BIJLAGE BIJ DE REGELING CONTROLEPROTOCOL WNT 2025
Controleprotocol WNT 2025
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1
|
Uitgangspunten
|
|
1.1
|
Doelstelling en inkadering protocol
|
|
1.2
|
Relevante wet- en regelgeving
|
|
1.3
|
Procedures en termijnen
|
2
|
Onderzoeksaanpak
|
|
2.1
|
Algemeen kader
|
|
2.2
|
Reikwijdte en diepgang onderzoek: basiswerkzaamheden
|
|
2.3
|
Reikwijdte en diepgang onderzoek: aanvullende werkzaamheden
|
|
2.4
|
Betrouwbaarheid en materialiteit
|
|
2.5
|
Oordeelsvorming
|
|
2.6
|
Meldingsplicht accountant
|
|
2.7
|
Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA)
|
3
|
Accountantsproducten
|
|
3.1
|
Controleverklaring
|
|
3.2
|
Rapport van bevindingen WNT
|
4
|
Samenvattend overzicht specifieke werkzaamheden per type functionaris per onderscheiden
situatie
|
1. Uitgangspunten
1.1 Doelstelling en inkadering protocol
De Wet normering topinkomens (hierna: WNT) en de daarop gebaseerde regelgeving normeert
de bezoldigingen en de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband van topfunctionarissen
in de (semi)publieke sector. De wet verplicht tevens tot openbaarmaking van de bezoldigingen
en de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband van alle topfunctionarissen
en daarnaast van de bezoldiging van niet-topfunctionarissen met een dienstbetrekking,
indien de bezoldiging het algemeen bezoldigingsmaximum (naar rato van de omvang van
het dienstverband) te boven gaat. De WNT schrijft voor welke gegevens WNT-instellingen
moeten opnemen in het financieel verslaggevingsdocument. Wat onder financieel verslaggevingsdocument
dient te worden verstaan, is gedefinieerd in artikel 1.1, onder j, WNT: jaarverslag
als bedoeld in artikel 2.31 van de Comptabiliteitswet 2016, jaarrekening als bedoeld
in artikel 201 van de Provinciewet, jaarrekening als bedoeld in artikel 197 van de
Gemeentewet of jaarrekening in de zin van Boek 2, titel 9, van het Burgerlijk Wetboek
dan wel, indien deze artikelen niet van toepassing zijn, een ander bij of krachtens
de wet voorgeschreven document dat jaarlijks wordt opgesteld tot verschaffing van
inzicht in de financiële positie van een rechtspersoon of een organisatie van een
rechtspersoon. In dit protocol wordt hierna in plaats van financieel verslaggevingsdocument
ook wel de term jaarrekening gebruikt, vanwege de leesbaarheid en omdat dit de voor
de accountant de (meest) gebruikelijke term is, maar daarmee wordt dus niet iets anders
bedoeld dan financieel verslaggevingsdocument in de zin van artikel 1.1, onder j,
WNT. Het is de verantwoordelijkheid van de opsteller van het financieel verslaggevingsdocument
om de juiste en volledige gegevens op te nemen. Het is vervolgens de verantwoordelijkheid
van de accountant om te toetsen dat die gegevens voldoen aan de WNT (artikel 1.7 WNT)
met uitzondering van de gegevens die in de WNT-verantwoording moeten worden opgenomen
op grond van de anticumulatiebepaling (artikel 1.6a WNT en artikel 5, eerste lid,
onderdelen n en o, Uitvoeringsregeling WNT). Deze gegevens worden niet betrokken in
de controle door de accountant en blijven in dit protocol buiten beschouwing. Dit
protocol beschrijft limitatief de werkzaamheden en daarmee de reikwijdte en de diepgang
van de accountantscontrole op de WNT-verantwoording. Dit protocol is niet van toepassing
op instellingen die op grond van artikel 5b Uitvoeringsregeling WNT zijn vrijgesteld
van openbaarmakingsverplichtingen. In dit protocol wordt onderscheid gemaakt tussen:
-
1. De WNT-verantwoording als onderdeel van een financieel verslaggevingsdocument.1 De accountant van de WNT-instelling controleert het financieel verslaggevingsdocument
op de naleving van de WNT-regelgeving en betrekt de uitkomsten hiervan in zijn oordeel
in de controleverklaring bij het financieel verslaggevingsdocument als geheel.
-
2. De afzonderlijke verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens. Indien de WNT-instelling
niet op grond van een ander wettelijk voorschrift verplicht is een financieel verslaggevingsdocument
op te stellen dat aan het oordeel van een accountant moet worden onderworpen, beperkt
de controle uit hoofde van de WNT zich tot een controle van de in een aparte verantwoording
op te nemen WNT-gegevens (artikel 1.7 WNT). Deze instellingen kunnen volstaan met
een controleverklaring bij de verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens. De aanwijzingen
van dit protocol zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing op de controle van
de afzonderlijke verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens.
Daarnaast is in de WNT in onderscheiden situaties aan de accountant een meldingsplicht
opgedragen als uitvloeisel van de controle (artikel 5.2 WNT).
1.2 Relevante wet- en regelgeving
Voor de controle van de WNT-verantwoording 2025 is de onderstaande wet- en regelgeving
relevant.
Hierna wordt in dit protocol verwezen als ‘de WNT-regelgeving’.
Algemene regelgeving:
Sectorale regelingen:
-
• Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp
-
• Regeling normering topinkomens toegelaten instellingen volkshuisvesting
-
• Regeling normering topinkomens OCW-sectoren
-
• Regeling bezoldiging topfunctionarissen Ontwikkelingshulp-sector
-
• Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars
Voor interpretatie van de wet- en regelgeving zijn verder van belang de vragen en
antwoorden alsmede het verantwoordingsmodel WNT op de website www.topinkomens.nl van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hierna: BZK).
1.3 Procedures en termijnen
De volgende procedures en termijnen zijn relevant.
WNT-instellingen dienen uiterlijk 1 juli 2026 hun WNT-verantwoording over het kalenderjaar
2025 via internet op een algemeen toegankelijke wijze openbaar te maken. Indien op
grond van andere op de verantwoordelijke van toepassing zijnde regelgeving of een
besluit een later tijdstip waarop het financieel verslaggevingsdocument openbaar moet
worden gemaakt geldt, is die latere datum de uiterlijke datum van openbaarmaking.
Op grond van artikel 4.1, vijfde lid, WNT kan een minister wie het aangaat bij ministeriële
regeling nadere aanwijzingen geven over het langs elektronische weg verstrekken van
WNT-gegevens. Deze gegevensverstrekking valt niet onder dit protocol. De accountant
heeft geen rol bij deze gegevensverstrekking.
2 Onderzoeksaanpak
2.1 Algemeen kader
De werkzaamheden en aandachtspunten uitgewerkt in dit Controleprotocol zijn leidend
voor de controle van de WNT-verantwoording door de accountant. De in paragraaf 1.2
genoemde wet- en regelgeving vormt het normenkader voor de accountant, echter alleen
indien en voor zover de hierin opgenomen bepalingen de grondslag vormen voor de in
dit protocol opgesomde werkzaamheden en aandachtspunten.
Bij de controle van de WNT-verantwoording staan de volgende aandachtspunten centraal:
-
• de toepasselijkheid van de WNT op de instelling waarover in het financieel verslaggevingsdocument
verantwoording wordt afgelegd (artikelen 1.2 tot en met 1.5 WNT);
-
• de juiste toepassing van mogelijke specifieke sectorale regelgeving zoals genoemd
in tabel C van paragraaf 2.2.3;
-
• de openbaarmaking van de WNT-gegevens op grond van artikel 4.1 WNT en de hierop gebaseerde
artikelen 5 en 5a Uitvoeringsregeling WNT met uitzondering van de gegevens die in
de WNT-verantwoording moeten worden opgenomen op grond van de anticumulatiebepaling
(artikel 1.6a WNT en artikel 5, eerste lid, onderdelen n en o, Uitvoeringsregeling
WNT);
-
• de juiste toepassing van overgangsrecht op grond van artikelen 7.3 en 7.3a WNT2 of artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit WNT indien van toepassing;
-
• de naleving van de bepalingen voor het instellen van terugvorderingen van betalingen
aan topfunctionarissen, die op grond van de WNT als onverschuldigd zijn aan te merken
op grond van de artikelen 1.6 en 5.2 WNT;
-
• de overige in dit protocol genoemde aandachtspunten.
De accountant voert hiertoe de in paragraaf 2.2 genoemde basiswerkzaamheden uit. Indien
de accountant bij zijn werkzaamheden in het kader van de controle van de jaarrekening
of op grond van genoemde basiswerkzaamheden een verhoogd risico signaleert op onverschuldigde
betalingen die door de instelling niet zijn onderkend of op materiële fouten in de
verantwoording, dan voert de accountant de in paragraaf 2.3 genoemde aanvullende werkzaamheden
uit.
2.2 Reikwijdte en diepgang onderzoek: basiswerkzaamheden
De accountant voert de basiswerkzaamheden in deze paragraaf uit indien en voor zover
de betreffende situatie zich heeft voorgedaan. De basiswerkzaamheden bestaan uit drie
fasen: een risicoanalyse (subparagraaf 2.2.1), kennisname van de interne beheersing
rondom uitvoering WNT (subparagraaf 2.2.2) en specifieke werkzaamheden per aandachtsgebied
(subparagraaf 2.2.3).
2.2.1 Fase 1: Risicoanalyse
De accountant voert een initiële risicoanalyse uit en betrekt daarbij de in onderstaande
tabel A3 genoemde aandachtspunten. Indicatoren voor een verhoogd risico zijn voor de accountant
aanleiding tot het uitvoeren van de aanvullende werkzaamheden zoals genoemd in paragraaf 2.3.
Tabel A: indicatoren voor verhoogd risico.
Risico
|
Indicatoren verhoogd risico
|
1
|
Het risico dat een topfunctionaris niet in de WNT-verantwoording wordt opgenomen.
|
• Onverwachte verschillen tussen verantwoorde topfunctionarissen ten opzichte van
vorig jaar.
• (Tijdelijke) vacatures topfuncties.
• Wijzigingen ‘in de top van de organisatiestructuur’.
|
2
|
Het risico dat een overige functionaris in dienstbetrekking niet in de WNT-verantwoording
wordt opgenomen.
|
• Onverwachte verschillen tussen verantwoorde functionarissen ten opzichte van vorig
jaar.
• Ervaringen voorgaand jaar.
|
3
|
Het risico dat een topfunctionaris een onverschuldigde betaling inzake bezoldigingen
heeft ontvangen.
|
• Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke bezoldiging
uit hoofde van de functie van topfunctionaris is kleiner dan de minimale materialiteit;
• Het toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke totale bezoldiging1 is kleiner dan minimale materialiteit.
|
4
|
Het risico dat een topfunctionaris een onverschuldigde betaling inzake vergoeding
einde dienstverband heeft ontvangen.
|
• Het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging
van het dienstverband minus de werkelijke (totale) ontslaguitkeringen is kleiner dan
minimale materialiteit.
|
X Noot
1In dit protocol wordt onder ‘werkelijke totale bezoldiging’ verstaan het totaal van
de werkelijk genoten bezoldiging
uit hoofde van de functie van topfunctionaris inclusief eventuele bezoldigingen voor
nevenwerkzaamheden bij de WNT-instelling en bezoldigingen voor werkzaamheden bij gelieerde
rechtspersonen (zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel k, Uitvoeringsregeling
WNT).
