3 (2015) Nr. 3

A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaamse Gewest betreffende de aanleg van de nieuwe sluis Terneuzen (met Bijlagen);

Terneuzen, 5 februari 2015

Voor een overzicht van de verdragsgegevens, zie verdragsnummer 012851 in de Verdragenbank.

B. TEKST

Door middel van een Addendum van 19 december 2023 (Stcrt. 2024, 2226) bij het Politiek Besluit van 30 juni 2017 is in overeenstemming met artikel 15, tweede lid, van het Verdrag Bijlage C bij het Verdrag herzien. De Nederlandse tekst van de herziene Bijlage C bij het Verdrag luidt als volgt:


Herziene bijlage C, bij het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaamse Gewest betreffende de aanleg van de Nieuwe Sluis Terneuzen

Herzien 2023, conform aanpassingen uit Politiek Besluit (2017) en aanpassingen uit Addendum op het Politiek Besluit (2023)

Bijlage C Betalingsregeling

  • 1. De financiële verantwoording van het project loopt via de rapportagelijnen van de VNSC.

  • 2. Betwistingen van projectuitgaven worden zo veel mogelijk binnen projectverband aangekaart. Het verdragskader blijft hierbij leidend.

  • 3. Mandaat verloopt zoals in Bijlage 11) beschreven.

  • 4. Verplichtingen en/of projectuitgaven die een begrotingsbelasting zijn kunnen alleen op basis van akkoord binnen het projectteam of daarbuiten binnen het kader van de goedgekeurde VNSC-begroting worden aangegaan, conform het mandaat zoals beschreven in Bijlage 12).

  • 5. De Vlaamse Manager Projectbeheersing alsook eventuele Vlaamse medewerkers van de Vlaamse Manager Projectbeheersing en de Vlaamse projectcontroller zijn geautoriseerd voor SAP en Projectendatabase. De informatie hierin is vertrouwelijk en uitsluitend voor gebruik binnen het project en de Vlaams/Nederlandse governance van het Project.

  • 6. Vlaanderen krijgt te allen tijde, op afroep, zicht op de stand van zaken op het begrotingsartikel van de Nieuwe Sluis Terneuzen en de projectadministratie.

  • 7. Het projectteam kan op ieder moment aantoonbaar maken dat het werk, de levering of de dienst die gefactureerd wordt en betaald is, geleverd is.

  • 8. Het uitvoerend secretariaat van de VNSC bezorgt om de 4 maanden, aansluitend bij de periodieke rapportages van het project, aan de bevoegde ambtenaren en de projectcontrollers een overzicht van alle projectuitgaven per opdracht met vermelding van de begunstigde alsook een overzicht van de aanwending van de beschikbare middelen zoals benoemd in paragraaf 33).

    • i. Indien een bevoegde ambtenaar bezwaar maakt tegen één of meer van de in het overzicht voorkomende bedragen, stelt zij de andere bevoegde ambtenaar, het projectteam en het uitvoerend secretariaat van de VNSC hiervan binnen acht weken na ontvangst van het overzicht in kennis.

    • ii. Over het (de) betwiste bedrag(en) van het overzicht nemen de bevoegde ambtenaren binnen twee maanden na in kennis stelling een besluit. Indien de bevoegde ambtenaren geen akkoord bereiken binnen de gestelde termijn wordt geëscaleerd naar het eerstvolgende Ambtelijk College van de VNSC.

    • iii. Geweigerde uitgaven waarover overeenstemming tussen de beide partijen is bereikt, worden verwerkt in het eerstvolgende overzicht.

  • 9. De Nederlandse en Vlaamse ambtenaar kunnen in onderling overleg een regeling opstellen over de administratieve afhandeling van hetgeen in deze bijlage is bepaald.

  • 10. Binnen twee maanden na de vaststelling van de definitieve kostenverhouding, vermeld in artikel 5, vijfde lid, onder b, van het Verdrag, wordt een eindafrekening vastgesteld in k€. Binnen twaalf maanden hierna vindt een verrekening plaats. Verschillende elementen van kostenverdeling en inkomstenverdeling kunnen van deze eindafrekening deel uitmaken.

  • 11. Geldstromen gepaard gaande met het project lopen via de administratie van de VNSC.

Tabel: Nederlands kasritme voor de Nieuwe Sluis Terneuzen

Bedragen zijn inclusief Belasting Toegevoegde Waarde en op basis prijspeil 2014. De bedragen worden derhalve te zijner tijd gecorrigeerd voor de IBOI. Bedragen zijn exclusief een eventuele bijdrage van EU.

Jaar

Nederlandse bijdrage

Tot en met 2016

17,033 miljoen euro

2017

19,770 miljoen euro

2018

31,779 miljoen euro

2019

23,161 miljoen euro

2020

19,168 miljoen euro

2021

77,099 miljoen euro

NB: De regionale bijdrage van 10 miljoen euro van Zeeland Seaports, Provincie Zeeland en gemeente Terneuzen maakt onderdeel uit van deze kasstroom


G. INWERKINGTREDING

De herziene Bijlage C bij het Verdrag is ingevolge artikel 15, tweede lid, van het Verdrag juncto punt 4 van het Addendum van 19 december 2023 op het Politiek Besluit van 30 juni 2017 op 19 december 2023 in werking getreden.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt de herziene Bijlage C bij het Verdrag, evenals het Verdrag, voor Nederland (het Europese deel).


In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat de herziene Bijlage C bij het Verdrag zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese deel) op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de drieëntwintigste februari 2024.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. BRUINS SLOT


X Noot
1)

Bijlage 1 als opgenomen bij het Politiek Besluit (2017) en gepubliceerd in Stcrt. 2017, 40156.

X Noot
2)

Bijlage 1 als opgenomen bij het Politiek Besluit (2017) en gepubliceerd in Stcrt. 2017, 40156.

X Noot
3)

Paragraaf 3 van het Politiek Besluit (2017) en gepubliceerd in Stcrt. 2017, 40156.

Naar boven