13 (1957) Nr. 21

A. TITEL

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

(met Bijlagen)

Rome, 25 maart 1957

B. TEKST

De Franse tekst van het Verdrag en de Bijlagen is geplaatst in Trb. 1957, 74; de Nederlandse tekst is geplaatst in Trb. 1957, 91.

Het Verdrag, met Bijlagen, is verschillende malen gewijzigd. Zie voor de wijzigingsverdragen rubriek J van de aan het Verdrag gewijde Tractatenbladen en rubriek B van Trb. 2007, 116.

Het Verdrag is gewijzigd bij het Verdrag van 13 december 2007. Zie voor de tekst van het Verdrag, zoals gewijzigd, Trb. 2008, 51. Zie voor correcties van het Verdrag van 13 december 2007 Trb. 2010, 43 en Trb. 2010, 174.

Zie voor de tekst van het Protocol tot wijziging van 23 juni 2010 Trb. 2010, 245.

Zie voor de tekst van het Besluit tot wijziging van het Verdrag van 29 oktober 2010 Trb. 2011, 47.


Op 25 maart 2011 is te Brussel een Besluit tot stand gekomen tot wijziging van het onderhavige Verdrag. De Nederlandse1) tekst van het Besluit luidt als volgt:


Besluit van de Europese Raad van 25 maart 2011 tot wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot een stabiliteitsmechanisme voor de lidstaten die de euro als munt hebben

(2011/199/EU)

De Europese Raad,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 48, lid 6,

Gezien het voorstel tot herziening van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dat op 16 december 2010 door de Belgische regering aan de Europese Raad is voorgelegd,

Gezien het advies van het Europees Parlement1),

Gezien het advies van de Commissie2),

Na het advies van de Europese Centrale Bank te hebben ingewonnen3),

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) Krachtens artikel 48, lid 6, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) kan de Europese Raad met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van het Europees Parlement en van de Commissie alsmede, in sommige gevallen, van de Europese Centrale Bank, een besluit vaststellen tot gehele of gedeeltelijke wijziging van de bepalingen van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Een dergelijk besluit mag geen uitbreiding van de door de Verdragen aan de Unie toegedeelde bevoegdheden inhouden en treedt pas in werking na door de lidstaten overeenkomstig hun onderscheiden grondwettelijke bepalingen te zijn goedgekeurd.

  • (2) Tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad van 28 en 29 oktober 2010 zijn de staatshoofden en regeringsleiders overeengekomen dat de lidstaten een permanent crisismechanisme moeten instellen om de financiële stabiliteit van de eurozone in haar geheel te vrijwaren en hebben zij de voorzitter van de Europese Raad verzocht met de leden van de Europese Raad te overleggen over een beperkte Verdragswijziging die daarvoor nodig is.

  • (3) De Belgische regering heeft op 16 december 2010 overeenkomstig artikel 48, lid 6, eerste alinea, VEU een voorstel ingediend tot toevoeging aan artikel 136, VWEU van een nieuw lid krachtens welk de lidstaten die de euro als munt hebben, een stabiliteitsmechanisme kunnen instellen dat, indien zulks onontbeerlijk is, moet worden geactiveerd teneinde de stabiliteit van de eurozone in haar geheel te waarborgen en luidens welk de verlening van financiële steun, indien vereist, uit hoofde van het mechanisme aan stringente voorwaarden gebonden zal zijn. Tegelijkertijd heeft de Europese Raad conclusies aangenomen over het toekomstige stabiliteitsmechanisme (paragrafen 1 t/m 4).

  • (4) Het stabiliteitsmechanisme zal het noodzakelijke instrument leveren waarmee risico’s voor de financiële stabiliteit van de eurozone in haar geheel zoals die zich in 2010 hebben voorgedaan kunnen worden aangepakt, en zodoende mede de economische en financiële stabiliteit van de Unie zelf veilig stellen. In zijn bijeenkomst van 16 en 17 december 2010 is de Europese Raad overeengekomen dat, aangezien dit mechanisme bedoeld is om de financiële stabiliteit van de eurozone in haar geheel te waarborgen, artikel 122, lid 2, VWEU niet meer nodig is voor dergelijke doeleinden. De staatshoofden en regeringsleiders zijn daarom overeengekomen dat het niet dient te worden gebruikt voor dergelijke doeleinden.