2.2.2 Fase 2: Kennisname van interne werkzaamheden rondom uitvoering WNT
De instelling is verantwoordelijk voor de naleving van de WNT. Om aan deze verantwoordelijkheid
invulling te geven wordt verwacht dat de instelling ten minste beschikt over de in
onderstaande tabel B4 genoemde maatregelen van administratieve organisatie / interne beheersing (AO/IB).
De accountant neemt kennis van de opzet van deze maatregelen en betrekt eventuele
tekortkomingen hierin bij de verdere uitvoering van zijn werkzaamheden. Vastgestelde
tekortkomingen in de interne beheersing kunnen voor de accountant aanleiding zijn
tot het uitvoeren van de aanvullende werkzaamheden genoemd in paragraaf 2.3.
Tabel B: verwachte maatregelen van interne beheersing WNT.
Verwachte maatregel van interne beheersing WNT
|
Risico bij afwezigheid maatregel
|
1
|
Bij het opstellen of aanpassen van arbeidsovereenkomsten of contracten met topfunctionarissen
wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of de daarin gemaakte afspraken
passen binnen de van toepassing zijnde maxima.
|
Overeenkomsten met topfunctionarissen voldoen niet aan de WNT.
|
2
|
Bij het opstellen of aanpassen van afspraken over ontslagvergoedingen of afvloeiingsregelingen
met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of deze
afspraken of regelingen passen binnen het individueel toepasselijke maximum met betrekking
tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband.
|
Afspraken voldoen niet aan de WNT.
|
3
|
Een andere functionaris dan de topfunctionaris van of namens de instelling (niet zijnde
de controlerend accountant) controleert ten minste één keer per jaar of de werkelijke
bezoldiging uit hoofde van de functie van topfunctionaris en de werkelijke totale
bezoldiging / ontslagvergoeding per topfunctionaris in overeenstemming is met a) de
overeengekomen afspraken en b) de van toepassing zijnde maxima en legt de wijze waarop
hij dit heeft gedaan alsmede de uitkomsten van deze controle vast.
|
De werkelijke bezoldiging uit hoofde van de functie van topfunctionaris en/of werkelijke
totale bezoldiging en/of ontslagvergoeding wijkt af van de gemaakte afspraken en voldoen
mogelijk niet aan de WNT.
|
4
|
De instelling beschikt per topfunctionaris over een overzicht met alle betalingen
aan en ontvangsten van die topfunctionaris gedurende het kalenderjaar (zowel in salarisadministratie
als daarbuiten).
|
Materiële bedragen blijven buiten het beeld van de WNT-toetsing met een verhoogd risico
op onverschuldigde betalingen.
|
2.2.3 Fase 3: Specifieke werkzaamheden per aandachtsgebied
De accountant voert ongeacht de uitkomsten van fase 1 (subparagraaf 2.2.1) en fase
2 (subparagraaf 2.2.2) in ieder geval de in deze paragraaf genoemde werkzaamheden
uit, uitgezonderd de werkzaamheden die betrekking hebben op een situatie die zich
bij de instelling in het betreffende jaar niet heeft voorgedaan5. Onderstaande opsomming van werkzaamheden is limitatief in die zin dat de accountant
met deze werkzaamheden kan volstaan voor de controle van de WNT-verantwoording indien
hij op grond van fase 1 en 2 geen aanvullende werkzaamheden dient uit te voeren (zie
paragraaf 2.3). Deze paragraaf is ingedeeld naar aandachtsgebied. Indien dit relevant
is voor de uit te voeren werkzaamheden is aangegeven voor welk type functionaris(sen)
de genoemde werkzaamheden gelden. In de bijlage is een samenvatting opgenomen waarin
per type functionaris per aandachtsgebied is aangegeven waar in deze paragraaf de
specifieke werkzaamheden zijn te vinden.
A Juistheid toepasselijke WNT-regelgeving
-
1. De instelling stelt vast op grond van welke bepaling(en) de WNT op de instelling van
toepassing is. De accountant controleert de juistheid van deze vaststelling.
-
2. De instelling stelt vast of, en zo ja welke, nadere sectorale regelgeving op de instelling
van toepassing is. De accountant controleert de juistheid van deze vaststelling.
-
3. De accountant stelt vast of de instelling het toepasselijke bezoldigingsmaximum in
overeenstemming met de toepasselijke WNT-regelgeving heeft bepaald. Indien op de instelling
sectorale regelgeving van toepassing is met een klassenindeling, controleert de accountant
tevens of de klassenindeling voor 2025 door de instelling is gebaseerd op gegevens
van de juiste peildatum of referentieperiode (zie tabel C), de juistheid van de door
de instelling vastgestelde klasse en aanvullende verantwoordingseisen (zie tabel C).
Indien voor een instelling of functionaris op grond van een afzonderlijk daartoe strekkend
besluit van de minister een hoger bezoldigingsmaximum wordt toegestaan dan zonder
dit besluit van toepassing zou zijn, gaat de accountant bij zijn controle uit van
dit hogere maximum.
Tabel C: sectorale regelgeving.1
Sector
|
Aspect
|
Peildatum
|
(Aanvullende) in WNT-verantwoording te vermelden gegevens
|
OCW – Cultuurfondsen
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is
|
OCW – Onderwijs
|
Totale baten
|
2023
|
Klasse, complexiteitspunten per criterium en het bijbehorende
bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is
|
Aantal bekostigde leerlingen, vavo-studenten, mbo-studenten of ho-studenten
|
Primair onderwijs: 1 februari 2023; Overige onderwijssectoren: 1 oktober 2023
|
Gewogen aantal onderwijssoorten of -sectoren
|
Primair onderwijs: 1 februari 2023; Overige onderwijssectoren: 1 oktober 2023
|
OCW – Media-instellingen
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is
|
Ontwikkelingshulp
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is
|
Woningcorporaties
|
Aantal verhuureenheden in eigendom of beheer
|
31 december 2023, op basis van telregels volgens bijlage 3 bij de Regeling toegelaten
instellingen volkshuisvesting
|
Klasse en het bijbehorende bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing
is
|
Aantal inwoners per gemeente
|
CBS gegevens bevolkingscijfers per 1 januari 2024
|
Zorg
|
Kennisintensiteit
|
Als beoordeling plaats vindt in 2025 resp. 2024:
situatie 2024 resp. 2023
|
Totaalscore en daarbij behorende klasse; het bijbehorende bezoldigingsmaximum dat
op de instelling van toepassing is.
|
Aantal taken
|
Als beoordeling plaats vindt in 2025 resp. 2024:
situatie 2022, 2023 of 2024 resp. 2021, 2022 of 2023.
|
Aantal relevante financieringsstromen
|
Als beoordeling plaats vindt in 2025 resp. 2024:
situatie 2024 resp. 2023
|
Omzet
|
Als beoordeling plaats vindt in 2025 resp. 2024:
situatie 2024 resp. 2023
|
Zorgverzekeraars
|
Aantal verzekerden
|
1 januari 2024
|
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is.
|
X Noot
1In sommige sectorale regelingen, gebaseerd op artikel 2.6 of 2.7 of 3.4 WNT, zijn
aanvullende bepalingen opgenomen voor bijzondere situaties zoals oprichting, fusie
of splitsing van een entiteit. Indien sprake is van een dergelijke bijzondere situatie
controleert de accountant of de instelling de klassenindeling heeft vastgesteld in
overeenstemming met de voor die bijzondere situatie in de sectorale regelgeving opgenomen
bepalingen.
B Volledigheid en juistheid verantwoorde functionarissen
-
4. De accountant controleert de juistheid van naam en functie(s) van alle topfunctionarissen,
waaronder begrepen de topfunctionarissen die geen topfunctie meer uitoefenen maar
die op grond van artikel 1.1, onderdeel b, onder 6, WNT nog vier jaar als topfunctionaris
worden aangemerkt (hierna in dit protocol aangeduid als ‘topfunctionaris zonder topfunctie’),
en de volledigheid van verantwoorde topfunctionarissen die een topfunctie uitoefenen
aan de hand van formele bronnen, zoals statuten, Handelsregister, organogram en notulen.
Alleen indien de accountant uit hoofde van andere werkzaamheden beschikt over aanwijzingen
dat de werkelijke situatie afwijkt van deze formele bronnen voert de accountant een
aanvullende beoordeling uit op basis van die aanwijzingen om te bepalen of aanvullende
werkzaamheden nodig zijn.
-
5. De accountant verricht de volgende werkzaamheden met betrekking tot de volledigheid
van verantwoorde topfunctionarissen zonder topfunctie:
-
a) het identificeren van alle personen die in het kalenderjaar een topfunctie hebben
beëindigd, en:
-
i. die topfunctie zijn gaan vervullen op of na 1 januari 2018 en deze topfunctie voor
twaalf kalendermaanden of meer hebben vervuld na aanvang van die topfunctie, of
-
ii. van wie die topfunctie op of na 1 januari 2018 is verlengd en die deze topfunctie
voor twaalf kalendermaanden of meer hebben vervuld gerekend vanaf de datum van verlenging;
-
b) de WNT-instelling vragen van alle onder a) geïdentificeerde personen aan te geven
of deze wél of niet na de beëindiging van hun topfunctie nog werkzaamheden hebben
verricht voor de instelling;
-
c) nagaan welke van de onder a) geïdentificeerde personen in de salarisadministratie
voorkomen met een andere functie dan de beëindigde topfunctie welke bovendien is aangevangen
binnen 12 maanden na beëindiging van de topfunctie, en vaststellen dat deze ook als
topfunctionaris door de instelling zijn genoemd en zijn opgenomen in de WNT-verantwoording;
-
d) van de onder a) geïdentificeerde personen die niet als topfunctionaris zonder topfunctie
in de WNT-verantwoording zijn opgenomen nagaan of in vastgelegde afspraken tussen
de WNT-instelling en de betreffende persoon bij het einde van de topfunctie (zoals
een vaststellingsovereenkomst) afspraken zijn gemaakt over na beëindiging van de topfunctie
nog voor de instelling te verrichten werkzaamheden of diensten.
Indien de accountant vanuit andere werkzaamheden met betrekking tot de controle van
de jaarrekening aanwijzingen heeft dat een functionaris zoals geïdentificeerd onder
a) nog werkzaamheden voor de WNT-instelling (heeft) verricht maar die niet als topfunctionaris
zonder topfunctie in de WNT-verantwoording is opgenomen, dan volgt de accountant deze
aanwijzingen op. Van de accountant wordt niet verwacht actief op zoek te gaan naar
dergelijke aanwijzingen.
