingssamenwerking (SBOS) voor het jaar 2013 is vastgesteld op nul?1

Kunt aangeven welke overwegingen ten grondslag liggen aan dit besluit? Kunt u daarnaast aangeven waarom de Kamer niet over dit besluit is geïnformeerd tijdens het wetgevingsoverleg over het deel Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van de Begroting Buitenlandse Zaken voor 2013?

Antwoord 1 en 2

Ja. Het betreft hier voortzetting van staand beleid. Vanwege de bezuinigingen is in 2011 door het vorige kabinet besloten in de meerjarenbegroting voor OS ook het budget voor Burgerschap & Internationale Samenwerking (B&IS) terug te brengen. Hiertoe is de openstelling van tenders voor de subsidiefaciliteit SBOS opgeschort. Vanwege bezuinigingen van het huidige kabinet is besloten deze opschorting voort te zetten.

Vraag 3

Kunt u deze keuze toelichten in het licht van de toezegging van uw voorganger om te «bekijken of wij voor 2013 mogelijkheden hebben om SBOS ruimte te bieden om het nuttige werk te doen»2 en uw uitspraak tijdens het wetgevingsoverleg dat u eigenlijk wel «tevreden bent met de manier waarop we het nu doen»?3

Antwoord 3

In het wetgevingsoverleg refereerde ik in algemene zin aan de uitgangspunten voor het B&IS-beleid dat wordt uitgewerkt via beleidscommunicatie, kennisontsluiting en advisering, en medefinanciering van activiteiten. Uit SBOS lopen tot en met 2014 diverse B&IS-activiteiten, maar voor aanvragen voor nieuwe projecten of programma’s zie ik op dit moment geen budgettaire ruimte.

Vraag 4

Hoe hangt dit besluit samen met door u toegezegd onderzoek naar de mogelijkheden om het geefgedrag van particulieren te stimuleren, in reactie op de motie Van der Staaij c.s.4?

Antwoord 4

Dit besluit hangt daar niet mee samen.

Vraag 5 en 6

Bent u op de hoogte van het feit dat kleinschalige particuliere initiatieven gezamenlijke draagvlakactiviteiten organiseren, participeren in de discussie over de Geefwet en zoeken naar verbeterde samenwerking om een bijdrage te leveren aan armoedebestrijding in ontwikkelingslanden? Deelt u de mening dat SBOS een belangrijke bijdrage levert aan de facilitering van dit kleinschalig maatschappelijk initiatief in Nederland?

Zo ja, bent u bereid deze organisaties duidelijkheid te geven over de subsidiefaciliteiten die in de komende jaren ter beschikking zullen worden gesteld? Zo nee, hoe beziet u de rol van SBOS in de toekomst en die van het particuliere initiatief op het gebied van ontwikkelingssamenwerking binnen uw bredere beleid?

Antwoord 5 en 6

Kleinschalige particuliere ontwikkelingsinitiatieven zijn een positief teken van actieve burgerbetrokkenheid over grenzen heen. Nederland kent er vele. Een recente SCP-studie schat het aantal tussen de 6.400 tot 15.000. Van grootschalig gecoördineerde activiteiten in de betreffende landen is geen sprake. Daarvoor is het aantal activiteiten te groot en het scala aan thema’s en landen te breed en te divers. Het belang van financiële ondersteuning uit SBOS in deze is uiterst beperkt.

Het overgrote deel van deze initiatieven wordt zonder overheidssubsidie bekostigd en geeft daarmee nadrukkelijk invulling aan wat deze initiatieven kenmerkt: de eigen particuliere verantwoordelijkheid. Ik heb daar veel waardering voor.

Particuliere verbanden in dit veld zijn belangenbehartiger Partin, serviceclubs, kerkelijke netwerken etc. Ter bevordering van samenwerking en afstemming tussen kleinschalige particuliere ontwikkelingsinitiatieven én om van elkaar te leren heeft een aantal organisaties het platform MyWorld.nl opgezet. Mijn ministerie maakt dat financieel mede mogelijk.

Gezien de bezuinigingstaakstelling kan ik geen toezeggingen doen over eventuele additionele mogelijkheden voor ondersteuning. Wat betreft kleinschalige particuliere ontwikkelingsinitiatieven blijft de inzet dat ondersteuning zijdens de overheid vooral inhoudelijk en faciliterend van aard moet zijn. Of aanpassing van de Geefwet kan zorgen voor meer financiële ruimte voor particuliere initiatieven zal ik bespreken in mijn brief aan uw Kamer over toekomstige samenwerking met maatschappelijke organisaties.

Vraag 7

Bent u bereid deze vragen op zo kort mogelijke termijn te beantwoorden en in ieder geval voordat u de Kamer informeert over uw integrale beleidsvisie?

Antwoord 7

Beantwoording van deze vragen vóór publicatie van de beleidsbrief «Wat de wereld verdient» bleek helaas niet mogelijk.

Naar boven