Vragen van het lid Klaver (GroenLinks) aan de minister van Financiën over het bericht «Hoge salarissen bankiers drukken kredietverlening» (ingezonden 23 november 2012).

Antwoord van minister Dijsselbloem (Financiën) (ontvangen 23 januari 2013). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 934.

Vraag 1

Acht u het wenselijk dat de hoge salarissen in de financiële sector de kredietverlening beperken?1

Antwoord 1

Zie het antwoord in reactie op vraag 2 en 3 van de leden Van Dijck en Graus over hetzelfde onderhavige SOMO-rapport.

Vraag 2

Bent u bereid in overleg te treden met de Nederlandsche Bank (DNB) en de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) over loonmatiging in de financiële sector? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Beloningsbeleid is een van mijn voornaamste aandachtspunten als het gaat om de financiële sector. Ik heb regelmatig contact met de sector hierover. Zo heb ik, in lijn met de motie Klaver2, in een gesprek met de Nederlandse Vereniging van Banken de banken erop gewezen om de lonen te matigen.

Vraag 3

Gaat u loonmatiging bij ABN AMRO toepassen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

De inhoud van CAO’s, zoals afspraken over de hoogte van lonen, en de totstandkoming ervan is voorbehouden aan de vakbonden en werkgevers. Ik heb daar geen rol in. Het tegengaan van perverse prikkels en het beheersen van risico’s die uit kunnen gaan van beloningsbeleid hebben mijn volle aandacht. Op dit gebied zijn de afgelopen tijd verschillende maatregelen geïntroduceerd, zoals het Besluit beheerst beloningsbeleid. Ook dit kabinet hecht aan een duurzaam beloningsbeleid. Om die reden is in het regeerakkoord een bonusplafond van 20% opgenomen. Volledigheidshalve wijs ik erop dat de Staat het aandeelhouderschap in ABN AMRO heeft overgedragen aan de stichting NLFI.

Vraag 4

Bent u bekend met het feit dat banken regelmatig om uitstel of verzachting van nieuwe regelgeving (bijvoorbeeld met betrekking tot de stortingen in het depositogarantiestelsel (DGS) en de bankenbelasting) verzoeken met het argument dat stapeling van regelingen de kredietverlening onder druk zet? Bent u bereid toe te zeggen dat wet- en regelgeving met betrekking tot de financiële markten niet verzacht wordt, zolang banken de lonen in hun sector niet matigen?

Antwoord 4

In het kader van de introductie van de bankenbelasting heeft de Staatssecretaris van Financiën de Eerste en Tweede Kamer reeds toegezegd de situatie omtrent kredietverlening te monitoren op basis van gegevens van DNB.3 Wanneer de kredietverlening enkele opeenvolgende kwartalen negatief zal zijn of er een acuut forse krimp in de kredietverlening optreedt, dan zal bestudeerd worden of er instrumenten zijn die kredietverlening minder belasten. De resultaten van de monitoring van de bankenbelasting zullen ook gebruikt kunnen worden om de effecten van alle maatregelen tezamen te beoordelen. Dat laatste laat onverlet dat er mogelijkheden zijn tot besparing op de ontwikkeling van loonkosten en ik de banken daarop wijs in relatie tot de ruimte tot de ruimte voor kredietverlening.


X Noot
1

www.rtl.nl, 22 november 2012

X Noot
2

Kamerstukken II 2012/13, 33 227, nr. 11.

X Noot
3

Conform de aangenomen (gewijzigde) motie van het Lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal mevrouw Sent (Kamerstukken I 2011/12, 33 121, J) zullen Eerste Kamer en Tweede Kamer uiterlijk 1 juni 2013 geïnformeerd worden over de kredietverlening in Nederland via dit rapport.

Naar boven