-
6. De accountant controleert de volledigheid van verantwoorde overige functionarissen
met een (fictieve) dienstbetrekking met een bezoldiging6 hoger dan het algemeen bezoldigingsmaximum (naar rato van de omvang van het dienstverband)
in de WNT-verantwoording door middel van een analyse van de in het kader van de jaarrekeningcontrole
gecontroleerde salarisadministratie over het verantwoorde kalenderjaar. De accountant
kan op grond van diens professionele beoordeling bepaalde functionarissen buiten beschouwing
laten, zoals werknemers met nul-urencontracten, oproepkrachten e.d. De accountant
controleert de verantwoorde functies van de verantwoorde overige functionarissen aan
de hand van de gegevens uit de salarisadministratie.
C Volledigheid en juistheid gegevens per verantwoorde functionaris
Duur van het dienstverband: aanvangs- en einddatum functievervulling
-
7. De accountant controleert de volledigheid en juistheid van de duur van het dienstverband,
ofwel de opgegeven aanvangs- en einddatum van de functievervulling in het kalenderjaar
van iedere topfunctionaris met een (fictieve) dienstbetrekking in de WNT-verantwoording
aan de hand van de arbeidsovereenkomst of het benoemingsbesluit respectievelijk de
beëindigings- of vaststellingsovereenkomst en middels aansluiting op de salarisadministratie.
Bij topfunctionarissen met een einde dienstverband in het verantwoorde kalenderjaar
gaat de accountant tevens na of de in de WNT-verantwoording vermelde datum einde dienstverband
is aangepast, indien er sprake is van eerdere vrijstelling van werkzaamheden die niet
kwalificeert als een onvrijwillige periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend
op de beëindiging van de dienstbetrekking geen taken meer vervult (artikel 4 Uitvoeringsregeling
WNT en artikel 10 Beleidsregels WNT 2025).
-
8. De accountant controleert de volledigheid en juistheid van de duur van het dienstverband,
ofwel de aanvangs- en einddatum van de functievervulling van iedere topfunctionaris
zonder een (fictieve) dienstbetrekking in de verantwoording aan de hand van achterliggende
overeenkomsten7 inclusief een eventuele beëindigings- of vaststellingsovereenkomst en middels aansluiting
op de voor de uitoefening van de functie gedeclareerde bedragen. Bij topfunctionarissen,
hieronder mede begrepen topfunctionarissen zonder topfunctie, met een einde dienstverband
in het verantwoorde kalenderjaar gaat de accountant tevens na of de in de WNT-verantwoording
vermelde datum einde dienstverband is aangepast, indien er sprake is van eerdere vrijstelling
van werkzaamheden die niet kwalificeert als een onvrijwillige periode, waarin deze
topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband geen taken meer
vervult (artikel 4 Uitvoeringsregeling WNT en artikel 10 Beleidsregels WNT 2025).
Omvang dienstverband: deeltijdfactor in fte
-
9. De accountant controleert de juistheid van de omvang van het dienstverband, ofwel
de deeltijdfactor in fte van iedere leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve)
dienstbetrekking en iedere topfunctionaris zonder topfunctie met een (fictieve) dienstbetrekking
aan de hand van aansluiting op de salarisadministratie en de overeenkomst en van iedere
overige functionaris aan de hand van aansluiting op de salarisadministratie. De accountant
stelt vast dat de in de WNT-verantwoording opgenomen deeltijdfactor is uitgedrukt,
voor zover kleiner dan 1 fte, als rekenkundig op drie decimalen afgeronde deeltijdfactor
met een maximum van 1 fte.
-
10. De accountant controleert de juistheid van de omvang van het dienstverband, ofwel
de deeltijdfactor in fte, van iedere leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve)
dienstbetrekking vanaf de 13e maand waarin de topfunctie wordt vervuld en van iedere
topfunctionaris zonder topfunctie zonder (fictieve) dienstbetrekking aan de hand van
de voor deze functie met betrekking tot het kalenderjaar gedeclareerde uren en het
aantal uren bij een voor de instelling gebruikelijk voltijds dienstverband8. Indien een topfunctionaris bij een groepsmaatschappij van de WNT-instelling op de
loonlijst staat wordt de deeltijdfactor gecontroleerd aan de hand van de gemaakte
afspraken over tijdsbesteding, de registratie van de tijdbesteding en/of het percentage
van de loonkosten dat voor de betreffende functionaris aan de WNT-instelling wordt
doorbelast. De accountant stelt vast dat de in de WNT-verantwoording opgenomen deeltijdfactor
is uitgedrukt, voor zover kleiner dan 1 fte, als rekenkundig op drie decimalen afgeronde
deeltijdfactor met een maximum van 1 fte.
(Fictieve) dienstbetrekking9
-
11. De accountant controleert van iedere leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve)
dienstbetrekking, iedere leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve) dienstbetrekking
vanaf de 13e kalendermaand en iedere topfunctionaris zonder topfunctie of de verantwoordingsregel
‘Dienstbetrekking (ja/nee)’ juist is ingevuld in overeenstemming met de controle-informatie
uit de hiervoor genoemde werkzaamheden onder punt 7 tot en met 10 uit subparagraaf 2.2.3
van dit Controleprotocol.
Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum of drempelbedrag
-
12. De accountant controleert per toezichthoudende topfunctionaris of het individueel
toepasselijke bezoldigingsmaximum juist in de WNT-verantwoording is opgenomen aan
de hand van het toepasselijke bezoldigingsmaximum uit punt 3 uit subparagraaf 2.2.3
van dit Controleprotocol, de aanvangs- en einddatum van de functievervulling in het
kalenderjaar uit punt 7 of 8 uit subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol en de
in artikel 2.2 of artikel 3.2 WNT genoemde factor (15% voor de voorzitter, 10% voor
de overige leden van het toezichthoudende orgaan).
-
13. De accountant controleert per leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve) dienstbetrekking,
per leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve) dienstbetrekking vanaf de 13e
kalendermaand en per topfunctionaris zonder topfunctie of het individueel toepasselijke
bezoldigingsmaximum juist is berekend en in de WNT-verantwoording is opgenomen aan
de hand van het toepasselijke bezoldigingsmaximum uit punt 3, de aanvangs- en einddatum
van de functievervulling in het kalenderjaar uit punt 7 respectievelijk punt 8 en
de op drie decimalen afgeronde deeltijdfactor uit punt 9 respectievelijk punt 10 uit
subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol.
-
14. De accountant controleert per leidinggevende topfunctionaris zonder een (fictieve)
dienstbetrekking in het tijdvak kalendermaand 1 tot en met 12 of het individueel toepasselijke
bezoldigingsmaximum juist in de WNT-verantwoording is opgenomen in overeenstemming
met artikel 4 Uitvoeringsbesluit WNT aan de hand van het aantal kalendermaanden uit
punt 18 en de gegevens met betrekking tot de omvang van het dienstverband in uren
uit punt 17 uit subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol.
-
15. De accountant controleert per verantwoorde overige functionaris of het individueel
toepasselijke drempelbedrag bezoldiging juist in de WNT-verantwoording is opgenomen
aan de hand van het algemeen bezoldigingsmaximum en de deeltijdfactor uit punt 9 uit
subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol.
Bezoldiging
-
16. De accountant controleert van iedere functionaris met een (fictieve) dienstbetrekking
de juistheid van de verantwoorde bezoldiging en de splitsing hiervan in ‘beloningen
en belastbare onkostenvergoedingen’ enerzijds en ‘de voorzieningen ten behoeve van
beloningen betaalbaar op termijn’ anderzijds aan de hand van de salarisadministratie
over het kalenderjaar. Voor deze controle wordt onder juistheid tevens verstaan de
volledigheid voor zover deze is vast te stellen op basis van de salarisadministratie.
Indien de instelling belastbare loonbestanddelen geheel of deels buiten de verantwoorde
WNT-bezoldiging houdt, toetst de accountant of dit in overeenstemming is met de regels
bij en krachtens de WNT (voorbeelden: belaste schadevergoedingen zoals bedoeld in
artikel 2, tweede lid, onderdeel g en onderdeel h, Uitvoeringsregeling WNT of uitbetaling
van niet opgenomen vakantiedagen bij einde dienstverband in overeenstemming met artikel 2,
tweede lid, onderdeel i, Uitvoeringsregeling WNT). Bij de in de vorige zin bedoelde
toetsing op uitbetaling van niet opgenomen vakantiedagen hanteert de accountant als
uitgangspunt de vakantiedagen-registratie met betrekking tot de betreffende functionaris;
bij het ontbreken daarvan merkt de accountant de door de instelling niet verantwoorde
uitbetaalde vakantiedagen aan als kwantificeerbare onzekerheid in onverschuldigde
betalingen.
De accountant mag uitgaan van een juiste fiscale behandeling van bezoldigingscomponenten
door de instelling en de juistheid van de vakantiedagenregistratie, tenzij de accountant
beschikt over concrete aanwijzingen van het tegendeel (bijvoorbeeld uit verrichte
controlewerkzaamheden ten behoeve van de jaarrekeningcontrole of uitkomsten van recente
belastingcontroles blijkt dat sprake is van fiscaal onjuiste behandeling van bepaalde
bezoldigingscomponenten). In geval de accountant beschikt over dergelijke aanwijzingen,
beoordeelt de accountant of deze omstandigheden, in combinatie met de uitkomsten van
de werkzaamheden uit subparagraaf 2.2.1 Risicobeoordeling en subparagraaf 2.2.2 Kennisname
van interne beheersing rondom uitvoering WNT, en de van toepassing zijnde materialiteit,
aanleiding geven tot een verhoogd risico op onverschuldigde betalingen. Indien de
accountant een dergelijk verhoogd risico constateert, voert hij de aanvullende werkzaamheden
van paragraaf 2.3 uit.
-
17. De accountant controleert per topfunctionaris zonder een (fictieve) dienstbetrekking,
waaronder mede begrepen topfunctionarissen zonder topfunctie, de juistheid van de
verantwoorde bezoldiging aan de hand van de ontvangen en eventueel nog te ontvangen
declaraties10 voor de vervulling van deze functie met betrekking tot het kalenderjaar. Voor de
leidinggevende topfunctie zonder een (fictieve) dienstbetrekking in de eerste twaalf
kalendermaanden controleert de accountant, naast bovenstaande, tevens de juistheid
van de verantwoording met betrekking tot de omvang van het dienstverband in aantal
uren waarbij onder juistheid tevens wordt verstaan de volledigheid voor zover deze
op basis van de genoemde declaraties of geregistreerde uren kan worden vastgesteld.
Aantal kalendermaanden functievervulling
Jaar waarin dienstverband is beëindigd
-
19. De accountant controleert per verantwoorde topfunctionaris, waaronder mede begrepen
topfunctionarissen zonder topfunctie, met een uitkering wegens beëindiging dienstverband
de juistheid van het verantwoorde jaar waarin dienstverband is beëindigd aan de hand
van de controle-informatie uit punt 7 of 8 uit subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol.
