Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2025, 29035 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2025, 29035 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op de artikelen 3a, tweede lid, en 15, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000;
Besluit:
De Regeling Les- en cursusgeldwet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 11 wordt ‘cursusjaar 2025–2026’ vervangen door ‘cursusjaar 2026–2027’ en wordt ‘€ 1.458’ vervangen door ‘€ 1.511’.
B
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt ‘cursusjaar 2025–2026’ vervangen door ‘cursusjaar 2026–2027’.
2. In onderdeel a wordt ‘€ 303’ vervangen door ‘€ 314,–’.
3. In onderdeel b wordt ‘€ 735’ vervangen door ‘€ 762,–’.
4. In onderdeel c wordt ‘€ 0,97’ vervangen door ‘€ 1,00’.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins
In deze regeling worden de lesgeld- en cursusgeldtarieven voor het cursusjaar 2026–2027 vastgesteld. Dit gebeurt conform artikel 3a, tweede lid, en artikel 15, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000 (ULCW) aan de hand van de consumentenprijsindex.
Met de recente wijziging van de Les- en cursusgeldwet (LCW)1, en de daarmee samenhangende wijziging van het ULCW2 is geregeld dat de lesgeld- en cursusgeldtarieven jaarlijks aan de hand van de consumentenprijsindex worden geïndexeerd en in een ministeriële regeling worden vastgesteld (artikel 3a, tweede lid, en artikel 15, tweede lid, ULCW).3 De lesgeld- en cursusgeldtarieven worden geïndexeerd op basis van de gemiddelde procentuele wijziging van de consumentenprijsindex van het meest recente jaargemiddelde. Deze tarieven worden opgenomen in de Regeling Les- en cursusgeldwet.4
Het lesgeld is verschuldigd aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het cursusgeld is verschuldigd aan de instelling. Deze regeling heeft geen gevolgen voor de rijksbegroting, nu de aanpassing van de tarieven al is verwerkt op de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
De wijzigingen hebben geen gevolgen voor de regeldruk.
In artikel 11 wordt het lesgeld voor het cursusjaar 2026–2027 vastgesteld. In artikel 12 worden de cursusgeldtarieven voor het cursusjaar 2026–2027 vastgesteld.
Zowel het lesgeldbedrag als de cursusgeldtarieven worden geïndexeerd op basis van de gemiddelde procentuele wijziging van de consumentenprijsindex van het meest recente jaargemiddelde.5 Dat jaargemiddelde bedraagt voor de periode mei 2024 tot en met april 2025 afgerond 3,61%.
Het lesgeld voor het cursusjaar 2026–2027 bedraagt daarom € 1.511 aan de hand van de volgende berekening: € 1.458 + 3,61% van € 1.458 = € 1.510,60. Dit is afgerond op het naastbij gelegen gehele getal € 1.511.
De cursusgeldtarieven zijn als volgt berekend:
Onderdeel a. € 303 + 3,61% van € 303 is € 313,93; afgerond op het naastbij gelegen gehele getal is dit € 314,–;
Onderdeel b. € 735 + 3,61% van € 735 is € 761,52; afgerond op het naastbij gelegen gehele getal is dit € 762,–;
Onderdeel c. € 0,97 + 3,61% van € 0,97 is € 1,004998; afgerond op twee cijfers achter de komma is dit € 1,00.
De tarieven, met uitzondering van het tarief onder onderdeel c, zijn afgerond op het naastbij gelegen gehele getal. Het tarief onder onderdeel c is afgerond op twee cijfers achter de komma.
Deze wijziging heeft betrekking op de vaststelling van het lesgeld en het cursusgeld voor het cursusjaar 2026–2027. Deze regeling treedt daarom op 1 augustus 2026 in werking.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins
De hoogte van het lesgeld is geregeld in artikel 3a, eerste lid, ULCW en de hoogte van het cursusgeld is geregeld in artikel 15, eerste lid, ULCW.
Voorheen gebeurde dat in een jaarlijks vast te stellen Regeling tarieven lesgeld en cursusgeld. Gelet op de wijziging van de LCW en het ULCW in 2023 op dit terrein is er sinds de vaststelling van de tarieven voor het cursusjaar 2025–2026 voor gekozen de tarieven jaarlijks op te nemen in de bestaande Regeling Les- en cursusgeldwet.
Voor het indexeren van het lesgeldbedrag en de cursusgeldtarieven wordt gerekend met het afgeronde bedrag van het lesgeld of cursusgeldtarief van het voorgaande cursusjaar, dat vervolgens geïndexeerd wordt aan de hand van het onafgeronde percentage van de prijsontwikkeling.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2025-29035.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.