Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het verbieden van een rechtspersoon die zich bezighoudt met pedoseksualiteit en waarvan een bestuurder schuldig is aan kinderporno (ingezonden 23 november 2011).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 24 november 2011).

Vraag 1 en 2

Herinnert u zich de drie eerdere Kamervragen over het verbieden van de stichting Martijn?1

Kent u de inhoud van de uitzending van PowNews van 21 november 2011 waarin een bestuurslid van de stichting Martijn optreedt?

Antwoord 1 en 2

Ja.

Vraag 3 en 4

Kunnen de uitspraken die dit bestuurslid in de genoemde uitzending doet over handelingen, die aan te duiden zijn als seksueel misbruik van kinderen, strafbaar zijn? Zo ja, aan welke misdrijven denkt u en wordt daar inmiddels vervolging tegen ingesteld? Zo nee, deelt u dan de mening dat de gedane uitspraken zeer verwerpelijk zijn en eigenlijk strafbaar zouden moeten worden gemaakt?

Ziet u mogelijkheden om in het Nederlands strafrecht uitingen die seksueel misbruik van kinderen kunnen bevorderen strafbaar te maken? Zo ja, gaat u desnoods de wet op dit punt aanpassen en in hoeverre biedt het Verdrag van Lanzarote de ruimte daartoe? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3 en 4

Het desbetreffende bestuurslid van de vereniging Martijn heeft zich onder meer – aan de hand van hem voorgehouden casusposities – in algemene zin uitgelaten over de toelaatbaarheid van het door volwassenen met of in het bijzijn van kinderen verrichten van seksuele handelingen. Ik heb eerder al aangegeven dat ik het streven van deze vereniging en haar activiteiten ten zeerste afkeur. Dat geldt ook voor de genoemde uitspraken. Dergelijke algemene uitspraken, hoe verwerpelijk ook, vallen echter niet onder de werking van de strafwet.

Ik wijs er met nadruk op dat wanneer een persoon bij het doen van bepaalde uitspraken het opzet heeft op het daadwerkelijk bevorderen van het seksueel misbruiken van een kind, strafrechtelijk kan en zal worden opgetreden.

De Nederlandse strafwetgeving biedt ruime bescherming tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik van kinderen en kinderpornografie. Deze wetgeving biedt de bescherming die het Verdrag van Lanzarote beoogt. Nederland voldoet dan ook ten volle aan zijn verdragsverplichtigen.

Vraag 5

Deelt u de mening dat de stichting Martijn strafrechtelijk vervolgd zou moeten worden? Zo ja, wilt u dan het Openbaar Ministerie een aanwijzing daartoe geven? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4 en 5

Het Openbaar Ministerie heeft gemotiveerd aangegeven waarom de vereniging Martijn thans niet strafrechtelijk wordt vervolgd. Ik heb uw Kamer daarover schriftelijk geïnformeerd2. Het Openbaar Ministerie blijft de vereniging onverminderd nauwlettend in de gaten houden. Wanneer blijkt dat de vereniging de grenzen van de strafwet overtreedt zal het OM vervolging instellen.

Vraag 6

Kunt u met deze vragen per ommegaande beantwoorden dit met het oog op een spoedig debat in de Tweede Kamer over deze materie?

Antwoord 6

De vragen zijn zo spoedig mogelijk beantwoord.


X Noot
1

Kamervragen, 2010Z08867, 2010Z20078 en 2011Z06948.

X Noot
2

Brief d.d. 5 september 2011, Kamerstukken 32 500-VI, nr. 121.

Naar boven