Individueel toepasselijke maximum met betrekking tot uitkeringen wegens beëindiging
van het dienstverband
-
20. De accountant controleert per verantwoorde topfunctionaris, waaronder mede begrepen
topfunctionarissen zonder topfunctie, met een uitkering wegens beëindiging dienstverband
de juistheid van het verantwoorde individueel toepasselijke maximum met betrekking
tot uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband aan de hand van het laagste
van het wettelijk maximum van artikel 2.10 WNT respectievelijk artikel 3.7 WNT enerzijds
en de som van de beloning en de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar
op termijn over de twaalf maanden voorafgaand aan het einde dienstverband anderzijds.
De accountant stelt vast dat bij de bepaling van het individueel toepasselijke maximum
voor leidinggevende topfunctionarissen is uitgegaan van de gemiddelde deeltijdfactor
over de twaalf maanden voorafgaand aan het einde dienstverband, en bij de bepaling
van het individueel toepasselijke maximum voor toezichthoudende topfunctionarissen
van een factor van 0,15 (voorzitter) respectievelijk 0,10 (leden).
Totale uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband en betalingen in het kalenderjaar
-
21. De accountant controleert per verantwoorde topfunctionaris, waaronder mede begrepen
topfunctionarissen zonder topfunctie, met een uitkering wegens beëindiging dienstverband
de juistheid en volledigheid van het totaal van uitkeringen wegens beëindiging van
het dienstverband en het gedeelte daarvan dat in het kalenderjaar is betaald door
middel van aansluiting op de salarisadministratie over het kalenderjaar en de op het
einde dienstbetrekking betrekking hebbende (vaststellings)overeenkomst(en). Indien
de instelling uitkeringen wegens beëindiging dienstverband geheel of deels buiten
de WNT-verantwoording houdt, toetst de accountant of dit in overeenstemming is met
de regels bij of krachtens de WNT (voorbeelden: uitkeringen of afkoopsommen betreffende
die uitkeringen die voortvloeien uit een cao of een wettelijk voorschrift zoals bedoeld
in artikel 4, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT, in voorkomend geval in combinatie
met artikelen 10c en 10d Beleidsregels WNT 2025, of vergoeding van kosten zoals bedoeld
in artikel 4, derde lid, Uitvoeringsregeling WNT).
De accountant mag uitgaan van een door de instelling juiste fiscale behandeling van
in de afspraken en betalingen begrepen onbelaste kostenvergoedingen, tenzij de accountant
beschikt over concrete aanwijzingen dat de instelling op dit punt fiscaal onjuist
handelt (bijvoorbeeld uit verrichte werkzaamheden ten behoeve van de controle van
de jaarrekening of uitkomsten van recente belastingcontroles). In geval de accountant
beschikt over dergelijke aanwijzingen, beoordeelt de accountant of deze omstandigheden,
in combinatie met de uitkomsten van de werkzaamheden uit paragraaf 2.2.1 Risicobeoordeling
en paragraaf 2.2.2 Kennisname van interne beheersing rondom uitvoering WNT, en de
van toepassing zijnde materialiteit, aanleiding geven tot een verhoogd risico op onverschuldigde
betalingen en daarmee noodzaken tot het uitvoeren van aanvullende werkzaamheden (zie
hiervoor verder paragraaf 2.3).
Volledigheid van de gegevens van een topfunctionaris zonder topfunctie bij de Staat
der Nederlanden
D Speciale verantwoordingsonderwerpen
Vergelijkende gegevens
-
23. De accountant stelt vast dat van alle over het kalenderjaar verantwoorde WNT-gegevens
tevens vergelijkende gegevens zijn opgenomen over het voorafgaande kalenderjaar en
dat deze vergelijkende gegevens gelijk zijn aan de gegevens uit de definitieve WNT-verantwoording
van het voorafgaande kalenderjaar, dan wel op grond van een juiste toepassing van
foutherstel zoals bedoeld in artikel 5d Uitvoeringsregeling WNT zijn aangepast. Bij
niet-topfunctionarissen die in het kalenderjaar worden verantwoord maar in het voorafgaande
kalenderjaar terecht niet zijn verantwoord, zijn vergelijkende gegevens niet van toepassing.
Gelieerde rechtspersonen
-
24.
-
a. De accountant gaat na of er rechtspersonen zijn die zich kwalificeren als gelieerde
rechtspersonen van de WNT-instelling, zoals bedoeld in artikel 1.1 onderdeel m, WNT
en de nadere uitleg van het begrip gelieerdheid op www.topinkomens.nl en richt zich hierbij op rechtspersonen die deel uitmaken van de groep, zoals bedoeld
in artikel 2:24b BW waartoe de WNT-instelling behoort. Van de accountant wordt niet
verwacht actief te onderzoeken of er gelieerde rechtspersonen zijn die niet tot de
groep behoren. Van de accountant wordt wel verwacht dat, als hem feiten en omstandigheden
bekend zijn dat zich buiten de groep instellingen bevinden die als WNT-gelieerde rechtspersoon
kwalificeren, deze gelieerde rechtspersonen in de hierna genoemde werkzaamheden worden
betrokken.
Voor iedere geïdentificeerde gelieerde rechtspersoon gaat de accountant na of een
topfunctionaris, waaronder mede begrepen topfunctionarissen zonder topfunctie, van
de WNT-instelling ook bezoldiging ontvangt van die gelieerde rechtspersoon. Indien
dat het geval is, voert de accountant de volgende werkzaamheden uit:
-
i. vaststellen dat de werkelijke totale bezoldiging van alle functies bij de WNT-instelling
(zie punt 24b uit subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol) en de werkelijke bezoldiging
bij die gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen gezamenlijk (exclusief dubbeltellingen12) niet meer bedraagt dan het voor de instelling geldende WNT-maximum bij een voljaars,
voltijds functievervulling dan wel een voor de individuele topfunctionaris toegestane
hogere bezoldiging, als dit wel het geval is dan is er sprake van een overschrijding;
-
ii. vaststellen dat de werkelijke bezoldiging van de topfunctionaris bij die gelieerde
rechtspersoon of rechtspersonen afzonderlijk in de WNT-verantwoording is opgenomen;
-
iii. vaststellen dat de werkelijke totale bezoldiging d.w.z. de som van de werkelijke bezoldiging
als topfunctionaris, de werkelijke bezoldiging bij de gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen
en – indien van toepassing – de werkelijke bezoldiging voor werkzaamheden anders dan
als topfunctionaris bij dezelfde WNT-instelling (zie punt 24b uit subparagraaf 2.2.3
van dit protocol) in de WNT-verantwoording is opgenomen;
-
iv. vaststellen dat het voor de WNT-instelling geldend bezoldigingsmaximum of het voor
de betreffende topfunctionaris toegestane hogere bezoldiging op grond van de artikelen 2.4,
2.5, 2.6, 2.7, 3.4, 7.3 of 7.3a WNT13 of de artikelen 4, 5, 6 of 7 van het Uitvoeringsbesluit WNT, afzonderlijk in de WNT-verantwoording
is opgenomen. De artikelen 2.4 tot en met 2.7 en 3.4 WNT hebben betrekking op door
de minister vastgestelde hogere toegestane bezoldiging voor een topfunctionaris (individueel
of via de functie, instellingsnorm of klasse); artikelen 7.3 en 7.3a WNT14 en artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit WNT hebben betrekking op overgangsrecht.
LET OP: in afwijking van het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum (zie subparagraaf 2.2.3,
punt 12 tot en met 14 van dit protocol) leidt toepassing van overgangsrecht niet tot
een toegestane overschrijding van het toepasselijke bezoldigingsmaximum, maar tot
een verhoging van het instellingsmaximum.
Bij deze werkzaamheden blijven buiten beschouwing de werkzaamheden als arts, tandarts
of apotheker als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele
gezondheidszorg, de werkzaamheden in een specialisme van die beroepen als bedoeld
bij of krachtens artikel 14 van die wet alsmede de werkzaamheden als klinisch chemicus
of als klinisch fysicus van degene die bij of krachtens artikel 34 van die wet gerechtigd
is die titel te voeren.
Naast het feit dat de accountant vaststelt of de onder ii t/m iv genoemde bedragen
in de WNT-verantwoording zijn opgenomen controleert hij tevens de juistheid en volledigheid
van deze bedragen.
Meerdere functies bij dezelfde WNT-instelling
-
24.
-
b. De accountant gaat voor een topfunctionaris, waaronder mede begrepen topfunctionarissen
zonder topfunctie, na of die bij dezelfde rechtspersoon een ander dienstverband heeft
of werkzaamheden verricht in een functie anders dan als topfunctionaris, waarvoor
hij bezoldiging ontvangt. Indien dat het geval is, voert de accountant de volgende
werkzaamheden uit:
-
i. vaststellen dat de werkelijke totale bezoldiging voor alle functies bij de WNT-instelling
en indien van toepassing de gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen (zie punt 24a
uit subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol) gezamenlijk niet meer bedraagt dan
het voor de instelling geldende WNT-maximum bij een voljaars, voltijds functievervulling
dan wel een voor de individuele topfunctionaris toegestane hogere bezoldiging, als
dit wel het geval is dan is er sprake van een overschrijding;
-
ii. vaststellen dat de werkelijke bezoldiging van de topfunctionaris voor werkzaamheden
anders dan als topfunctionaris bij dezelfde WNT-instelling afzonderlijk in de WNT-verantwoording
is opgenomen;
-
iii. vaststellen dat de werkelijke totale bezoldiging d.w.z. de som van de werkelijke bezoldiging
als topfunctionaris, de werkelijke bezoldiging voor werkzaamheden anders dan als topfunctionaris
bij dezelfde WNT-instelling en – indien van toepassing – de werkelijke bezoldiging
bij de gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen (zie punt 24a uit subparagraaf 2.2.3
van dit protocol) in de WNT-verantwoording is opgenomen;
-
iv. vaststellen dat het voor de WNT-instelling geldend bezoldigingsmaximum of het voor
de betreffende topfunctionaris toegestane hogere bezoldiging op grond van de artikelen 2.4,
2.5, 2.6, 2.7, 3.4, 7.3 of 7.3a WNT15 of de artikelen 4, 5, 6 of 7 van het Uitvoeringsbesluit WNT, afzonderlijk in de WNT-verantwoording
is opgenomen. De artikelen 2.4 tot en met 2.7 en 3.4 WNT hebben betrekking op door
de minister vastgestelde hogere bezoldiging voor een topfunctionaris (individueel
of via de functie, instellingsnorm of klasse); artikelen 7.3 en 7.3a WNT16 en artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit WNT hebben betrekking op overgangsrecht.
LET OP: in afwijking van het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum (zie subparagraaf 2.2.3,
punt 12 tot en met 14 van dit protocol) leidt toepassing van overgangsrecht niet tot
een toegestane overschrijding van het toepasselijke bezoldigingsmaximum, maar tot
een verhoging van het instellingsmaximum.
Bij deze werkzaamheden blijven buiten beschouwing de werkzaamheden als arts, tandarts
of apotheker als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele
gezondheidszorg, de werkzaamheden in een specialisme van die beroepen als bedoeld
bij of krachtens artikel 14 van die wet alsmede de werkzaamheden als klinisch chemicus
of als klinisch fysicus van degene die bij of krachtens artikel 34 van die wet gerechtigd
is die titel te voeren.