  • (5) De Europese Raad heeft op 16 december 2010 besloten om overeenkomstig artikel 48, lid 6, tweede alinea, van het VEU, het Europees Parlement en de Commissie over het voorstel te raadplegen. De Europese Raad heeft besloten ook de Europese Centrale Bank te raadplegen. Het Europees Parlement ( 1 ), de Commissie ( 2 ) en de Europese Centrale Bank ( 3 ), hebben respectievelijk een advies over het voorstel uitgebracht.NL 6.4.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 91/1

  • (6) De wijziging betreft een bepaling van het derde deel van het VWEU en houdt geen uitbreiding van de door de Verdragen aan de Unie toegedeelde bevoegdheden in,

Heeft het volgende besluit vastgesteld:

Artikel 1

Aan artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie wordt het volgende lid toegevoegd:

  • „3. De lidstaten die de euro als munt hebben kunnen een stabiliteitsmechanisme instellen dat geactiveerd wordt indien dat onontbeerlijk is om de stabiliteit van de eurozone in haar geheel te waarborgen. De verlening van financiële steun, indien vereist, uit hoofde van het mechanisme zal aan stringente voorwaarden gebonden zijn.”.

Artikel 2

De lidstaten stellen de secretaris-generaal van de Raad onverwijld in kennis van de voltooiing van de volgens hun onderscheiden grondwettelijke bepalingen voor de aanneming van dit besluit vereiste procedures.

Dit besluit treedt op 1 januari 2013 in werking op voorwaarde dat alle in de eerste alinea bedoelde kennisgevingen zijn ontvangen of, mocht die voorwaarde niet vervuld zijn, op de eerste dag van de maand volgende op de datum van ontvangst van de laatste van de in de eerste alinea bedoelde kennisgevingen.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.


D. PARLEMENT

Zie Trb. 1957, 249 en Trb. 1962, 104.

Het Besluit van 25 maart 2011 behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan het Besluit kan worden gebonden.

E. PARTIJGEGEVENS

Zie rubriek E van Trb. 1957, 74, rubriek F van Trb. 1976, 78 en rubriek E van Trb. 2007, 116.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1957, 249 en Trb. 1962, 104, Trb. 1976, 78, Trb. 1995, 76, Trb. 2007, 116, Trb. 2010, 40 en Trb. 2011, 47.


Het Besluit van 25 maart 2011 zal ingevolge artikel 2 op 1 januari 2013 in werking treden, op voorwaarde dat alle in de eerste alinea van artikel 2 bedoelde kennisgevingen zijn ontvangen dan wel op de eerste dag van de maand volgende op de datum van ontvangst van de laatste van de in de eerste alinea van artikel 2 bedoelde kennisgevingen.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 1957, 74, 91 en 249, Trb. 1962, 104, Trb. 1976, 78, Trb. 1981, 129, Trb. 1982, 13, Trb. 1983, 55, Trb. 1985, 26, Trb. 1986, 28, Trb. 1987, 116, Trb. 1995, 76, Trb. 1998, 13, Trb. 2003, 150, Trb. 2004, 120, Trb. 2007, 116, Trb. 2010, 40 en Trb. 2011, 47.

Titel

:

Handvest van de Verenigde Naties;

San Francisco, 26 juni 1945

Laatste Trb.

:

Trb. 2011, 57

     

Titel

:

Akte betreffende de verkiezing van de vertegenwoordigers in het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen;

Brussel, 20 september 1976

Laatste Trb.

:

Trb. 2011, 77

     

Titel

:

Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van Staten in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar Lidstaten, anderzijds;

Cotonou, 23 juni 2000

Laatste Trb.

:

Trb. 2011, 78

Uitgegeven de negentiende augustus 2011.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

U. ROSENTHAL


X Noot
1)

De Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tjechische en de Zweedse tekst zijn niet opgenomen.

De tekst van het Besluit is tevens gepubliceerd in Pb. EU L 91 van 6 april 2011, blz. 1-2.

X Noot
1)

Advies van 23 maart 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

X Noot
2)

Advies van 15 februari 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

X Noot
3)

Advies van 17 maart 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

Naar boven