Vennootschapsbelasting, dividendbelasting, bronbelasting. Instelling en taakopdracht Coördinatiegroep Taxhavens en Concernfinanciering (Instelbesluit CTC 2024)

Directoraat-generaal Belastingdienst/Corporate Dienst Vaktechniek

Besluit van 16 februari 2024, nr. 2024-3975

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit actualiseert de mededeling van 14 oktober 2010, nr. DGB/2010/6307M (Stcrt. 2010, 16697). De herziening bestaat voornamelijk uit een actualisatie van de taakomschrijving.

1. Inleiding

Binnen de Belastingdienst is de Coördinatiegroep Taxhavens en Concernfinanciering (CTC) actief.

Dit besluit bevat de instelling en de taakomschrijving van de CTC. Het besluit is een actualisatie van de mededeling van 14 oktober 2010, nr. DGB/2010/6307M (Stcrt. 2010, 16697). De actualisatie bestaat onder meer uit het opnemen van de uitvoeringscoördinatie van de aanpak van dividendstripping in de taakomschrijving van de CTC.

1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen

Behandelteam IFZ

Behandelteam Internationale Fiscale Zekerheid

CTC

Coördinatiegroep Taxhavens en Concernfinanciering

Wet Vpb

Wet op de vennootschapsbelasting 1969

2. Taken van de CTC

De CTC heeft de volgende taken.

  • Het ontwikkelen van beleid voor die gevallen waarin de grondslag van de Nederlandse vennootschapsbelasting wordt uitgehold of de Nederlandse dividendbelasting of bronbelasting wordt ontgaan.

  • De coördinatie en ondersteuning van de uitvoering van het ontwikkelde beleid.

  • Het coördineren van de uitvoering van de wet- en regelgeving op het gebied van concernfinanciering, innovatiebox, dividendstripping en terreinen aanverwant aan deze gebieden.

  • Het in voorkomende gevallen doen van suggesties voor en het bijdragen aan de totstandkoming van wetgeving op de voormelde terreinen.

  • Het zijn van aanspreekpunt voor (de kantoren van) de Belastingdienst en het Ministerie van Financiën op de voormelde terreinen.

  • Het zijn van kenniscentrum binnen de Belastingdienst op de voormelde terreinen.

3. Werkwijze van de CTC

Uit de voornoemde taken vloeit voort dat de CTC verantwoordelijk is voor het waarborgen van de eenheid van beleid en uitvoering op de aan hem toegewezen terreinen. Om die reden melden medewerkers van de Belastingdienst bij de CTC gevallen die op de voormelde terreinen liggen waarbij een standpuntbepaling precedentwerking zou kunnen hebben en daarom opgevat zou kunnen worden als (een begin van) beleid.

De CTC verstrekt een bindend advies in gevallen van concernfinanciering, de innovatiebox, gevallen waarin mogelijk sprake is van dividendstripping en aan deze onderwerpen verwante problematiek, onder meer over de toepassing van:

  • rente-aftrekbeperking (artikelen 10a en 15b Wet Vpb);

  • hybridemismatches (artikelen 12aa – 12ag Wet Vpb);

  • innovatiebox (artikelen 12b – 12bg en 34d Wet Vpb);

  • actieve financieringswerkzaamheden in relatie tot de beleggingsdeelneming (artikel 13, tiende lid tot en met vijftiende lid, Wet Vpb juncto artikelen 2a en 2b, Uitvoeringsbeschikking vennootschapsbelasting 1971);

  • de buitenlandse financierings-vaste inrichting (artikel 15g Wet Vpb).

Uitgezonderd zijn de onderwerpen waarvoor het Behandelteam Internationale Fiscale Zekerheid (Behandelteam IFZ) van de Belastingdienst is aangewezen als eerste behandelaar op grond van het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter. Het Behandelteam IFZ stemt met de CTC de mogelijke beleidsmatige aspecten af die samenhangen met deze onderwerpen en die nog niet eerder als beleid zijn gepubliceerd, alsmede de aspecten die relevant kunnen zijn in het kader van de taken van de CTC (paragraaf 2 hiervóór). Deze afstemming dient de eenheid van beleid en uitvoering.

Medewerkers van de Belastingdienst melden de volgende gevallen bij de CTC als daarbij (een vermoeden van) grondslaguitholling of ontgaan van dividendbelasting of bronbelasting aan de orde is.

  • Concernlichamen gevestigd in tax havens.

  • Stalling van (immateriële) activa binnen concernverband in laagbelastende jurisdicties.

  • Lasten, bijvoorbeeld rentelasten, binnen of buiten concernverband waarbij omvangrijke grondslaguitholling plaatsvindt.

  • Creaties van verliesposten, bijvoorbeeld als gevolg van omzetting van buitenlandse deelnemingen in vaste inrichtingen.

  • Situaties waarin binnen concern materieel dezelfde lasten zowel in Nederland als in het buitenland in aanmerking worden genomen (‘double dip-gevallen’), bijvoorbeeld door kwalificatieverschillen.

  • Situaties waarin materieel dezelfde baten noch in Nederland, noch in het buitenland worden belast, bijvoorbeeld door kwalificatieverschillen.

  • Situaties waarin dividendbelasting wordt verminderd, verrekend of teruggevraagd en twijfel bestaat over de opbrengstgerechtigdheid of uiteindelijk gerechtigdheid tot het dividend waarop die dividendbelasting betrekking heeft, waaronder dividendstripping.

De CTC voert haar werkzaamheden uit in nauwe samenwerking met de kantoren van de Belastingdienst, met andere coördinatiegroepen en met betrokken kennisgroepen. Behalve in gevallen waarin de CTC bindend advies verstrekt, is de bepaling van de aanpak een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de CTC en de bevoegde inspecteur.

4. Samenstelling van de CTC

Voor de uitvoering van haar taakstelling beschikt de CTC over een netwerk van leden op de kantoren van de Belastingdienst.

5. Ingetrokken regeling

De volgende mededeling is ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit:

6. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

7. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instelbesluit CTC 2024.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 16 februari 2024

De Staatssecretaris van Financiën, namens deze, H.G. Roodbeen Hoofddirecteur Fiscale en Juridische Zaken

Naar boven