Naast het feit dat de accountant vaststelt of de onder ii t/m iv genoemde bedragen
in de WNT-verantwoording zijn opgenomen controleert hij tevens de juistheid en volledigheid
van deze bedragen.
Motivering overschrijding
-
25. De accountant controleert of het verantwoorde bedrag van de overschrijding juist is
en stelt aan de hand van de uit de WNT-controle verkregen informatie vast of bij iedere
overschrijding van een van toepassing zijnde bezoldigingsmaximum een motivering in
het verslaggevingsdocument is opgenomen die niet in strijd is met andere bij de accountant
uit hoofde van de controle bekende feiten. Voor zover het topfunctionarissen, waaronder
mede begrepen topfunctionarissen zonder topfunctie, betreft, stelt hij daarbij tevens
vast dat deze motivering inhoudelijk in overeenstemming is met de daarvoor geldende
wettelijke bepalingen inzake:
-
a. een ministerieel besluit om een hogere (totale) bezoldiging toe te staan (zie artikelen 2.4
WNT, 2.5 WNT, 2.6 WNT, 2.7 WNT en 3.4 WNT), of
-
b. een ‘optische’ overschrijding als gevolg van een nabetaling in het jaar van een post
met betrekking tot een eerder jaar, binnen de ruimte van dat jaar (artikel 3, tweede
lid, Uitvoeringsregeling WNT), of
-
c. toepasselijk overgangsrecht (zie artikelen 7.3 WNT en 7.3a WNT17 en artikel 7 Uitvoeringsbesluit WNT, alsmede punt 26 uit subparagraaf 2.2.3 van dit
Controleprotocol).
Overgangsrecht
-
26. De werkelijke bezoldiging uit hoofde van de functie van topfunctionaris kan hoger
zijn dan het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum. De werkelijke totale bezoldiging
kan hoger zijn dan het toepasselijk bezoldigingsmaximum. Dergelijke overschrijdingen
zijn uitsluitend toegestaan op grond van de onder punt 25 uit subparagraaf 2.2.3 van
dit Controleprotocol genoemde situaties. In alle andere gevallen van overschrijding
is sprake van een onverschuldigde betaling. Het overgangsrecht kent een periode, waarin
bestaande bezoldigingsafspraken worden gerespecteerd (fase A) en (aansluitend) een
periode van een stapsgewijze afbouw in een aantal jaren (fase B). De accountant controleert
van iedere topfunctionaris, waaronder mede begrepen topfunctionarissen zonder topfunctie,
waarbij de werkelijke (totale) bezoldiging hoger ligt dan het toepasselijke bezoldigingsmaximum,
-
• indien in 2025 sprake is van fase A, of de overschrijding volledig is gebaseerd op
bestaande bezoldigingsafspraken die in het kalenderjaar door het overgangsrecht werden
beschermd, respectievelijk;
-
• indien in 2025 sprake is van fase B, of in 2025 de minimaal vereiste afbouw juist
is bepaald en toegepast.
Onverschuldigde betalingen
-
27. De accountant stelt voor alle geconstateerde onverschuldigde betalingen die niet zijn
terugbetaald vóór 1 juli van het jaar volgend op het jaar van ontstaan vast dat over
deze onverschuldigde betalingen rente is berekend vanaf 1 januari van het jaar volgend
op het jaar van ontstaan tot en met de dag voorafgaand aan de dag van terugbetaling,
in overeenstemming met artikel 1.6, derde lid, WNT.
De accountant stelt voorts van alle geconstateerde onverschuldigde betalingen vast
of deze:
-
a. vóór de datum van het afgeven van de controleverklaring zijn terugbetaald; hetzij
-
b. een vordering aangaande deze onverschuldigde betaling juist en volledig onder vermelding
van de naam van de topfunctionaris, waaronder mede begrepen topfunctionarissen zonder
topfunctie, en, indien van toepassing, van de organisatie die deze topfunctionaris
ter beschikking heeft gesteld, zijn opgenomen in de WNT-verantwoording inclusief een
toelichting op de vordering uit hoofde van de onverschuldigde betaling.
Verantwoording van WNT-gegevens door een WNT-instelling die behoort tot een groep
van rechtspersonen
-
28. Indien een WNT-instelling onderdeel is van een groep waar ook andere WNT-instellingen
deel van uitmaken, kan een WNT-instelling, in plaats van het opnemen van de vereiste
WNT-verantwoording in haar eigen jaarrekening, verwijzen naar de WNT-verantwoording
in de jaarrekening van een groepsmaatschappij, mits daarin tevens de WNT-gegevens
van de WNT-instelling zijn opgenomen en dat in die verantwoording per functionaris
is vermeld (indien van toepassing) dat de betreffende WNT-gegevens (tevens) betrekking
hebben op de verwijzende WNT-instelling.
Als de WNT-instelling verwijst naar de WNT-verantwoording in de jaarrekening van een
groepsmaatschappij, dan is de handelwijze als volgt:
-
a. De accountant van de groepsmaatschappij betrekt de WNT-gegevens van de (verwijzende)
WNT-instelling in de werkzaamheden uit hoofde van dit protocol.
-
b. De accountant van de WNT-instelling neemt kennis van de controleverklaring bij de
jaarrekening van die groepsmaatschappij en de strekking daarvan voor wat betreft de
WNT.
-
c. Indien de controleverklaring bij de jaarrekening van de groepsmaatschappij waarin
de WNT-verantwoording is opgenomen een beperking bevat met betrekking tot WNT-gegevens
die (mede) betrekking heeft of hebben op de (verwijzende) WNT-instelling:
-
• zet de (verwijzende) WNT-instelling deze omstandigheden in haar WNT-verantwoording
uiteen, en
-
• neemt de accountant van de (verwijzende) WNT-instelling een paragraaf ter benadrukking
van aangelegenheden op in de controleverklaring bij de jaarrekening van de (verwijzende)
WNT-instelling waarin naar deze toelichting wordt verwezen.
-
d. Indien de WNT-verantwoording in de jaarrekening van de groepsmaatschappij niet de
gegevens per dienstverband van elke verantwoorde functionaris van de (verwijzende)
WNT-instelling bevat of deze geheel ontbreken, of als uit de controleverklaring bij
de jaarrekening van de groepsmaatschappij niet blijkt dat de WNT in de werkzaamheden
is betrokken, dan concludeert de accountant van de (verwijzende) WNT-instelling dat
niet is voldaan aan de voorwaarden om geen WNT-verantwoording in de eigen jaarrekening
op te nemen. De accountant merkt het ontbreken van de WNT-gegevens aan als een fout
in de WNT-verantwoording van de (verwijzende) WNT-instelling.
Foutherstel
2.3 Reikwijdte en diepgang onderzoek: aanvullende werkzaamheden
2.3.1 Aanvullende werkzaamheden bij vastgesteld verhoogd risico (fase 1)
Tabel D: aanvullende werkzaamheden bij vastgesteld verhoogd risico.1
Indicator verhoogd risico
|
Aanvullende werkzaamheden
|
1.1
|
Onverwachte verschillen tussen verantwoorde topfunctionarissen ten opzichte van vorig
jaar.
|
Van de instelling een verklaring of uitleg vragen voor de onverwachte verschillen
en deze toetsen op aannemelijkheid en beoordelen of de basiswerkzaamheden uit subparagraaf 2.2.3
het risico voldoende afdekken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden
kan worden weggenomen overeenkomstig subparagraaf 2.3.3.
|
1.2
|
(Tijdelijke) vacatures topfuncties.
|
Vaststellen of de wijze waarop feitelijke vervanging of waarneming tijdens de vacatureperiode
is geregeld aanleiding geeft om de vervangende of waarnemende persoon of personen
als topfunctionaris aan te merken.
|
1.3
|
Wijzigingen ‘hoog in organisatiestructuur’.
|
Vaststellen dat de instelling heeft beoordeeld welke gevolgen die wijzigingen hebben
op wie als topfunctionaris kwalificeert en de redelijkheid hiervan toetsen, bijvoorbeeld
aan de hand van nieuwe functieprofielen of een nieuw directiestatuut.
|
2.1
|
Onverwachte verschillen tussen verantwoorde overige functionarissen ten opzichte van
vorig jaar.
|
Van de instelling een verklaring of uitleg vragen voor de onverwachte verschillen
en deze toetsen op aannemelijkheid en beoordelen of de basiswerkzaamheden uit subparagraaf 2.2.3
het risico voldoende afdekken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden
kan worden weggenomen overeenkomstig subparagraaf 2.3.3.
|
2.2
|
Controlecorrecties voorgaand jaar.
|
Beoordelen of de oorzaken van correcties voorgaand jaar ook voor het verslagjaar gelden.
Zo ja, beoordelen of de basiswerkzaamheden uit subparagraaf 2.2.3 het risico voldoende
afdekken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan
worden weggenomen overeenkomstig subparagraaf 2.3.3.
|
3
|
• Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke bezoldiging
uit hoofde van de functie van topfunctionaris is kleiner dan de minimale materialiteit;
• Het toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke totale bezoldiging is
kleiner dan minimale materialiteit.
|
Beoordelen of de in subparagraaf 2.2.2 van dit Controleprotocol onder punt 4 genoemde
maatregel van interne beheersing en/of de
basiswerkzaamheden uit subparagraaf 2.2.3 dit risico voldoende beperken.
Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen
overeenkomstig subparagraaf 2.3.3.
|
4
|
Het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging
van het dienstverband minus de werkelijke (totale) ontslaguitkeringen is kleiner dan
minimale materialiteit.
|
Beoordelen of de in subparagraaf 2.2.2 van dit Controleprotocol onder punt 4 genoemde
maatregel van interne beheersing en/of de basiswerkzaamheden uit subparagraaf 2.2.3
dit risico voldoende beperken.
Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen
overeenkomstig subparagraaf 2.3.3.
|
X Noot
1In deze tabel wordt onder topfunctionarissen mede begrepen topfunctionarissen zonder
topfunctie.
2.3.2 Aanvullende werkzaamheden bij vastgestelde tekortkomingen in AO/IB WNT (fase
2)
Tabel E: aanvullende werkzaamheden bij vastgestelde tekortkomingen in AO/IB WNT.1
Maatregel van interne beheersing WNT
|
Aanvullende werkzaamheden accountant bij afwezigheid maatregel
|
1
|
Bij het opstellen of aanpassen van arbeidsovereenkomsten of contracten met topfunctionarissen
wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of de daarin gemaakte afspraken
passen binnen de van toepassing zijnde maxima.
|
Arbeidsovereenkomst toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving.
|
2
|
Bij het opstellen of aanpassen van afspraken over ontslagvergoedingen of afvloeiingsregelingen
met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of deze
afspraken of regelingen passen binnen het individueel toepasselijke maximum met betrekking
tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband.
|
Afspraken / regelingen toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving.
|
3
|
Een andere functionaris dan de topfunctionaris van of namens de instelling (niet zijnde
de controlerend accountant) controleert ten minste één keer per jaar of de werkelijke
bezoldiging / ontslagvergoeding per topfunctionaris in overeenstemming is met a) de
overeengekomen afspraken en b) de van toepassing zijnde maxima en legt de wijze waarop
hij dit heeft gedaan alsmede de uitkomsten van deze controle vast.
|
Controleren of de werkelijke bezoldiging / ontslagvergoeding in overeenstemming is
met de overeengekomen afspraken en toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving.
|
4
|
De instelling beschikt per topfunctionaris over een overzicht met alle betalingen
aan en ontvangsten van die topfunctionaris gedurende het kalenderjaar.
|
Beoordelen of andere feiten en omstandigheden dit risico verminderen. Zo niet, dan
beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen cf.
subparagraaf 2.3.3.
|
X Noot
1In deze tabel wordt onder topfunctionarissen mede begrepen topfunctionarissen zonder
topfunctie.
2.3.3 Beoordeling of resterende risico’s met extra controlewerkzaamheden kunnen worden
weggenomen
Indien de in subparagraaf 2.3.1 en 2.3.2 genoemde aanvullende werkzaamheden de genoemde
risico’s niet voldoende kunnen verminderen beoordeelt de accountant:
-
a) of extra controlewerkzaamheden mogelijk zijn om de genoemde risico’s alsnog voldoende
te verminderen, en zo ja:
-
b) of deze extra controlewerkzaamheden op economisch verantwoorde wijze door hem kunnen
worden uitgevoerd.
Als aan beide punten wordt voldaan, voert de accountant die extra controlewerkzaamheden
uit. Voor de invulling van de werkzaamheden geeft dit protocol geen nadere aanwijzingen.
Dit zal de accountant op grond van de feitelijke omstandigheden zelf moeten bepalen.
Als aan één van beide punten niet wordt voldaan, dan betrekt de accountant deze omstandigheid
in zijn oordeel (zie paragraaf 2.5 Oordeelsvorming).
2.4 Betrouwbaarheid en materialiteit
De accountant voert de controle uit in overeenstemming met de in dit protocol genoemde
werkzaamheden. Bij de risicobeoordeling en de evaluatie van bevindingen hanteert de
accountant de materialiteit uit onderstaande tabel F18.
Tabel F: toepasselijke materialiteit WNT.
|
Topfunctionarissen
|
Overige functionarissen met dienstbetrekking
|
Volledigheid vermelding topfunctionarissen op naam
|
0%
|
n.v.t.
|
Volledigheid vermelding overige functionarissen met dienstbetrekking op functie (niet
op naam)
|
n.v.t.
|
1% van de personeelskosten met een maximum van € 246.000.
|
Juistheid en volledigheid per persoon van:
• de werkelijke bezoldiging uit hoofde van de functie van topfunctionaris;
• de werkelijke totale bezoldiging.
|
Het toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de betreffende werkelijke bezoldiging,
met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000.
|
n.v.t.
|
Juistheid en volledigheid werkelijke bezoldiging (per functie)
|
n.v.t.
|
Het toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de betreffende werkelijke bezoldiging,
met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000.
|
Juistheid en volledigheid verantwoorde uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
(per persoon/functie)
|
Het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot uitkeringen wegens beëindiging
van het dienstverband minus de werkelijke uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband,
met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000.
|
n.v.t.
|
De materialiteit is alleen bedoeld voor de risicobeoordeling door de accountant en
de evaluatie van zijn bevindingen op grond van dit Controleprotocol. Het is niet toegestaan
om de materialiteit te gebruiken als acceptabele foutmarge door de instelling voor
het opstellen van de WNT-verantwoording. Het bestuur van de WNT-instelling is verantwoordelijk
voor de naleving van de WNT-regelgeving, waaronder de juistheid en volledigheid van
de WNT-verantwoording.
De instelling is verantwoordelijk voor het corrigeren van fouten en afwijkingen die
bij de controlewerkzaamheden worden geconstateerd. De accountant toetst of de correcties
zijn doorgevoerd. Voor zover het niet-materiële fouten en afwijkingen betreft dringt
de accountant erop aan dat de instelling deze voor vaststelling van de controleverklaring
corrigeert, of indien sprake is van constatering na vaststelling van de controleverklaring,
dat de instelling in de volgende jaren de juiste vergelijkende cijfers presenteert.
Fouten en afwijkingen die niet door de instelling zijn gecorrigeerd in de WNT-verantwoording
worden door de accountant vertaald in de strekking van de controleverklaring rekening
houdend met de materialiteit. Daarbij hanteert de accountant tabel G in paragraaf 2.5
als uitgangspunt.
2.5 Oordeelsvorming
2.5.1 Oordeelsvorming bij een controleverklaring bij het financieel verslaggevingsdocument
als geheel
De accountant betrekt in zijn evaluatie de geconstateerde afwijkingen van de WNT-regelgeving
en eveneens eventuele andere aangetroffen afwijkingen in het gecontroleerde financieel
verslaggevingsdocument. De accountant hanteert tabel G voor de evaluatie van de uitkomsten
van de controle van de WNT-verantwoording, los van de oordeelsvorming over de verdere
inhoud van het financieel verslaggevingsdocument. Materiële fouten brengt de accountant
tot uitdrukking in de controleverklaring. Niet-materiële fouten of tekortkomingen
boven de in tabel G19 genoemde rapportagedrempel neemt de accountant op in een rapport van bevindingen
gericht aan de instelling en aan de Minister van BZK.
Tabel G: oordeelsvorming accountant bij een controleverklaring bij het financieel
verslaggevingsdocument.
Fouten in de WNT-verantwoording en onzekerheden in de controle
|
Invloed WNT-bevindingen op rapportageverplichting accountant
|
Geen
|
Rapport van bevindingen WNT
|
Oordeel met beperking in controleverklaring
|
Niet vermelden van een topfunctionaris of het ontbreken van de naam van een topfunctionaris
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ja
|
Niet vermelden van een overige functionaris met een dienstbetrekking
|
< materialiteit uit paragraaf 2.4
|
n.v.t.
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in onverschuldigde betalingen
|
n.v.t.
|
< materialiteit uit paragraaf 2.4
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in bezoldiging of uitkering
wegens beëindiging van het dienstverband
|
< € 1.000
|
tussen € 1.000 en materialiteit uit paragraaf 2.4
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in een toepasselijk maximum
|
< € 1.000
|
≥ € 1.000
|
n.v.t.
|
Ontbreken van een motivering bij overschrijding van het toepasselijk maximum
|
n.v.t.
|
Ja
|
n.v.t.
|
Ongecorrigeerde fouten in duur en/of omvang dienstverband
|
Onjuiste vermelding
|
Ontbreken
|
n.v.t.
|
Resterende onzekerheden in de controle die niet op economisch verantwoorde wijze kunnen
worden weggenomen (paragraaf 2.3.3)
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ja
|
Bijzondere omstandigheden
|
|
Rapport van bevindingen WNT
|
Paragraaf ter benadrukking van aangelegenheden
|
De WNT-verantwoording bevat een vordering uit hoofde van een onverschuldigde betaling
welke op het moment van vaststellen van de jaarrekening nog niet is terugontvangen
door de instelling
|
|
Ja
|
n.v.t.
|
De WNT-instelling verwijst naar een andere jaarrekening voor de eigen WNT-gegevens
en de controleverklaring bij die andere jaarrekening bevat een beperking m.b.t. de
WNT-gegevens van de (verwijzende) instelling (subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol,
punt 28)
|
|
n.v.t.
|
Ja (in de controleverklaring bij de jaarrekening van de verwijzende instelling)
|
Onzekerheden met betrekking tot de WNT-verantwoording die adequaat in de WNT-verantwoording
zijn toegelicht leiden niet tot een aangepaste controleverklaring of tot een rapport
van bevindingen.
2.5.2 Oordeelsvorming bij een controleverklaring bij een aparte verantwoording van
de WNT-gegevens
Indien de accountant in overeenstemming met artikel 1.7 WNT een opdracht aanvaardt
tot controle van een aparte verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens, voert
hij deze controle uit aan de hand van de in dit Controleprotocol genoemde werkzaamheden.
De accountant voert geen jaarrekeningcontrole uit en wordt niet geacht de afwezigheid
van een jaarrekeningcontrole te compenseren met andere werkzaamheden.
De accountant hanteert tabel H20 voor de evaluatie van de uitkomsten van de controle van de WNT-verantwoording. Materiële
fouten brengt de accountant tot uitdrukking in de controleverklaring. Niet-materiële
fouten boven de in tabel H genoemde rapportagedrempel neemt de accountant op in een
rapport van bevindingen gericht aan de instelling en aan de Minister van BZK.
Tabel H: oordeelsvorming accountant bij een controleverklaring bij een aparte verantwoording
van de WNT-gegevens.
Geconstateerde tekortkoming en kwantificeerbare onzekerheden in de controle van de
WNT-verantwoording
|
Invloed WNT-bevindingen op rapportageverplichting accountant
|
Geen
|
Rapport van bevindingen WNT
|
Oordeel met beperking in controleverklaring
|
Afkeurend oordeel in controleverklaring
|
Niet vermelden van een topfunctionaris of het ontbreken van de naam van een topfunctionaris
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ja
|
Niet vermelden van een overige functionaris met dienstbetrekking
|
< materialiteit uit paragraaf 2.4
|
n.v.t.
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
n.v.t.
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in onverschuldigde betalingen
|
n.v.t.
|
< materialiteit uit paragraaf 2.4
|
n.v.t.
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in bezoldiging of uitkering
wegens beëindiging van het dienstverband
|
< € 1.000
|
tussen € 1.000 en materialiteit uit paragraaf 2.4
|
≥ materialiteit uit paragraaf 2.4
|
n.v.t.
|
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in een toepasselijk maximum
|
< € 1.000
|
≥ € 1.000.
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ontbreken van een motivering bij overschrijding van het toepasselijk maximum
|
n.v.t.
|
Ja
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ongecorrigeerde fouten in duur en/of omvang dienstverband
|
Onjuiste vermelding
|
Ontbreken
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Overige aspecten
|
Rapport van bevindingen WNT
|
Paragraaf ter benadrukking van aangelegenheden
|
Oordeel met beperking in controleverklaring
|
Controleverklaring van oordeelsonthouding
|
Resterende onzekerheden in de controle die niet op economisch verantwoorde wijze kunnen
worden weggenomen (paragraaf 2.3.3)1
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
Ja/Nee
|
Ja/Nee
|
De WNT-verantwoording bevat een vordering uit hoofde van een onverschuldigde betaling
welke op het moment van het afgeven van het oordeel door de accountant m.b.t. de WNT-verantwoording
nog niet is terugontvangen door de instelling
|
Ja
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
De WNT-instelling verwijst naar een andere jaarrekening voor de eigen WNT-gegevens
en de controleverklaring bij die andere jaarrekening bevat een beperking m.b.t. de
WNT-gegevens van de (verwijzende) instelling (paragraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol,
punt 28)
|
n.v.t.
|
Ja (in de controleverklaring bij de WNT-verantwoording van de verwijzende instelling)
|
n.v.t.
|
n.v.t.
|
X Noot
1Afhankelijk van het effect hiervan op de WNT-verantwoording zal hetzij een oordeel
met beperking in de controleverklaring, hetzij een controleverklaring van oordeelonthouding
van toepassing zijn.
Onzekerheden met betrekking tot de WNT-verantwoording die adequaat in de WNT-verantwoording
zijn toegelicht leiden niet tot een aangepaste controleverklaring of tot een rapport
van bevindingen.
2.5.3 Bijzondere aspecten: zorg en jeugdsector
Per 1 januari 2022 is de Aanpassingswet Wet toetreding zorgaanbieders (AWTZa) in werking
getreden. De AWTZa voorziet onder meer in een aanpassing van (bijlage 1 bij) de WNT.
Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft op haar CIBG site toegelicht
dat deze wetswijziging redactioneel van aard is en geen wijziging in de reikwijdte
met zich meebrengt. In lijn hiermee wordt van de accountant niet verwacht dat deze
nadere werkzaamheden verricht om vast te stellen of een in 2021 reeds bestaande zorginstelling
door uitsluitend deze aanpassing van de bijlage bij de WNT per 1 januari 2022 de status
van WNT-instelling heeft gekregen of verloren.
2.6 Meldingsplicht accountant
De WNT-regelgeving bevat de volgende expliciet omschreven situaties waarvan de accountant
een melding moet doen bij de Minister van BZK.
-
a) Op basis van artikel 5.2, eerste lid, WNT, meldt de accountant een onverschuldigde
betaling aan de Minister van BZK, indien een vordering uit hoofde van een op grond
van de WNT onverschuldigde betaling op het tijdstip waarop de accountant zijn oordeel
geeft over het financieel verslaggevingsdocument door de betrokken topfunctionaris
nog niet (geheel) is terugbetaald.
-
b) Op basis van artikel 5.2, tweede lid, WNT, meldt de accountant de ontbrekende gegevens
of het ontbreken van de motivering, aan de Minister van BZK, indien het financieel
verslaggevingsdocument niet de juiste in artikel 5, eerste tot en met zevende en negende
lid, artikel 5a, eerste tot en met vijfde lid, en artikel 5b Uitvoeringsregeling WNT
voorgeschreven gegevens of motivering bevat.
De accountant voldoet aan deze verplichtingen door:
-
1. alle gevallen aan de Minister van BZK te melden waarin op grond van subparagraaf 2.5.1
van dit protocol een controleverklaring met een beperking met betrekking tot de WNT
wordt verstrekt;
-
2. alle gevallen aan de Minister van BZK te melden waarin op grond van subparagraaf 2.5.2
van dit protocol een controleverklaring met een beperking, een verklaring van oordeelsonthouding
of een afkeurende verklaring met betrekking tot de WNT wordt verstrekt;
-
3. in alle gevallen waarin op grond van subparagraaf 2.5.1 of subparagraaf 2.5.2 van
dit protocol een rapport van bevindingen WNT wordt opgesteld, dit rapport aan de Minister
van BZK te zenden.
Een melding aan de Minister van BZK door de accountant geschiedt onverwijld nadat
deze de controleverklaring heeft afgegeven via het webformulier dat beschikbaar is
gesteld op de website www.topinkomens.nl.
2.7 Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA)
De Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet DBA) is per 1 mei 2016 in werking
getreden. Tot en met 2024 was sprake van een handhavingsmoratorium door de Belastingdienst.
Vanaf 1 januari 2025 is dit handhavingsmoratorium beëindigd. De accountant mag voor
de beoordeling van een arbeidsrelatie het oordeel van de instelling volgen, tenzij
hij concrete aanwijzingen heeft voor de onjuistheid van dit oordeel doordat de Belastingdienst
andere conclusies heeft getrokken, aanwijzingen heeft gegeven en/of een naheffingsaanslag
heeft opgelegd. In deze gevallen volgt de accountant voor de beoordeling van een arbeidsrelatie
het standpunt van de Belastingdienst. Indien de belastinginspecteur tot een naheffingsaanslag
voor de loonheffingen overgaat, omdat naar het oordeel van de belastinginspecteur
bij de betreffende arbeidsrelatie sprake was van een (fictieve) dienstbetrekking,
geldt voor de toepassing van de WNT voor de periode waarover de naheffingsaanslag
wordt opgelegd alsnog dat die arbeidsrelatie ‘in dienstbetrekking’ is vervuld. De
regels voor foutherstel zijn hierop van toepassing.
3 Accountantsproducten
3.1 Controleverklaring
In de controleverklaring21 bij het financieel verslaggevingsdocument wordt:
-
• in de ‘oordeelsparagraaf’ in het geval van een goedkeurende verklaring vermeld dat
de jaarrekening (ook) in overeenstemming is met de bepalingen van en krachtens de
WNT;
-
• in de paragraaf ‘verantwoordelijkheid bestuur’ vermeld dat de jaarrekening (ook) in
overeenstemming is met de bepalingen van en krachtens de WNT;
-
• in de paragraaf ‘verantwoordelijkheid accountant’ verwezen naar het Controleprotocol
WNT 2025.
De NBA stelt voor de op te stellen controleverklaring voorbeeldteksten ter beschikking
die gebruikt kunnen worden.
3.2 Rapport van bevindingen WNT
In het rapport van bevindingen WNT vermeldt de accountant:
-
• dat het rapport is opgesteld met als doel te voldoen aan de rapportageverplichtingen
op grond van het Controleprotocol WNT 2025;
-
• dat het rapport uitsluitend is bestemd voor de instelling, de Minister van BZK, de
minister wie het aangaat zoals bedoeld in artikel 1.1, onderdeel o, WNT en de personen
die krachtens artikel 5.1 WNT zijn belast met het toezicht op de naleving van de wet,
en niet aan anderen beschikbaar mag worden gesteld;
-
• de WNT-bevindingen die op grond van subparagraaf 2.5.1 of subparagraaf 2.5.2 van dit
protocol in het rapport van bevindingen dienen te worden opgenomen.
4 Samenvattend overzicht specifieke werkzaamheden per type functionaris per onderscheiden
situatie
Aandachtsgebied
|
Leidinggevende topfunctionaris met dienstbetrekking
|
Leidinggevende topfunctionaris zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand
|
Leidinggevende topfunctionaris zonder dienstbetrekking kalendermaand 1–12
|
Toezichthoudende topfunctionaris
|
Topfunctionaris zonder topfunctie
|
Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband
|
Overige functionarissen
(= niet-topfunctionaris)
|
Naam
|
4
|
4
|
4
|
4
|
4
|
4
|
–
|
Functiegegevens
|
4
|
4
|
4
|
4
|
4
|
4
|
6
|
Duur van het dienstverband (aanvangs- en einddatum functievervulling)
|
7
|
8
|
8
|
7/8
|
7/8
|
–
|
–
|
Omvang van het dienstverband uitgedrukt in deeltijdfactor in fte
|
9
|
10
|
–
|
–
|
9/10
|
9/10
|
9
|
Omvang van het dienstverband in uren
|
|
|
17
|
|
|
|
|
(Fictieve) dienstbetrekking
|
11
|
11
|
–
|
–
|
11
|
–
|
–
|
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum
|
13
|
13
|
14
|
12
|
13
|
–
|
–
|
Individueel toepasselijke drempelbedrag bezoldiging
|
–
|
–
|
–
|
–
|
|
–
|
15
|
Bezoldiging
|
16
|
17
|
17
|
16/17
|
16/17
|
–
|
16/17
|
Aantal kalendermaanden waarin functievervulling
|
–
|
–
|
18
|
–
|
|
–
|
–
|
Jaar waarin het dienstverband is beëindigd
|
|
|
|
|
|
19
|
|
Individueel toepasselijke maximum m.b.t. uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
|
|
|
|
|
|
20
|
|
Totale uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
|
|
|
|
|
|
21
|
|
waarvan betaald in 2025
|
|
|
|
|
|
21
|
|
Volledigheid van de gegevens van een topfunctionaris zonder topfunctie bij de Staat
der Nederlanden
|
|
|
|
|
22
|
|
|
Speciale verantwoordingsonderwerpen
|
Werkzaamheden
|
Legenda
• De cijfers in de cellen verwijzen naar de specifieke werkzaamheden per aandachtsgebied
in subparagraaf 2.2.3.
• Cellen met ‘–’ zijn niet van toepassing, omdat de betreffende punten geen onderdeel
zijn van de WNT-verantwoording.
|
Vergelijkende gegevens
|
23
|
Bezoldiging bij gelieerde rechtspersonen
|
24a
|
Bezoldiging bij meerdere functies bij dezelfde WNT-instelling
|
24b
|
Totale bezoldiging
|
16+17+24a+24b
|
Het voor de WNT-instelling geldend bezoldigingsmaximum
|
24a+24b
|
(Motivering) overschrijding
|
25+24a+24b
|
Overgangsrecht
|
26
|
Onverschuldigde betalingen
|
27+24a+24b
|
Verantwoording van WNT-gegevens door een WNT-instelling die behoort tot een groep
van rechtspersonen
|
28
|
Foutherstel
|
29
|
TOELICHTING
1. Inleiding
Deze regeling bevat het Controleprotocol voor de accountantscontrole op de naleving
van de Wet normering topinkomens (hierna: WNT) en de daarop berustende bepalingen
met betrekking tot het verantwoordingsjaar 2025. Het Controleprotocol geeft aanwijzingen
voor de controle van het financieel verslaggevingsdocument (of de verantwoording van
uitsluitend de WNT-gegevens) door de accountant op de naleving van de WNT en de daarop
berustende bepalingen. De geldende wet- en regelgeving, waarop het Controleprotocol
berust, is opgenomen in paragraaf 1.2 van dit protocol.
2. Inhoudelijke wijzigingen Controleprotocol 2025
Voor elk verantwoordingsjaar wordt een Controleprotocol vastgesteld, waarin jaartallen
worden aangepast en nieuwe inzichten en eventuele wijzigingen in wet- en regelgeving
worden verwerkt. Er wordt terughoudend omgegaan met het doorvoeren van wijzigingen
in het Controleprotocol. De volgende wijzigingen zijn doorgevoerd in het Controleprotocol
WNT 2025.
2.1 Afronding deeltijdfactor op drie decimalen en schrappen minimum deeltijdfactor
De verschillen in maximaal toegestane bezoldiging kunnen aanzienlijk zijn indien de
deeltijdfactor wordt afgerond op een, twee of drie decimalen en de wijze van deze
afronding kan dus het verschil maken tussen wel of geen onverschuldigde betaling.
Daarom is in artikel 5, eerste lid, onderdeel d, en vijfde lid, onderdeel d, en artikel
5a, eerste lid, onderdeel b, Uitvoeringsregeling WNT en artikel 7, derde lid, Beleidsregels
WNT 2025 opgenomen dat de deeltijdfactor van kleiner dan 1 fte altijd op drie decimalen
moet worden afgerond. Daarmee worden alle topfunctionarissen en niet-topfunctionarissen
met dienstbetrekking en, vanaf de dertiende kalendermaand, alle topfunctionarissen
zonder dienstbetrekking in dezelfde positie gebracht wat de toepassing en verantwoording
van de deeltijdfactor voor de WNT betreft. De accountant dient deze wijze van afronden
ook te hanteren bij de controle van de deeltijdfactor en de controle van het door
de WNT-instelling berekende en in de WNT-verantwoording opgenomen individuele bezoldigingsmaximum.
Tevens is de minimum deeltijdfactor van 0,025 fte per 1 januari 2025 geschrapt uit
bovengenoemde artikelen in de Uitvoeringsregeling WNT22 en, in tegenstelling tot eerdere jaren, niet meer opgenomen in artikel 7 Beleidsregels
WNT 2025. De deeltijdfactor dient derhalve ook bij weinig gewerkte uren exact verantwoord
te worden op drie decimalen en mag niet vervangen worden door een minimum deeltijdfactor.
De punten 9, 10 en 13 van subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol zijn hieraan
aangepast.
2.2 Verwijzing naar de gevolgen van het toepassen van de doorbetaaldloonregeling
Bij punt 11 van subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol is in een voetnoot een
verwijzing met uitleg opgenomen naar het nieuwe artikel 5c, vierde lid, Uitvoeringsregeling
WNT in welk artikel de gevolgen van het toepassen van de zogenaamde doorbetaaldloonregeling
van artikel 32d van de Wet op de loonbelasting 1964 door WNT-instellingen, worden
verduidelijkt.
2.3 Volledigheid van de gegevens van een topfunctionaris zonder topfunctie bij de
Staat der Nederlanden
De rechtspersoon Staat der Nederlanden is de enige rechtspersoon waarop de WNT van
toepassing is waarbij sprake is van meerdere verantwoordelijken in de zin van de WNT
en meerdere WNT-verantwoordingen.
Om een dubbele verantwoording van de WNT-gegevens van een ‘topfunctionaris zonder
topfunctie’ (formeel: een topfunctionaris als bedoeld in artikel 1.1, onder b, onder
6°, WNT) binnen de Staat der Nederlanden te voorkomen, indien deze tijdens het te
verantwoorden kalenderjaar bij meerdere onderdelen van de Staat der Nederlanden werkzaam
is geweest, is in artikel 5, zevende tot en met negende lid, Uitvoeringsregeling WNT
verduidelijkt wie wat dient te verantwoorden.
Bij punt 22 van subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol staat de uitleg wat de
accountant dienaangaande dient te controleren bij welk orgaan of onderdeel van de
Staat der Nederlanden.
Als er niet conform artikel 5, zevende en negende lid, Uitvoeringsregeling WNT verantwoord
is, dient dit gemeld te worden op grond van artikel 5.2, tweede lid, WNT.
2.4 Verwijzing naar het nieuwe artikel 10d Beleidsregels WNT 2025
Bij punt 21 van subparagraaf 2.2.3 van dit Controleprotocol is een verwijzing opgenomen
naar het nieuwe artikel 10d Beleidsregels WNT 2025. Dit artikel geeft uitleg over
de gevolgen van de WNT voor een hetzij tussen partijen overeengekomen, hetzij door
de rechter toegekende (gefixeerde) schadevergoeding wegens onregelmatige opzegging.
Artikel 10d behelst een verduidelijking van het begrip uitkering wegens beëindiging
van het dienstverband voor de WNT (artikel 2.10 WNT in combinatie met artikel 1.6,
tweede lid, WNT en artikel 4, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT), waarbij een bepaald
deel van een tussen partijen overeengekomen schadevergoeding wordt uitgezonderd van
het begrip uitkering wegens beëindiging van het dienstverband en op die grond ook
buiten de openbaarmakingsverplichting op grond van de WNT valt.
2.5 Aanpassing in tabel H van subparagraaf 2.5.2 Oordeelsvorming bij een controleverklaring
bij een aparte verantwoording van de WNT-gegevens
In tabel H van subparagraaf 2.5.2, een na laatste rij, is het moment waarop bepaald
dient te worden of een onverschuldigde betaling al dan niet is terugbetaald gewijzigd
van het moment van het vaststellen van de WNT-verantwoording naar het moment waarop
de accountant zijn oordeel geeft over de separate WNT-verantwoording. Dit aangezien
er geen formeel moment is waarop de separate WNT-verantwoording wordt vastgesteld,
waar dit bij een jaarrekening waar een WNT-verantwoording onderdeel van is wel het
geval is. Hiermee wordt verduidelijkt welk moment de accountant moet gebruiken om
te bepalen of een onverschuldigde betaling is terugbetaald of niet. Met deze aanpassing
wordt aangesloten op de bestaande accountantspraktijk.
2.6 Verduidelijking subparagraaf 2.5.3 Bijzondere aspecten: zorg en jeugdsector
In subparagraaf 2.5.3 is het woord ‘uitsluitend’ toegevoegd in de laatste zin: ‘In
lijn hiermee wordt van de accountant niet verwacht dat deze nadere werkzaamheden verricht
om vast te stellen of een in 2021 reeds bestaande zorginstelling uitsluitend door deze aanpassing van de bijlage bij de WNT per 1 januari 2022 de status van WNT-instelling
heeft gekregen of verloren.’
Met de toevoeging is beoogd beter duidelijk te maken dat alleen de aanpassing van
de bijlage als gevolg van de Aanpassingswet Wet toetreding zorgaanbieders als zodanig
geen nadere werkzaamheden van de accountant vereist om vast te stellen of een in 2021
reeds bestaande zorginstelling de status van een WNT-instelling heeft gekregen of
verloren. Er kunnen uiteraard wel andere omstandigheden van toepassing zijn, waardoor
een reeds in 2021 bestaande zorginstelling in een later jaar de status van WNT-instelling
verkrijgt of verliest, die wel gecontroleerd dienen te worden, zoals wijziging van
taken of financiering.
2.7 Opheffing handhavingsmoratorium Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA)
De tekst van paragraaf 2.7 is aangepast naar aanleiding van de opheffing van het handhavingsmoratorium
van de Belastingdienst met betrekking tot de Wet DBA per 1 januari 2025.
3. Gevolgen voor regeldruk
Het Controleprotocol WNT 2025 is ten opzichte van het Controleprotocol WNT 2024 marginaal
gewijzigd. De regeldrukeffecten van dit Controleprotocol zijn beperkt tot de kennisname
van deze wijzigingen door de accountants.
Hieronder wordt, voor zover beschikbaar, weergegeven wat de toelichtingen op de betreffende
nieuwe regelgeving op basis waarvan wijzigingen in dit Controleprotocol hebben plaatsgevonden,
zeggen over de regeldrukeffecten van de wijziging in de betreffende nieuwe regelgeving.
In de toelichting op de Uitvoeringsregeling WNT wordt over onder meer de hierboven
onder 2.1 t/m 2.3 genoemde wijzigingen gezegd m.b.t. de regeldrukeffecten voor WNT-instellingen:
‘De overige wijzigingen van de Uitvoeringsregeling WNT, te weten (...)
het schrappen van de minimum deeltijdfactor en het afronden van de deeltijdfactor
op drie decimalen (artikel I, onderdelen C, onder 1 en 2, en D (artikelen 5, eerste
en vijfde lid, en 5a, eerste lid)), de verduidelijking van de verantwoording van een
topfunctionaris zonder topfunctie van de Staat der Nederlanden ((Artikel I, onderdeel C,
onder 3 (artikel 5, nieuwe zevende tot en met negende lid)) en de verduidelijking
van de verantwoording van de WNT bij toepassing van de fiscale doorbetaaldloonregeling
(artikel I, onderdeel E (artikel 5c, vierde lid)) leiden naar verwachting niet tot
wijziging van de regeldrukeffecten of hooguit tot zeer marginale wijzigingen daarvan.
Om die reden zijn er geen berekeningen gemaakt van de regeldrukeffecten van die wijzigingen.’
Bij ‘Controlerende accountants (out of pocket kosten voor WNT-instellingen)’ staat in de toelichting op de Uitvoeringsregeling WNT ten aanzien van de hierboven
onder 2.1 t/m 2.3 genoemde wijzigingen:
‘De regeldrukeffecten voor controlerende accountants van de wijzigingen van de Uitvoeringsregeling
WNT ontwikkelen zich grosso modo langs dezelfde lijn en in dezelfde mate als de hiervoor
geschetste regeldrukeffecten voor de WNT-instellingen.(...).’
De wijzigingen van de Uitvoeringsregeling WNT zoals bedoeld in de hierboven aangehaalde
passages inzake regeldrukeffecten uit de betreffende wijzigingsregeling23leiden niet of hooguit zeer marginaal tot wijzigingen van de controlewerkzaamheden
door accountants en derhalve niet tot nieuwe of extra regeldruk in het kader van dit
Controleprotocol.
De wijzigingen zoals hierboven opgenomen onder 2.4 t/m 2.7 van deze toelichting vloeien
niet voort uit nieuwe regelgeving en leveren geen nieuwe of extra regeldruk op. Zij
betreffen een verwijzing naar een verduidelijking van het WNT-begrip uitkering wegens
beëindiging van het dienstverband zoals opgenomen in de Beleidsregels WNT 2025 (2.4).
De wijziging zoals hierboven genoemd onder 2.5 zorgt voor een betere aansluiting bij
de bestaande accountspraktijk en levert derhalve geen extra regeldrukeffecten op.
Hooguit levert het een marginale verlichting qua regeldrukeffecten op, aangezien hetgeen
in dit Controleprotocol staat beter aansluit bij de bestaande praktijk. De toevoeging
van het woord ‘uitsluitend’ in subparagraaf 2.5.3. van dit Controleprotocol, zoals
hierboven in deze toelichting bedoeld onder 2.6, heeft geen gevolgen voor de regeldruk
en is slechts ter verduidelijking opgenomen. Tot slot de opheffing van het handhavingsmoratorium
op de Wet DBA (2.7) vloeit niet voort uit nieuwe regelgeving en levert dus geen nieuwe
regeldruk op.
Het Adviescollege toetsing regeldruk heeft het dossier niet geselecteerd voor een
formeel advies, omdat er weinig tot geen regeldrukgevolgen zijn.
4. Afstemming
Het Controleprotocol WNT 2025 is tot stand gekomen in nauw overleg met de Koninklijke
Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). Een concept van dit Controleprotocol
is voor een uitvoeringstoets voorgelegd aan het zogenaamde Ex Ante Uitvoeringstoets
panel (bestaande uit deskundigen uit het veld van onder meer WNT-instellingen en accountantskantoren).
5. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van het vaste verandermoment 1 juli 2025
en is van toepassing op de controle van WNT-verantwoordingen over het kalenderjaar
2025. De inwerkingtredingsdatum van de Regeling Controleprotocol WNT 2025 ligt ruim
voor 1 januari 2026. Dit maakt het mogelijk om in het te controleren boekjaar met
de controle te starten. Hetgeen aansluit bij de gangbare accountantspraktijk. Afgeweken
is van de voorwaarde van publicatie twee maanden voor inwerkingtreding. Dit is niet
problematisch, aangezien de regeling tot stand is gekomen in nauw overleg met de doelgroep
van de regeling: de accountants. Materieel wordt wel voldaan aan de minimale invoeringstermijn.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J.J.M. Uitermark